Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Houwelingen over de AIVD
Vragen van het lid Van Houwelingen (FVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de AIVD (ingezonden 27 augustus 2025).
Antwoord van Minister Rijkaart (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
19 september 2025).
Vraag 1
Bent u ermee bekend dat op de website van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst
(AIVD) de volgende bewering staat: «Wanneer personen of groepen bewust een narratief
over een «kwaadaardige elite» verspreiden, creëren ze daarmee een feitelijk onjuist
wereldbeeld.»?1
Antwoord 1
Ja. Dit is onderdeel van het anti-institutioneel-extremistische narratief. Aanvullend
staat op dezelfde site dat, volgens aanhangers van dit narratief, deze kwaadaardige
elite de bevolking wil onderdrukken, tot slaaf maken of zelfs vermoorden. De aanhangers
van dit narratief stellen dat deze elite de controle heeft over de overheid, grote
bedrijven, de rechtspraak, de wetenschap en kranten en tv-zenders. En dat hiertegen
verzet moet worden gepleegd.
Vraag 2
Bent u bekend met de volgende uitspraak van de directeur-generaal van de AIVD, gedaan
tijdens een rondetafelgesprek op 28 juni 2023 in de Tweede Kamer, in antwoord op de
vraag sinds wanneer Nederland volgens de AIVD dan feitelijk een «goedaardige elite»
heeft: «Die vraag laat ik graag aan de historici over. Want wij doen geen onderzoek
naar het verleden, wanneer dat moment heeft plaatsgevonden. [...]. Ik kan niet de
vraag beantwoorden wanneer de elites goed zijn geworden.»
Antwoord 2
Ja. De AIVD constateert in zijn onderzoek dat er een narratief over een kwaadaardige
elite verspreid wordt. Dit narratief stelt dat er een kwaadaardige elite aan de macht
is, bestaande uit rechters, wetenschappers, politieagenten en politici, die erop uit
is om mensen in Nederland te onderdrukken, tot slaaf te maken en te vermoorden. De
AIVD verricht, op basis van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (Wiv)
2017, onderzoek met betrekking tot organisaties en personen die door de doelen die
zij nastreven, dan wel door hun activiteiten, aanleiding geven tot het ernstige vermoeden
dat zij een gevaar vormen voor het voortbestaan van de democratische rechtsorde, dan
wel voor de nationale veiligheid of voor andere gewichtige belangen van de staat.
Het anti-institutionele narratief, zoals toegelicht in de publicatie «Anti-institutioneel
extremisme in Nederland – Een ernstige dreiging voor de democratische rechtsorde?»1
vormt zowel een mogelijk lange termijn dreiging als een korte termijn geweldsdreiging
voor de nationale veiligheid en de democratische rechtsorde.2
Vraag 3
Bent u ermee bekend dat de AIVD sinds kort een «historisch adviseur» in dienst heeft?3
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Bent u bereid de directeur-generaal van de AIVD te vragen of hij misschien zou willen
overwegen deze «historisch adviseur» van de AIVD (of eventueel andere historici) te
verzoeken of hij wellicht kan onderzoeken naar sinds wanneer precies de elite die
Nederland bestuurt «feitelijk goedaardig» is geworden, zoals de AIVD beweert?
Antwoord 4
Nee, ik ben hiertoe niet bereid. Zoals beschreven in beantwoording van vraag 2 doet
de AIVD, op basis van de Wiv 2017, onderzoek naar dreigingen voor de nationale veiligheid
en de democratische rechtsorde. Ook staat in het artikel waar de vraag aan refereert,
dat de taak van de historicus is om historisch onderzoek naar de dienst te faciliteren-
ook van wetenschappers buiten de AIVD.
Vraag 5
Zo nee, waarom niet? Is het immers, voor een goed begrip van het «anti-institutioneel
extremisme», niet essentieel te weten sinds wanneer de elite in Nederland precies
«goedaardig» en kritiek op een «kwaadaardige elite» dus «feitelijk onjuist» is geworden?
Antwoord 5
Zie beantwoording vraag 4. Voor een goed begrip van het «anti-institutioneel extremisme»
refereer ik graag naar de AIVD publicatie hierover van mei 20232.
Vraag 6
Kunnen we er trouwens op vertrouwen dat de AIVD er melding van zal maken als de, volgens
de AIVD, huidige goedaardige elite (onverhoopt weer) kwaadaardig wordt?
Antwoord 6
De AIVD heeft onder andere de wettelijke taak om onderzoek te verrichten naar dreigingen
voor de nationale veiligheid en de democratische rechtsorde. U kunt erop vertrouwen
dat de AIVD doet wat nodig is, in het geval de nationale veiligheid in het geding
is.
Vraag 7
Zo ja, hoe constateert de AIVD, die immers naar eigen zeggen niet kan aangeven wanneer
de elite feitelijk goedaardig is geworden, dat de elite (weer) kwaadaardig is geworden?
Antwoord 7
Zie beantwoording vraag 6.
Vraag 8
Zo nee, hoe kunnen we er dan op vertrouwen dat burgers die van mening zijn dat er
een kwaadaardige elite is, door de AIVD niet onterecht worden gekwalificeerd als «anti-institutioneel
extremisten» voor een opvatting die in dat geval wellicht dus «feitelijk juist» kan
zijn?
Antwoord 8
Ruimte voor kritiek is een belangrijk onderdeel van een gezonde democratie. Door kritiek
te (kunnen) geven, kan een democratie zich verder ontwikkelen. Een kritische boodschap
waarin wordt gesteld dat de rechtsstaat niet functioneert, kan bijdragen aan het verbeteren
van deze rechtsstaat. Daarvoor is en moet ruimte zijn binnen de democratische rechtsorde.
De AIVD richt zich nadrukkelijk niet op burgers die kritiek uiten op het functioneren
van de democratische rechtstaat. De AIVD doet, zoals eerder benoemd, o.a. onderzoek
naar dreigingen voor de nationale veiligheid en de democratische rechtsorde. Een persoon
kan een dreiging zijn wanneer sprake is van extremistische gedragingen. De AIVD definieert
extremisme als «Het uit ideologische motieven bereid zijn om niet-gewelddadige en/of
gewelddadige activiteiten te verrichten die de democratische rechtsorde ondermijnen».
Vraag 9
Kunt u bovenstaande vragen afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 9
Waar mogelijk heb ik de vragen afzonderlijk beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F. Rijkaart, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.