Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kathmann over de nieuwe voorwaarden van WeTransfer om data van gebruikers te gebruiken voor verkoop en het trainen van AI
Vragen van het lid Kathmann (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de nieuwe voorwaarden van WeTransfer om data van gebruikers te gebruiken voor verkoop en het trainen van AI (ingezonden 17 juli 2025).
Antwoord van Minister Van Weel (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister van
            Economische Zaken en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
            (ontvangen 4 september 2025).
         
Vraag 1
            
Bent u bekend met het bericht «WeTransfer haalt gebruik bestanden voor AI-training
               stilletjes uit voorwaarden»?1
Antwoord 1
            
Ja, hier ben ik mee bekend.
Vraag 2
            
Bent u bekend met de nieuwe gebruiksvoorwaarden van WeTransfer, een dienst waar veel
               mensen gebruik van maken om grote hoeveelheden data te delen met elkaar?
            
Antwoord 2
            
Ja, hier ben ik mee bekend. Overigens heeft WeTransfer zelf de eerdere berichtgeving
               hierover weersproken2.
            
Vraag 3
            
Is bij u bekend wat de gevolgen zijn van de nieuwe gebruiksvoorwaarden voor de consumenten-,
               privacy- en auteursrechten van gebruikers, die mogelijk worden geschonden als WeTransfer
               rechten krijgt over de data van gebruikers? Indien dit niet bekend bij u is, kunt
               u om een zienswijze vragen van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) en/of de Autoriteit
               Persoonsgegevens (AP)?
            
Antwoord 3
            
Voor mogelijke schending van consumenten- en privacyrecht is het niet aan de regering,
               maar aan de gebruikers om zich tot de toezichthoudende autoriteit te wenden. Voor
               zover het de naleving betreft van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
               is dat de Autoriteit Persoonsgegevens (AP), nu WeTransfer B.V. haar hoofdzetel heeft
               in Amsterdam. Met betrekking tot de naleving van het consumentenrecht kan een melding
               worden gedaan bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Er is geen toezichthouder
               voor de naleving van het auteursrecht. Als de voorwaarden die aan de inroepbaarheid
               van de uitzondering op het auteursrecht (neergelegd in artikel 15o van de Auteurswet)
               zijn geschonden (zie hierover nader het antwoord het vraag3 en de maker geen toestemming voor het gebruik van zijn werk heeft verleend, dan is
               sprake van een auteursrechtinbreuk. De maker kan een procedure bij de civiele rechter
               starten en daarin bijvoorbeeld een verbod en schadevergoeding vorderen.
            
Vraag 4
            
Is het trainen van AI-modellen op grote hoeveelheden data van gebruikers door techbedrijven,
               zoals mogelijk het geval is bij WeTransfer en eerder al het geval was bij Meta,4 toegestaan binnen de Nederlandse en Europese wet- en regelgeving? Welke beperkingen
               kent deze praktijk?
            
Antwoord 4
            
Het trainen van AI-modellen met data van gebruikers is onder bepaalde voorwaarden
               toegestaan. Het Europese Comité voor gegevensbescherming (EDPB), waarin de Europese
               toezichthouders samenwerken, heeft op 18 december 2024 een advies aangenomen over
               het gebruik van persoonsgegevens bij het ontwikkelen en in gebruik nemen van AI-modellen.5 Uit dat advies van de EDPB volgt dat een verwerkingsverantwoordelijke een gerechtvaardigd
               belang (artikel 6, eerste lid onder f AVG) kan hebben bij het gebruik van persoonsgegevens
               voor de ontwikkeling van een AI-model. Daarbij noemt de EDPB diverse voorwaarden voor
               het gebruik van deze grondslag bij het verwerken van persoonsgegevens ten behoeve
               van het ontwikkelen of inzetten van een AI-model. Een van die voorwaarden is dat uit
               een belangenafweging moet blijken dat het gebruik van persoonsgegevens noodzakelijk
               is en dat hetzelfde doel niet kan worden bereikt met, bijvoorbeeld, geanonimiseerde
               gegevens. In deze afweging spelen de redelijke verwachtingen van de betrokkenen een
               belangrijke rol. Bij het vaststellen daarvan dient onder meer rekening te worden gehouden
               met de context van de verwerking en de informatie die de verwerkingsverantwoordelijke
               aan de betrokkene aanbiedt. De verwerkingsverantwoordelijke kan daarbij op de concrete
               omstandigheden van het geval toegespitste maatregelen nemen om de impact van de verwerking
               op de belangen van de betrokkengebruikers te mitigeren. Daarbij speelt de toegang
               tot rechten van betrokkenen onder de AVG een rol, zoals het recht op inzage en het
               recht op bezwaar. De toezichthouder beoordeelt uiteindelijk of (en zo ja: welke) stappen
               moeten worden ondernomen tegen een vorm van verwerking.
            
In het geval AI-modellen worden getraind met auteursrechtelijk beschermde werken,
               geldt het volgende regime. De AI-verordening bepaalt dat het trainen van generatieve
               AI een vorm van tekst- en datamining is. Artikel 15o van de Auteurswet bepaalt dat
               het maken van een reproductie van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst ten
               behoeve van tekst- en datamining onder bepaalde voorwaarden niet als inbreuk op het
               auteursrecht op het werk wordt beschouwd.6 Een reproductie van een werk mag zonder toestemming van de maker van het werk worden
               gemaakt, mits: (1) degene die de tekst- en datamining verricht rechtmatig toegang
               heeft tot het werk en (2) het auteursrecht door de maker of zijn rechtverkrijgenden
               niet uitdrukkelijk op passende wijze is voorbehouden. De reproductie mag slechts bewaard
               blijven zolang dat nodig is voor tekst- en datamining en moet daarna worden verwijderd.
            
Tot slot heeft de Europese Commissie op 10 juli 2025 de General-Purpose AI Code of
               Practice (GPAI-CoP) heeft gepubliceerd7. Deze (vrijwillige) gedragscode bundelt de belangrijkste uitgangspunten voor aanbieders
               in drie thematische hoofdstukken. Ook transparantie en auteursrecht maken daarvan
               onderdeel uit.
            
Vraag 5
            
Bent u van mening dat het beschikbaar stellen van gegevens voor doorverkoop en AI-trainingsdoeleinden
               ten alle tijden een goed geïnformeerde en individuele keuze voor gebruikers moet zijn?
            
Antwoord 5
            
In zijn algemeenheid merk ik op dat, zoals gezegd onder antwoord 4, de AVG ruimte
               biedt om – ook zonder toestemming van de betrokkene – op basis van de verwerkingsgrondslag
               «gerechtvaardigd belang» persoonsgegevens te verwerken. Of deze grondslag in een concrete
               situatie kan worden ingeroepen, wordt bepaald door de omstandigheden van het geval.
               De beoordeling daarvan komt (zoals toegelicht bij antwoord8 niet toe aan de regering en is aan de toezichthoudende autoriteit. Zij kan daartoe
               handhaven, advies verstrekken, samenwerken met andere toezichthoudende autoriteiten
               en klachten behandelen over een inbreuk op de bescherming van persoonsgegevens. Zij
               toetst of sprake is van strijdigheid met de Europese gegevensbeschermingsregels.
            
Artikel 15o van de Auteurswet schrijft, in het voetspoor van de EU-richtlijn auteursrecht
               in de digitale eengemaakte markt, voor dat het auteursrecht door de maker uitdrukkelijk
               op passende wijze kan worden voorbehouden zoals door middel van machinaal leesbare
               middelen bij een online ter beschikking gesteld werk (opt-out). Uit overweging 18
               van de voornoemde richtlijn blijkt dat de rechthebbenden specifiek de rechten om reproducties
               te maken en opvragingen te verrichten ten behoeve van tekst- en datamining op passende
               wijze kunnen voorbehouden. Bij content die online voor het publiek beschikbaar is
               gesteld, moet het voorbehouden van die rechten enkel als passend worden beschouwd
               indien hierbij machinaal leesbare middelen worden gebruikt, waaronder metagegevens
               en de voorwaarden van een website of een dienst. In andere gevallen dan online gebruik
               kan het passend zijn om rechten voor te behouden met behulp van andere middelen, zoals
               contractuele overeenkomsten of een eenzijdige verklaring.
            
Vraag 6
            
Welke mogelijkheden heeft u om, nationaal of Europees, het afstaan van gegevens voor
               doorverkoop en AI-trainingsdoeleinden altijd een «opt-in» te maken? Zijn daartoe aanpassingen
               nodig van het consumentenrecht?
            
Antwoord 6
            
Een dergelijke «opt-in» zou veronderstellen dat de onderhavige verwerkingsvorm alleen
               rechtmatig is wanneer deze op toestemming van de gebruikers berust. Zoals ik in antwoorden
               4 en 5 aangaf, kan onder omstandigheden ook de verwerkingsgrondslag «gerechtvaardigd
               belang» worden ingeroepen. Daarvoor weegt mee of de verwerkingsverantwoordelijke voldoende
               maatregelen heeft genomen om de impact van een gegevensverwerking op de belangen van
               betrokkenen te beperken. Het bieden van een onvoorwaardelijke «opt-out» kan volgens het eerdergenoemde advies van de EDPB worden beschouwd als een maatregel
               die de controle van individuen over de verwerking van hun persoonsgegevens versterkt.9 In artikel 4 van de Europese richtlijn auteursrecht in de digitale eengemaakte markt10 is ook gekozen voor een opt-out in plaats van een opt-in systeem. De AI-verordening
               haakt daarbij aan en bouwt daarop voort. De voornoemde richtlijn wordt volgend jaar
               onder het gezag van de Europese Commissie geëvalueerd.
            
Vraag 7
            
Bent u bereid om in gesprek te gaan met WeTransfer, een Nederlands bedrijf, om helderheid
               te krijgen over de gevolgen van de nieuwe voorwaarden en een garantie te krijgen dat
               data gewoon van de gebruikers blijft?
            
Antwoord 7
            
Dat zou een taak van de onafhankelijke toezichthouder zijn, indien deze dat opportuun
               vindt. In het stelsel van de AVG is het aan verwerkingsverantwoordelijken om verplichtingen
               na te leven, aan de betrokkenen om rechten uit te oefenen en is het toezicht bij onafhankelijke
               instanties belegd. Deze onafhankelijkheid vind ik belangrijk en ik wil dit dan ook
               niet doorkruisen.
            
Vraag 8
            
Kunt de vragen afzonderlijk van elkaar en vóór 8 augustus, wanneer de nieuwe gebruiksvoorwaarden
               ingaan, beantwoorden?
            
Antwoord 8
            
De vragen zijn afzonderlijk en zo snel mogelijk beantwoord.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid - 
              
                  Mede namens
E. van Marum, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties - 
              
                  Mede namens
V.P.G. Karremans, minister van Economische Zaken 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.