Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over Spoorveiligheid en ERTMS (Kamerstuk 29893-281)
2025D36965 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat hebben verschillende fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris van Infrastructuur
en Waterstaat over 22e voortgangsrapportage ERTMS (Kamerstuk
33 652, nr. 106), de voortgangsbrief spoorveiligheid (Kamerstuk
29 893, nr. 281) en de brief beantwoording vragen commissie over de 22e voortgangsrapportage ERTMS (Kamerstuk 33 652, nr. 106).
De voorzitter van de commissie,
Peter de Groot
Adjunct-griffier van de commissie,
A.B. Coco Martin
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inhoudsopgave
Inleiding
Inbreng rapporteur (Koekkoek, Volt)
PVV-fractie
VVD-fractie
NSC-fractie
BBB-fractie
Inleiding
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de stukken voor dit schriftelijk
overleg en hebben de volgende vragen en opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de stukken met betrekking tot
het schriftelijk overleg Spoorveiligheid en ERTMS en hebben hierover nog de volgende
vragen en opmerkingen aan de Staatssecretaris.
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geagendeerde
stukken voor dit schriftelijk overleg. Wel hebben deze leden nog enkele vragen.
De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van de stukken inzake spoorveiligheid
en de voortgangsrapportages over de implementatie van ERTMS. Deze leden hebben hierover
enkele vragen en opmerkingen.
Inbreng rapporteur (Koekkoek, Volt)
De rapporteur ERTMS volgt namens de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
onder meer de informatievoorziening en de rapportageafspraken over het groot project
ERTMS. De Kamer heeft de 22e voortgangsrapportage ERTMS over de tweede helft van 2024
inmiddels een aantal maanden geleden ontvangen. In de feitelijkevragenronde hierover
is een groot aantal vragen gesteld over de voortgang van het project en over de vooruitzichten
voor de langere termijn. De volgende voortgangsrapportage over de eerste helft van
2025 wordt binnen een maand verwacht. Vooruitlopend hierop wil de rapporteur enkele
informatieafspraken en wensen van de Kamer voor de toekomstige rapportages onder de
aandacht brengen.
In verband met de fundamentele herijking van het programma, die in 2023 is ingezet
maar nog niet volledig is afgerond, bood de informatie in de vorige voortgangsrapportages
de Kamer onvoldoende inzicht om de voortgang van het programma goed te kunnen volgen.
Vooral het gebrek aan inzicht in de planning en voortgang van de maatregelen en in
bijgestelde kostenramingen en budgetten speelden daarbij een grote rol. De Staatssecretaris
heeft toegezegd om bij de volgende voortgangsrapportage inzicht te geven in de planning,
kostenramingen en budgetten van het programma, in het bijzonder voor de eerste tranche
die nu wordt ontwikkeld. Uit de beantwoording van de vragen over de 22e voortgangsrapportage blijkt dat tot 2030 waarschijnlijk alleen de eerste tranche
uitgevoerd zal worden. Deze eerste tranche is echter veel minder omvattend dan de
programmascope uit de programmabeslissing tot en met 2030, terwijl de kosten en budgettekorten
wel oplopen. Hoewel de stapsgewijze lerende aanpak in het kader van eerdere kostenstijgingen
en planningsproblemen vanuit projectmanagement zinvol lijkt, blijft vanuit het oogpunt
van project- en kostenbeheersing op de langere termijn voor de Kamer belangrijk dat
tussen- en einddoelen van het implementatieprogramma nadrukkelijk in het oog worden
gehouden. Daarbij horen projecties van de planning, kosten en budgetten voor de uitrol
van ERTMS voor zowel de eerste tranche als voor de middellange en de landelijke uitrol
op de lange termijn. De implementatie van ERTMS op het Nederlandse spoor is immers
een kostbaar en ingrijpend proces, waarover de Kamer goed geïnformeerd wil blijven
worden.
Kunnen bij toekomstige voortgangsrapportages de afspraken uit de uitgangspuntennotitie
weer worden gevolgd en kan de Kamer concreet inzicht worden geboden in planning, voortgang,
risico’s, kostenramingen en budgetten, zowel voor de oorspronkelijke planningstermijn
van het groot project tot en met 2030 als voor de landelijke uitrol daarna?
Over de voortgangsinformatie wil de rapporteur het volgende opmerken. De laatste voortgangsrapportage
bevat uitgebreide beschrijvingen van maatregelen. Een groot deel van deze maatregelen
wordt echter voornamelijk in opzet beschreven, terwijl de voortgang in de verslagperiode
minder goed inzichtelijk wordt gemaakt. Bovendien ontbreken overzichtstabellen met
de voortgang op eerder vastgestelde planningsmijlpalen. Hierdoor is voor de Kamer
moeilijk om de concrete voortgang te volgen. In eerdere voortgangsrapportages waren
nog wel overzichtstabellen opgenomen; een goed voorbeeld hiervan is tabel 4a Mijlpalen
van het programma ERTMS uit voortgangsrapportage 211.
Kan in volgende voortgangsrapportages systematisch voor de beschreven stappen en maatregelen
worden aangegeven welke voortgang concreet is geboekt in de verslagperiode?
Kan in volgende voortgangsrapportages weer een overzichtstabel worden opgenomen van
de voortgang op de planningsmijlpalen bij de uitvoering van de maatregelen, zoals
voorheen in tabel 4a Mijlpalen van het programma ERTMS?
Kunnen voor de voortgang van de verschillende maatregelenpakketten per onderdeel (zoals
Noordelijke lijnen en Zeeuwse Lijn) naast tekstuele beschrijvingen voortaan ook overzichtstabellen
in de voortgangsrapportages worden opgenomen?
Kan de leesbaarheid van de voortgangsrapportages worden verbeterd door kernachtiger
te formuleren en herhalingen waar mogelijk te vermijden?
Een structureel aandachtspunt bij de implementatie van ERTMS is de positie van (goederen)vervoerders,
onder meer in relatie tot toelating en verschillende versies in de betrokken landen.
Inmiddels is de inschrijving voor de subsidieregeling ERTMS goederenlocomotieven gesloten.
Nederland vraagt bij de Europese Commissie aandacht voor de financiering van de benodigde
upgrade van GSM-R (Global System for Mobile communications-Railway) naar FRMCS (Future
Railway Mobile Communication System).
Hoeveel inschrijvingen zijn ontvangen voor de subsidieregeling ERTMS goederenlocomotieven?
In hoeverre worden hiermee investeringen voor de ombouw van goederenmaterieel gestimuleerd?
Welke resultaten kunnen worden gemeld uit de gesprekken met de Europese Commissie
over de financiering van de toekomstige upgrade naar FRMCS?
Tot slot is de rapporteur namens de commissie voor Infrastructuur en Waterstaat zich
aan het beraden over de scope van het groot project in het kader van de parlementaire
Regeling grote projecten. De Kamer heeft de scope in 2019 in de geactualiseerde uitgangspuntennotitie
gebaseerd op de scope uit de programmabeslissing uit 2019, waarin volgens planning
de eerste fase van de landelijke uitrol in 2031 zou worden opgeleverd. Het Ministerie
van Infrastructuur en Waterstaat heeft de scope uit de programmabeslissing inmiddels
verlaten en daarmee ook de scope van het groot project. Voor overwegingen over een
aangepaste scope van het groot project is de toegezegde informatie over planning,
kostenramingen en budgetten relevant. Is in het kader van de MIRT-systematiek een
nieuwe programmabeslissing in voorbereiding? Welke overwegingen voor de scope van
het groot project zou de Staatssecretaris de Kamer willen meegeven?
PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de stukken, maar vragen tegelijkertijd
of de Staatssecretaris rekening houdt met de principes haalbaar, betaalbaar en realistisch.
De leden van de PVV-fractie vragen naar aanleiding van de beantwoording op de opvolgingsnotitie
Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) wat de huidige stand van zaken is van de aanbevelingen
gericht aan de Staatssecretaris.
De leden van de PVV-fractie lezen dat er volop gesproken wordt over overwegveiligheid.
Er komt onder andere een opvolger van de beleidsagenda Spoorveiligheid 2020 – 2025.
Er wordt gesproken over structurele overwegverbeteraanpak en lopende overwegverbeterprogramma’s.
Deze leden vragen of de Staatssecretaris deze zaken voldoende op de rit heeft, om
te komen tot een spoedige verbetering van overwegen.
De leden van de PVV-fractie lezen in de beantwoording op eerder gestelde vragen dat
in de eerste fase van de uitrol ERTMS een tekort is van 1 miljard euro. Helaas is
de 23ste voortgangsrapportage nog niet opgeleverd. Deze leden vragen of dit tekort
ondertussen is opgelopen. Zo ja, wat is de huidige stand van zaken en ligt de uitrol
van de eerste tranche op schema?
De leden van de PVV-fractie verbazen zich erover dat er, ondanks alle inzet die gepleegd
wordt en de lange voorbereiding, sprake is van tegenvallers, vertragingen en het niet
op tijd op orde hebben van zaken. Daardoor lopen de kosten gierend uit de hand. Deze
leden vragen of door de teruglopende economie en de opeenstapeling van tegenvallers
het project ERTMS nog haalbaar, betaalbaar en realistisch is.
VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie stellen dat spoorveiligheid geen papieren werkelijkheid
is, maar direct verbonden met de dagelijkse praktijk van honderdduizenden reizigers
en de veiligheid van omwonenden langs het spoor. Daarbij komt dat onze economie drijft
op een betrouwbaar spoorgoederenvervoer: van de aanvoer van grondstoffen voor onze
industrie tot de export via de zeehavens. Dat maakt het noodzakelijk dat beleid duidelijk
is, dat risico’s voor de omgeving zorgvuldig worden afgewogen en dat grote projecten
financieel beheersbaar blijven.
De leden van de VVD-fractie stellen dat een goed functionerend spoorgoederenvervoer
van groot belang is voor de Nederlandse economie en voor de internationale concurrentiepositie
van onze zeehavens en industrie. Tegelijkertijd betekent de toename van gevaarlijke
stoffen, mede door de energietransitie, dat de veiligheid van omwonenden stevig moet
worden gewaarborgd. Het lid Veltman (VVD) heeft eerder een motie ingediend over het
Basisnet (Kamerstuk 29 984 nr. 1236), omdat deze leden een onduidelijk proces zien, zonder helder referentiekader en
zonder draagvlak in gemeenten. Kan de Staatssecretaris aangeven wanneer dit wel concreet
wordt, zodat woningbouw en veiligheid niet klem komen te zitten?
De leden van de VVD-fractie stellen dat niet alleen het spoortraject zelf, maar ook
de emplacementen cruciaal en kwetsbaar zijn. Zij vormen de schakel waar veel risico’s
samenkomen. Deze leden hebben daarom met een motie (Kamerstuk 29 984 nr. 1237) aangedrongen op enerzijds duidelijke en uniforme veiligheidseisen, en tegelijkertijd
hebben zij erop aangedrongen dat in uitzonderlijke gevallen maatwerk mogelijk moet
blijven om de veiligheid van omwonenden te waarborgen, zoals bij Kijfhoek of in de
Rotterdamse haven. Kan de Staatssecretaris aangeven hoe hij ervoor zorgt dat gemeenten
en veiligheidsregio’s daadwerkelijk betrokken zijn? Kan hij aangeven dat hun zorgen
over de leefomgeving en veiligheid een duidelijke plek krijgen bij de afspraken die
nu worden gemaakt? Hoe wordt daarbij de balans bewaard tussen uniformiteit enerzijds
en doelgericht maatwerk anderzijds?
De leden van de VVD-fractie stellen dat spoorveiligheid natuurlijk ook gaat over de
mensen die aan het spoor werken. Voor deze leden staat voorop dat iedereen die in
deze sector werkt dat veilig kan doen. Deze leden zien dat sectorpartijen, waaronder
RailAlert en ProRail, investeren in veiligheidscultuur en inmiddels werken met een
digitaal veiligheidspaspoort. Tegelijkertijd bestaan er zorgen dat extra regels –
zeker als die niet aantoonbaar bijdragen aan veiligheid – juist contraproductief uitpakken
en personeel wegjagen uit een sector die toch al te maken heeft met krapte. Kan de
Staatssecretaris aangeven hoe hij waarborgt dat regelgeving altijd effectief én werkbaar
is, ook voor zzp’ers en aannemers?
De leden van de VVD-fractie zien de modernisering van het beveiligingssysteem via
ERTMS als een grote stap voorwaarts die uiteindelijk belangrijke voordelen biedt voor
veiligheid en capaciteit. De uitrol gaat echter gepaard met forse uitdagingen, van
cybersecurity tot budgettaire spanning. Deze leden willen daar graag nadere duidelijkheid
over. Hoe borgt de Staatssecretaris dat cybersecurity volwaardig wordt meegenomen,
en niet een sluitstuk is? Welke concrete maatregelen worden hiervoor getroffen?
Verder vragen de leden van de VVD-fractie aandacht voor het belang van de uitrol van
ERTMS op de spoorcorridors richting Amsterdam IJmond. Gezien het belang van de concurrentiepositie
van de haven en de regio, vragen deze leden op welke wijze deze corridors, welke in
de eerste tranche niet zijn meegenomen, kunnen worden meegenomen in de tweede tranche.
Is de Staatssecretaris in gesprek met Port of Amsterdam over de prioritering van de
verschillende corridors (de paarse, oranje en groene corridor) binnen de tweede tranche,
dan wel bereid hierover met Port of Amsterdam in gesprek te gaan?
Market research freight locomotives NL SCI/Verkehr
De leden van de VVD-fractie lezen in het marktonderzoek dat blijkt dat de beschikbaarheid
van goederenlocomotieven krap is (p.14). Deze leden vragen de Staatssecretaris of
hij per aanbeveling kan toelichten hoe dit wordt opgevolgd en hoe hiermee de concurrentiekracht
van het goederenvervoer wordt beschermd.
22e Voortgangsrapportage ERTMS
De leden van de VVD-fractie menen dat de nieuwe Europese verplichting voor baseline
4 forse gevolgen kan hebben voor de uitrol. Zij vragen de Staatssecretaris hoe Nederland
dit aanpakt, en hoe dit zich verhoudt tot de keuzes die andere landen maken.
De leden van de VVD-fractie is toegezegd (aan het lid Veltman) dat er nadrukkelijk
aandacht is hoe de uitrol van ERTMS efficiënter, sneller en goedkoper gemaakt kan
worden (Kamerstuk 29 893, nr. 271). Deze leden vragen de Staatssecretaris hoe dit zich verhoudt tot de oplopende budgetspanning
die we nu zien. De budgetspanning is inmiddels opgelopen tot bijna 1,1 miljard euro.
De Staatssecretaris verwijst hiervoor naar de Voorjaarsnota 2025. Deze leden vragen
de Staatssecretaris of hij helder kan maken hoe dit precies in de Voorjaarsnota is
verwerkt.
NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie lezen dat RailAlert uiterlijk in het vierde kwartaal van
2025 de definitie van een eilandbuitendienststelling zal verduidelijken en dit zal
verwerken in de volgende versie van het Voorschrift Veilig Werken aanrijding trein.
Wat is de status van de verduidelijking van deze definitie? Kan de Kamer worden geïnformeerd
wanneer dit is gebeurd?
De leden van de NSC-fractie vragen wat de laatste stand van zaken is van het ERTMS-proefbaanvak
in Zeeland. Wat is de meest recente planning? Zijn de flankerende maatregelen inmiddels
uitgewerkt? Kan er een overzicht gegeven worden van deze maatregelen?
De leden van de NSC-fractie zijn ook benieuwd naar de laatste financiële prognoses
voor de korte en de lange termijn status van het ERTMS-budget. Worden er tekorten
voorzien? Zo ja, op welke termijn? Hoe zullen deze tekorten – voor zover voorzien
– worden opgevangen?
BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie constateren dat de Kamer al langere tijd onvoldoende inzicht
krijgt in planning, kostenramingen en budgetten van het ERTMS-programma. Deze leden
vragen de Staatssecretaris om bij toekomstige voortgangsrapportages structureel overzichtelijke
tabellen op te nemen met mijlpalen, voortgang en kosten, zodat de Kamer concreet kan
volgen hoe de uitvoering verloopt. Ook vragen deze leden of de Staatssecretaris bereid
is om herhalingen en uitvoerige beschrijvingen te beperken en de rapportages kernachtiger
en leesbaarder te maken.
Daarnaast hebben de leden van de BBB-fractie gelezen dat de eerste tranche van ERTMS
naar verwachting tot 2030 de enige zal zijn die daadwerkelijk wordt uitgevoerd, terwijl
de kosten blijven oplopen. Deze leden vragen hoe dit zich verhoudt tot de oorspronkelijke
programmabeslissing en of er sprake is van een sluipende verschraling van de scope,
terwijl de belastingbetaler juist met oplopende budgetten wordt geconfronteerd. Kan
de Staatssecretaris toezeggen dat er een nieuwe programmabeslissing in voorbereiding
is waarin de scope en doelstellingen opnieuw duidelijk en toetsbaar worden vastgelegd?
De leden van de BBB-fractie hebben verder kennisgenomen van de subsidieregeling voor
goederenlocomotieven. Deze leden vragen hoeveel inschrijvingen er zijn ontvangen en
in hoeverre deze daadwerkelijk leiden tot investeringen en ombouw van materieel. Daarnaast
vragen de leden welke concrete resultaten tot nu toe zijn geboekt in de gesprekken
met de Europese Commissie over de financiering van de noodzakelijke overgang van GSM-R
(Global System for Mobile communications for Railways) naar FRMCS (Future Railway
Mobile Communication System), en wat de financiële gevolgen zijn voor vervoerders
en de rijksoverheid, als de Europese bijdrage onvoldoende blijkt.
Tot slot vragen de leden van de BBB-fractie aandacht voor de uitvoerbaarheid en betrouwbaarheid
van het ERTMS-programma. Het spoor is cruciaal voor zowel reizigers als goederenvervoer,
maar het mag geen eindeloos groot project worden waarin kosten en planningen telkens
verschuiven. Kan de Staatssecretaris aangeven hoe wordt voorkomen dat ERTMS opnieuw
uitloopt en duurder wordt, en hoe de Kamer hierop tijdig en transparant wordt geïnformeerd?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.C. (Peter) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
A.B. Coco Martin, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.