Schriftelijke vragen : Inzet om patiënten die urgent medische behandeling nodig hebben, uit Gaza naar functionerende behandelcentra te brengen.
Vragen van het lid Hirsch (GroenLinks-PvdA) aan de Minister en Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken over inzet om patiënten die urgent medische behandeling nodig hebben, uit Gaza naar functionerende behandelcentra te brengen (ingezonden 11 augustus 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Gaat Nederland ernstig zieke patiënten uit Gaza halen
en hier behandelen? «Nodig om te overleven»»1 en «Jud Awad kan genezen van leukemie, maar dan moet Nederland wel toestaan dat ze
uit Gaza wordt gehaald»2?
Vraag 2
Deelt u de constatering van hulporganisaties dat ernstig zieke patiënten, waaronder
kinderen, die zich in Gaza bevinden, niet ter plekke behandeld kunnen worden? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 3
Beschikt Nederland in theorie over mogelijkheden om deze ernstig zieke patiënten te
helpen? Zo ja, over welke theoretische mogelijkheden beschikt Nederland?
Vraag 4
Welke van deze theoretische mogelijkheden brengt Nederland op dit moment ook daadwerkelijk
in de praktijk – welke concrete maatregelen treft u?
Vraag 5
Klopt het dat Nederland tot nu toe niet bereid is geweest ervoor te zorgen dat ernstig
zieke patiënten in Nederland behandeld kunnen worden? Zo ja, wat is daar de reden
voor? Zo nee, hoeveel patiënten zijn er sinds het begin van de gewelddadigheden op
8 oktober 2023, in Nederland behandeld?
Vraag 6
Klopt het dat Nederland tot nu toe alleen heeft ingezet op behandeling in de regio?
Vraag 7
Klopt de observatie van de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) dat op dit moment nog
ongeveer twaalfduizend mensen, waaronder veel kinderen, evacuatie nodig hebben om
te overleven of om een menswaardige kwaliteit van leven te kunnen hebben3? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Klopt het dat 4 op de 5 van onze verzoeken tot medische evacuatie door de Israëlische
autoriteiten niet behandeld worden of worden geweigerd? Zo nee, over welke cijfers
beschikt u? Van welke instantie zijn die afkomstig?
Vraag 9
Klopt het dat Nederland een aantal acties kan ondernemen om te zorgen dat deze patiënten
de behandeling krijgen die ze nodig hebben, zoals zorgen dat er Israëlische goedkeuring
komt voor opnames in buitenlandse ziekenhuizen, met het recht op terugkeer en met
het doel om te zorgen dat mensen behandeld worden; behandeling in de regio bekostigen
en zorgen dat patiënten gespecialiseerde zorg in Nederland te krijgen? Zijn dit alle
acties die Nederland kan ondernemen, of heeft u nog andere mogelijkheden om mensen
uit Gaza die behandeling nodig hebben, te steunen?
Vraag 10
Klopt het dat verzoeken tot behandeling door bevriende naties meer kans van slagen
hebben? Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
Heeft Nederland verzoeken gedaan aan de Israëlische autoriteiten om patiënten uit
Gaza die gespecialiseerde hulp nodig hebben, elders te laten behandelen? Zo nee, wat
zijn uw afwegingen geweest om dergelijke verzoeken niet te plaatsen? Zo ja, hoeveel
verzoeken zijn er ingediend bij de Israëlische autoriteiten? Hoeveel daarvan zijn
toegekend? Hoeveel van de mensen waarvoor Nederland een verzoek heeft ingediend, ontvangen
nu hulp buiten Gaza?
Vraag 12
Klopt het dat in Nederland nog geen enkele patiënt is opgenomen voor specialistische
behandeling? Zo ja, kunt u verklaren waarom dit niet het geval is, terwijl landen
als Malta, Italië en Luxemburg wel patiënten schijnen te behandelen en het VK heeft
aangekondigd 100 kinderen te evacueren voor urgente medische behandeling4? Heeft u staand beleid op de behandeling van patiënten uit Gaza in Nederland? Zo
ja, wat is dat beleid?
Vraag 13
Als de berichtgeving niet klopt, en er dus wel patiënten uit Gaza in Nederland zijn
opgevangen, kunt u dan aangeven hoeveel verzoeken voor behandeling in Nederland aan
de Israëlische autoriteiten zijn gedaan? Hoeveel van die verzoeken zijn toegewezen?
Hoeveel van de patiënten die het betreft, zijn of worden op dit moment nog in Nederlandse
ziekenhuizen behandeld?
Indieners
-
Gericht aan
J.C. Boerma, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken -
Gericht aan
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken -
Indiener
Daniëlle Hirsch, Kamerlid