Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Burg over het bericht ‘Gaza krijgt voedsel uit de lucht’
Vragen van het lid Van der Burg (VVD) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht «Gaza krijgt voedsel uit de lucht» (ingezonden 29 juli 2025).
Antwoord van Minister Veldkamp (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 7 augustus 2025).
Vraag 1
Bent u het eens dat de Europese Unie (EU) zich gezamenlijk moet inspannen richting
Israël om ervoor te zorgen dat veel meer hulp wordt doorgelaten richting Gaza om de
humanitaire nood te ledigen? Zo ja, wat is de stand van zaken met mogelijke maatregelen
vanuit de EU richting Israël om dit voor elkaar te krijgen?1
Antwoord 1
Op 23 en 29 juli jl. rapporteerde de Europese Dienst voor Extern Optreden en de Commissie
over de voortgang van de implementatie van het humanitaire akkoord tussen de EU en
Israël. Hieruit werd geconcludeerd dat Israël zich niet houdt aan de afspraken van
het gesloten humanitaire akkoord. Conform de Kamerbrief van 28 juli jl.2 heeft het kabinet besloten over te gaan tot nationale en Europese maatregelen. Op
EU-niveau zet Nederland zich in voor opschorting van het handelsdeel van het Associatieakkoord
met Israël en steunt het de voorgestelde beëindiging van de samenwerking met de European
Innovation Council, als onderdeel van Horizon Europe. Tevens zal het kabinet in samenwerking
met gelijkgestemde partners aandringen op een voorstel van de Europese Commissie voor
handelspolitieke maatregelen ten aanzien van goederenimport uit de illegale nederzettingen
in bezet gebied, conform de motie Van Campen en Boswijk.3
Vraag 2
Hoe beoordeelt u het initiatief van deze landen om via luchtdroppings noodhulp te
bieden in een situatie waarin toegang over land beperkt is?
Antwoord 2
Uw kamer is op 1 augustus geïnformeerd over het besluit om deel te nemen aan een internationale
samenwerkingsverband ten bate van airdrops in Gaza. Nederland doet dit samen met een brede gelijkgezinde groep landen bestaande
uit Jordanië en andere Europese en internationale partners zoals Duitsland, België,
Luxemburg4, Frankrijk, Italië, Spanje en Canada. Deze landen zullen van 1 tot en met 21 augustus
airdrops uitvoeren. Nederland neemt vanaf 8 augustus deel aan de operatie. Airdrops zijn een manier om bij te dragen aan het verlichten van het leed van de Palestijnen
in de Gazastrook, hoewel het een relatief duur en riskant hulpverleningsinstrument
betreft dat qua schaal nooit ter vervanging van hulpverlening via land kan dienen.
Naast deelname aan de airdrops blijft Nederland zich daarom diplomatiek en financieel inspannen voor de onmiddellijke
verbetering van toegang voor de invoer en distributie van hulpgoederen via land.
Vraag 3
Hoe veel hulp komt nu de Gazastrook binnen via land en zee? Wat is nodig voor de bevolking
van Gaza?
Antwoord 3
Voor 7 oktober 2023 werd de Gazastrook dagelijks via land bevoorraad door circa 500 vrachtwagens.
Dergelijke aantallen werden ook gehaald tijdens het laatste staakt-het-vuren van begin
dit jaar. Echter, sinds Israël begin maart een volledige humanitaire blokkade aankondigde
is de invoer van hulpgoederen ernstig ondermaats. Zelfs na de gedeeltelijke heropening
van de grensovergangen voor enige humanitaire hulp in mei bleef de invoer van hulp
ver beneden het minimaal noodzakelijke. Het akkoord tussen de EU en Israël over toegang
tot humanitaire hulp, en de in het weekend van 26 juli door Israël aangekondigde maatregelen
om humanitaire toegang te verbeteren, hebben vooralsnog onvoldoende geleid tot verbetering
van mogelijkheden om hulp in te voeren en te distribueren. Via zee worden momenteel
geen goederen direct naar de Gazastrook vervoerd.
Vraag 4
In hoeverre acht u luchtdroppings een aanvulling op bestaande humanitaire hulpinspanningen
via landroutes, met name waar deze ontoereikend blijken?
Antwoord 4
Airdrops zijn een manier om op kleine schaal bij te dragen aan het verlichten van
het leed van de bevolking in de Gazastrook. Hoewel Nederland gaat meedoen aan airdrops, is dit geen vervanging van de inzet op de humanitaire toegang over land. Het blijft
van primair belang om bij de Israëlische autoriteiten aan te dringen op verdere verruiming
en bestendiging van humanitaire toegang voor professionele, gemandateerde hulporganisaties
tot de hele Gazastrook. Ongehinderde, ongelimiteerde, en veilige toegang voor hulp
via land, tot de hele Gazastrook, is essentieel voor het lenigen van de catastrofale
noden.
Vraag 5
Ziet u mogelijkheden voor Nederland om, al dan niet samen met Europese of Arabische
partners, bij te dragen aan luchtdroppings van voedsel of medische hulpgoederen?
Antwoord 5
Zie beantwoording van vraag 2.
Vraag 6
Kan Nederland indien nodig en wenselijk direct starten met voedseldroppings?
Antwoord 6
Zie beantwoording van vraag 2.
Vraag 7
Welke concrete stappen zijn nodig om ervoor te zorgen dat dergelijke operaties op
een veilige en gecontroleerde manier kunnen plaatsvinden voor zowel de lokale bevolking
als de betrokken vliegtuigen?
Antwoord 7
Eerdere airdrops van hulpgoederen door Nederland en andere landen hebben aangetoond dat de leveringen
risico’s met zich meebrengen. Het risico op burgerslachtoffers en schade aan gebouwen
is aanwezig en is niet op voorhand geheel uit te sluiten. Daarnaast is er beperkt
zicht op wat er met de goederen gebeurt nadat deze zijn gedropt, en of die in de handen
van de noodlijdende burgerbevolking komt. Om de bovengenoemde risico’s zo klein mogelijk
te maken zijn mitigerende maatregelen genomen. De Jordaanse autoriteiten selecteren
en monitoren continu de geschikte locaties om de airdropsuit te voeren. Bij de uitvoering wordt vanuit het eerder benoemde operatiecentrum
zorgvuldig gekeken naar een tijdstip bij daglicht, weercondities en de wijze van afgooien.
Hiervoor vindt nauwe afstemming plaats tussen deelnemende landen en wordt in samenwerking
met andere deelnemende landen bezien hoe risico’s zoveel mogelijk gemitigeerd kunnen
worden. Als de nauwkeurigheid van de drop in het geding komt, dan wordt besloten deze
niet uit te voeren.
Daarnaast leunen Nederland en de andere internationale partners in de operatie op
de Jordaanse inlichtingenpositie. Nederland verifieert in de voorbereiding van de
operatie waar mogelijk zelfstandig de aangewezen dropzones. Daarbij geldt dat de situatie
op de grond constant in beweging is waardoor de eerder benoemde risico’s niet uit
te sluiten zijn.
Tot slot zijn er operationele risico’s verbonden aan de operatie. De C-130, het transportvliegtuig
waarmee de droppings worden uitgevoerd, is uitgerust met afdoende beschermingsmiddelen.
Om risico’s zo veel mogelijk te beperken brengt Nederland een liaison naar het gebied
en wordt de operatie in samenwerking met internationale partners, onder coördinatie
van Jordanië en in afstemming met de Israëlische autoriteiten uitgevoerd. Jordanië
heeft dergelijke airdrops voor het leveren van humanitaire goederen aan Gaza al meer dan tien keer uitgevoerd.
Vraag 8
Kan Nederland expertise en logistieke capaciteit leveren aan bondgenoten of organisaties
die zich reeds inzetten voor voedseldroppings boven Gaza?
Antwoord 8
Zie beantwoording vraag 2.
Vraag 9
Bent u bereid om met EU-partners te verkennen hoe de Europese Unie als blok betrokken
kan raken bij humanitaire luchtoperaties boven Gaza?
Antwoord 9
Zie antwoord op vraag 5. Meerdere EU-landen dragen bij een de airdrops boven de Gazastrook.
Vraag 10
Is er reeds overleg geweest met Arabische autoriteiten over hun ervaringen en aanpak?
Antwoord 10
Zie antwoord vraag 2. Het kabinet staat in nauw contact met andere leden van het internationale
samenwerkingsverband, waaronder Jordanië en de Verenigde Arabische Emiraten.
Vraag 11
Op welke manier kan Nederland samenwerken met Verenigde Naties (VN)-organisaties en
Gaza Humanitarian Foundation (GHF) om ervoor te zorgen dat luchtdroppings veilig zijn
en aansluiten bij de noden op de grond en zorgvuldig worden gecoördineerd?
Antwoord 11
Nederland werkt nauw samen met de leden van het internationale samenwerkingsverband
onder leiding van Jordanië om de risico’s van airdrops zoveel mogelijk te mitigeren. Zie verder vraag 7.
Nederland werkt niet samen met de Gaza Humanitarian Foundation (GHF). De chaos en
slachtoffers die bij distributiepunten van GHF vallen zijn onacceptabel. Het hulpmechanisme
en de werkzaamheden van GHF zijn niet in overeenstemming met de humanitaire principes
van humaniteit, onpartijdigheid, onafhankelijkheid en neutraliteit, gaan gepaard met
gedwongen verplaatsing en leiden tot dodelijke situaties.
Vraag 12
In hoeverre heeft de VN voldoende toegang en toestemming van Israël voor het leveren
van hulp in de Gazastrook? In hoeverre kan zonder toestemming worden opgetreden? En
hoe kan hulp via Egypte bij de Gazanen terechtkomen?
Antwoord 12
Zonder toestemming van Israël kan er geen hulp de Gazastrook binnenkomen. De VN heeft
nog altijd beperkte toegang voor het invoeren en distribueren van voldoende humanitaire hulp. Ondanks Nederlands aandringen bij Egypte en
Israël blijft de grensovergang bij Rafah vooralsnog gesloten. De hulp die vanuit Egypte
naar de Gazastrook wordt vervoerd loopt via de grensovergang tussen Israël en de Gazastrook
bij Kerem Shalom.
Vraag 13
In hoeverre is de hulpdistributie van GHF verbeterd de afgelopen maanden?
Antwoord 13
De hulpdistributie van de GHF is niet verbeterd sinds de GHF’s oprichting in mei 2025.
Het GHF-distributiesysteem zorgt niet voor een oplossing van de humanitaire crisis
in de Gazastrook. Zie verder het antwoord op vraag 11.
Vraag 14
Hoe kunnen Nederland en de EU op korte termijn bijdragen aan het leveren van voedsel
in de Gazastrook via land en zee?
Antwoord 14
Zoals gecommuniceerd in de Kamerbrief van 28 juli jl. neemt Nederland stappen om de
hulpverlening via land verder te ondersteunen. Middels een additionele bijdrage van
1,5 miljoen euro aan het VN-Bureau voor Project ondersteunende Diensten (UNOPS) draagt
Nederland bij aan het operationeel houden van de landroute via Jordanië, een belangrijke
humanitaire bevoorradingsroute. Ook helpt Nederland via UNOPS met de bekostiging van
monitoringscapaciteit voor humanitaire hulp in de Gazastrook. Daarnaast doet Nederland
een extra bijdrage van 3 miljoen euro doen aan het Nederlandse Rode Kruis, waarmee
de steun aan het essentiële werk van de Palestijnse Rode Halve Maan in de Gazastrook
wordt voortgezet. Deze bijdrage stelt deze organisaties in staat om, wanneer de situatie
zich ervoor leent, snel op te schalen en maximaal gebruik te maken van de gevechtspauzes
en andere maatregelen. Nederland geeft hiermee een belangrijk signaal af: ongehinderde,
ongelimiteerde en veilige toegang voor professionele hulporganisaties zoals de VN
en de Rode Kruis- en Halve Maanbeweging is de enige manier om de humanitaire catastrofe
in de Gazastrook te verhelpen en honger te bestrijden.
De Gazastrook beschikt niet over de vereiste haveninfrastructuur om hulp via zee adequaat
te kunnen leveren. Eerdere initiatieven om hulp direct aan de Gazastrook te leveren
via zee bleken zeer kostbaar en ineffectief.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.