Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Eerdmans over het Groningen gasveld
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Minister van Klimaat en Groene Groei over het Groningen gasveld (ingezonden 26 juni 2025).
Antwoord van Minister Hermans (Klimaat en Groene Groei) (ontvangen 15 juli 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het rapport «Weerbaarheid by Design»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Erkent u dat de afhankelijkheid van energie uit het buitenland de afgelopen jaren
is toegenomen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u specifiek ingaan op de rol die de
afbouw van gaswinning in Groningen heeft gespeeld in deze afhankelijkheid?
Erkent u dat de toegenomen gasprijzen de afgelopen jaren onder andere zijn veroorzaakt
door de afbouw van gaswinning in Groningen? Zo niet, waarom niet? Zo ja, kunt u dit
aandeel kwantificeren?
Antwoord 2 en 3
Ja, de afhankelijkheid van energie uit het buitenland is de afgelopen jaren toegenomen.
Door de teruggang van de aardgaswinning op land en op zee is Nederland al sinds 2019
netto-importeur en in toenemende mate afhankelijk van import van gas. Met het wegvallen
van de toestroom van Russisch gas naar Noordwest-Europa, zijn de gasstromen op de
interne EU-markt fundamenteel gewijzigd en is Nederland, net als andere landen in
Noordwest-Europa, afhankelijker geworden van de import van vloeibaar gas (LNG) naast
import per pijpleiding uit Noorwegen, België en het VK. De gaswinning uit het Groningenveld
is sinds 2015 gestaag afgebouwd en er zijn geen aanwijzingen dat die afbouw een blijvend,
structureel effect op de gasprijzen heeft gehad. Er was in 2022 sprake van een substantiële
prijsstijging, dit is het gevolg geweest van het handelen van Gazprom in het kader
van de inval van de Russische Federatie in Oekraïne en de krapte op de EU-gasmarkt
die daardoor ontstond.
Vraag 4 en 5
Bent u het eens met een van de conclusies uit het rapport dat het onverstandig is,
in het licht van internationale onzekerheid, om het Groningenveld definitief te sluiten
door gasputten met beton dicht te storten?
Bent u bereid, mede gezien de geopolitieke ontwikkelingen van de afgelopen periode,
het Groningen gasveld te behouden als strategische noodreserve?
Antwoord 4 en 5
Nee, het kabinet deelt de conclusie niet dat het onverstandig is om het Groningenveld
definitief te sluiten. Tussen 2014 en het gasjaar 2023–24 is de toegestane gaswinning
uit het Groningenveld stapsgewijs gedaald van 42,5 miljard m3 per jaar tot 0,0 m3 per jaar zonder dat dit tot een probleem met de leveringszekerheid heeft geleid.
Verder is de wet waarmee de gaswinning uit het Groningenveld definitief is beëindigd,
met een grote meerderheid door zowel de Tweede Kamer (op 12 maart 2024) als de Eerste
Kamer (op 16 april 2024) aangenomen. Daarmee is sinds 19 april 2024 gaswinning uit
het Groningenveld bij wet niet langer toegestaan en sindsdien heeft NAM als eigenaar
en exploitant van het veld de nodige stappen gezet om de nog aanwezige productiefaciliteiten
te ontmantelen.
Op het moment dat de wet in 2024 is aangenomen, was iedereen zich ervan bewust dat
de geopolitieke risico’s waren toegenomen en dat we ons dus moeten inspannen om te
zorgen dat er voldoende toevoer van gas is en blijft en dat we de resterende mogelijkheden
voor gaswinning in Nederland goed en verantwoord moeten gebruiken. Om die reden zet
het kabinet zich in voor zo veel mogelijk gediversifieerde import per pijpleiding
en in de vorm van LNG, onder meer door het faciliteren van voldoende LNG-importcapaciteit
die import uit diverse bronnen mogelijk maakt. Daarnaast zet het kabinet zich door
middel van energiediplomatie in voor het faciliteren van contracten tussen marktpartijen
en partners uit betrouwbare landen. Met het sectorakkoord Noordzee beoogt het kabinet
ook het resterende potentieel voor gaswinning op de Noordzee optimaal te benutten.
Ten slotte werkt het kabinet momenteel aan het voorstel voor de Wet bestrijden energieleveringscrisis
waarmee het kabinet beoogt om het gassysteem nog robuuster te maken, waaronder (structurele)
maatregelen op het gebied van gasopslag.2 Los daarvan zou het, zoals het kabinet eerder heeft aangegeven, ook een schending
van het vertrouwen van de burgers in Groningen zijn als de overheid terug zou komen
op haar belofte om definitief te stoppen met de gaswinning uit het Groningenveld.
Gegeven het voorgaande ziet het kabinet geen aanleiding om het Groningenveld te behouden
als strategische noodreserve.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.