Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag schriftelijk overleg over de Jaarrapportage Belastingdienst 2024 (Kamerstuk 31066-1504)
2025D30253 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft op 26 juni 2025 enkele vragen en opmerkingen
aan de Staatssecretaris van Financiën voorgelegd over zijn op 22 mei 2025 toegezonden
brief inzake de Jaarrapportage Belastingdienst 2024 (Kamerstuk 31 066, nr. 1504).
De voorzitter van de commissie,
Nijhof-Leeuw
Adjunct-griffier van de commissie,
Lips
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben de jaarrapportage met interesse gelezen.
Ze hebben een paar vragen.
Deze leden lezen dat de loon- en inkomensheffingen verreweg het meeste opbrengen van
de Nederlandse belastingen; meer dan vier keer zoveel als de vennootschapsbelasting.
Tegelijkertijd vraagt de vennootschapsbelasting veel meer van de Belastingdienst aan
personele inzet. Kan de Staatssecretaris hierop reflecteren? Ligt de oorzaak hiervan
vooral in complexiteit, of in het tegengaan van fraude, of nog iets anders? Zijn er
mogelijkheden om het benodigde aantal medewerkers voor uitvoering van de vennootschapsbelasting
en andere heffingen voor het bedrijfsleven terug te dringen?
Voorts lezen deze leden dat de bereikbaarheid van de BelastingTelefoon vorig jaar
verbeterd is. Deze leden vragen de Staatssecretaris welke doelstelling hij hanteert
op dit gebied en ook op het gebied van de bereikbaarheid van de webcare.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie zijn verheugd over het feit dat de bezettingsgraad
toegenomen is tot ongeveer 100 procent. Ze zijn wel benieuwd wat de vooruitzichten
op dit gebied zijn. Verwacht de Staatssecretaris dat er een nieuw tekort aan medewerkers
ontstaat als de Wet tegenbewijsregeling box 3 en de Wet werkelijk rendement box 3
worden aangenomen?
Tot slot vragen deze leden of de verhoging van de capaciteit in IV-dagen betekent
dat er ook meer mogelijk is qua nieuwe heffingen of structuurwijzigingen. Hoe staat
het nu met de modernisering van de ICT bij de Belastingdienst? Welke systemen zijn
nog niet gemoderniseerd en wanneer verwacht de Staatssecretaris dat de modernisering
volledig is voltooid?
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Jaarrapportage Belastingdienst 2024
Ten aanzien van de jaarrapportage Belastingdienst 2024 hebben de leden van de VVD-fractie
de volgende vragen.
De leden van de VVD-fractie lezen dat een aanzienlijke uitstroom tot en met 2028 verwacht
wordt, waarbij veel medewerkers (9.000 fte) de organisatie zullen verlaten. Hoeveel
medewerkers hebben de organisatie verlaten in 2021, 2022, 2023 en 2024? Kan inzicht
gegeven worden in vertrek vanwege het behalen van de pensioengerechtigde leeftijd
en vanwege andere redenen?
Ook lezen deze leden dat de Belastingdienst in 2024 geslaagd is de capaciteit te verhogen
naar 668.000 IV-dagen. Wat is de verdeling van deze IV-dagen in 2019, 2020, 2021,
2022 en 2023 als het gaat om regulier onderhoud, modernisering en beleidswensen?
De leden van de VVD-fractie lezen dat de aanbesteding van het nieuwe omzetbelastingsysteem
na een juridische procedure begin 2025 is gegund. Wat is de planning voor de implementatie?
Welke risico’s zijn er die de beoogde implementatiedatum bedreigen? Ook lezen ze dat
er nu acties lopen op de acht onvolkomenheden en aandachtspunten van het verantwoordingsonderzoek
over 2024 van de Algemene Rekenkamer. Kunnen deze acties nader worden toegelicht?
Wat is de inzet van mensen en middelen bij deze acties? Zijn deze acties ergens afhankelijk
van? Zo ja, waarvan?
Bij fraudebestrijding en opsporing lezen de leden van de VVD-fractie dat er 920.000
gerealiseerde opsporingsuren zijn in 2024. Tot hoeveel (extra) belastingopbrengsten
heeft dit geleid? Bij tussendoelen lezen ze dat het percentage afgehandelde bezwaren
binnen de Awb-termijn 82 procent is. Wat zijn de cijfers hiervan per jaar van 2019
tot 2024? Welke acties zijn er ondernomen om naar (bijna) 100 procent te gaan? Wat
zijn de resultaten hiervan?
De leden van de VVD-fractie lezen dat er in 2024 909 ondernemers doorverwezen zijn
naar Stella-teams. Er is daarnaast een pilot uitgevoerd op het gebied van schuldhulpverlening.
Voor het vervolg van de pilot is een marktconsultatie gestart. Wat is de status van
deze marktconsultatie?
De leden van de VVD-fractie lezen dat eind 2024 een taskforce inning van start is
gegaan om de opgelopen voorraad van verzoeken van ondernemers te behandelen. Wat zijn
hiervan de resultaten? Ze lezen ook dat in 2024 80 fte is ingezet op de handhaving
in het kader van het Handhavingsplan Arbeidsrelaties. Wat hield deze inzet in? Wat
waren de resultaten?
De leden van de VVD-fractie lezen dat het niet gelukt is om alle getrokken steekproefcontroles
op middelgrote bedrijven tijdig af te ronden. Dit komt door onder andere de omvang
van de onderzoeken en de compliciteit van de fiscale vraagstukken. Kan er een toelichting
worden gegeven op deze complexe fiscale vraagstukken? Zijn er meer voorkomende fiscale
vraagstukken?
De leden van de VVD-fractie lezen dat er 187 zaken vanuit het toezicht van de Belastingdienst
aangemeld zijn in een gezamenlijk overleg met het OM en de FIOD, waarvan 119 strafrechtzaken
en 68 bestuursrechtzaken. Wat zijn de cijfers per jaar van 2019 tot 2024 van de strafrechtzaken
en bestuursrechtzaken?
Deze leden lezen dat met partners overleg plaatsvindt over hoe de inzet van betrokken
medewerkers en de samenwerking in strijd tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit
zo goed mogelijk kan worden voorgezet. Welke inzet is het meest effectief?
De leden van de VVD-fractie lezen dat per 31 december 2024 de totale openstaande belastingschuld
in de coronabetalingsregeling volgens het Jaarverslag 2024 nog 6,8 miljard euro is.
Per 26 maart 2025 was dit 5,9 miljard euro volgens de online cijfers van de Belastingdienst.
Wat is de huidige tussenstand? Hoeveel van het verschil van 900 miljoen euro was oninbaar?
Wat is de verwachting ten aanzien van het resterende bedrag? Kan een update worden
gegeven over de werkzaamheden van de taskforce inning?
De leden van de VVD-fractie lezen dat de Belastingdienst de doelstelling van maximaal
5,5 procent ziekteverzuim niet heeft behaald. Het ziekteverzuim was in 2024 7,3 procent.
Hoe verhoudt dat zich tot de rest van de Rijksoverheid? Hoe verhoudt dit zich tot
het bedrijfsleven? Welke stappen worden ondernomen om het ziekteverzuim (significant)
te verlagen? Zijn er bepaalde processen waar het ziekteverzuim zich concentreert?
Wat zijn de gevolgen van het ziekteverzuim voor de werkzaamheden van de Belastingdienst?
Omvat het ziekteverzuim slechts gevallen waarbij er een officiële ziekmelding is?
Zijn er ook gevallen waarbij er geen officiële ziekmelding is, maar medewerkers van
de Belastingdienst niet actief of maar beperkt meedraaien?
De leden van de VVD-fractie lezen dat blijkens de cijfers rondom boekenonderzoeken,
het aantal bestede toezichturen en de opbrengst van correcties blijkt dat toezicht
op bestaande wet- en regelgeving een effectieve manier is om ervoor te zorgen dat
zo veel mogelijk materieel verschuldigde belasting daadwerkelijk geïnd wordt. Blijkens
de cijfers leveren met name toezichturen bij MKB en ZZP (1.031 euro per uur), Grote
Ondernemingen (1.969 euro per uur) en de FIOD (1.578 euro per uur) veel op. In hoeverre
is de wet van de verminderende meeropbrengst hier van toepassing? Tot welk punt (uuropbrengst)
is het «rendabel» om het aantal toezichturen te verhogen? In hoeverre heeft het aantal
toezichturen een indirect effect op het nalevingsgedrag van belastingplichtigen?
Rulings met een internationaal karakter Jaarverslag 2024
De leden van de VVD-fractie lezen op het punt van rulings met een internationaal karakter
dat in bepaalde specifiek omschreven situaties, naar aanleiding van de laatste wijzigingen
van het Besluit vooroverleg rulings, wel vooroverleg kan worden gevoerd als niet wordt
voldaan aan «Eisen aan verzoeken». Hoe vaak werd aan welke eisen niet voldaan en toch
vooroverleg gevoerd?
De leden van de VVD-fractie lezen dat in het kader van internationale afspraken informatie
over rulings met een internationaal karakter met buitenlandse belastingdiensten in
zowel Europees- als OESO-verband wordt uitgewisseld. Met welke landen is er informatie
uitgewisseld? Over welk type ruling gaat deze informatie-uitwisseling? Wat gebeurt
er met de ontvangen informatie?
Nederland kent een lange geschiedenis van het geven van zekerheid vooraf over de fiscale
gevolgen van voorgenomen (ondernemings-)activiteiten. In hoeverre draagt de rulingpraktijk bij aan vertrouwen van het bedrijfsleven
in de Belastingdienst en in de overheid in meer brede zin? Het aantal aangevraagde
en afgegeven rulings lijkt jaarlijks te dalen sinds 2019. Klopt dat? Zo ja, waar ligt
dat aan?
Betekent het feit dat er minder rulings worden aangevraagd dat de Belastingdienst
minder informatie van belastingplichtigen aan de voorkant ontvangt en daarmee meer
toezichtcapaciteit moet inzetten voor controle achteraf? Zo ja, kan worden gereflecteerd
op de wenselijkheid daarvan? Zijn er beleidsopties voor een eventuele verruiming van
het rulingbeleid om dit op te vangen, zonder dat rulings worden afgegeven voor activiteiten
waarvoor deze niet bedoeld zijn?
Zijn er momenteel knelpunten binnen de rulingpraktijk? Zo ja, wat zijn deze knelpunten?
Zijn er voornemens om deze knelpunten op te lossen?
De leden van de VVD-fractie lezen in het jaarverslag dat er ook bilaterale APA’s opgenomen zijn. In een brief aan de Eerste Kamer (nr. 2025-0000125272)
is aangegeven dat ook bilaterale zekerheid vooraf kan worden gegeven voor andere zaken
dan verrekenprijzen. Zou dit breder kunnen worden geïmplementeerd zodat ook bilaterale
ATR’s mogelijk zijn? Zijn er ook (buur)landen waar zoiets mogelijk is? Wat is de Nederlandse
inzet op internationaal vlak op dit punt?
Rulings worden op dit moment geanonimiseerd gepubliceerd. Dit draagt bij aan de transparantie
rondom het proces en die transparantie juichen de leden van de VVD-fractie toe. Wel
hebben ze zorgen rondom de juridische basis hiervoor (dit geldt ook voor kennisgroepstandpunten).
Klopt het dat de Landsadvocaat concludeert dat niet-herleidbare (geanonimiseerde)
gegevens wél onder de fiscale geheimhoudingsplicht van artikel 67 van de AWR vallen
(Advies van 29 november 2023, blz. 9–10)? Klopt het dat dit ook volgt uit het proefschrift
«Fiscale geheimhoudingsplicht: art. 67 AWR ontrafeld» van dr. B.M. van der Sar? Indien
niet-herleidbare gegevens wél onder artikel 67 van de AWR vallen, klopt het dan dat
de publicatie van geanonimiseerde samenvattingen van rulings en kennisgroepstandpunten
voor zover daar niet-herleidbare gegevens in staan in strijd is met artikel 67 van
de AWR? Wat is het gevolg van schending van artikel 67 van de AWR? Kan dit eenvoudig
worden opgelost zonder de fiscale geheimhoudingsplicht inhoudelijk aan te tasten?
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Jaarrapportage Belastingdienst 2024
De leden van de NSC-fractie hebben met aandacht kennisgenomen van de Jaarrapportage
Belastingdienst 2024 en de bijlagen. Ze waarderen de inzet van de Belastingdienst
om in een uitdagende context de uitvoering te verbeteren, maar zien tegelijkertijd
enkele punten van aandacht. Graag brengen deze leden een aantal punten onder de aandacht.
De doelstelling om 90 procent van de bezwaren binnen de Awb-termijn af te handelen
is opnieuw niet gehaald. In 2024 is 80 procent van de bezwaarschriften van alle doelgroepen
binnen de termijn afgehandeld. Dit wijkt af van de doelstelling. Bij IH-bezwaarschriften
is slechts 55,4 procent tijdig afgehandeld. Deze leden vragen of de Staatssecretaris
kan toelichten hoe deze achterstanden zich verhouden tot de rechtsbescherming van
burgers. Wat is de structurele strategie om de bezwaarlast (in het bijzonder bij IH-bezwaar)
te beheersen? Ze vragen of en hoe wordt geprioriteerd bij het afhandelen van bezwaarschriften.
Zijn er bezwaarschriften die hoger worden geprioriteerd? Wat is de reden dat ook bij
de autobelastingen en overige middelen niet alle bezwaarschriften tijdig zijn afgehandeld?
Wat valt allemaal binnen deze categorie overige middelen?
De leden van de NSC-fractie lezen dat de tevredenheid is toegenomen. Dit stellen ze
op prijs. Deze leden vragen wel of inzicht kan worden geven in de waardering omtrent
de bejegening. Graag ontvangen ze een reactie op dit punt van het kabinet.
De leden van de NSC-fractie zijn blij dat de Stella-teams meer mensen met dringende
en complexe problematiek hebben kunnen helpen in 2024. Ze vragen of zij een inzicht
kunnen krijgen in de problematiek waarmee deze Stella-teams zich bezighouden.
De leden van de NSC-fractie merken op dat de bezittingsgraad van het personeel in
2024 is toegenomen tot 100 procent. Hiermee zou een eind zijn gekomen aan de onderbezetting.
Ze vragen echter wel hoe deze bezettingsgraad zich verhoudt tot het ziekteverzuim
van 7,3 procent. Kan het kabinet hier een toelichting op geven? Daarnaast vragen ze
hoe deze bezettingsgraad zich verhoudt tot het hoge percentage aan inhuur (16,2 procent).
Maakt deze inhuur onderdeel uit van de bezettingsgraad? Kan het kabinet aangeven hoe
de inhuur van personeel zich ontwikkeld heeft over de afgelopen jaren (graag in absolute
en relatieve cijfers)?
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het In Control
Statement (ICS) van de Belastingdienst over 2024. Ze constateren dat in het statement
staat dat de Belastingdienst op alle onderdelen van de bedrijfsvoering in control
wordt geacht. Deze leden verzoeken om inzicht te krijgen in de onderliggende risicoanalyses,
toetsingskaders en beheersmaatregelen waarop het oordeel van in control is gebaseerd.
Ze vinden het van belang dat dit oordeel controleerbaar is. Kan deze documentatie
openbaar worden gemaakt?
Jaarverslag rulings met een internationaal karakter
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van het jaarverslag over rulings
met een internationaal karakter. Deze leden erkennen het belang van transparante en
rechtszekere afspraken met belastingplichtigen, maar blijven kritisch op de mate van
toetsbaarheid en evenwicht in de rulingpraktijk. Ze vragen het kabinet of het bereid
is meer inzicht te geven in de verhouding tussen goedgekeurde en afgewezen aanvragen
en welke criteria doorslaggevend zijn bij een negatieve beoordeling.
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de Jaarrapportage
Belastingdienst en de bijbehorende kabinetsbrief. Deze leden hebben enkele vragen
aan de Staatssecretaris.
Deze leden vragen of de Staatssecretaris het terugdringen van de externe inhuur nog
reëel acht. De externe inhuur bedraagt nu 16 procent. Is dit het hoogste percentage
tot nu toe?
Deze leden vragen voorts waarom het ziekteverzuim bij de Belastingdienst hoger ligt
dan gemiddeld. Zijn hier een of meerdere concrete oorzaken voor aan te wijzen?
De leden van de BBB-fractie zijn blij met het feit dat de dienstverlening via de BelastingTelefoon
fors is verbeterd. Waar is de stijging van de bereikbaarheid van zes procentpunt vooral
aan te danken?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.M. Nijhof-Leeuw, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
W.A. Lips, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.