Schriftelijke vragen : Het bericht ‘FNV-economen: Europese bedrijven in de knel? De winsten zijn nog nooit zo hoog geweest’
Vragen van de leden Thijssen en Hirsch (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Ministers van Economische Zaken en van Buitenlandse Zaken over het bericht «FNV-economen: Europese bedrijven in de knel? De winsten zijn nog nooit zo hoog geweest» (ingezonden 17 juni 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het stuk «FNV-economen: Europese bedrijven in de knel? De winsten
zijn nog nooit zo hoog geweest» uit het FD van 26 mei 2025?1
Vraag 2
Klopt het dat in het «The Future of European Competitiveness» rapport, ook wel het
Draghi-rapport genoemd, data van de investment survey van de Europese Investeringsbank (EIB) gebruikt worden als onderbouwing voor de stellingname
dat regelgeving in Europa de productiviteit schaadt?
Vraag 3
Onderschrijft u het dat uit data van de 2024 investment survey van het EIB blijkt
dat regelgeving in Europa minder vaak een belemmering voor bedrijfsinvesteringen is
dan in de Verenigde Staten? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Klopt het volgens u dat uit deze data ook blijkt dat Nederlandse regelgeving, zowel
regelgeving over de arbeidsmarkt als ook voor het bedrijfsleven, internationaal gezien
relatief beperkte belemmeringen oplevert voor investeringen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Bent u bekend met de Product Market Regulation (PMR) benchmark van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)?
Vraag 6
Onderschrijft u de conclusie van de PMR dat de kwaliteit van de Nederlandse regelgeving
gemeten aan de hand van de PMR hoger is dan de regelgeving in de Verenigde Staten
en veel andere Europese landen en dus competitiviteit meer stimuleert? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 7
Ziet u ook dat Europese landen, inclusief Nederland, beter scoren op het onderdeel
regulatory and administrative burden van de PMR dan de Verenigde Staten van Amerika? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Gelet op deze internationaal vergelijkende onderzoeken, in hoeverre gelooft u dat
het verschil in productiviteit tussen de Verenigde Staten en Europa verklaard kan
worden door regeldruk? Op welke analyses baseert u deze conclusie?
Vraag 9
Hoe verklaart u dat wij in Europa en Nederland minder belemmerende wet- en regelgeving
hebben dan in de Verenigde Staten en tegelijkertijd minder productiviteitsgroei? Op
welke analyses baseert u deze conclusie?
Vraag 10
De Amerikaanse econoom Paul Krugman stelt dat het productiviteitsverschil tussen Europa
en de Verenigde Staten voor een grootste gedeelte verklaard kan worden door de productiviteit
in twee geografische hoogproductieve conglomeraties (Silicon Valley en Wall Street)
die zich in de Amerikaanse staten in de VS met de meest drukkende regelgeving bevinden:
in hoeverre verwacht u dat minder regelgeving dan zorgt voor meer hoogproductieve
conglomeraties? Op welke analyses baseert u deze conclusie?
Vraag 11
Hoe neemt u bovenstaande onderzoeken en analyses mee in uw economisch beleid? Onderschrijft
u het feit dat de focus op het verminderen van regeldruk alleen er niet voor gaat
zorgen dat de productiviteitsgroei en het concurrentievermogen van Nederland worden
verbeterd? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke andere maatregelen gaat u nemen om de
productiviteit van de Nederlandse economie te verbeteren? Wat is uw inzet in Europa?
Vraag 12
Het rapport-Draghi geeft aan dat het productiviteitsverschil tussen Europa en de Verenigde
Staten bijna volledig wordt veroorzaakt door de zogenaamde high-tech sectoren. Onderschrijft
u die conclusie? Zo nee, waarom niet? Zo ja, in hoeverre is deregulering van niet-hightechsectoren
dan een oplossing voor ons productiviteitsprobleem?
Vraag 13
Volgens het artikel zorgen ook de achterblijvende lonen aan de onderkant van de inkomensverdeling
voor achterblijvende investeringen: deelt u deze opvatting? Wat gaat u hieraan doen?
Vraag 14
Bent u bekend met het artikel «Europa scoort op veel domeinen van welvaart veel beter
dan de Amerika» in het ESB?2
Vraag 15
Hoe waardeert u het dat Europa beter scoort dan Amerika wat betreft levensverwachting,
CO2-uitstoot per capita, watergebruik en inkomensongelijkheid?
Vraag 16
Wat ziet u als de belangrijkste reden voor de betere uitkomsten in Europa ten opzichte
van de VS? Welke rol speelt regelgeving in uw ogen in het bereiken van deze hoge scores?
Op welke analyses baseert u deze conclusie?
Vraag 17
Eén van de redenen die in het ESB-artikel wordt genoemd voor het feit dat Europa beter
op deze domeinen scoort is de grotere publieke sector én de regelgeving: deelt u de
opvatting dat regelgeving en de publieke sector van belang zijn voor versterking en
behoud van brede welvaart? Zo nee, waarom niet?
Vraag 18
Hoe neemt u dit mee in uw economisch beleid?
Vraag 19
In Nederland blijven de investeringen (investeringsquote CBS) al bijna 30 jaar constant
terwijl de winsten (winstquote CBS) stijgen: ziet u deze achterblijvende investeringen
als een probleem?
Vraag 20
Volgens Draghi worden deze achterblijvende investeringen veroorzaakt door eveneens
achterblijvende publieke investeringen: deelt u deze opvatting van Draghi? Zo nee,
waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken -
Gericht aan
E. Heinen, minister van Economische Zaken -
Indiener
Joris Thijssen, Kamerlid -
Medeindiener
Daniëlle Hirsch, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.