Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Velde over het bericht 'AVROTROS en NPO willen gesprek met EBU over 'basisprincipes' Songfestival'
Vragen van het lid Van der Velde (PVV) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «AVROTROS en NPO willen gesprek met EBU over «basisprincipes» Songfestival» (ingezonden 21 mei 2025).
Antwoord van Minister Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 12 juni
2025)
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «AVROTROS en NPO willen gesprek met EBU over «basisprincipes»
Songfestival»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u het oordeel dat de Israëlische delegatie zich aan alle EBU-regels heeft gehouden
tijdens het Eurovisie Songfestival? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Het is niet aan mij als Minister om vast te stellen of de Israëlische delegatie zich
aan de EBU-regels heeft gehouden tijdens het Eurovisie Songfestival. De EBU is daar
de aangewezen partij voor.
Vraag 3
Deelt u de mening dat er géén sprake is van een dubbele standaard ten aanzien van
de uitsluiting van Rusland, aangezien Israël en haar omroep zich keurig aan de regels
van de EBU houden, terwijl de Russische omroepen dit niet deden of zich zelfs hebben
teruggetrokken?
Antwoord 3
Ik doe geen inhoudelijke uitspraken over de vraag of de omroepen van landen die deelnemen
aan het Eurovisie Songfestival zich houden aan de EBU-regels. De regels zijn opgesteld
door de EBU en het is aan de EBU om een oordeel te vellen over de naleving daarvan.
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat een discussie over het toelaten van de Israëlische deelname
aan het volgende Eurovisie Songfestival onterecht is, indien de Israëlische delegatie
zich aan alle EBU-regels heeft gehouden?
Antwoord 4
Het staat individuele publieke omroepen vrij om in gesprek te gaan met de EBU. Deze
omroepen zijn lid van de EBU.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het verstoren van de Israëlische act door anti-Israëlactivisten
de daadwerkelijke oorzaak is van de «maatschappelijke en geopolitieke spanningen»,
en dat het optreden van de Israëlische delegatie juist volledig binnen de apolitieke
kaders bleef?
Antwoord 5
Ik laat mij niet uit over of optredens wel of niet binnen de door de EBU gestelde
regels vallen. De EBU beoordeelt of delegaties zich houden aan de regels.
Vraag 6
Bent u het ermee eens dat het Israëlische regeringsbeleid geen rol zou moeten spelen
bij de toelating van Israël tot het Eurovisie Songfestival, aangezien het een evenement
is van omroepen en niet van regeringen?
Antwoord 6
Ik vind dat er een onderscheid is tussen het regeringsbeleid van landen en de positie
van een onafhankelijke omroep. Het besluit over de deelname van een omroep, en de
voorwaarden die daaraan gekoppeld zijn, ligt echter niet bij mij.
Vraag 7
Kunt u uitsluiten dat Nederland zal pleiten voor of deelnemen aan een boycot van het
Eurovisie Songfestival, mocht Israël in 2026 deelnemen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Nee. De beslissing over deelname van Nederland aan het songfestival ligt bij de betrokken
omroeporganisaties.
Vraag 8
Kunt u deze vragen beantwoorden vóórdat het gesprek met de EBU en andere landen plaatsvindt?
Antwoord 8
Ik streef ernaar de vragen binnen de gebruikelijke, met de Kamer afgesproken, termijn
te beantwoorden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.