Schriftelijke vragen : Het bericht 'Nederland zet voor het eerst ‘gewortelde’ kinderen uit sinds einde pardonregeling'
Vragen van het lid Ceder (ChristenUnie) aan de Minister van Asiel en Migratie over het bericht «Nederland zet voor het eerst «gewortelde» kinderen uit sinds einde pardonregeling» (ingezonden 30 mei 2025).
Vraag 1
Hoe luidt uw reactie op het bericht «Nederland zet voor het eerst «gewortelde» kinderen
uit sinds einde pardonregeling»?1
Vraag 2
Klopt het dat dit de eerste keer is dat gewortelde kinderen Nederland uit worden gezet
sinds het afschaffen van het kinderpardon? Zo ja, wat maakt dat in dit geval er wel
voor gekozen is om de kinderen uit te zitten? Zo niet, hoeveel keren is het al gebeurd
dat gewortelde kinderen uitgezet werden?
Vraag 3
Hoe is het mogelijk dat Nigeria niet op de lijst van veilige landen staat van het
Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), maar dit gezin wel is uitgezet? Hoe verantwoordt
u het uitzetten van een moeder met drie kinderen naar een stad waar ze niet vandaan
komen en geen contacten hebben?
Vraag 4
Hoe verhoudt dit zich met het «regelmatig oplaaiende» en «toenemende» geweld in Nigeria
waar de Minister van Buitenlandse Zaken over spreekt in zijn beantwoording op eerdere
schriftelijke vragen?2
Vraag 5
Hoe verantwoordt u het uitzetten van in Nederland geboren en gewortelde kinderen die
na vijf jaar naar een onveilig land moeten dat ze niet kennen?
Vraag 6
Waarom mocht het gezin de uitspraak in het hoger beroep niet afwachten? Als het gezin
gelijk krijgt, hoe gaan ze dan terug naar Nederland worden gehaald?
Vraag 7
Erkent u dat het feit dat kinderen geschaad worden in hun ontwikkeling door detentie
en door (dreigende) uitzetting in strijd is met artikel 6 van het Internationaal Verdrag
van de Rechten van het Kind, het recht op leven en ontwikkeling?
Vraag 8
In hoeverre zijn deze uitgezette kinderen geworteld geraakt door toedoen van te lange
asielprocedures? Deelt u de mening dat kinderen die geworteld raken buiten de schuld
van de ouders om een verblijfsvergunning zouden moeten krijgen?
Vraag 9
In hoeverre bent u op de hoogte van de mentale schade die kinderen oplopen door uitgezet
te worden naar een land dat ze niet goed kennen? Hoe reageert u op het onderzoek over
geworteldheid van de Rijksuniversiteit Groningen?3
Vraag 10
Op welke wijze is rekening gehouden met het belang van het kind, dat voortvloeit uit
artikel 3 van het VN-Kinderrechtenverdrag, bij de uitzetting van deze gewortelde kinderen?
Vraag 11
Bent u in contact met de Nigeriaanse autoriteiten waar het gezin aan wordt overgedragen?
Vraag 12
In hoeverre heeft de u zicht op de toekomst van gewortelde kinderen in Nederland?
Zullen er meer uitzettingen volgen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Don Ceder, Tweede Kamerlid