Schriftelijke vragen : Plannen voor nieuwe kerncentrales, kosteninschattingen en veiligheid Borssele
Vragen van het lid Teunissen (PvdD) aan de Minister van Klimaat en Groene Groei en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over plannen voor nieuwe kerncentrales, kosteninschattingen en veiligheid Borssele (ingezonden 22 mei 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel in het AD van 17 mei 2025 getiteld «Anti-kernenergieorganisatie
WISE: stop met plannen voor nieuwe kerncentrales, te duur en locatie te krap»?1
Vraag 2
Kunt u toelichten op basis van welke analyse u in de Kamerbrief van 16 mei 2025 (Kamerstuk
32 645, nr. 156) stelt dat kernenergie «noodzakelijk» is voor het behalen van de klimaatdoelen en
het garanderen van leveringszekerheid?
Vraag 3
Klopt het dat het rapportEnergie door perspectief (ETES 2050)2 kernenergie slechts een optionele rol toebedeelt in een scenario met relatief hoge
energiebehoefte, en dus níet als noodzakelijke voorwaarde benoemt voor het behalen
van de klimaatdoelen? Zo ja, waarom wordt dan in de Kamerbrief met zoveel stelligheid
gesproken over een noodzaak?
Vraag 4
Deelt u de analyse dat voor de beoordeling van publieke investeringen in nieuwe kerncentrales
het kostenoptimale energiesysteem leidend zou moeten zijn? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
In hoeverre is bij de kostenraming van de kerncentrales rekening gehouden met de analyse
van adviesbureau Witteveen+Bos (Kamerstuk 2022D37754), die stelt dat kernenergie alleen kostenoptimaal is als de investering onder de
4.600 euro per kilowatt (kW) blijft, bij een Weighted Average Cost of Capital (WACC)
van 7%?
Vraag 6
Bent u ermee bekend dat het adviesbureau Profundo in oktober 20243 op basis van internationale ervaringen uitkwam op een realistische kostenmarge van
9.665 euro tot 15.175 euro per kW, wat neerkomt op circa 20 miljard euro per kerncentrale,
en daarmee fors boven het door Witteveen+Bos genoemde omslagpunt ligt?
Vraag 7
Hoe rijmt u deze bevindingen met uw stelling in de Kamerbrief dat kernenergie een
«kosteneffectieve» bijdrage levert aan het energiesysteem?
Vraag 8
Heeft u laten doorrekenen welke gevolgen een langere, realistische bouwtijd van 15–20
jaar, zoals blijkt uit internationale praktijk, heeft voor de uiteindelijke kosten
per kW en daarmee op de maatschappelijke businesscase van de nieuwe kerncentrales?
Vraag 9
Klopt het dat uw kostenraming is gebaseerd op plannen en inschattingen van leveranciers
en niet op gerealiseerde kosten uit recente internationale kernenergieprojecten? Zo
ja, acht u dit een voldoende solide basis voor het reserveren van tientallen miljarden
euro’s aan publiek geld?
Vraag 10
Bent u bereid alsnog een onafhankelijke second opinion te laten uitvoeren op zowel
de investeringskosten als de systeemimpact van kernenergie, voordat definitieve keuzes
worden gemaakt over techniek en locatie?
Vraag 11
Hoe verhoudt de door u gepresenteerde kosteninschatting zich tot het publieke belang
van een robuust en kostenefficiënt energiesysteem? Bent u bereid scenario’s te laten
doorrekenen waarin het energiesysteem volledig inzet op hernieuwbare bronnen zonder
kernenergie?
Vraag 12
Kunt u toelichten hoe u de ambitie om nieuwe kerncentrales «eind jaren dertig» operationeel
te hebben rijmt met het gegeven dat er geen concrete planning mogelijk is voor meer
dan 2 à 3 jaar vooruit, en dat de planning voor de komende 2 à 3 jaar, bijvoorbeeld
voor de techniekselectie, pas na de zomer wordt verwacht? Acht u deze onzekere planning
voldoende om tijdig bij te dragen aan de Nederlandse klimaat- en energieopgaven?
Vraag 13
Bent u bekend met het bericht van Laka van mei 2025 over het schrappen van een veiligheidseis
in de wetgeving voorafgaand aan de levensduurverlenging van de kerncentrale Borssele?4
Vraag 14
Kunt u uitleggen waarom het kabinet ervoor heeft gekozen om de veiligheidseis voor
de levensduurverlenging van de kerncentrale Borssele te schrappen, zoals gemeld door
Laka? Welke risico’s acht u acceptabel bij een dergelijke beleidswijziging?
Vraag 15
Welke gevolgen heeft het schrappen van deze veiligheidseis voor de operationele veiligheid
van de kerncentrale Borssele op de korte en lange termijn?
Vraag 16
Is er voor het schrappen van de veiligheidseis en de levensduurverlenging van de kerncentrale
Borssele een nieuwe Milieu-effectrapportage (MER) opgesteld, waarin ook de risico’s
en effecten van deze wijziging worden onderzocht? Zo ja, kunt u de uitkomsten delen?
Zo nee, waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei -
Gericht aan
C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat -
Indiener
Christine Teunissen, Kamerlid