Nota n.a.v. het (nader/tweede nader/enz.) verslag : Nota naar aanleiding van het verslag
36 689 Goedkeuring van de op 19 oktober 2018 te Brussel tot stand gekomen Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Singapore, anderzijds (Trb. 2019, 25)
Nr. 6
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG
Ontvangen 30 mei 2025
De regering is dankt de vaste commissie van Buitenlandse Zaken voor het verslag bij
het wetsvoorstel tot goedkeuring van de op 19 oktober 2018 te Brussel tot stand gekomen
Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten,
enerzijds, en de Republiek Singapore, anderzijds (Trb. 2019, 25).
De regering is de leden van de fracties van VVD en D66 erkentelijk voor de gemaakte
opmerkingen en de gestelde vragen en heeft daarop in de hiernavolgende tekst gereageerd.
Daarbij is zoveel mogelijk de volgorde van het verslag aangehouden.
Voor de goede leesbaarheid zijn de antwoorden op de gestelde antwoorden vetgedrukt.
Inhoudsopgave
A.
ALGEMEEN DEEL
2
1.
Algemene inleiding
2
1.1
De Europese Unie en Singapore
2
1.2
Geschiedenis en totstandkoming van de partnerschapsovereenkomst
3
1.3
Inhoud en beoordeling van de partnerschapsovereenkomst
3
1.4
Aard van de partnerschapsovereenkomst
5
2.
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
5
Preambule
5
Aard en toepassingsgebied (artikelen 1 en 2)
5
Bilaterale, regionale en internationale samenwerking (artikelen 3 en 4)
5
Samenwerking op het gebied van internationale stabiliteit, justitie, veiligheid en
ontwikkeling (artikelen 5 tot en met 8)
5
Samenwerking inzake handel en investeringen (artikelen 9 tot en met 16)
5
Samenwerking op het gebied van justitie, vrijheid en veiligheid (artikelen 17 tot
en met 22)
5
Samenwerking in andere sectoren (artikelen 23 tot en met 38)
5
Vormen van samenwerking (artikelen 39 en 40)
5
Institutioneel kader (artikel 41)
5
Slotbepalingen (artikelen 42 tot en met 52)
5
Gezamenlijke verklaringen en begeleidend schrijven
5
3.
EEN IEDER VERBINDENDE BEPALINGEN
5
4.
KONINKRIJKSPOSITIE
5
A. ALGEMEEN DEEL
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel Goedkeuring
van de op 19 oktober 2018 te Brussel tot stand gekomen Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst
tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Singapore, anderzijds
(Trb. 2019, 25) en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel Goedkeuring
van de op 19 oktober 2018 te Brussel tot stand gekomen Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst
tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Singapore, anderzijds
(Trb. 2019, 25) en hebben daarover enkele vragen.
1. Algemene inleiding
1.1 De Europese Unie en Singapore
De leden van de D66-fractie zijn groot voorstander van het versterken van de banden
met Singapore. Het is ook in het belang van Nederland om een tegenwicht te bieden
aan de regionale druk van China. Daarnaast bieden dergelijke partnerschappen de mogelijkheid
tot dialoog over het bevorderen van mensenrechten.
De leden van de D66-fractie constateren dat de Europese Unie (EU) en Singapore enige
tijd geleden een vrijhandelsovereenkomst hebben afgesloten. Kan de regering toelichten
welke voordelen Nederland al heeft gezien naar aanleiding van deze vrijhandelsovereenkomst,
welke belemmeringen er nog zichtbaar zijn en wat de inzet van de regering is om die
belemmeringen weg te nemen, zo vragen zij. Voorts vragen deze leden welke mogelijkheden
de regering ziet om samenwerking met Singaporese instellingen op het gebied van wetenschap
verder te ontwikkelen.
Antwoord
De regering onderstreept het belang van gedegen implementatie en handhaving van handelsakkoorden.
Hier hoort ook het wegnemen van handelsbelemmeringen bij. Op het moment zijn er geen
handelsbelemmeringen tussen de EU en Singapore bekend. Wanneer (potentiële) belemmeringen
kenbaar worden gemaakt, is de inzet van de regering deze te voorkomen of zo snel mogelijk
te verhelpen. Dat gebeurt waar mogelijk door middel van dialoog tussen de Europese
Commissie en het desbetreffende land. In veel gevallen is dat voldoende om de belemmering
weg te nemen. Mocht dialoog toch ontoereikend blijken, is het mogelijk een geschillenbeslechtingsprocedure
te starten.
In aanvulling op de handelsovereenkomst met Singapore is in juli 2024 een akkoord
bereikt tussen de EU en Singapore over een aanvullende overeenkomst over digitale
handel, de zogeheten EU-Singapore Digital Trade Agreement. Dit akkoord voorziet in moderne en ambitieuze regels over digitale handel inclusief
grensoverschrijdende gegevensstromen. De opgeschoonde en vertaalde teksten van het
akkoord zijn onlangs gepubliceerd en worden binnenkort ter goedkeuring aan de Raad
voorgelegd. De Tweede Kamer ontvangt binnenkort een kabinetsappreciatie van het akkoord.
Op het gebied van wetenschap en innovatie ziet de regering kansen om de reeds bestaande
samenwerking met Singaporese wetenschappelijke instellingen verder te ontwikkelen.
Singapore is een betrouwbare partner en kan aangemerkt worden als prioriteitsland
voor innovatiesamenwerking, waarbij wordt ingezet op netwerkopbouw en het organiseren
van innovatiemissies en matchmaking Dit gebeurt onder meer binnen bilaterale en multilaterale
raamwerken zoals EUREKA en aansluiting door Singapore bij Horizon Projecten. Nederland
ondersteunt daarnaast ook de uitnodiging aan Singapore om aan te sluiten bij het Horizon Europe programma. Ten slotte bevestigen partijen bij dit verdrag, onder meer ingevolge artikel
30, de samenwerking te bevorderen tussen denktanks, wetenschappers, niet-gouvernementele
organisaties en de media op gebieden die door het verdrag worden bestreken.
1.2 Geschiedenis en totstandkoming van de partnerschapsovereenkomst
1.3 Inhoud en beoordeling van de partnerschapsovereenkomst
De leden van de VVD-fractie constateren dat er in de wetsvoorstellen geen aandacht
wordt besteed aan samenwerking met individuele ASEAN-landen op het gebied van kritieke
grondstoffen. Dit terwijl individuele ASEAN-landen wel interessant zijn om mee samen
te werken op het gebied van kritieke grondstoffen. Daarom vragen deze leden hoe de
regering kijkt naar de samenwerking tussen de EU en individuele ASEAN-landen op het
gebied van kritieke grondstoffen. Hoe zet de regering zich in voor samenwerking tussen
de EU en individuele ASEAN-landen op het gebied van kritieke grondstoffen?
Antwoord
De overeenkomst biedt een breed kader voor samenwerking. Zo zetten partijen zich in
voor duurzame ontwikkeling en voeren zij een dialoog over handels- en investeringsaangelegenheden.
Hieronder kunnen ook activiteiten in de kritieke-grondstoffenketen vallen.
Daarnaast werkt de EU aan het vergroten van de leveringszekerheid van kritieke grondstoffen
via de Critical Raw Materials Act, die in mei 2024 in werking is getreden. De EU zet in op Europese mijnbouw en raffinage,
diversificatie, en circulariteit. De EU is in dat kader veertien grondstoffenpartnerschappen
(via Memoranda of Understanding) met grondstofrijke landen, waaronder Canada, Oekraïne, Kazachstan, Namibië, Argentinië,
Chili, DRC, Zambia, Groenland, Rwanda, Noorwegen, Oezbekistan, Australië en Servië,
overeengekomen. Ook kan de EU via handelsakkoorden met grondstofrijke landen afspraken
maken over kritieke grondstoffen. Zo wordt er momenteel met Thailand onderhandeld
over een hoofdstuk over kritieke grondstoffen in een handelsakkoord, en is de kans
groot dat dit onderwerp ook aan bod zal komen in de aankomende onderhandelingen met
Maleisië.
De regering werkt aan de leveringszekerheid van kritieke grondstoffen via de Nationale
Grondstoffenstrategie1, met vijf pijlers: 1. Kennisopbouw en monitoring 2. Circulariteit en innovatie 3. Europese
mijnbouw en raffinage 4. Diversificatie 5. Verduurzaming grondstoffenketens. In het
kader van diversificatie kijkt de regering hoe Nederland kan bijdragen aan invulling
van de EU-grondstoffenpartnerschappen. Daarnaast wordt gekeken naar mogelijkheden
voor bilaterale samenwerking, middels bijvoorbeeld grondstoffenovereenkomsten die
bij de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp zijn belegd, en heeft
de regering bijvoorbeeld al een samenwerkingsverband met Vietnam, Quebec, en Zuid-Korea.
In de strategie wordt tevens de rol die Nederlandse bedrijven, financiële instellingen
en kennisinstellingen in de waardeketen van kritieke grondstoffen kunnen spelen, waaronder
in de ASEAN-landen, bezien. Niet alleen met het oog op vergroting van leveringszekerheid,
maar ook met het oog op verdienkansen. Zo werkt Nederland samen met de Vietnamese
Geologische Dienst aan het in kaart brengen van reserves van kritieke grondstoffen
en het verbeteren van regelgeving in de mijnbouwsector. In Indonesië onderzoekt een
Nederlands bedrijf met steun van de Nederlandse ambassade de haalbaarheid van de winning
van lithium uit geothermisch pekelwater, in samenwerking met een Indonesisch staatsbedrijf.
In Maleisië is de Nederlandse ambassade initiatiefnemer om met enkele gelijkgezinde
EU-lidstaten kansen te identificeren voor mogelijke samenwerking op gebied van duurzame
winning van kritieke grondstoffen.
De leden van de D66-fractie constateren dat er veel zorgen zijn over de beperkte vrijheid
van meningsuiting in Singapore. Kan de regering toelichten op welke manier zij zich
inzet om dit te bevorderen en daarbij ook meenemen op welke manier Nederland onafhankelijke
journalisten in Singapore al steunt en hoe dat uitgebreid kan worden, zo vragen de
aan het woord zijnde leden.
Antwoord
De regering onderstreept het belang van de vrijheid van meningsuiting. Daarom steunt
Nederland twee consortia specifiek gericht op de veiligheid van journalisten voor
20 miljoen euro, tussen 2023–2027, vanuit het Safety for Voices-raamwerk. Deze consortia richten zich op wereldwijde noodhulp en bevordering van
de veiligheid van journalisten, waar nodig ook in Singapore. Ook financiert Nederland
programma’s bij de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en
Cultuur via het decentrale Mensenrechtenfonds, zoals het Global Media Defence Fund en het Multi-Donor Programme on Freedom of Expression and Safety of Journalists. De regering merkt ten slotte op dat eventuele mensenrechtenkwesties die in Singapore
spelen op diplomatiek niveau met name in gezamenlijkheid met de partners van de Europese
Unie worden opgepakt.
1.4 Aard van de partnerschapsovereenkomst
2. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Preambule
Aard en toepassingsgebied (artikelen 1 en 2)
Bilaterale, regionale en internationale samenwerking (artikelen 3 en 4)
Samenwerking op het gebied van internationale stabiliteit, justitie, veiligheid en
ontwikkeling (artikelen 5 tot en met 8)
Samenwerking inzake handel en investeringen (artikelen 9 tot en met 16)
Samenwerking op het gebied van justitie, vrijheid en veiligheid (artikelen 17 tot
en met 22)
Samenwerking in andere sectoren (artikelen 23 tot en met 38)
Vormen van samenwerking (artikelen 39 en 40)
Institutioneel kader (artikel 41)
Slotbepalingen (artikelen 42 tot en met 52)
Gezamenlijke verklaringen en begeleidend schrijven
3. EEN IEDER VERBINDENDE BEPALINGEN
4. KONINKRIJKSPOSITIE
De Minister van Buitenlandse Zaken,
C.C.J. Veldkamp
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken