Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Haasen zijn over het loslaten van de Rijkswet Aruba financieel toezicht
Vragen van het lid Van Haasen (PVV) aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het loslaten van de Rijkswet Aruba financieel toezicht (ingezonden 25 april 2025).
Antwoord van Staatssecretaris Szabó (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
19 mei 2025).
Vraag 1
Klopt het dat u de Rijkswet Aruba financieel toezicht definitief loslaat, ondanks
de expliciet gestelde deadline van 1 mei 2025?1
Antwoord 1
Ja, de Rijkswet Aruba financieel toezicht (RAft) is na een besluit van de Rijksministerraad
ingetrokken. Dit vanwege het ontvallen van steun door Aruba en dus de consensus over
dit eerdere voorstel en de afspraak naar aanleiding daarvan over intrekking van het
voorstel in het Bestuurlijk Akkoord van 4 juni 2024 (verder: akkoord). Ook de datum
van 1 mei 2025 vloeit voort uit ditzelfde akkoord waarin Aruba en Nederland afspraken
hebben gemaakt over een nieuwe ontwerprijkswet gericht op houdbare overheidsfinanciën
voor Aruba, ter vervanging van het eerdere voorstel. Ter informatie voeg ik het akkoord
als bijlage bij deze brief.
Vraag 2
Waarom kiest u nu voor een zogeheten consensus Rijkswet, terwijl eerder een reguliere
Rijkswet als voorwaarde werd gesteld voor herfinanciering van de coronaleningen? Welke
overwegingen liggen daaraan ten grondslag en wat is het verschil tussen de twee?
Antwoord 2
Ook het ontwerp voor de RAft betrof een consensusrijkswet. Een consensusrijkswet is
een onderlinge regeling op grond van artikel 38, lid 2 van het Statuut over onderwerpen
in de autonome sfeer van de landen, zoals overheidsfinanciën. De betrokken landen
leggen in een consensusrijkswet met wederzijdse instemming afspraken daarover vast.
In een «normale» rijkswet worden op grond van artikel 14 van het Statuut alleen Koninkrijksaangelegenheden
geregeld, zoals de Rijkswet op het Nederlanderschap.
Vraag 3
Kunt u exact aangeven welke voorwaarden u verbindt aan deze nieuwe consensus Rijkswet?
En op welke datum moet deze wet volgens u uiterlijk zijn overeengekomen?
Antwoord 3
De afspraken over de totstandkoming van de nieuwe rijkswet zijn vastgelegd in het
Bestuurlijk Akkoord van 4 juni 2024. Daarin zijn onder meer afspraken vastgelegd over
inhoudelijke elementen van de rijkswet, rentepercentages en onafhankelijk advies over
de begrotingsnormen.
Vraag 4
Acht u het acceptabel dat Aruba, dat zich tot op heden niet heeft gehouden aan de
gestelde voorwaarden en termijnen, nu de mogelijkheid krijgt een versoepeld traject
te volgen? Acht u dit in overeenstemming met het beginsel van rechtsgelijkheid binnen
het Koninkrijk? Zo ja, hoe verklaart u dit richting de regeringen van Curaçao en Sint
Maarten, die wel met een reguliere Rijkswet hebben ingestemd?
Antwoord 4
Ik herken het beeld van een versoepeld traject niet. Er wordt gezamenlijk door Nederland
en Aruba aan de nieuwe consensusrijkswet geschreven. Er is daarbij sprake van een
gedegen wetgevingsproces. Er is geen sprake van gestelde voorwaarden waaraan Aruba
zich eenzijdig niet heeft gehouden. Voorts is de Rijkswet financieel Toezicht Curaçao
en Sint Maarten (Rft) ook een consensusrijkswet. Op dit moment is voor Aruba het financieel
toezicht geregeld in de Landsverordening Aruba financieel toezicht en diverse protocollen,
die een vergelijkbare strekking hebben als de Rft. Ik zie door het traject met Aruba
voor de totstandkoming van een consensusrijkswet geen rechtsongelijkheid ontstaan.
Vraag 5
Bent u bereid de eerder toegekende renteverlaging van 1,8 procent voor Aruba alsnog
terug te draaien, zolang er geen formele Rijkswet of consensus Rijkswet is vastgesteld?
Zo nee, waarom niet, mede in het licht van uw eerdere toezeggingen aan de Kamer?
Antwoord 5
De renteverlaging die in 2024 is toegepast volgt uit het akkoord. Ik zie daarom geen
mogelijkheid of reden die renteverlaging ongedaan te maken.
Vraag 6
Hoe verhoudt uw huidige koers ten aanzien van Aruba zich tot uw eigen beleidsprioriteiten
op het gebied van goed bestuur, integriteit en solide financieel beleid?
Antwoord 6
Voor het ontwerp van de nieuwe rijkswet is het Internationaal Monetair Fonds (IMF)
om advies gevraagd. De wet kan daarmee worden gebaseerd op actuele wetenschappelijke
inzichten en de ervaring van het IMF in de praktijk. De rijkswet omvat normen ten
aanzien van de financiën en het financieel beheer zal daarmee direct bijdragen aan
mijn beleidsprioriteit solide of houdbare overheidsfinanciën, Dat beschouw ik tevens
als onderdeel van goed bestuur.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.Z. Szabó, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.