Amendement : Amendement van het lid Flach over het vastleggen dat warmtebedrijven werk moeten maken van het voorkomen van warmteverliezen
36 576 Regels omtrent productie, transport en levering van warmte (Wet collectieve warmte)
Nr. 14
AMENDEMENT VAN HET LID FLACH
Ontvangen 16 mei 2025
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Aan artikel 2.12, eerste lid, onderdeel b, wordt na «collectieve warmtevoorziening»
ingevoegd «, waarbij warmteverliezen, zoveel als redelijkerwijs mogelijk is, voorkomen
worden».
II
Na artikel 2.15, tweede lid, onderdeel f, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
fa. een beschrijving van de wijze waarop warmteverliezen, zoveel als redelijkerwijs mogelijk
is, voorkomen worden.
III
Aan artikel 3.6, eerste lid, onderdeel b, wordt na «collectief warmtesysteem» ingevoegd
«, waarbij warmteverliezen, zoveel als redelijkerwijs mogelijk is, voorkomen worden».
IV
In artikel 5.6, eerste lid, onderdeel f, wordt na «transporteren» ingevoegd «en warmteverliezen,
zoveel als redelijkerwijs mogelijk is, te voorkomen».
V
In artikel 7.3, derde lid, wordt na «gebruikelijk zijn» ingevoegd «en een prikkel
om warmteverliezen, zoveel als redelijkerwijs mogelijk is, te voorkomen».
VI
In artikel 7.6, derde lid, wordt na «gebruikelijk zijn» ingevoegd «en een prikkel
om warmteverliezen, zoveel als redelijkerwijs mogelijk is, te voorkomen».
VII
In artikel 7.17, vierde lid, wordt na «gebruikelijk zijn» ingevoegd «en een prikkel
om warmteverliezen, zoveel als redelijkerwijs mogelijk is, te voorkomen».
VIII
Artikel 7.25 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het derde lid wordt toegevoegd «en een prikkel om warmteverliezen, zoveel als
redelijkerwijs mogelijk is, te voorkomen».
2. In het zesde lid, onderdeel c, wordt na «de efficiëntieprikkel» ingevoegd «, de prikkel
voor het voorkomen van warmteverliezen».
Toelichting
De indiener stelt voor om in het wetsvoorstel vast te leggen dat warmtebedrijven werk
moeten maken van het voorkomen van warmteverliezen, van bron tot verbruiker. In vergelijking
met omliggende landen hebben Nederlandse warmtenetten relatief hoge warmteverliezen.
Zo gaan verliezen hier richting dertig procent, terwijl in een land als Zweden de
verliezen gemiddeld niet boven de tien procent uitkomen. Het is een van de redenen
waarom warmtetarieven in Nederland relatief hoog zijn. De indiener wil voorkomen dat
bij de voorgestelde kosten gebaseerde tariefregulering een prikkel ontbreekt om onnodige
warmteverliezen te voorkomen.
De regering wijst er in de nota naar aanleiding van het verslag op dat van de voorgestelde
normering voor de uitstoot van broeikasgassen ook een prikkel uitgaat om warmteverliezen
terug te dringen. De indiener acht dit onvoldoende. Ook bij gebruik van duurzame warmtebronnen
is het voor verbruikers van belang dat warmteverliezen beperkt worden.
De regering geeft in de nota naar aanleiding van het verslag aan dat een gerichte
normering om warmteverliezen te beperken onwerkbaar is in verband met de grote verschillen
in netten en bijbehorende verliezen. De indiener onderkent dat, maar ziet mogelijkheden
om op andere wijze warmtebedrijven te stimuleren warmteverliezen zoveel mogelijk te
beperken. De indiener stelt voor bij het takenpakket van warmtebedrijven (artikelen
2.12 en 3.6) en de eisen voor het globaal en uitgewerkt kavelplan duidelijk te maken
dat werk gemaakt moet worden van het beperken van warmteverliezen en dat inzichtelijk
gemaakt moet worden hoe warmteverliezen zoveel mogelijk beperkt worden. De indiener
stelt daarnaast voor dat bij de tariefregulering voor warmtebedrijven en warmtetransportbeheerders
door de ACM expliciet rekening gehouden wordt met de gewenste beperking van warmteverliezen.
Flach
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
André Flach, Tweede Kamerlid