Verslag van een bijeenkomst : Verslag van de 150e zitting van de Assemblee van de Interparlementaire Unie
29 679 Verslag van de zittingen van de Assemblee van de Interparlementaire Unie
AP/ Nr. 42
VERSLAG VAN DE 150e ZITTING
Vastgesteld 15 mei 2025
Inleiding
In Tashkent, Oezbekistan vond van 5 tot en met 9 april 2025 de 150e zitting van de Assemblee van de Interparlementaire Unie (IPU) plaats. Dit was de
eerste keer dat een vergadering van de Interparlementaire Unie in Centraal-Azië plaatsvond.
De Nederlandse groep van de IPU vaardigde naar deze zitting een delegatie af bestaande
uit de Eerste Kamerleden Talsma (ChristenUnie, delegatieleider) en Belhirch (D66) en Tweede Kamerleden Tielen (VVD) en Chakor (GroenLinks-PvdA). Ongeveer 740 parlementsleden uit 127 landen, waarvan 36% vrouwelijke
leden, en 15% parlementariërs onder de 45 jaar kwamen bijeen. De vergadering stond
in het teken van parlementaire actie voor sociale ontwikkeling en rechtvaardigheid.
Zoals ook tijdens de voorgaande IPU Assemblees speelden de ontwikkelingen in het Midden-Oosten
en de voortdurende oorlog in Oekraïne een rol en werden zorgen geuit over de toenemende
polarisatie. Voorafgaand aan en gedurende de Assemblee kwam de 12 Plus-groep bijeen,
de Westerse groep van landen binnen de IPU waar Nederland lid van is, om de hoofdelementen
van de vergadering voor te bespreken en posities binnen de Assemblee te verdelen.
De Assemblee nam twee resoluties aan, één over de rol van parlementen bij het bevorderen
van een tweestatenoplossing in Palestina en één over parlementaire strategieën om
de langdurige impact van conflicten, waaronder gewapende conflicten, op duurzame ontwikkeling
te beperken. Op 7 april sprak de President van Oezbekistan, Sjavkat Mirzijojev, de
parlementsleden toe. Tijdens deze Assemblee trad het parlement van Belize toe als
182e lid van de IPU. En marge van de conferentie ontmoette de delegatie Nico Schermers,
de Nederlandse ambassadeur voor Centraal-Azië. De delegatie werd bijgepraat over de
situatie in de Centraal-Aziatische regio en over Oezbekistan in het bijzonder. De
Griffier van de Eerste Kamer, Remco Nehmelman en Griffier van de Tweede Kamer, Peter
Oskam namen deel aan de vergadering van de wereldwijde vereniging van secretarissen-generaal,
Association of Secretary-Generals of Parliaments (ASGP).
Plenaire vergaderingen
Bij de opening van de 150e zitting op 5 oktober stond IPU-President Tulia Ackson (Tanzania) stil bij niet alleen
de 150 vergaderingen waarbij parlementariërs van elk continent hebben deelgenomen
maar ook bij het gegeven dat de IPU voor de eerste keer vergaderde in een Centraal-Aziatisch
land. Het thema van algemene debat Parlementaire actie op het gebied van sociale ontwikkeling en rechtvaardigheid was volgens Ackson actueler dan ooit en zij verwees naar de Verklaring van Kopenhagen
uit 1995 over het centraal stellen van de menselijke waardigheid door sociale ontwikkeling.
«Sociale ontwikkeling en vrede zijn nauw met elkaar verweven en vormen een opwaartse
spiraal waarbij de ene de andere versterkt,» aldus Ackson. Echte vrede kan alleen
worden bereikt wanneer individuen vrij zijn van angst, gebrek en vernedering, en wanneer
de veiligheid van geen enkel land ten koste gaat van die van een ander land voegde
zij daaraan toe. Ackson wees op de huidige conflicten, het geweld en instabiliteit
die meerdere plaatsen in hun greep houden, zoals het Midden-Oosten, Oekraïne, Soedan,
de Democratische Republiek Congo, de Sahel en Myanmar. «Geopolitieke tegenstellingen
zijn diep en het vertrouwen tussen landen is dun gezaaid. Toch is het multilateralisme
– en niet isolationisme – dat moet standhouden en gedijen als we vrede willen,» sprak
Ackson. Zij riep de aanwezige parlementariërs op met elkaar te spreken en naar elkaar
te luisteren. «Dialoog wist verschillen niet uit, maar maakte de weg vrij voor begrip,
samenwerking en de mogelijkheid van vrede,» aldus Ackson. In zijn speech op 7 april
ging President Mirzijojev in op het thema van de vergadering en de democratische hervormingen
die in gang zijn gezet met de grondwetsherziening in 2023. «Door Oezbekistan uit te
roepen tot een sociale staat hebben we uitgebreide bescherming van de bevolking tot
topprioriteit van ons beleid gemaakt,» zei Mirzijojev. Ook sprak hij over het belang
van diplomatie en vreedzame onderhandelingen voor oplossen van conflicten en spanningen.
In het bijzonder verwees hij naar buurland Afghanistan. «We geloven dat het belangrijk
is om de isolatie van dit land op het internationale toneel te voorkomen, een constructieve
dialoog met de huidige autoriteiten aan te gaan, en het te zien als een integraal
onderdeel van de Centraal-Aziatische regio die nieuwe kansen biedt,» sprak hij. De
President sprak zijn zorgen uit over klimaatverandering en het belang van het Verdrag
van Parijs, de rol van vrouwen bij sociale ontwikkeling en het belang van het betrekken
van jongeren bij de politiek.
Het algemene debat over het centrale themaParlementaire actie op het gebied van sociale ontwikkeling en rechtvaardigheidbegon op 6 april met bijdragen van voorzitters, ondervoorzitters en leden van parlementen.
Judith Tielen sprak namens de Nederlandse delegatie op 8 april in het algemene debat
over parlementaire actie op het gebied van sociale ontwikkeling en rechtvaardigheid.
Tielen verwees naar de belofte die zij aan haar kiezers had gedaan. «Ik beloofde sociale
ontwikkeling en groei, ook voor vrouwen. Vooral voor vrouwen. Want de belangrijkste
barrières voor sociale ontwikkeling in een land als het mijne zijn vooral, bijna uitsluitend,
barrières voor vrouwen.» Zij wees op de hogere risico’s voor vrouwen op armoede, op
een slechte gezondheid en onvoldoende zorg en een schrikbarend hoog risico op huiselijk
geweld en intimidatie. «Ik ben niet optimistisch over de toekomst, want in deze tijden
proberen conservatieve, mannelijke krachten de kloof tussen mannen en vrouwen te vergroten
ten koste van vrouwen en proberen zij de basisrechten van vrouwen uit te sluiten,»
vervolgde zij. Tielen deed de oproep aan de aanwezige vrouwelijke parlementariërs
én de mannelijke politici, om het feit te erkennen dat sociale ontwikkeling begint
met vechten voor vrouwenrechten, met het doorbreken van barrières voor het inkomen,
de welvaart en de vrijheid van vrouwen, met het bieden van meer kansen aan vrouwen
om welvarend te zijn en leiding te geven. Dezelfde dag sprak ook Glimina Chakor in
het algemene debat. «Een sterke democratie begint met een rechtvaardige samenleving.
En een rechtvaardige samenleving begint met economische zekerheid voor iedereen. Het
is de basis van vertrouwen in de democratie.» Het groeiende gevoel van onzekerheid,
een grotere kloof tussen arm en rijk en dat werk niet langer de stabiliteit die het
ooit wel bood, dat creëert wantrouwen, onzekerheid en verzwakt onze democratieën voegde
zij daaraan toe. Chakor wees erop dat sociale zekerheid en economische groei geen
tegenpolen zijn maar elkaar versterken. «Want een samenleving waar mensen zich veilig
voelen, is een samenleving waar creativiteit, innovatie en ondernemerschap echt kunnen
gedijen,» sloot zij af. Aan het eind van de conferentie op 9 april namen de leden
de Tashkent verklaring aan over parlementaire actie op het gebied van sociale ontwikkeling
en rechtvaardigheid (als bijlage toegevoegd aan dit verslag).
Op 7 april vond de plenaire stemming plaats over de ingediende onderwerpen voor het
urgentiedebat, het zogenaamde Emergency Item, waarbij de nationale delegaties hoofdelijk stemden. Drie voorstellen waren ingediend
voor een urgentiedebat, een belangrijk onderdeel van de IPU Assemblee. De onderwerpen
varieerden van mondiale economische samenwerking, de humanitaire crisis in Myanmar,
tot de recente schending van het staakt-het-vuren door Israël en conflicten in Congo
en Soedan. Als meerdere voorstellen de benodigde tweederde meerderheid behaalden,
zouden ze als proef in het debat worden behandeld. Voorafgaand aan de stemming over
het Emergency Item werd het voorstel van het Executive Committee om twee onderwerpen
te behandelen door met name de Belgische en Nederlandse delegaties betwist, omdat
dat voorstel in strijd was met de IPU-regels. IPU-President Tulia Ackson besloot daarom
de proef niet door te zetten. Geen van de voorstellen haalde de tweederde meerderheid,
waardoor er geen urgentiedebat werd gehouden. Dit leidde wel tot de conclusie van
IPU-President dat een aanpassing van de regels voor het agenderen van een urgentiedebat
overwogen zou moeten worden omdat er voldoende crises in de wereld gaande zijn die
een urgentiedebat rechtvaardigen. De Nederlandse delegatie stemde volledig voor het
voorstel over de humanitaire ramp in Myanmar en gedeeltelijk voor het voorstel over
mondiale economische samenwerking.
Vergaderingen van de 12 Plus Groep
Op 4 april bereidde de 12 Plus Groep, bestaande uit 47 westerse landen, de plenaire
vergadering van de IPU voor en het actualiteitendebat (het Emergency Item). Op deze eerste vergaderdag bracht IPU-President Tulia Ackson een bezoek en verwelkomde
de leden in Tashkent. Zij feliciteerde de Poolse Gabriela Morawska-Stanecka met haar
verkiezing tot vicepresident van de IPU door de leden van de Executive Committee.
Vanuit de 12 Plus Groep werden de bezwaren tegen het voorstel de Executive Committee
over het eventueel toelaten van twee Emergency Items met haar besproken. Na haar bezoek kwamen de begroting en amendementen op de reglementen
van de IPU aan de orde en werden de concept resoluties besproken. Uit haar gelederen
werden de parlementsleden gekozen om vacatures binnen de IPU namens de 12 Plus Groep
in te vullen. Gedurende de overige vergaderdagen kwam de 12 Plus Groep dagelijks bijeen
om de overige vergaderingen voor te bereiden en terug te koppelen uit de diverse commissies.
Commissie inzake vrede en internationale veiligheid
De vaste commissie inzake vrede en internationale veiligheid kwam op 6, 7 en 8 april
bijeen om de conceptresolutie over de rol van parlementen bij het bevorderen van een
tweestatenoplossing in Palestina te bespreken. Deze was tot stand gekomen door afstemming
tussen rapporteurs afkomstig uit alle zes geopolitieke groepen. Na de behandeling
van een groot aantal amendementen was de strekking dusdanig verwijderd van de oorspronkelijke
concepttekst dat er een compromis gevonden moest worden. De Palestijnse delegatie
stelde voor om de oorspronkelijk tekst van de conceptresolutie naar de plenaire vergadering
te brengen. Na overleg tussen de zes geopolitieke groepen nam de plenaire vergadering
op 9 april de resolutie unaniem aan. Daarnaast is tijdens de bureauvergadering van
de commissie besloten tot het onderwerp van de volgende resolutie: «de rol van parlementen
bij het opzetten van robuuste mechanisme voor post-conflictbeheer en het herstellen
van rechtvaardige en duurzame vrede». Belhirch is hiervoor benoemd als rapporteur.
Verder zal het door Fatimazhra Belhirch aangedragen onderwerp over het versterken
van de rol van parlementen bij toezicht defensiebegrotingen ter bevordering van nationale
veiligheid, preventie en vrede worden behandeld tijdens paneldebat van de commissie
in oktober 2025. Tevens was er een workshop over aanpak van massavernietigingswapens:
een menselijk perspectief die door Belhirch werd voorgezeten.
Commissie inzake duurzame ontwikkeling
De vaste commissie duurzame ontwikkeling vergaderde op 6, 7 en 8 april over de concept
resolutie Parlementaire strategieën om de langdurige gevolgen van conflicten, waaronder
gewapende conflicten, te beperken. Judith Tielen verdedigde de namens Nederland ingediende
amendementen. Het onderwerp van de volgende resolutie zal gaan over het bouwen aan
een eerlijke en duurzame wereldeconomie, de rol van parlementen bij het bestrijden
van protectionisme, het verlagen van tarieven en het voorkomen van belastingontduiking
door bedrijven.
Commissie inzake democratie en mensenrechten
Tijdens de sessie op 7 april over internationale adoptie sprak Glimina Chakor over
de maatregelen en wetgeving in Nederland om handel in weeskinderen tegen te gaan.
Op 8 april sprak deze commissie over de opvolging van de resolutie over de risico’s
van het gebruik van AI. «Als parlementariërs kunnen we niet toestaan dat vrouwen,
kinderen en mannen het slachtoffer worden van misbruik van AI-technologie,» sprak
Chakor. Ook meende zij dat naast wetgeving steun nodig is voor de slachtoffers van
door AI gegenereerde fakeberichten. «We moeten als gemeenschap samenkomen om deze
acties aan de kaak te stellen en de slachtoffers te steunen,» sloot zij af.
Commissie inzake VN-aangelegenheden
Tijdens de bijeenkomsten van de vaste commissie inzake VN-aangelegenheden werd op 7 april gesproken over VN-aanwezigheid ter ondersteuning van nationale
ontwikkeling waarbij de casus van Oezbekistan als voorbeeld werd gebruikt. Op 8 april
debatteerde de commissie over de invloed van de groeiende rol in de internationale
politiek van de BRICS op de VN.
Commissie inzake Midden-Oosten vraagstukken
De commissie Midden-Oosten vraagstukken herkoos Hendrik-Jan Talsma als voorzitter
voor een tweede periode van één jaar. De commissie sprak op 6 en 8 april over hervormingen
van de werkwijze en samenstelling van de commissie om te komen tot een betere afspiegeling
van de IPU leden. Hoewel de commissie wil bijdragen aan een rechtvaardige en duurzame
oplossing van het Israëlisch-Palestijnse conflict, wil het ook andere conflicten in
de regio, waaronder in Jemen, Sudan en Syrië, hoger op de agenda te zetten gezien.
Namens de Organisatie van de Verenigde Naties voor Hulpverlening aan Palestijnse Vluchtelingen
in het Nabije Oosten (UNRWA) schetste mevrouw Lorenzo de gevolgen van het conflict
voor burgers en humanitair personeel. De heer Abdulla Al Manai, directeur van het
King Hamad Global Centre for Coexistence and Tolerance, praatte de commissie bij over
initiatieven om dialoog en inclusie te bevorderen middels onderwijs, betrokkenheid
van belanghebbenden en wetgevende steun ter bevordering van vrede, de rechtsstaat
en sociale cohesie. Tijdens de terugkoppeling aan de Governing Council op 9 april opende Talsma met een citaat van de 15e-eeuwse Oezbeekse dichter en staatsman Alisher Navoi. «Begrijp, mensen van de hele
aarde, vijandigheid is een slechte zaak, leef in vrede met elkaar, er is geen beter
lot.» Namens de commissie bevestigde Talsma opnieuw steun voor een rechtvaardige en
duurzame oplossing van het Israëlisch-Palestijnse conflict op basis van de tweestatenoplossing,
in overeenstemming met het internationaal recht en de relevante VN-resoluties. Ook
ging hij in op de voorgenomen commissiehervormingen die als doel hebben ruimte te
creëren voor een meer inclusieve en dynamische parlementaire dialoog. «Door middel
van collectieve inspanningen en parlementaire diplomatie staat de commissie klaar
om zich aan te passen – niet alleen om de realiteit van vandaag te weerspiegelen,
maar om een toekomst te helpen vormgeven waarin alle stemmen worden gehoord en waarin
vrede niet alleen denkbaar, maar ook haalbaar wordt,» sloot hij af.
Comité van de mensenrechten van parlementariërs
Het speciale comité binnen de IPU dat zich bezighoudt met schendingen van mensenrechten
van parlementsleden wereldwijd presenteerde op 9 april de casussen van 266 parlementariërs
in 12 landen die te maken hebben met moord, gevangenschap, verdwijning, marteling
en bedreiging uit onder meer Brazilië, Chili, Myanmar, Israël, Turkije, Congo en Senegal.
Bijzonder was de bijdrage van premier Sonko uit Senegal die als oprichter van een
politieke partij gevangen werd gezet en één van de casussen was van dit comité. Hij
dankte de IPU, en het comité in het bijzonder, voor de blijvende aandacht en inzet
voor zijn zaak. «Dit toont aan dat parlementaire solidariteit niet wordt begrensd
door nationale grenzen of politieke context,» aldus Sonko. Zijn succes bij de verkiezing
tot premier was volgens hem een overwinning van ons allen. Besluiten over casussen
van de bedreigde parlementsleden werden voorgelegd en aangenomen door de Governing Council op 9 april (als bijlage toegevoegd aan dit verslag).
Overige
Op 6 april ontmoette de Nederlandse leden hun collega’s uit de Verenigde Arabische
Emiraten. Ook was er een ontmoeting met UNRWA op 7 april over de situatie in Gaza.
Tielen woonde op 6 april de workshop bij over Opvattingen en sociale normen en de
invloed op de gezondheid van vrouwen. Zij werd tijdens de Governing Council op 9 april gekozen tot één van de 15 leden van het nieuw ingestelde Gezondheidscomité,
de opvolger van de Adviesgroep Gezondheid. Tielen, Chakor en Belhirch waren 6 april
aanwezig bij de sessie van Women Parliamentarians die de voorgelegen resoluties bespraken en op 8 april namen Tielen en Chakor namen
deel aan het Forum of Women Parliamentarians. Op 8 april was Talsma aanwezig bij een sessie over parlementaire diplomatie en bemiddeling.
Gelijktijdig met de IPU Assemblee kwam de griffiersvereniging ASGP bijeen. Vice-voorzitter
van de ASGP, Remco Nehmelman, Griffier van de Eerste Kamer, sprak op 9 april over
de rechtstaat in Nederland. Peter Oskam, Griffier van de Tweede Kamer, hield op dezelfde
dag een bijdrage over de invloed van sociale media op parlementen. En marge van de
vergadering hadden de leden een ontmoeting met de Nederlandse ambassadeur Nico Schermer
en was er een gezamenlijke ontmoeting van de Belgische en Nederlandse delegaties met
de Belgische ambassadeur in de regio en enkele vertegenwoordigers van de Benelux-gemeenschap
in Oezbekistan. De 151e IPU Assemblee vindt van 19 tot en met 23 oktober 2025 plaats in Genève.
De voorzitter van de delegatie, Talsma
De griffier van de delegatie, Christiaanse
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Indiener/ondertekenaar n.v.t., Functie n.v.t.