Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Ceder over het artikel ‘Despair Haunts Ramadan for Palestinians Displaced in West Bank.’
Vragen van het lid Ceder (ChristenUnie) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp over het bericht «Despair Haunts Ramadan for Palestinians Displaced in West Bank» (ingezonden 18 maart 2025).
Antwoord van Minister Veldkamp (Buitenlandse Zaken), mede namens de Minister voor
            Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (ontvangen 28 april 2025). Zie ook Aanhangsel
            Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 1907.
         
Vraag 1
            
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Despair Haunts Ramadan for Palestinians Displaced
               in West Bank» (New York Times, 11 maart 2025)?1
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Hoe kijkt het kabinet naar de huidige situatie in het noorden van de Westelijke Jordaanoever?
               Deelt u de zorgen over de ontheemding en burgerslachtoffers? Op welke manier zet het
               kabinet zich in voor het handhaven van het internationaal (humanitair) oorlogsrecht,
               ook als het gaat om militaire operaties daar?
            
Antwoord 2
            
Het kabinet maakt zich zorgen over de verslechterende situatie op de Westelijke Jordaanoever,
               onder meer door Israëlische militaire operaties en het toenemende kolonistengeweld.
               Stabiliteit op de bezette Westelijke Jordaanoever is cruciaal voor zowel de veiligheid
               van Israël als die van Palestijnen. Verdere escalatie zet een tweestatenoplossing
               verder op afstand. Het kabinet roept Israël op tot terughoudendheid en om te handelen
               binnen de kaders van het internationaal recht. Dit heeft het kabinet onder andere
               gedaan tijdens de EU-Israël Associatieraad, waaronder in de gezamenlijke verklaring
               van de EU.2 Daarnaast onderstreept Nederland dit consistent in bilaterale contacten met Israël.
            
Vraag 3
            
Hoe verhoudt de huidige militaire operatie tot de acties van de Palestijnse Autoriteit
               (PA) van eind dit jaar en begin vorig jaar onder de naam «Operatie bescherm het Vaderland»
               uitgevoerd in Jenin?3 Welke formele rol heeft de PA in Jenin (mede op grond van de Oslo-akkkoorden) en
               specifiek als het gaat om het uitschakelen van Hamas en de Islamitische Jihad in Jenin?
               Welke feitelijke rol pakt de PA nu bij de militaire operatie van Israël? Waarom heeft
               niet de PA maar het Israëlische leger nu de leiding en is er de operatie nog in overeenstemming
               met de PA?
            
Antwoord 3
            
In de Oslo-akkoorden is overeengekomen dat zowel de stad Jenin als Jenin-vluchtelingenkamp,
               in «Area A» liggen en daarmee onder volledig bestuurlijk en veiligheidsgezag van de
               Palestijnse Autoriteit (PA) staan. De PA is daarmee ook primair verantwoordelijk voor
               het adresseren van eventuele veiligheidsproblemen, zoals de aanwezigheid van militante
               groeperingen. Met de «Operatie bescherm het Vaderland» spant de PA zich in om militante
               groeperingen te ontwapenen en zijn veiligheidsmonopolie te herstellen. Israëlische
               autoriteiten mogen geen operaties uitvoeren in Area A, behalve als Israël dit in uitzonderlijke
               gevallen noodzakelijk acht, bijvoorbeeld bij terrorisme. Volgens Israël heeft de huidige
               veiligheidsoperatie als doel het bestrijden van terrorisme op de bezette Westelijke
               Jordaanoever.
            
De Israëlische en Palestijnse veiligheidsoperaties richten zich grotendeels op dezelfde
               regio’s op de Westelijke Jordaanoever en tegen dezelfde militante groepen, maar zijn
               niet gecoördineerd. De PA vervult geen rol in de uitvoering van de Israëlische veiligheidsoperatie
               op de Westelijke Jordaanoever, en deze operatie is niet in overeenstemming met de
               PA tot stand gekomen. De PA roept Israël dan ook op om de operatie te staken en zich
               terug te trekken uit Area A gebieden op de bezette Westelijke Jordaanoever.
            
Vraag 4
            
Uit berichtgeving blijkt dat 40.000 mensen inmiddels zijn ontheemd als gevolg van
               het conflict; hoe beoordeelt het kabinet deze cijfers? Hoeveel Palestijnen hebben
               er in totaal sinds het begin van «operatie bescherm het Vaderland» moeten vertrekken
               uit hun huizen? En hoeveel na de Israëlische operatie? En hoeveel zijn er sindsdien
               al teruggekeerd? Deelt u de zorgen dat deze ontheemding lange tijd kan duren?
            
Antwoord 4
            
Het kabinet beoordeelt deze cijfers als betrouwbaar. De cijfers worden onder meer
               door de VN en het Israëlische Ministerie van Defensie bevestigd. Deze ontheemding
               is het gevolg van de Israëlische veiligheidsoperatie en van de evacuatiebevelen die
               door Israël zijn afgegeven voor meerdere vluchtelingenkampen. Het is onduidelijk hoeveel
               Palestijnen door de PA «Operatie bescherm het Vaderland» zijn ontheemd. Volgens onofficiële
               cijfers zou het om enkele duizenden mensen gaan.
            
Op dit moment is grootschalige terugkeer niet mogelijk omdat het Israëlische leger
               verschillende kampen nog steeds bezet houdt. Bovendien is een groot deel van de civiele
               infrastructuur in het noorden van de Westelijke Jordaanoever beschadigd.
            
Vraag 5
            
Welke voorzieningen zijn er voor deze groep ontheemden getroffen? Is er voldoende
               hulp aanwezig? Zo nee, bent u bereid om de Israëlische regering daarop aan te spreken?
               Wat kan Nederland betekenen in het leveren van noodzakelijke essentiële basisvoorzieningen?
            
Antwoord 5
            
Een deel van de vluchtelingen is tijdelijk in huis genomen door lokale gemeenschappen
               in omliggende dorpen en steden. Verschillende VN-organisaties, programma’s, en (inter)nationale
               organisaties verlenen hulp aan de ontheemden. Ook het door Nederland gesteunde West
               Bank Protection Consortium is hierbij betrokken. De noden in de Palestijnse Gebieden
               zijn veel hoger dan de financiering die beschikbaar kan worden gesteld.
            
Vraag 6
            
Wat doet Nederland (bijvoorbeeld in Europese Unie (EU)-verband) op internationaal
               gebied om te voorkomen dat terrorisme op de Westbank broeit en specifiek in en rond
               Jenin; en daarmee een gevaar vormt voor de veiligheid en stabiliteit van de Westelijke
               Jordaanoever, Israël en de omliggende regio?
            
Antwoord 6
            
Nederland steunt de PA in de belangrijke rol die het speelt in het tegengaan van terroristische
               groeperingen, waaronder Hamas en Palestijnse Islamitische Jihad. Het kabinet ondersteunt
               daarom het versterken van de Palestijnse veiligheidssector. In 2024 heeft het kabinet
               met oog op verdere veiligheidssamenwerking het partnerschap tussen het Palestijnse
               Ministerie van Binnenlandse Zaken en het Nederlandse Ministerie van Defensie geformaliseerd
               door de ondertekening van een Memorandum of Understanding (MoU). Nederland draagt
               daarnaast met personeel bij aan The Office for Security Coordinator for Israel and
               the Palestinian Authority (OSC) en The EU Coordinating Office for Palestinian Police Support (EUPOL COPPS). Beide missies zijn erop gericht bij te dragen aan het versterken van
               de Palestijnse veiligheidssector in algemene zin, zoals de bevordering van de samenwerking
               tussen Israëlische en Palestijnse veiligheidsdiensten (OSC) en bijvoorbeeld de versterking
               van de justitiële keten in de Palestijnse gebieden (EUPOL COPPS).
            
Vraag 7
            
Welke duidelijkheid is er inmiddels ten aanzien van de terugkeer van de Palestijnen?
               Op welke manier komt de situatie rond ontheemde Palestijnen aan de orde van de gesprekken
               die de Nederlandse regering heeft met de Israëlische regering? Welke stappen gaat
               u nog zetten?
            
Antwoord 7
            
De Israëlische Minister van Defensie heeft gezegd dat de ontheemde Palestijnen het
               komende jaar niet terug mogen keren naar de vluchtelingenkampen Nur Shams (Tulkarem),
               Tulkarem en Jenin die op dit moment door het Israëlische leger worden bezet. Het kabinet
               roept Israël op tot terughoudendheid en om te handelen binnen de kaders van het internationaal
               recht. Belangrijk dat ontheemde Palestijnen kunnen terugkeren.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
- 
              
                  Mede ondertekenaar
 R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
