Verslag van een bijeenkomst : Verslag van de Europese conferentie van Parlementsvoorzitters van lidstaten van de Raad van Europa 2025
20 043 Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa
CG/ Nr. 151
VERSLAG VAN DE RAAD VAN EUROPA-CONFERENTIE VAN PARLEMENTSVOORZITTERS
Vastgesteld 16 april 2025
1. Inleiding
Eerste Kamervoorzitter Jan Anthonie Bruijn en de Voorzitter van de Tweede Kamer, Martin
Bosma, waren op 20 en 21 maart 2025 aanwezig bij de tweejaarlijkse conferentie van
parlementsvoorzitters van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa (PACE).
Zo’n 60 voorzitters van de nationale parlementen van de Raad van Europa als ook van
andere interparlementaire assemblees kwamen bijeen in het Palais de l’Europe, de vaste
vergaderplek van de Parlementaire Assemblee in Straatsburg. De Raad van Europa, opgericht
in 1949, richt zich op bescherming van mensenrechten, democratie en rechtsstaat. Op
de agenda van de conferentie stonden drie thema’s: het beschermen van democratie,
het verzekeren van vrijheid van meningsuiting in tijden van polarisatie en onzekerheid
en geweld tegen volksvertegenwoordigers. Op de tweede dag kwamen de secretarissen-generaal
van de parlementen bijeen in een eigen overleg. Hieraan namen deel de Griffier van
de Eerste Kamer, Remco Nehmelman en de Griffier van de Tweede Kamer, Peter Oskam.
De griffiers bespraken de uitdagingen van kunstmatige intelligentie en het gebruik
ervan door parlementen. Aan de vooravond van de conferentie werd de delegatie ontvangen
door Tanja Gonggrijp, Permanent Vertegenwoordiger bij de Raad van Europa en haar plaatsvervanger,
Loek ten Hagen en een aantal Nederlanders werkzaam in Straatsburg, Jolien Schukking,
Rechter van het Europese Hof van de Rechten van de Mens, Jeroen Schokkenbroek, Directeur
Anti-discriminatie bij de Raad van Europa, Marco Leidekker, divisiehoofd bij het comité
ter voorkoming van foltering (CPT) en Christian Mommers, adviseur van de commissaris
van de mensenrechten en de Raad van Europa.
2. Interventies in de themasessies
De parlementsvoorzitters starten donderdag 20 maart met het thema democratie beschermen. «Nu onze democratieën het doelwit zijn, onze rechtsstaat wordt bedreigd en onze
fundamentele waarden met geweld worden aangevochten, dragen wij, voorzitters van parlementen,
een historische verantwoordelijkheid: wij zijn de bolwerken van onze rechtsstaat tegen
de gevaren die deze bedreigen,» zei Yaël Braun-Pivet, voorzitter van de Franse Nationale
Vergadering, die als hoofdspreker het thema inleidde. Bärbel Bas, voorzitter van de
Bondsdag onderstreepte dat de waarden van de Raad van Europa nog nooit zo onder druk
hebben gestaan. «We moeten de democratie, de mensenrechten en de rechtsstaat verdedigen.
Ook op onze parlementen wordt een beroep gedaan. Wij, als parlementsleden, moeten
de omvang van deze taak aan onze burgers overbrengen,» sprak Bas. Jan Anthonie Bruijn,
Voorzitter van de Eerste Kamer, legde in zijn bijdrage de nadruk op zowel externe
als interne bedreigingen voor de democratie en rechtsstaat, met een speciale focus
op het belang van vertrouwen tussen burgers en overheid. Hij pleitte voor het oprichten
van een onafhankelijke wetenschappelijke instantie voor de Rechtsstaat. Zo'n dienst
kan worden aangeboden aan politieke partijen en bij de vorming van een coalitieregering,
met als doel bij te dragen aan het vertrouwen in overheid en politiek. «Vertrouwen
is het fundament van onze democratische rechtsorde, van vrede, veiligheid en welvaart,»
sprak Bruijn.
Het tweede debat over vrijheid van meningsuiting in tijden van polarisatie op donderdag 21 maart werd geïntroduceerd door Małgorzata Kidawa-Błońska, Maarschalk,
of wel voorzittende officier van de Poolse Senaat. Zij merkte op dat vrijheid van
meningsuiting geen vanzelfsprekendheid is – het is een strijd die gevoerd moet worden,
tegen zowel externe als interne bedreigingen, om de democratie, waarheid en Europese
waarden te beschermen. Specifiek benoemde ze het aanpakken van de onderliggende oorzaken
van polarisatie. «Dit betekent dat we van digitaal onderwijs een prioriteit moeten
maken. Onze burgers moeten weten hoe ze onderscheid kunnen maken tussen feiten en
aantrekkelijk gepresenteerde maar onjuiste boodschappen. We moeten ook nieuwe technologie
gebruiken, waaronder kunstmatige intelligentie, ondanks alle uitdagingen en risico's
die daarmee gepaard gaan, omdat kunstmatige intelligentie een groot potentieel heeft
voor fact-checking,» zei Kidawa-Blonska. Pedro Rollán, voorzitter van de Spaanse Senaat,
stelde in zijn bijdrage dat vrijheid van meningsuiting een van de belangrijkste pijlers
is waarop onze democratieën en de toekomst van onze samenlevingen zijn gebaseerd.
«Zonder vrijheid van meningsuiting is er misschien iets anders, maar geen volledige
democratieën. Daarom is het essentieel om deze vrijheid te beschermen met alle middelen
die ons ter beschikking staan,» sprak Rollán. In zijn interventie merkte Martin Bosma
op juist een pleidooi voor polarisatie te houden. «Parlementen zijn het hoogst verkozen
orgaan in een democratie. Als zodanig moeten ze voortdurend opkomen voor hun rechten
en hun rechtmatige plaats in een moderne staat. Als leiders van onze parlementen zijn
we allemaal verplicht om voortdurend klaar te staan om de rechten van parlementen
te verdedigen. Laten we eerst erkennen dat regeringen andere doelstellingen hebben
dan wij. Zij regeren, wij controleren,» zei Bosma. Hij benadrukte het onvervreemdbare
recht om goed geïnformeerd te worden door onze regeringen. «Dat is geen gunst, het
is ons meest fundamentele recht. In de Nederlandse Grondwet is dat vastgelegd in artikel 68
– het recht op informatie,» aldus Bosma.
Het derde en laatste debat wijdde men aan geweld tegen politici. Lorenzo Fontana, voorzitter van de Kamer van Afgevaardigden in Italië, stelde dat
geweld tegen politici – zowel fysiek als verbaal, online en offline – een serieuze
bedreiging vormt voor de democratie, en dat het noodzakelijk is om vertrouwen tussen
burgers en instellingen te herstellen door meer dialoog, respect en betrokkenheid
in het politieke proces. «Om het in diskrediet brengen van de politiek tegen te gaan,
is het ook nodig om dialoog, confrontatie en respect te cultiveren, zelfs in de verscheidenheid
van meningen, ik zou zeggen vooral in de verscheidenheid van meningen. We hebben eerst
en vooral de plicht om het goede voorbeeld te geven, door gebruik te maken van het
recht om kritiek te leveren en aan de kaak te stellen, maar op een eerlijke en respectvolle
manier,» zei Fontana. Lindsay Hoyle, voorzitter van het Lagerhuis in het Verenigd
Koninkrijk benadrukte dat we er altijd voor moeten zorgen dat onze gekozen vertegenwoordigers
en degenen die met hen werken de bescherming krijgen die ze nodig hebben, zowel om
veilig te zijn als om zich veilig genoeg te voelen om te kunnen blijven deelnemen
aan het democratische proces. Hij verwees naar de moorden op Jo Cox (2016) en Sir
David Amess (2021) als tragische voorbeelden van de gevaren waarmee politici geconfronteerd
worden. Hij noemde de rol van sociale media. «We hebben allemaal gezien hoe de anonimiteit
van sociale media gedrag en haat zaaiende uitspraken aanwakkert die weinigen in het
echte leven met naam en toenaam zouden noemen. En het feit dat veel van die bedreigingen
na 12.00 uur 's nachts komen – ik noem ze «chardonnaystrijders» – om 1.00 uur 's nachts,
wanneer ze te veel glazen op hebben, voelen ze de bescherming dat ze daarheen kunnen
gaan en bedreigingen kunnen uiten tegen ieder van ons, gemene bedreigingen, het ergste
van alles – het is meestal gericht tegen vrouwelijke politici in het bijzonder.»
PACE-President Theodoros Rousopoulos sloot op vrijdag de conferentie af met te stellen
dat onze eenheid en solidariteit de sterkste verdediging tegen kwaadaardige buitenlandse
en binnenlandse krachten die de democratie en de vrede willen ondermijnen. «We moeten
manieren vinden om opnieuw contact te maken met die burgers, vooral met de jeugd,
en de passie voor democratie en vrede terugbrengen in plaats van berusting en verdeeldheid.
We moeten investeren in burgereducatie die harten en geesten bereikt, in de hele samenleving
en vooral in scholen en onderwijsinstellingen. En parlementariërs hebben een speciale
verantwoordelijkheid en een leidende rol te spelen», zei de heer Rousopoulos. De volgende
voorzittersconferentie zal plaatsvinden in de herfst van 2026 in Rome.
3. Overige
De conferentie werd door de Voorzitters gebruikt om bilaterale gesprekken te voeren
met hun collega’s. Zo ontmoetten beide Voorzitters Ruslan Stefanchuk, parlementsvoorzitter
van de Verkhovna Rada in Oekraïne. Jan Anthonie Bruijn sprak met zijn collega’s uit
Montenegro, Andrija Mandic en Mexico, Gerardo Fernández Norona, met de Vice-Presidenten
van de Franse Senaat, Loïc Hervé en van de House of Lords in het Verenigd Koninkrijk,
Lord John Gardiner of Kimble. Op vrijdag werd de delegatie ontvangen bij GRECO, het
orgaan dat in 1999 door de Raad van Europa is opgericht om overheidscorruptie te bestrijden.
In het gesprek werd gereflecteerd op de integriteitsmaatregelen in de Eerste en Tweede
Kamer.
De voorzitter van de delegatie, Bruijn
Griffier van de Eerste Kamer, Nehmelman
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Indiener/ondertekenaar n.v.t., Functie n.v.t.