Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Becker en Ellian over Holocausteducatie
Vragen van de leden Becker en Ellian (beiden VVD) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over Holocausteducatie (ingezonden 11 maart 2025).
Antwoord van Staatssecretaris Coenradie (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 16 april
            2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 1797.
         
Vraag 1
            
Herinnert u zich de afspraak in het Hoofdlijnenakkoord dat inburgering kennis over
               de Holocaust en de slachtoffers daarvan moet omvatten en de uitwerking hiervan in
               het regeerprogramma, namelijk «kennis over de Holocaust wordt een vast onderdeel van
               inburgering»?
            
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Op welke wijze heeft u uitvoering gegeven aan de gewijzigde motie-Diederik van Dijk
               c.s. waarin de regering wordt verzocht bij de uitwerking van het Hoofdlijnenakkoord
               en/of het Nationaal Plan Versterking Holocausteducatie te betrekken dat nieuwkomers
               een bezoek brengen aan een locatie zoals het Nationaal Holocaustmuseum in het kader
               van hun inburgering?1
Antwoord 2
            
Holocausteducatie in de inburgering en meer specifiek het mogelijk maken van een bezoek
               door inburgeraars aan instellingen, zoals het Nationaal Holocaustmuseum, is conform
               de betreffende motie opgenomen in het Nationaal Plan Versterking Holocausteducatie
               (NPVHE). Dit plan is op 24 juni 2024 aan de kamer aangeboden2. Om goed zicht te krijgen op de uitvoerbaarheid en haalbaarheid van de uitvoering
               van de motie is een verkenning uitgezet naar de inhoudelijke en financiële consequenties
               voor instellingen en musea van een dergelijk bezoek.
            
In deze verkenning wordt in het kader van het NPVHE tegelijkertijd gekeken naar de
               consequenties voor de instellingen en musea om meer scholieren een bezoek te laten
               brengen aan dergelijke locaties. Daarom voer ik deze verkenning samen met mijn collega’s
               van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
               uit. De uitkomsten van de verkenning worden in de eerste helft van 2025 opgeleverd.
               De uitkomsten van de verkenning zijn belangrijk voor het bepalen van de vervolgstappen
               voor de uitvoering van de betreffende motie van Dijk.
            
Vraag 3
            
Klopt het dat u nog geen stappen heeft gezet om Holocausteducatie zo spoedig mogelijk
               onderdeel te maken van de inburgering van nieuwkomers? Zo ja of nee, waarom?
            
Antwoord 3
            
Nee. Holocausteducatie wordt conform het Hoofdlijnenakkoord en regeerprogramma onderdeel
               van de inburgering. Recent zijn hiervoor de zogenaamde eindtermen (dat wat inburgeraars
               moeten kennen en weten) van het inburgeringsexamen Kennis Nederlandse Maatschappij
               (KNM) aangepast. In het nieuwe examen is expliciet aandacht voor de Holocaust en de
               betekenis hiervan. Inburgeraars worden op deze kennis getoetst. De nieuwe eindtermen
               treden per 1 juli 2025 in werking. In het kader van het NPVHE is in opdracht van het
               Ministerie van OCW een brede peiling uitgezet onder docenten in het voortgezet onderwijs
               naar hoe docenten lesgeven over de Holocaust en welke bevorderende en belemmerende
               factoren daarbij ervaren worden. Hierin loopt ook Holocausteducatie in het nieuwkomersonderwijs
               mee. Naar verwachting komen de uitkomsten van de peiling in de eerste helft van 2025
               beschikbaar. Lessen uit de peiling kunnen worden meegenomen in het versterken van
               de Holocausteducatie in de inburgering. Daarnaast loopt de onder vraag 2 genoemde
               verkenning naar de inhoudelijke en financiële consequenties voor de instellingen en
               musea van een bezoek door inburgeraars. In het tweede kwartaal van 2025 start de evaluatie
               van de participatieverklaring. Hierin zal in het kader van de motie Flach3 tevens worden verkend hoe meer aandacht voor de geschiedenis van de Holocaust en
               de betekenis hiervan daarvan onderdeel kan worden van de participatieverklaring. De
               evaluatie van de participatieverklaring is onderdeel van de tussenevaluatie van de
               Wi2021.
            
Vraag 4
            
In hoeverre beseft u dat bij het tegengaan van antisemitisme, inburgering een belangrijke
               rol speelt?
            
Antwoord 4
            
Inburgering en meer specifiek de overdracht van kennis over de fundamentele vrijheden
               van de Nederlandse samenleving, zoals het vrijheidsrecht en gelijkwaardigheid, kunnen
               bijdragen aan het voorkomen van discriminatie en antisemitisme. De overdracht van
               normen, waarden en rechten is een belangrijk onderdeel van de inburgering. Het is
               belangrijk dat iedereen en ook inburgeringsplichtige nieuwkomers weten dat er geen
               plaats is voor antisemitisme in Nederland.
            
Vraag 5
            
Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat kennis over de Holocaust een vast onderdeel
               van inburgering wordt en binnen welke termijn kan de Kamer een voorstel hiertoe verwachten?
            
Antwoord 5
            
Zie antwoord vraag 2 en 3. Holocausteducatie wordt conform het Hoofdlijnenakkoord
               en regeerprogramma onderdeel van de inburgering. Per 1 juli 2025 is kennis over de
               Holocaust een expliciet onderdeel van het inburgeringsexamen. Ik verwacht de Kamer
               in het derde kwartaal van 2025 verder te informeren over het versterken van Holocausteducatie
               in de inburgering en de vervolgstappen. Hierbij betrek ik de uitkomsten van de verkenning
               onder instellingen en musea en de peiling onder docenten.
            
Vraag 6
            
Kunt u deze vragen afzonderlijk en binnen drie weken beantwoorden?
Antwoord 6
            
Nee. Ik heb hiervoor iets meer tijd nodig gehad.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.