Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bushoff over een betere glucosesensor die niet vergoed wordt
Vragen van het lid Bushoff (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over betere glucosesensor die niet vergoed wordt (ingezonden 13 maart 2025).
Antwoord van Minister Agema (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 4 april
2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Betere glucosesensor kost bijna evenveel, toch niet
vergoed»1?
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit bericht.
Vraag 2
Deelt u de mening dat diabetespatiënten de best mogelijke glucosemonitoring verdienen,
niet alleen vanuit medisch oogpunt maar ook om hun kwaliteit van leven te verbeteren?
Antwoord 2
Ja, ik vind het van belang dat iedere patiënt met diabetes, de zorg ontvangt waar
die patiënt redelijkerwijs op aangewezen is. Daarbij is het van belang dat die zorg
aansluit bij zijn of haar situatie, en het doelmatige zorg betreft2. Dit kan per patiënt verschillen, bijvoorbeeld door verschillen in klachtenpatronen
en/of bloedwaardes. Kwaliteit van leven speelt hierbij ook een rol, zoals ook blijkt
uit de standpunten van Zorginstituut Nederland (hierna: Zorginstituut)3.
Vraag 3
Erkent u de voordelen voor patiënten van een glucosesensor met een hybrid closed loop-systeem
(HCL) waardoor automatisch de juiste hoeveelheid insuline wordt toegediend, onder
meer door het gebruiksgemak en de positieve invloed op de bloedwaardes van patiënten?
Antwoord 3
Voor de beantwoording van deze vraag en de daaropvolgende vragen ga ik ervan uit dat
met een HCL-systeem gedoeld wordt op de koppeling van een real-time continue glucosemonitoringssensor
(rt-CGM-sensor) met een insulinepomp. In combinatie met een algoritme kan dan een
HCL-systeem worden opgezet. Waar in de volgende vragen «HCL-glucosesensoren» staat,
zal ik dit dan ook interpreteren als rt-CGM-sensor.
Ik heb begrepen dat het gebruik van een HCL-systeem bij sommige patiënten niet altijd
leidt tot adequate uitkomsten. Bij sommige patiënten zijn de uitkomsten positief,
terwijl bij anderen de resultaten minder, of zelfs geheel afwezig zijn. Ook zijn er
nog geen studies verricht naar de effecten op de lange termijn. Er moet daarom goed
worden gekeken naar welke patiëntengroepen hier baat bij hebben, en welke patiëntengroepen
niet. Daarbij erken ik dat voor patiënten die een rt-CGM-sensor en een insulinepomp
hebben, een HCL-systeem voordelen kan hebben, zoals het gebruiksgemak.
Vraag 4
Waarom vergoeden zorgverzekeraars HCL glucosesensoren nu slechts voor een kleine groep
patiënten? Vindt u dit uitlegbaar aan patiënten die buiten deze groep vallen maar
wel het sterke advies krijgen van hun arts om op een HCL glucosesensor over te stappen
omdat zij wel degelijk baat hebben bij het gebruik ervan?
Antwoord 4
Het is aan de zorgverlener om in overleg met de patiënt de medische noodzaak voor
een rt-CGM-sensor aan te geven. Ook beslist de zorgverlener samen met de patiënt welke
specifieke sensor het beste past. Vervolgens dient de zorgverlener een aanvraag voor
de sensor te doen. Hiervoor kan gebruik worden gemaakt van het aanvraagformulier van
Zorgverzekeraars Nederland (ZN)4. Daarna is het aan de zorgverzekeraar om te beoordelen of de patiënt redelijkerwijs
is aangewezen op de rt-CGM-sensor én of de sensor niet onnodig duur is. Dit laatste
komt ten goede aan iedereen die zorgpremie betaalt.
Naast de rt-CGM-sensor bestaat ook de Flash Glucose Monitoringssensor (FGM-sensor).
Met een FGM-sensor kan geen HCL-systeem gecreëerd worden. Ook gelden er andere indicaties
voor een FGM-sensor dan een rt-CGM-sensor (zie mijn antwoord op vraag 5 voor de indicaties).
Het Zorginstituut heeft de indicaties vastgesteld voor welke patiënten voor welke
sensor in aanmerking komen. Bij het aanvragen van een sensor dient de zorgverlener
rekening te houden met deze indicaties. Dit zijn ook de indicaties die zorgverzekeraars
hanteren bij de beoordeling van een aanvraag. Echter, de laatste jaren zijn rt-CGM-sensoren
en FGM-sensoren qua functionaliteiten naar elkaar gegroeid. Daarom geeft het Zorginstituut
sinds eind 2024 aan dat deze sensoren uitwisselbaar zijn als ze even duur zijn.
Dit alles overwegende vind ik het uitlegbaar dat zorgverzekeraars de rt-CGM-sensoren,
waarmee een HCL-systeem gecreëerd kan worden, alleen vergoeden voor de groep patiënten
met diabetes die daar redelijkerwijs op is aangewezen.
Vraag 5
Klopt het dat zorgverzekeraars aan strenge indicaties vasthouden die bepalen welke
patiënten in aanmerking komen voor deze sensoren? Zo ja, welke indicaties zijn dat
en waarom vindt u deze wel of niet terecht?
Antwoord 5
Zoals aangegeven in de beantwoording van vraag 4, dienen zorgverleners en zorgverzekeraars
de indicatiecriteria te volgen die het Zorginstituut heeft vastgesteld. Dat betekent
dat alleen patiënten met bepaalde indicaties (zie hieronder) in aanmerking kunnen
komen voor een rt-CGM-sensor. Aangezien het Zorginstituut de indicaties heeft bepaald
op basis van beoordeling van de effectiviteit van de sensoren, vind ik deze indicaties
uitlegbaar. Zoals eerder benoemt heeft het Zorginstituut eind 2024 aangegeven dat
een rt-CGM-sensor en een FGM-sensor uitwisselbaar zijn als ze even duur zijn.
De indicaties voor een rt-CGM-sensor zijn:
– Kinderen met diabetes type 1.
– Volwassenen met slecht ingesteld diabetes type 1 (ondanks standaardcontrole blijvend
hoog HbA1c >8% of >64 mmol/mol).
– Patiënten met diabetes type 1, met herhaalde ernstige hypoglykemieën en/of die ongevoelig
zijn om hypoglykemie waar te nemen («hypoglycemia unawareness»).
– Zwangere vrouwen met diabetes (type 1 en5.
– Vrouwen met een zwangerschapswens met een preconceptionele diabetes (type 1 en type6.
En de indicaties voor een FGM-sensor zijn:
– Mensen met diabetes type 1.
– Mensen met diabetes type 2 met een intensief insulineschema.
– Zwangere vrouwen met diabetes type 2 die insuline gebruiken maar geen intensief insulineschema
hebben.
– Vrouwen met een zwangerschapswens met een preconceptionele diabetes type 2 die insuline
gebruiken maar geen intensief insulineschema hebben.
Vraag 6
Hoe beziet u de uitspraak7 van de Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen (SKGZ), die een diabetespatiënte
in het gelijk stelde ondanks dat zij niet tot de patiëntengroepen behoorde die normaal
gesproken vergoeding krijgen voor de sensor? Wat betekent dit voor andere patiënten
die momenteel niet in aanmerking komen voor deze sensoren?
Antwoord 6
De uitspraak van de SKGZ vind ik duidelijk. Als een patiënt in aanmerking komt voor
een glucosesensor en de kosten van een rt-CGM-sensor vergelijkbaar of goedkoper zijn
dan andere glucosesensoren waarvoor een patiënt in aanmerking komt, dan kan de patiënt
een rt-CGM-sensor vergoed krijgen vanuit het basispakket. Dit is ook wat het Zorginstituut
sinds eind 2024 aangeeft.
Een uitspraak van de SKGZ betreft een individuele beoordeling. Er moet altijd naar
de patiënt zelf gekeken worden en wat het meest passend is in zijn of haar situatie.
Voor sommigen kan dat een rt-CGM-sensor zijn, voor anderen mogelijk niet. Zoals ik
in voorgaande antwoorden heb aangegeven, kan voor sommige patiënten een rt-CGM-sensor
vergoed worden uit het basispakket. Het is aan de betrokken zorgverlener(s) en zorgverzekeraar
om deze beoordeling te maken.
Van ZN heb ik begrepen dat zorgverzekeraars sinds de genoemde SKGZ-zaak één of meerdere
rt-CGM-sensoren zijn gaan vergoeden voor patiënten die in aanmerking komen voor een
FGM-sensor.
Vraag 7
Klopt het dat de prijzen van glucosesensoren met een HCL-systeem vergelijkbaar zijn
met minder geavanceerde sensoren?
Antwoord 7
Ik ga ervanuit dat met «minder geavanceerde sensoren» gedoeld wordt op FGM-sensoren.
Ik vind niet dat FGM-sensoren minder geavanceerd zijn. Want, inmiddels zijn rt-CGM-sensoren
en FGM-sensoren zodanig doorontwikkeld dat zij op functionaliteiten uitwisselbaar
zijn geworden. Ook FGM-sensoren kunnen continu de glucosewaardes meten. Alleen zijn
zij niet koppelbaar met een insulinepomp.
Wel heb ik van ZN begrepen dat rt-CGM-sensoren die samen met een algoritme én insulinepomp
een HCL-systeem kunnen creëren doorgaans duurder zijn dan FGM-sensoren.
Vraag 8
Deelt u de mening dat zelfs als de betreffende sensoren een hogere prijs hebben dan
minder geavanceerde sensoren, de kosten op de lange termijn nog steeds lager kunnen
uitvallen doordat een HCL-systeem grote schommelingen in de bloedsuiker voorkomt,
en daarmee schade aan de aderen die weer kan leiden tot hartaanvallen en beroertes?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Ik heb begrepen dat er nog geen studies verricht zijn naar de effecten van het gebruik
van een HCL-systeem op de lange termijn. Ook heb ik begrepen dat niet iedere patiënt
met een HCL-systeem, baat heeft bij het gebruik daarvan. Bij sommige patiënten zijn
de uitkomsten positief, terwijl bij anderen de resultaten minder of zelfs geheel afwezig
zijn. Daarom vind ik dat het gebruik van een HCL-systeem op individuele basis moet
worden beoordeeld.
Vraag 9
Bent u ermee bekend dat sommige diabetespatiënten die een sensor met HCL-systeem niet
vergoed krijgen zelf een eigen HCL maken, waarbij ze openbare software gebruiken (DIY
Closed loop)? Deelt u de zorgen over de risico’s hiervan, bijvoorbeeld doordat mensen
storingen en problemen zelf moeten oplossen en zorgverleners patiënten hier niet altijd
bij kunnen ondersteunen?
Antwoord 9
Ja, ik ben hiermee bekend en ik deel deze zorgen. Gezien de risico’s vind ik het onwenselijk
dat patiënten zelf een HCL-systeem samenstellen. Want, bij zogenaamde Do-It-Yourself closed loop systemen zijn de technologieën die hierbij worden toegepast, niet ontwikkeld volgens de gebruikelijke
normen en kunnen geen waarborgen bieden op het gebied van veiligheid, privacy of werking.
Ook de Nederlandse Diabetes Federatie (NDF) benadrukt in hun standpunt dat het gebruik
van een dergelijk systeem volledig op eigen risico en zonder garanties is8.
Vraag 10
Deelt u de mening dat sensoren met een HCL-systeem dusdanige voordelen hebben dat
dit hulpmiddel voor alle diabetespatiënten vergoed moet worden? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Ik vind dat een rt-CGM-sensor voor een patiënt vergoed moet kunnen worden als hij
of zij daar redelijkerwijs op aangewezen is, het passend voor hem of haar is en tevens
adequate en doelmatige zorg betreft. Dit moet altijd worden beoordeeld op individuele
basis.
Vraag 11
Kunt u deze vragen los van elkaar beantwoorden?
Antwoord 11
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.