Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Journalisten die verslag deden onder de ruim 1.100 gearresteerden in Turkije’

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Journalisten die verslag deden onder de ruim 1.100
gearresteerden in Turkije»?1 En bent u bekend met het geweld gericht tegen deze journalisten en hun apparatuur,
terwijl zij identificeerbaar waren als journalist?

Vraag 2

Bent u daarnaast bekend met opgelegde maatregelen onder de internetwet waardoor meer
dan 700 Turkse accounts op social media zijn geblokkeerd, waaronder accounts van nieuwsorganisaties
en journalisten?

Vraag 3

Deelt u de zorgen over de persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting die op deze
manier zwaar onder druk komt te staan?

Vraag 4

Heeft u deze zorgen reeds gedeeld met uw Turkse collega en duidelijk gemaakt dat de
gearresteerde journalisten zo snel mogelijk vrij moeten komen en dat er geen sprake
mag zijn van censuur? Zo nee, bent u bereid dit alsnog te doen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Zijn deze zorgen reeds onderwerp van gesprek binnen de Media Freedom Coalition? Zo
nee, bent u bereid dit binnen deze coalitie te agenderen en te pleiten voor actie
zoals een gezamenlijk statement gericht op de Turkse regering of concrete steun aan
de gearresteerde journalisten?

Vraag 6

Welke inzet pleegt de Nederlandse ambassade in Ankara momenteel om de persvrijheid
in Turkije te bevorderen? Bent u bereid deze inzet te intensiveren, bijvoorbeeld door
geld uit het Mensenrechtenfonds beschikbaar te stellen voor juridische bijstand en
beschermingsmateriaal zodat journalisten veilig hun werk kunnen doen?

Vraag 7

Bent u bereid Turkse journalisten in acuut gevaar een veilige plek in Nederland te
bieden, bijvoorbeeld door de uitgifte van noodvisa? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Kunt u deze vragen elk afzonderlijk beantwoorden voorafgaand aan het debat over de
Raad Buitenlandse Zaken op 10 april?