Schriftelijke vragen : De schijnveiligheid van jongeren op sociale media
Vragen van het lid Kathmann (GroenLinks-PvdA) aan de Staatssecretarissen van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de schijnveiligheid van jongeren op sociale media (ingezonden 24 maart 2025).
Vraag 1
            
Bent u bekend met het bericht van de Consumentenbond «Tieneraccounts maken Instagram
               niet direct «veilig»»1?
            
Vraag 2
            
Deelt u de conclusies van het onderzoek? Kunt u afzonderlijk in gaan op de conclusies
               van de Consumentenbond?
            
Vraag 3
            
Wat is uw reactie op de problemen die de Consumentenbond schetst rondom schermverslaving,
               een negatief zelfbeeld, en continue privacyschending door Instagram?
            
Vraag 4
            
Zijn de conclusies van het Consumentenbond-onderzoek voor u aanleiding om Meta aan
               te spreken op haar verantwoordelijkheid om jongeren daadwerkelijk te beschermen? Indien
               Meta «tieneraccounts» niet daadwerkelijk veilig maakt, welke gevolgen moet dat wat
               u betreft hebben?
            
Vraag 5
            
Deelt u de mening van de indiener dat de online gezondheid van jongeren niet aan techgiganten
               moet worden overgelaten, maar een verantwoordelijkheid is van deskundigen en de overheid?
            
Vraag 6
            
Welke verslavende ontwerpkeuzes kent Instagram? Kunt u deze op basis van onderzoek
               benoemen?
            
Vraag 7
            
Vindt u dat een Digitale Kijkwijzer voor sociale media, die de vertrouwde methodiek
               volgt van het Nederlands Instituut voor de Classificatie van Audiovisuele Media (NICAM),
               een effectieve methode zou zijn om verslavende ontwerpkeuzes te onderzoeken en gebruikers
               te behoeden voor de gezondheidsrisico’s daarvan?
            
Vraag 8
            
Deelt u de mening dat het adverteren van een «tieneraccount» dat niet daadwerkelijk
               doet wat het belooft een vorm van schijnveiligheid biedt, en daarmee jongeren en ouders
               verkeerd informeert?
            
Vraag 9
            
Erkent u dat het commerciële belang van techbedrijven om zo lang mogelijk de aandacht
               van een gebruiker te trekken, fundamenteel in strijd is met de belangen van (mentale)
               gezondheid en online veiligheid?
            
Vraag 10
            
Vindt u het uitlegbaar dat techbedrijven überhaupt zelf de voorwaarden voor een tieneraccount
               mogen stellen, nu blijkt dat het niet doet wat het belooft en de belangen in de kern
               tegenstrijdig zijn?
            
Vraag 11
            
Is de voorwaarde dat ouders zelf ook een Instagram-account moeten hebben om een tieneraccount
               in te stellen redelijk volgens u? Wat betekent dit voor ouders zonder Instagram-account?
            
Vraag 12
            
Hoe bent u van plan om nationaal de schermtijd te verlagen? Welke maatregelen nemen
               andere EU-landen om hier op te sturen? Zijn deze maatregelen effectief?
            
Vraag 13
            
Hoe gaat u de motie-Kathmann [Kamerstuk 26 643-1302], die vraagt om een Europees totaalverbod op polariserende en verslavende ontwerpkeuzes,
               uitvoeren?
            
Vraag 14
            
Welke EU-lidstaten delen de opvatting van de Tweede Kamer dat er een Europees totaalverbod
               op polariserende en verslavende ontwerpkeuzes moet komen? Hoe trekt u samen met hen
               op?
            
Vraag 15
            
Steunt u de komst van een ambitieuze en sterke Digital Fairness Act (DFA) zoals voorgesteld
               door de Europese Commissie?2 Zou deze volgens u een verbod op verslavende ontwerpkeuzes moeten bevatten?
            
Vraag 16
            
Hoe reageert u op de uitspraken van de regering-Trump dat de Digital Services Act
               (DSA) niet verenigbaar is met Amerikaanse waarden?3
Vraag 17
            
Zal u in Europees verband blijvend en ondubbelzinnig aandringen op maximale naleving,
               handhaving en waar nodig versteviging van digitale wetgeving, ongeacht politieke druk
               vanuit de Verenigde Staten?
            
Vraag 18
            
Indien de regering-Trump wél aandringt op het afzwakken van Europese regelgeving,
               welke conclusie verbindt u daar in het uiterste geval aan? Bent u bereid om sociale
               media apps die willens en wetens EU-wetten niet naleven in het uiterste geval geheel
               te verbieden?
            
Vraag 19
            
Bent u van mening dat het verhogen van de minimumleeftijd voor sociale media, nationaal
               of Europees, ook een vorm van schijnveiligheid biedt? Deelt u de mening van de indiener
               dat de oplossing ligt in een combinatie van niet-bindend wetenschappelijk advies en
               keiharde Europese regulering van sociale media apps?
            
Vraag 20
            
Hoe gaat u komen tot nationale adviesleeftijden voor verschillende sociale media apps?
               Welke expertise betrekt u bij het maken van deze adviezen?
            
Vraag 21
            
Wat is de rol van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in het
               maken van gezaghebbend gezondheidsadvies over schermtijd bij verschillende leeftijden
               en verschillende soorten schermtijd? Bent u bereid om het RIVM nauw te betrekken bij
               het maken van de nationale adviezen?
            
Vraag 22
            
Hoe gaat u de gezaghebbende adviezen van Nederlandse experts inzetten om tot een uniforme
               Europese informatievoorziening over de gezondheidseffecten van sociale media apps
               te komen?
            
Vraag 23
            
Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden?
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
Barbara Kathmann, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.