Schriftelijke vragen : Het bericht 'Aantal Nederlandse handelsmissies afgenomen, ook fors minder opbrengst'
Vragen van het lid Kamminga (VVD) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp over het bericht «Aantal Nederlandse handelsmissies afgenomen, ook fors minder opbrengst» (ingezonden 21 maart 2025).
Vraag 1
            
Bent u bekend met het bericht «Aantal Nederlandse handelsmissies afgenomen, ook fors
               minder opbrengst»?1
Vraag 2
            
Herkent u hetgeen geschetst in het NOS-artikel?
Vraag 3
            
Hoe bent u voornemens om de door u genoemde 12 handelsmissies per jaar zo effectief
               mogelijk vorm te geven en hoe gaat u ervoor zorgen dat de Nederlandse belangen zo
               goed mogelijk in het buitenland worden vertegenwoordigd?
            
Vraag 4
            
Op welke wijze staan de te organiseren handelsmissies in relatie tot de prioriteiten
               die u in de beleidsbrief Handel aan de Kamer kenbaar gaat maken en wordt het bedrijfsleven
               bij deze weging betrokken? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 5
            
Wordt er voorafgaand aan een kalenderjaar geïdentificeerd op welke manier er een optimale
               waarde kan worden gegenereerd voor het Nederlandse bedrijfsleven door het organiseren
               van handelsmissies? Zo nee, bent u bereid om dit in kaart te brengen?
            
Vraag 6
            
Hoe gaat u de wensen van de Nederlandse handelssectoren in de aard van de handelsmissies
               incorporeren? Hoeveel inspraak hebben ondernemers in de opzet van handelsmissies?
            
Vraag 7
            
Hoe gaat u meer inzetten op vraaggestuurde en sectorspecifieke handelsmissies? Hoe
               garandeert u dat er voldoende voorbereiding en nazorg voor de deelnemende ondernemers
               is?
            
Vraag 8
            
Welke rol ziet u voor organisaties als VNO-NCW en MKB-Nederland bij het organiseren
               van handelsmissies?
            
Vraag 9
            
Naar welke landen/gebieden bent u voornemens om de komende kabinetsperiode handelsmissies
               te organiseren? Op wat voor gronden neemt u deze beslissing?
            
Vraag 10
            
Vind u dat het aantal handelsmissies moet worden geïntensiveerd met meer dan 12 missies
               per jaar, gezien de geopolitieke situatie in de wereld en het voornemen om nieuwe
               markten aan te boren? Zo ja, op welke manier bent u voornemens om dit te bewerkstellingen?
               Zo nee, waarom is specifiek voor het aantal van 12 gekozen, terwijl dit in 2015 bijvoorbeeld
               nog 21 was?
            
Vraag 11
            
Bent u voornemens om aan een lange termijn agenda voor handelsmissies te werken waardoor
               ook de komende jaren voor ondernemers meer zekerheid bestaat? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 12
            
Heeft u in overweging genomen om bredere handelsmissies op te zetten, bijvoorbeeld
               in Benelux-verband of met Duitsland?
            
Vraag 13
            
Bent u bekend met het rapport «Vervolgonderzoek economische missies onder leiding
               van bewindspersonen» dat het CBS in 2024 heeft gepubliceerd?2 Deelt u de mening dat de resultaten uit dit rapport overtuigend laten zien dat bestaande
               handelaren wel degelijk baat hebben bij missiedeelname, de kans dat een structurele
               handelaar een buitenlandse markt verlaat halveert en daarnaast missiedeelname de kans
               verhoogt dat incidentele exporteurs uitgroeien tot structurele exporteurs met een
               factor 1,6?
            
Indieners
- 
              
                  Gericht aan
R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp - 
              
                  Indiener
R.J. Kamminga, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.