Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Westerveld en Lahlah over onderwijs in justitiële jeugdinrichtingen
Vragen van de leden Westerveld en Lahlah (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Staatssecretarissen van Justitie en Veiligheid en de Staatssecretaris en Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over onderwijs in justitiële jeugdinrichtingen (ingezonden 19 februari 2025).
Antwoord van Staatssecretaris Coenradie (Justitie en Veiligheid), van Staatssecretaris
            Struycken (Justitie en Veiligheid) en van Staatssecretaris Paul (Onderwijs, Cultuur
            en Wetenschap), mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen
            10 maart 2025).
         
Vraag 1
            
Bent u bekend met het advies1 van de Onderwijsraad over onderwijs in Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI's)?
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
De Onderwijsraad spreekt van «aanhoudende zorgen» over het onderwijs in JJI’s en stelt
               dat zowel de wettelijke inbedding als de praktijk tekort schieten; deelt u deze zorg?
               Deelt u de mening, ook met de Onderwijsraad, dat ook deze jongvolwassenen recht op
               onderwijs hebben?
            
Antwoord 2
            
Wij vinden het belangrijk dat iedere jongere onderwijs krijgt, ook als deze tijdelijk
               in een justitiële jeugdinrichting verblijft. Onderwijs zorgt voor stabiliteit en geeft
               jongeren een perspectief voor na hun verblijf. Onderwijs is dan ook onderdeel van
               de gebruikelijke dagbesteding van jongeren. De afgelopen periode hebben we, samen
               met het veld, al ingezet op de nodige verbeteringen. Ook de komende periode zullen
               we dat blijven doen, waarbij we de adviezen van de Onderwijsraad daarin zullen betrekken.
            
Vraag 3
            
Kunt u aangeven hoe u aankijkt tegen de constatering van de Onderwijsraad dat het
               onderwijs binnen JJI's structureel in de knel komt en onvoldoende gewaarborgd is?
               Welke concrete stappen heeft het kabinet tot op heden gezet om deze structurele problemen
               aan te pakken?
            
Antwoord 3
            
Het advies van de Onderwijsraad laat zien hoe complex het is om in de context van
               een justitiële jeugdinrichting onderwijs te bieden dat goed aansluit op de behoeften
               van de diverse doelgroep. Om de professionals binnen de scholen en jeugdinrichtingen
               die zich hier dagelijks voor inzetten verder te ondersteunen, zijn de afgelopen jaren
               een aantal concrete stappen gezet.
            
Ten eerste is vanaf kalenderjaar 2023 de bekostiging per capaciteitsplek voor scholen
               in JJI’s structureel opgehoogd en meer dan verdubbeld. In totaal ontvangen de scholen
               hiermee structureel 4 miljoen euro extra. Met deze extra middelen kunnen scholen onder
               meer het onderwijs- en stageaanbod passender maken voor de steeds ouder wordende doelgroep
               en nazorg leveren als de jongere uit de JJI is.
            
Ten tweede is in 2024 door het Ministerie van OCW een mbo-coördinator aangesteld waarmee
               tot 2026 extra inzet beschikbaar is om de samenwerking tussen scholen bij de JJI’s
               en mbo-instellingen te versterken. Bijvoorbeeld door te werken aan een betere doorstroom,
               duidelijke aanspreekpunten op mbo-instellingen en een convenant voor gegevensdeling.
               Ook wordt een aantal scholen bij JJI’s geholpen om de samenwerking met de mbo-instelling
               in de regio aan te gaan en bestendigen.
            
De komende tijd wordt naar aanleiding van het advies van de Onderwijsraad zorgvuldig
               onderzocht of en zo ja, welke verbeteringen er nog meer nodig zijn. Hierbij trekken
               wij nauw op met de JJI’s, de scholen van de JJI’s en de betrokken inspecties.
            
Vraag 4
            
Wat is er concreet ondernomen na het rapport «Pedagogisch uitgangspunt onder druk»2 van september 2024 waarin de Inspectie Justitie en Veiligheid (Inspectie JenV) constateerde
               dat jongeren die worden verdacht van een strafbaar feit vaak lang moeten wachten op
               hun straf, en dit de ontwikkeling van jongeren onder druk zet?
            
Antwoord 4
            
De Staatssecretaris Rechtsbescherming heeft het rapport «Pedagogisch uitgangspunt
               onder druk» van de Inspectie van Justitie en Veiligheid op 10 september 2024 aan uw
               Kamer aangeboden.3 Dit rapport bevat belangrijke conclusies en aanbevelingen voor verbetering. Op dit
               moment worden deze besproken met de partners in de jeugdstrafrechtketen. De Staatssecretaris
               Rechtsbescherming stuurt uw Kamer vóór het zomerreces van 2025 een inhoudelijke reactie.
            
Vraag 5
            
Deelt u de mening dat beide rapporten samen een somber beeld laten zien van de manier
               waarop de overheid zorg draagt voor het recht op onderwijs en de kansen voor deze
               jongeren en jongvolwassenen? Ziet u ook dat dit niet alleen voor de betrokkenen zelf,
               maar ook voor de samenleving nadelig uitpakt, omdat de kans op recidive groter is
               bij mensen die weinig perspectief hebben?
            
Antwoord 5
            
Zoals bij vraag 2 aangegeven vinden wij het belangrijk dat iedere jongere onderwijs
               krijgt, ook als deze tijdelijk in een justitiële jeugdinrichting verblijft. Onderwijs
               zorgt voor stabiliteit en geeft jongeren een perspectief voor na hun verblijf. Dat
               er aanhoudende zorgen zijn over het onderwijs in de JJI’s nemen wij uiterst serieus.
               Om die reden werken we de komende periode samen met het veld aan een goede reactie
               en vervolgstappen die nodig zijn.
            
Vraag 6
            
De Onderwijsraad stelt dat het onderwijsbeleid onvoldoende is afgestemd op de praktijk
               binnen de JJI’s, bent u bereid de aanbeveling van de raad over te nemen om de regels
               en systemen van betrokken ministeries beter op elkaar af te stemmen en een gedeelde
               visie te ontwikkelen op onderwijs in JJI’s? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 6
            
Het advies van de Onderwijsraad bevat concrete adviezen en aanbevelingen die het onderwijs
               in de JJI’s verder kunnen brengen. Hier zijn wij dan ook al actief met de Onderwijsraad,
               de JJI’s en de scholen die in de JJI gehuisvest zijn over in gesprek. Wij willen de
               tijd nemen om de adviezen zorgvuldig uit te werken. Uw Kamer ontvangt voorafgaand
               aan het zomerreces een eerste reactie op het advies. Hierin wordt zo veel als mogelijk
               concreet ingegaan op de adviezen van de Onderwijsraad.
            
Vraag 7
            
De Onderwijsraad pleit voor een herziening van de onderwijswetgeving, zodat JJI-scholen
               een specifieke plek krijgen binnen een sectorwet en examens gemakkelijker kunnen worden
               afgenomen, bent u bereid hier werk van te maken? Zo ja, op welke termijn? Zo nee,
               waarom niet?
            
Antwoord 7
            
Hier komen wij op terug in de beleidsreactie op het advies van de Onderwijsraad.
Vraag 8
            
Hoe gaat u ervoor zorgen dat jongeren in JJI's daadwerkelijk de kans krijgen hun onderwijs
               te voltooien en een diploma, certificaat of getuigschrift te behalen? Kunt u daarbij
               specifiek ingaan op de wettelijke belemmeringen die JJI-scholen momenteel ervaren
               bij examinering en het aanbod van beroepsonderwijs, zoals de juridische beperkingen
               in de Wet op de expertisecentra (Wec) en de noodzaak van extraneusconstructies voor
               mbo-examens?
            
Antwoord 8
            
Hiervoor verwijzen wij u naar het antwoord op vraag 7.
Vraag 9
            
Acht u het aanvaardbaar dat jongeren door deze belemmeringen worden gehinderd in hun
               onderwijs en toekomstperspectief? Bent u bereid deze knelpunten per direct aan te
               pakken en zo ja, welke concrete stappen gaat u op korte termijn zetten?
            
Antwoord 9
            
Hiervoor verwijzen wij u naar het antwoord op vraag 7.
Vraag 10
            
De Onderwijsraad stelt dat de samenwerking tussen JJI-scholen en andere onderwijsinstellingen
               versterkt moet worden, zodat de overgang tussen onderwijs binnen en buiten JJI’s soepeler
               verloopt; op welke manier gaat u deze samenwerking structureel verbeteren?
            
Antwoord 10
            
Zoals bij vraag 3 aangegeven is in 2024 een mbo-coördinator aangesteld om de komende
               jaren de samenwerking tussen scholen bij JJI-instellingen en mbo-instellingen structureel
               te versterken en verbeteren. De extra middelen die de scholen per 2023 structureel
               ontvangen kunnen hier ook voor worden ingezet. Wij komen hierop nader terug in de
               beleidsreactie op het advies van de Onderwijsraad.
            
Vraag 11
            
De Onderwijsraad signaleert dat het personeelstekort binnen JJI’s ook het onderwijs
               raakt en adviseert om personeelsbeleid mogelijk te maken dat aansluit op de specifieke
               behoeften van JJI-scholen; hoe beoordeelt u deze aanbeveling en welke maatregelen
               treft u om de tekorten aan te pakken?
            
Antwoord 11
            
Hiervoor verwijzen wij u naar het antwoord op vraag 7.
Vraag 12
            
Bent u bereid om – in lijn met de aanbevelingen van de Onderwijsraad – onderwijsgerelateerde
               overwegingen een explicietere rol te geven bij beslissingen over jongeren binnen JJI’s,
               naast justitiële en behandelperspectieven? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 12
            
Hiervoor verwijzen wij u naar het antwoord op vraag 7.
Vraag 13
            
Kunt u toezeggen dat het kabinet op korte termijn met een concreet plan komt om de
               knelpunten in het JJI-onderwijs structureel op te lossen, en kunt u de Kamer hierover
               informeren vóór het zomerreces? Bent u bereid om in deze analyse ook in te gaan op
               het rapport «Pedagogisch uitgangspunt onder druk»?
            
Antwoord 13
            
Het inspectierapport «Pedagogisch uitgangspunt onder druk» gaat over de wachtlijsten
               in de jeugdstrafrechtketen. Uit dit onderzoek van de Inspectie Justitie en Veiligheid
               blijkt dat jonge verdachten te vaak en te lang moeten wachten op een passende straf
               of maatregel. Het advies van de Onderwijsraad daarentegen gaat over een specifiek
               onderdeel van de tenuitvoerlegging van een straf of maatregel, namelijk het onderwijs
               dat in de JJI’s wordt geboden. Daarom ontvangt uw Kamer twee separate brieven: een
               beleidsreactie op het inspectierapport «Pedagogisch uitgangspunt onder druk» (zie
               het antwoord op vraag4 en een beleidsreactie op het advies van de Onderwijsraad over het onderwijs in de
               JJI’s (zie het antwoord op vraag5.
            
Vraag 14
            
In de motie-Lahlah (Kamerstuk 24 587, nr. 957) heeft de Kamer uitgesproken dat jongeren die door capaciteitstekorten in volwassenendetentie
               worden geplaatst, het recht moeten behouden om onderwijs te volgen, kunt u aangeven
               welke stappen u sinds het aannemen van deze motie heeft gezet om dit te realiseren?
               Wat voor onderwijs krijgen deze jongeren nu?
            
Antwoord 14
            
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft op 4 november 2024 per brief
               op de motie-Lahlah gereageerd.6 Daarin schetste zij dat de onderwijsmogelijkheden in het gevangeniswezen voor deze
               doelgroep beperkt zijn. Wel is het mogelijk gebleken om via contact met de school
               van herkomst jongeren de mogelijkheid te bieden hun studiemateriaal beschikbaar te
               stellen zodat ze geen onnodige vertraging oplopen. Daarnaast sluit het educatieve
               programma van de Life Changing Group (LCG) beter aan bij de behoefte van deze doelgroep
               dan de in de motie-Lahlah aangedragen opties om de jongvolwassenen te laten deelnemen
               aan het onderwijsaanbod voor volwassenen of hen online onderwijs te laten volgen.
            
In een andere ingediende motie van het Kamerlid Lahlah c.s. wordt de regering verzocht
               om te onderzoeken of het mogelijk is om het aantal beschikbare uren van de LCG uit
               te breiden, bijvoorbeeld door ook in het weekend aanbod te realiseren.7 De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) heeft dit onderzocht en de Staatssecretaris
               van Justitie en Veiligheid informeert uw Kamer hier eind maart 2025 per brief over.
            
Vraag 15
            
Kunt u specifiek ingaan op de mogelijkheden die momenteel worden onderzocht om jongeren
               in volwassenendetentie toch onderwijs te laten volgen?
            
Antwoord 15
            
Zie het antwoord op vraag 14.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- 
              
                  Mede namens
 E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 
              
                  Mede ondertekenaar
 T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- 
              
                  Mede ondertekenaar
 M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
