Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid De Hoop over het bericht ‘Inspectie rekt regels voor het gedogen van geluidsoverlast bij Schiphol verder op’
Vragen van het lid De Hoop (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Inspectie rekt regels voor het gedogen van geluidsoverlast bij Schiphol verder op» (ingezonden 8 januari 2025).
Antwoord van Minister Madlener (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 17 februari
2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 1167.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Inspectie rekt regels voor het gedogen van geluidsoverlast
bij Schiphol verder op»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat Schiphol wederom (na 2021) wettelijke geluidsnormen overtreedt?
Antwoord 2
In het gebruiksjaar 2023 (1 november 2022 tot en met 31 oktober 2023) is de grenswaarde
in handhavingspunt 25 overschreden. Hierover is de Kamer geïnformeerd middels de Kamerbrief
over de handhavingsrapportage Schiphol van de Inspectie Leefomgeving en Transport
(ILT) over gebruiksjaar 2023.2 Zoals gebruikelijk wordt de Kamer over het gebruiksjaar 2024 in de komende handhavingsrapportage
van de ILT geïnformeerd, die in het eerste kwartaal aan de Kamer wordt gestuurd. Het
beeld daarin zal zijn dat in het gebruiksjaar 2024 de grenswaarden in 3 handhavingspunten
voor geluid zijn overschreden.
Vraag 3
Klopt het dat deze overtredingen wel zijn geconstateerd door de ILT, maar niet zijn
gesanctioneerd?
Antwoord 3
De grenswaarde voor geluid in handhavingspunt 25 is in het gebruiksjaar 2023 met 19,1%
overschreden. Deze overschrijding bleek voor 19%-punt verklaarbaar uit vliegen volgens
het NNHS. Vanwege de aanwijzing aan de ILT om niet handhavend op te treden wanneer
een overschrijding te verklaren is uit het vliegen volgens het NNHS (het zogenaamde
anticiperend handhaven), moest de ILT afzien van handhaving. De ILT heeft tegelijkertijd
gesignaleerd dat deze casus de noodzaak onderstreept om de gedoogsituatie op te heffen.
Voor het gebruiksjaar 2024 heeft de ILT geconstateerd dat de baangebruiksregels van
het NNHS zijn nageleefd. Hiermee wordt voldaan aan de voorwaarde voor anticiperend
handhaven en kan de ILT geen maatregel opleggen voor de overschrijdingen van de grenswaarden
in 3 handhavingspunten voor geluid.
Vraag 4
Is er, ook na de uitspraak van de rechter, een gedoogbeleid, wat Schiphol impliciet
of expliciet toestaat, om geluidsnormen te overtreden?
Antwoord 4
In 2015 is vooruitlopend op de juridische verankering van het NNHS in het Luchthavenverkeerbesluit
Schiphol (LVB), gekozen voor het anticiperend handhaven. Dit betekent dat de ILT geen
maatregel oplegt als er een overschrijding heeft plaatsgevonden van de grenswaarde
in de handhavingspunten voor geluid als dit het gevolg is van het vliegen volgens
de regels van het strikt preferentieel baangebruik van het NNHS. Hierdoor is de rechtspositie
van omwonenden niet goed geregeld. Het vorige kabinet heeft geprobeerd het anticiperend
handhaven te beëindigen. Als gevolg van een uitspraak van de Hoge Raad is dit nog
niet mogelijk gebleken. In die uitspraak is geoordeeld dat voor het beëindigen van
het anticiperend handhaven in combinatie met de voorgenomen invoering van een experimenteerregeling
eerst de balanced approach-procedure doorlopen moet worden.3 Als gevolg hiervan heeft de toenmalige Minister de ILT verzocht het anticiperend
handhaven voort te zetten. Dit omdat de balanced approach-procedure nog niet is afgerond.
Op basis van die aanwijzing wordt door de ILT het anticiperend handhaven voortgezet.
Het kabinet streeft ernaar het anticiperend handhaven zo spoedig mogelijk te beëindigen.
Gelet hierop zet dit kabinet de balanced approach-procedure voort en is op 6 december
de uitkomst van de definitieve berekeningen voorgelegd aan de Europese Commissie.
Het kabinet wacht nu op het advies van de Europese Commissie en zal vervolgens de
noodzakelijke stappen zetten om de uitkomst van de procedure ook vast te leggen in
de regelgeving, zodat de maatregelen per november 2025 kunnen ingaan.
Vraag 5
Wat is de wettelijke basis voor een gedoogbeleid voor geluidsoverlast van Schiphol?
Antwoord 5
In 2015 is vooruitlopend op de juridische verankering van het NNHS in het Luchthavenverkeerbesluit
Schiphol (LVB), gekozen voor het anticiperend handhaven. Dit betekent dat de ILT geen
maatregel oplegt als er een overschrijding heeft plaatsgevonden van de grenswaarde
in de handhavingspunten voor geluid als dit het gevolg is van het vliegen volgens
de regels van het strikt preferentieel baangebruik van het NNHS. Voor het anticiperend
handhaven heeft de ILT een aanwijzing ontvangen.4 Zoals diverse keren aangegeven wil het kabinet dit gedoogbeleid beëindigen. Dit is
– als gevolg van de uitspraak van de Hoge Raad – pas mogelijk na het doorlopen van
de balanced approach-procedure en als aangepaste grenswaarden zijn vastgelegd in het
te wijzigen LVB.
Vraag 6
Wat is over van de belofte aan omwonenden om hun rechtspositie en de wet te handhaven
en hun gezondheid te beschermen?
Antwoord 6
In het regeerprogramma staat dat de inzet voor de luchtvaart gericht is op het op
orde brengen van de rechtsbescherming van omwonenden (geluidsbelasting) en de regelgeving
met behoud van de netwerkkwaliteit van Schiphol. Het regeerprogramma stelt dat het
kabinet de rechtspositie van omwonenden van Schiphol zo snel mogelijk wil herstellen
en de geluidsbelasting met 20% wil terugdringen. Om dit te bereiken zet het kabinet
de lopende Europese balanced approach-procedure voort en worden de resultaten daarvan
in het LVB vastgelegd.
Vraag 7
Kunt u een uitgebreide en inhoudelijke reactie geven op de in het artikel geciteerde
hoogleraren?
Antwoord 7
In 2023 is de grenswaarde bij handhavingspunt 25 bij Uithoorn met 19,1% overschreden.
Omdat ook een van de baanpreferentieregels van het NNHS onvoldoende was nageleefd,
ging de ILT er in eerste instantie vanuit dat zij handhavend kon optreden. Uit nader
onderzoek naar de oorzaak van de overschrijding bij Uithoorn bleek echter dat slechts
0,1%-punt van de 19,1% overschrijding in het handhavingspunt niet kon worden verantwoord
door het volgen van de baanpreferentieregels van het NNHS. De 19% resterende overschrijding
bleek wel veroorzaakt te zijn door het volgen van de baanpreferentieregels van het
NNHS. Omdat de ILT een aanwijzing van de Minister heeft om niet handhavend op te treden
wanneer de overschrijding verklaarbaar is uit het vliegen volgens het NNHS, zag de
ILT zich genoodzaakt om niet op te treden.
Er is begrip voor de constatering van de hoogleraren dat de situatie lastig is uit
te leggen aan omwonenden. Het huidige stelsel biedt onvoldoende individuele bescherming
voor omwonenden. In dit geval voor de mensen in de hoek van Uithoorn en Aalsmeer.
De hoogleraren geven aan dat het gedogen al bijna tien jaar duurt en dat dat de situatie
nog wankeler maakt. Zoals in het artikel ook benoemd staat, wordt deze lezing onderschreven
en wordt al langer gewezen op het belang van het beëindigen van de gedoogsituatie.
In het najaar van 2021 heeft de ILT hier ook schriftelijk een signaal over afgegeven
en dit is regelmatig herhaald, o.a. in de reactiebrief op de aanwijzing om het anticiperend
handhaven te continueren eind 2023.
Vraag 8
Kunt u alle correspondentie en gespreksverslagen aangaande de overschrijding van geluidsnormen
en de handhaving ervan, tussen het ministerie, de ILT en Schiphol, naar de Kamer zenden?
Antwoord 8
In het kader van twee verzoeken op basis van de Wet open overheid gericht aan de ILT
en het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat inzake de handhaving van geluidgrenswaarden
die gelden voor luchthaven Schiphol zijn documenten van het ministerie reeds openbaar
gemaakt.5 De documenten van de ILT zijn vanwege benodigde afstemming met externe partijen nog
niet openbaar gemaakt. Dit zal spoedig gebeuren.
Vraag 9
Welke uitkomst en welke gevolgen verwacht u, als omwonenden en/of milieuorganisaties
wederom een rechtszaak aanspannen?
Antwoord 9
Er kan niet vooruitgelopen worden op mogelijke juridische procedures noch op de uitkomsten
daarvan.
Vraag 10
Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden voor het komende commissiedebat Luchtvaart?
Antwoord 10
Ja
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.