Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Zanten over het bericht 'Harde klap voor gastlessen'
Vragen van het lid Van Zanten (BBB) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Harde klap voor gastlessen» (ingezonden 13 december 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Paul (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 21 januari
2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 899.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Harde klap voor gastlessen»?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Kunt u een nadere, concrete, toelichting geven waarom de subsidie voor stichting Na
de Oorlog niet los kon staan van de aanbesteding waaraan ook organisaties meededen
die lessen en/of ondersteuning bieden over geheel andere maatschappelijke thema’s?2
Antwoord 2
De subsidie voor stichting Na de Oorlog was een projectsubsidie ter invulling van
een amendement van de leden Ellian (VVD) en Segers (CU) op de begroting van 2023 voor
het verbeteren van kennis over de Joodse geschiedenis en over antisemitisme.3 De projectsubsidie staat los van de aanbestedingsopdracht, ter invulling van een
ander amendement van de leden Ceder (CU) en Paternotte (D66) op de begroting van 2024
voor het ondersteunen van docenten bij het bespreekbaar maken van gevoelige maatschappelijke
thema’s.4
Het aflopen van de projectsubsidie volgde automatisch uit de overeenkomst tussen OCW
en de stichting Na de Oorlog, de aanbestedingsopdracht heeft hierin geen rol gespeeld.
Voor de aanbestedingsopdracht is een zorgvuldig proces doorlopen met als doel om de
opdracht aan de meest geschikte partij te gunnen. Het gunningsbesluit is genomen op
basis van vooraf opgestelde criteria.
Vraag 3
Deelt u de mening dat lessen over antisemitisme zeker in de huidige tijd zeer belangrijk
zijn en dat als stichting Na de Oorlog mee had moeten doen aan een tender, dit een
aanbesteding had moeten zijn specifiek voor ondersteuning op het gebied van lessen
over antisemitisme?
Antwoord 3
Lessen over antisemitisme zijn van groot belang. Het is onaanvaardbaar als Joodse
leerlingen gepest, bedreigd of niet geaccepteerd worden om wie ze zijn. Als dat wel
gebeurt, moet daar tegenop getreden worden. Daarom roepen we scholen op om te handelen
bij antisemitische incidenten. Ter ondersteuning is in mei 2024 een handreiking gepubliceerd
die scholen en docenten moet helpen bij het herkennen van, omgaan met en melden van
antisemitische incidenten. Ook is het essentieel dat dit thema op een passende en
effectieve manier in het curriculum wordt behandeld. Niet voor niets is structurele
kennisoverdracht van de Holocaust verankerd in het curriculum PO en onderbouw VO.
Om docenten extra ondersteuning te bieden op het gebied van lessen over antisemitisme
heb ik ervoor gekozen om één van de twee opdrachten waarmee uitwerking wordt gegeven
aan het amendement van de leden Ceder (CU) en Paternotte (D66) toe te spitsen op het
thema antisemitisme. In de opdracht wordt het thema antisemitisme verbonden aan het
thema racisme en discriminatie in bredere zin. Deze koppeling sluit aan bij de ondersteuningsbehoeftes
in het onderwijsveld en vergroot de kans dat de thema’s succesvol landen. Bij het
beoordelen van de offertes van de verschillende organisaties is rekening gehouden
met kennis van en ervaring met zowel antisemitisme als met racisme en discriminatie
in bredere zin.
Vraag 4
Kunt u nader toelichten waarom enige ervaring in antisemitismebestrijding niet behoorde
tot de eisen aan deelnemende organisaties tijdens de aanbesteding naar aanleiding
van het amendement van het lid Ceder, ingediend tijdens de begrotingsbehandeling OCW
2024?
Antwoord 4
Bij het gunnen van de aanbestedingsopdracht is vanzelfsprekend rekening gehouden met
expertise op het gebied van antisemitisme. In de offerteaanvraag stonden drie gunningscriteria
vermeld: relevante kennis en ervaring, borging van de effecten en plan van aanpak.
Bij het gunnen van de aanbestedingsopdracht zijn alle offertes op deze drie criteria
beoordeeld.
Fawaka heeft ervaring met training op het gebied van inclusief samenleven en, in die
context, met training op het gebied van op antisemitisme en racisme en discriminatie
in bredere zin. Om aanvullende kennis op het gebied van antisemitisme in huis te halen,
laat Fawaka medewerkers trainen door de Anne Frank Stichting.
Vraag 5
Deelt u de mening dat enige specifieke kennis over antisemitisme een volstrekt vanzelfsprekende
vereiste zou zijn geweest bij deze aanbesteding, aangezien deze aanbesteding in de
plaats kwam van de in 2023 toegekende subsidie aan stichting Na de Oorlog?
Antwoord 5
De aanbesteding is niet in de plaats gekomen van de in 2023 toegekende projectsubsidie
aan stichting Na de Oorlog. De aanbesteding en de projectsubsidie volgen beide uit
verschillende amendementen en staan geheel los van elkaar.
Kennis over antisemitisme is een vanzelfsprekende vereiste, gegeven de aard van de
opdracht. Daarom is relevante kennis en ervaring één van de drie gunningscriteria.
In lijn met de beoordelingscommissie heb ik er alle vertrouwen in dat Fawaka deze
relevante kennis en ervaring in ruime mate in huis heeft. Om aanvullende kennis op
het gebied van antisemitisme in huis te halen, laat Fawaka medewerkers trainen door
de Anne Frank Stichting
Vraag 6
Deelt u de mening dat stichting Na de Oorlog in de afgelopen jaren heeft bewezen zeer
bedreven te zijn in het ondersteunen van leraren bij lessen over antisemitisme?
Antwoord 6
Net als andere organisaties speelt stichting Na de Oorlog een waardevolle rol in het
tegengaan van antisemitisme.
Vraag 7
Deelt u de mening dat ondersteuning moet worden geboden c.q. gastlessen moeten worden
gegeven door professioneel opgeleide mensen die in staat moeten zijn om met diverse
kritische leerlingengroepen om te gaan?
Antwoord 7
Het is belangrijk dat ondersteuning en gastlessen worden gegeven door professioneel
opgeleide mensen en juist daarom heb ik deze aanbestedingsopdracht uitgezet. Daarnaast
is in juni 2024 het Nationaal Plan Versterking Holocausteducatie gepubliceerd, dat
zich onder andere richt op het versterken van de educatieve functies van musea, herinneringscentra
en gastlessen. Een belangrijke actie binnen dit plan is de docentenpeiling, die in
het najaar van 2024 is gestart. Deze peiling brengt de ondersteuningsbehoefte van
docenten bij het geven van Holocausteducatie in kaart. De uitkomsten zullen naar verwachting
medio mei 2025 bij ons binnenkomen en zullen helpen om gerichter waar nodig de ondersteuning
van docenten te verbeteren. Voor het zomerreces zullen we de Kamer hierover informeren.
Vraag 8
Op welke wijze wordt de kostbare ervaring van stichting Na de Oorlog geborgd, mochten
cruciale middelen definitief niet ter beschikking komen aan deze stichting?
Antwoord 8
Ik geloof dat kwalitatief hoogwaardig onderwijs op het gebied van antisemitisme van
groot belang is in de strijd tegen antisemitisme. Om die reden zullen in de loop van
2025 naar verwachting twee nieuwe subsidieregelingen en/of aanbestedingsopdrachten
in werking treden.
Eén daarvan vormt de invulling het amendement van de leden Ceder (CU), Kisteman (VVD)
en Van Zanten (BBB) waarmee voor 2025 opnieuw 500.000 euro wordt vrijgemaakt voor
ondersteuning van docenten bij het bespreekbaar maken van gevoelige maatschappelijke
thema’s in de klas, waaronder antisemitisme.5 Ik erken de kostbare ervaring die stichting Na de Oorlog op dit gebied heeft en zal
ervoor zorgen dat de stichting op de hoogte wordt gesteld wanneer de inschrijving
of aanbesteding gestart wordt.
Daarnaast treedt naar verwachting medio 2025 de vierjarige subsidieregeling «het verhaal
van de Tweede Wereldoorlog blijven vertellen» in werking, deze subsidieregeling loopt
via het Ministerie van VWS en is onderdeel van het Nationaal Plan Versterking Holocausteducatie.
De regeling is bedoeld om een extra impuls te geven aan organisaties binnen de herinneringssector
die het verhaal van de Holocaust en de Tweede Wereldoorlog vertellen. De regeling
maakt ruimte voor het organiseren van museale activiteiten en cultureel-educatieve
activiteiten gericht op kennisoverdracht over de Holocaust en onderbelichte verhalen
over de Tweede Wereldoorlog. Ook voor deze regeling kan stichting Na de Oorlog een
subsidieaanvraag indienen.
Vraag 9
Kunt u nader toelichten hoe het proces van de aanbesteding is verlopen?
Antwoord 9
Het aanbestedingsproces is verlopen volgens de daarvoor geldende richtlijnen van de
Algemene Rijksinkoopvoorwaarden voor diensten (hierna: ARVODI). In lijn met deze richtlijnen
is gekozen voor een aanbesteding buiten de raamovereenkomst onder zes partijen. Deze
zes partijen hebben een offerteaanvraag ontvangen met daarin een beschrijving van,
onder meer, de opdracht en de gunningscriteria.
Van drie van de zes partijen hebben we een offerte ontvangen, deze offertes zijn door
een vierkoppige beoordelingscommissie beoordeeld, eerst door de leden van de commissie
afzonderlijk en vervolgens door de commissie als geheel. Alle partijen zijn per brief
over de beoordeling en over de daaruit volgende gunningsbeslissing geïnformeerd. Partijen
die het niet eens waren met de beslissing, hebben de mogelijkheid gekregen om een
kort geding te starten. Geen van de partijen heeft dit gedaan, daarmee werd de gunningsbeslissing
definitief.
Vraag 10
Kunt u toelichten op basis van welke scores en criteria de stichting Fawaka de aanbesteding
heeft gewonnen?
Antwoord 10
De offerteaanvragen werden beoordeeld op basis van drie criteria: relevante kennis
en ervaring, borging van de effecten en plan van aanpak. Fawaka had de hoogste totaalscore
over de drie gunningscriteria heen.
Vraag 11
Deelt u de mening dat het feit dat stichting Fawaka op haar website zich op geen enkele
wijze uitlaat over antisemitisme, duidt op een gebrek aan affiniteit met en kennis
van het thema?
Antwoord 11
In haar activiteiten richt Fawaka zich op inclusief samenleven en, in die context,
ook op antisemitisme en op racisme en discriminatie in bredere zin. Om aanvullende
kennis op het gebied van antisemitisme in huis te halen, laat Fawaka medewerkers trainen
door de Anne Frank Stichting. Samenwerking tussen Fawaka en de Anne Frank Stichting
omvat verder gezamenlijke ontwikkeling van gastlessen en van trainingen voor docenten
en continue kennisuitwisseling onderling. Daarnaast maakt Fawaka gebruik van de lesmaterialen
van de Anne Frank Stichting.
Vraag 12
Kunt u met de Kamer delen wie de vier andere partijen zijn geweest, die hebben deelgenomen
aan de aanbesteding? Zo niet, waarom niet?
Antwoord 12
Er zijn in totaal drie offerteaanvragen binnengekomen. De offertes van de andere twee
partijen waren van stichting Na de Oorlog en de Respect Foundation.
Vraag 13
Bent u bereid een evaluatie te laten uitvoeren van het aanbestedingsproces?
Antwoord 13
Het aanbestedingsproces is zorgvuldig verlopen volgens de daarvoor geldende richtlijnen
van de Algemene Rijksinkoopvoorwaarden voor diensten (ARVODI). Geen van de inschrijvers
heeft naar aanleiding van de aanbesteding een kort geding gestart over de uitkomst.
Daarmee is de gunning definitief geworden. Er is geen reden om dit specifieke proces
te laten evalueren.
Vraag 14
Kunt u aangeven hoe de twee nieuwe aanbestedingen, waarover u onder meer sprak tijdens
de begrotingsbehandeling OCW 2025, vorm krijgen, inclusief tijdpad?
Antwoord 14
In de loop van 2025 zullen naar verwachting twee nieuwe subsidieregelingen en/of aanbestedingsopdrachten
in werking treden. Eén daarvan vormt de invulling het amendement van de leden Ceder
(CU), Kisteman (VVD) en Van Zanten (BBB) waarmee voor 2025 opnieuw 500.000 euro wordt
vrijgemaakt voor ondersteuning van docenten bij het bespreekbaar maken van gevoelige
maatschappelijke thema’s in de klas, waaronder antisemitisme.
Daarnaast treedt naar verwachting medio 2025 de vierjarige subsidieregeling «het verhaal
van de Tweede Wereldoorlog blijven vertellen» in werking, deze subsidieregeling loopt
via het Ministerie van VWS en is onderdeel van het Nationaal Plan Versterking Holocausteducatie.
De regeling is bedoeld om een extra impuls te geven aan organisaties binnen de herinneringssector
die het verhaal van de Holocaust en de Tweede Wereldoorlog vertellen. De regeling
maakt ruimte voor het organiseren van museale activiteiten en cultureel-educatieve
activiteiten gericht op kennisoverdracht over de Holocaust en onderbelichte verhalen
over de Tweede Wereldoorlog.
Vraag 15
Kunt u garanderen dat bij deze aanbestedingen kennis en expertise over antisemitisme
en de Holocaust als belangrijkste criterium zal worden gehanteerd?
Antwoord 15
Net als bij de aanbestedingsprocedure die is doorlopen in het kader van het amendement
Ceder (CU) en Paternotte (D66), zal relevante kennis en ervaring ook bij een nieuw
aanbestedingsproces uiteraard een belangrijke voorwaarde zijn. De verdeling van het
gewicht tussen voorwaardes onderling is afhankelijk van de precieze invulling van
de aanbestedingsopdracht.
Vraag 16
Kunt u alle vragen afzonderlijk en met spoed beantwoorden?
Antwoord 16
Vanzelfsprekend heb ik hiervoor mijn best gedaan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.