Schriftelijke vragen : De vooraankondiging voor reparatiewetgeving met terugwerkende kracht in verband met invaren 1 januari 2025
Vragen van het lid Joseph (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris van Financiën over de vooraankondiging voor reparatiewetgeving met terugwerkende kracht in verband met invaren 1 januari 2025 (ingezonden 19 december 2024).
Vraag 1
            
Kunt u per koploperpensioenfonds (PWRI, Loodsen, APG) exact aangeven tegen welke fiscale
               knelpunten zij aanlopen als zij 1 januari 2025 invaren en de fiscale wetgeving niet
               wijzigt?
            
Vraag 2
            
Klopt het dat als de fiscale regels niet wijzigen per 1 januari 2025, de op 1 januari
               2025 ingevaren pensioenen op die knelpunten fiscaal bovenmatig zijn?
            
Vraag 3
            
Klopt het dat als een onderdeel van de pensioenregeling fiscaal bovenmatig is, dat
               dan voor de hele pensioenregeling de omkeerregel niet meer geldt, dus al het pensioengeld
               belast wordt met bijkomende revisierentes, boetes, etc.? En zo nee, wat zijn volgens
               u de consequenties als een onderdeel van de pensioenregeling fiscaal bovenmatig is?
            
Vraag 4
            
Hoe kan het dat De Nederlandsche Bank (DNB) een transitieplan van een pensioenfonds
               heeft goedgekeurd dat leidt tot fiscaal bovenmatige pensioenen?
            
Vraag 5
            
Hoe kan het dat pensioenfondsbesturen de invaarplannen hebben goedgekeurd als dat
               leidt tot fiscaal bovenmatige pensioenen?
            
Vraag 6
            
Kunt u bevestigen dat zeker is dat er niet nog meer fiscale knelpunten zijn die door
               het kabinet over het hoofd gezien zijn?
            
Vraag 7
            
Klopt het dat de Staatssecretaris in zijn brief van 18 december 2024 aan de Tweede
               Kamer aangeeft dat de drie technische knelpunten «recentelijk» zijn geconstateerd?1
Vraag 8
            
De drie geconstateerde knelpunten zijn niet nieuw en bestonden al vanaf het moment
               dat de Kamerbehandeling van de Wet toekomst pensioenen is begonnen, kunt u uitleggen
               hoe kan het dat deze fiscale problemen niet bekend waren tijdens de behandeling van
               de Wet toekomst pensioenen?
            
Vraag 9
            
Waarom bent u niet eerder met een oplossing voor deze knelpunten gekomen, gezien in
               de reactie van de Pensioenfederatie op de internetconsultatie Wet toezeggingen pensioenonderwerpen
               al op twee van de knelpunten werd gewezen?2
Vraag 10
            
Gezien pensioenfondsen zich moeten vergewissen van het feit dat er sprake is van een
               beheerste transitie en zij door de toezichthouder hierop worden getoetst, deelt u
               de mening dat de regering dan ook moet zorgen voor een beheerste transitie?
            
Vraag 11
            
In hoeverre kan er gesproken worden van een beheerste transitie nu blijkt dat twee
               weken voordat de eerste fondsen overgaan er sprake blijkt te zijn van serieuze fiscale
               knelpunten?
            
Vraag 12
            
De Staatssecretaris stelt voor dat er reparatiewetgeving komt waarmee de knelpunten
               met terugwerkende kracht wordt aangepast, is het kabinet zich ervan bewust wat de
               consequenties voor de ingevaren fondsen zijn als de wet niet of niet in deze vorm
               wordt aangenomen door de Eerste en Tweede Kamer?
            
Vraag 13
            
Is iets repareren met terugwerkende kracht dat toch voorzienbaar was niet in strijd
               met behoorlijk bestuur?
            
Vraag 14
            
Kunt u aangeven wie aansprakelijk is voor de juridische risico’s als de wetgeving
               toch niet wordt aangenomen?
            
Vraag 15
            
Kunt u aangeven hoe de rechtszekerheid is geborgd als de wet niet tijdig gereed is?
Vraag 16
            
De Staatssecretaris stelt voor om het in eerste instantie voorgestelde fiscale kader
               te verruimen (zowel voor het oudedagspensioen als het wezenpensioen), toch schrijft
               hij ook dat er geen sprake is van budgettaire consequenties, hoe is dit met elkaar
               te rijmen?
            
Vraag 17
            
Waarom bent u van mening dat een fiscaal probleem in de wetgeving geen reden is om
               het invaren van de drie fondsen uit te stellen? Ook als het risico aanwezig is dat
               deze pensioenregelingen mogelijk bovenmatig blijken te zijn?
            
Vraag 18
            
Kunt u een bijbehorend advies van de Raad van State op dit punt overleggen?
Vraag 19
            
Welke overwegingen liggen ten grondslag aan de gekozen juridische route, en is het
               niet verstandiger om een pas op de plaats te maken en de koploperfondsen niet te laten
               invaren per 1 januari 2025 tot dat de fiscale problemen zijn opgelost?
            
Vraag 20
            
Kunt u de vragen één voor één voor 25 december 2024 beantwoorden in verband met het
               feit dat de eerste pensioenfondsen willen invaren per 1 januari 2025?
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
Agnes Joseph, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.