Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Dobbe en Paternotte over VN-onderzoek in Libanon
Vragen van de leden Dobbe (SP) en Paternotte (D66) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over VN-onderzoek in Libanon (ingezonden 29 november 2024).
Antwoord van Minister Veldkamp (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 10 december 2024).
Vraag 1
Welke afspraken zijn gemaakt in het net overeengekomen staakt-het-vuren in Libanon?
Hoe kijkt u naar deze afspraken en de naleving hiervan?1
Antwoord 1
Op 27 november jl. is een staakt-het-vuren van kracht geworden tussen Israël en Hezbollah.
Dit staakt-het-vuren is mede uitonderhandeld door de Verenigde Staten en Frankrijk.
Het behelst onder meer een terugtrekking van Hezbollah ten noorden van de Litani-rivier,
inzet van de Lebanese Armed Forces(LAF) in Zuid-Libanon binnen 60 dagen en terugtrekking van het Israëlisch leger uit
Zuid-Libanon binnen 60 dagen. De afspraken voorzien verder een belangrijke rol voor
het Libanese leger om alle niet-statelijke militaire infrastructuur te ontmantelen,
herbewapening van Hezbollah te voorkomen en de veiligheidsrol in heel Libanon weer
over te nemen. Een nieuw ingesteld monitoringsmechanisme, waarvan de Verenigde Staten,
Frankrijk, Israël, Libanon en UNIFIL deel uitmaken moet schendingen van het bestand
monitoren.
Nederland verwelkomt dit staakt-het-vuren. Het is nu van belang dat de afspraken door
alle partijen worden nageleefd, en de internationale gemeenschap deze naleving ondersteunt
waar mogelijk. Evenzo belangrijk dat dit bestand leidt tot een duurzame, politieke
oplossing langs de lijnen van VNVR-resolutie 1701.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het tegengaan van straffeloosheid in Libanon belangrijk is en
ook bij kan dragen aan het in stand houden van het staakt-het-vuren?
Antwoord 2
Voor het slagen van het staakt-het-vuren op dit moment is het vooral van belang dat
er geen schendingen van dit bestand plaatsvinden. Daarnaast is in het algemeen gerechtigheid
een belangrijke voorwaarde voor duurzame vrede («no peace without justice»).
Vraag 3
Hoe bevordert u dat onafhankelijke, internationale waarnemers toegelaten worden tot
Libanon, zodat onderzocht kan worden of strijdende partijen zich houden aan het internationaal
recht, waartoe de motie Paternotte c.s. (Kamerstuk 36 600 V, nr. 26) u oproept?
Antwoord 3
Conform motie Paternotte c.s. (Kamerstuk 36 600 V, nr. 26) zal ik tijdens de Raad Buitenlandse Zaken van maandag 16 december 2024 het belang
van gedegen onderzoek naar vermeende schendingen van het humanitair oorlogsrecht onderstrepen.
Ik zal oproepen om te onderzoeken of en hoe dit ingepast kan worden binnen het raamwerk
van het nieuw ingestelde monitoringsmechanisme.
Vraag 4
Bent u bekend met de oproep van allerlei maatschappelijke organisaties, waaronder
Human Rights Watch, Amnesty International en PAX, waarin de Mensenrechtenraad van
de Verenigde Naties (VN) gevraagd wordt onderzoek naar schendingen van mensenrechten
en oorlogsrecht door alle partijen in het conflict in Libanon in te stellen?2 Bent u bereid, nu Nederland lid is van de VN-Mensenrechtenraad, zich hiervoor in
te spannen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Nederland heeft de oproep van ngo’s voor een Speciale Sessie in de Mensenrechtenraad
en het instellen van een onderzoeksmechanisme ontvangen. Nederland is in beginsel
voorstander van een Speciale Sessie als het een situatie betreft die de aandacht van
de Mensenrechtenraad behoeft. Libanon zelf heeft echter nog niet gepleit voor een
dergelijke Speciale Sessie en een formeel verzoek is ook nog niet door andere landen
ingediend. Hierom, en gezien het recente staakt-het-vuren tussen Israël en Hezbollah,
ligt het initiëren van een dergelijke Speciale Sessie voor Nederland op dit moment
niet voor de hand.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.