Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Dobbe over het bericht dat er onvoldoende budget is in 2024 voor de langdurige zorg
Vragen van het lid Dobbe (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat er onvoldoende budget is in 2024 voor de langdurige zorg (ingezonden 20 augustus 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Maeijer (Volksgezondheid, Welzijn en Sport ) (ontvangen
27 september 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 2497.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat uit prognoses van de Nederlandse Zorgautoriteit
(NZa) blijkt dat het budget voor de langdurige zorg in 2024 onvoldoende is om alle
noodzakelijke zorg te vergoeden?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u dit bericht in het licht van de extra bezuinigingen van 310 miljoen
euro op het WLZ-kader die dit jaar nog zijn doorgevoerd?
Antwoord 2
Er is geen sprake van extra bezuinigingen van 310 miljoen op het Wlz-kader. Bij de
voorjaarsbesluitvorming 2024 heeft het vorige kabinet geoordeeld dat de gereserveerde
herverdeelmiddelen niet nodig waren. Dit besluit is destijds genomen op basis van
de inzichten in de februaribrief van de NZa. In de julibrief heeft de NZa haar inzichten
geactualiseerd. Op basis hiervan is er sprake van een verwacht tekort op het Wlz kader
2024.
Ik vind het belangrijk dat zorgkantoren voldoende zorg in kunnen kopen voor mensen
die daar op grond van de Wlz recht op hebben en dit dus ook nodig hebben. Het dreigende
tekort in 2024 stelde het nieuwe kabinet voor een financiële opgave. Bij de financiële
besluitvorming over de begroting zijn extra middelen vrijgemaakt om dit tekort op
te lossen. Zoals toegelicht in mijn definitieve kaderbrief Wlz 20252 is het beschikbaar gestelde Wlz-kader voor 2024 verhoogd met een bedrag van € 201 miljoen
en daarmee toereikend om voldoende zorg in te kopen.
Vraag 3
Heeft u kennisgenomen van de waarschuwingen van Actiz, de Vereniging Gehandicaptenzorg
Nederland, de Nederlandse GGZ, Zorgverzekeraars Nederland, zorgverleners (in actie
op 25 juni 2024), FNV, CNV en Nu91 tegen de extra bezuinigingen op de langdurige zorg
(WLZ-kader) dit jaar?
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Hoe zijn al deze verschillende waarschuwingen tegen de extra bezuiniging van 310 miljoen
op het WLZ-kader in 2024 beoordeeld door het kabinet? Kunnen we alle stukken met betrekking
deze beoordeling en afweging ontvangen?
Antwoord 4
Mijn ambtsvoorganger heeft op deze waarschuwingen gereageerd via de oplegbrief aan
de Tweede Kamer bij de voorlopige kaderbrief Wlz 2025 van 19 juni 20243. In deze brief treft u alle informatie over de beoordeling en afwegingen die tot
dit besluit hebben geleid. In de beslisnota die tegelijkertijd met voornoemde brief
is meegestuurd naar uw Kamer is terug te lezen op welke afwegingen deze beoordeling
is gebaseerd. Er zijn geen verdere stukken beschikbaar.
Vraag 5
Op 13 februari dit jaar deed de rechter al uitspraak over de noodzaak van de herberekening
van het richttariefpercentage voor gehandicaptenzorg en op 16 februari dit jaar werd
amendement Dobbe om de bezuinigingen van 193 miljoen op de langdurige zorg terug te
draaien breed door de Tweede Kamer aangenomen; hoe kan het zo zijn dat nu in de prognoses
van de NZa blijkt dat hier niet tijdig rekening mee is gehouden?
Antwoord 5
De zorgkantoren hebben pas op 31 mei 2024 een besluit genomen om de richttarieven
voor 2024 te verhogen naar aanleiding van de rechterlijke uitspraak. Het was voor
de NZa daarom niet mogelijk om de financiële effecten hiervan eerder te berekenen
dan in de julibrief.
Met de financiële impact van het amendement Dobbe is direct rekening gehouden in de
hiervoor genoemde voorlopige kaderbrief Wlz 2025. Hierin is toegelicht dat er voor
het jaar 2024 een extra bedrag van € 193 miljoen is vrijgemaakt voor de uitvoering
van dit amendement. Voor de NZa kwam het amendement Dobbe te laat om nog mee te kunnen
nemen in haar februaribrief. Zij heeft dit vervolgens wel meegenomen in haar julibrief.
Vraag 6
77 miljoen euro van de 310 miljoen euro bezuiniging op het WLZ-kader is structureel
en werkt ook na 2024 door; deelt u de mening dat deze extra structurele bezuiniging
op de langdurige zorg onverantwoord is en bent u bereid deze terug te draaien?
Antwoord 6
Hier is geen sprake van een bezuiniging, maar van een aanpassing van het Wlz kader
door het vorige kabinet op basis van de uitvoeringsinformatie uit de februaribrief
van de NZa.
Bij de financiële besluitvorming over de begroting heeft het kabinet de meest recente
uitvoeringsinformatie uit de julibrief van de NZa betrokken. Op grond daarvan zijn
extra middelen vrijgemaakt. Zoals toegelicht in de definitieve kaderbrief Wlz 2025
is het Wlz-kader met een structureel bedrag van € 201 miljoen verhoogd. Daarmee is
het budget toereikend om voldoende zorg in te kopen.
Vraag 7
Welke gevolgen heeft dit tekort voor de zorg voor ouderen, de gehandicaptenzorg en
de geestelijke gezondheidszorg? Graag een toelichting.
Antwoord 7
Ik vind het belangrijk dat zorgkantoren voldoende zorg in kunnen kopen voor mensen
die daar op grond van de Wlz recht op hebben. Op basis van de meest recente uitvoeringsinformatie
van de NZa stuur ik erop dat het Wlz-kader toereikend is. Deze systematiek heeft er
de afgelopen jaren steeds toe geleid dat alle geleverde zorg vanuit het beschikbare
Wlz-kader kon worden betaald.
Het dreigende tekort over 2024 is opgelost bij de financiële besluitvorming binnen
het kabinet over de begroting. Zoals ik hiervoor heb toegelicht is het Wlz-kader met
een bedrag van € 201 miljoen structureel verhoogd en daarmee toereikend om voldoende
zorg in te kopen.
Vraag 8
Bent u het ermee eens dat er noodzakelijke zorg altijd gegeven moet kunnen worden?
Antwoord 8
Ja.
Vraag 9
Bent u het ermee eens dat er altijd voldoende budget ingeboekt moet worden om noodzakelijke
zorg te kunnen geven?
Antwoord 9
Ja.
Vraag 10
Bent u het ermee eens dat het problematisch is dat de NZa nu moet constateren dat
er onvoldoende budget voor noodzakelijke zorg is ingeboekt?
Antwoord 10
Ja, want het verwachte tekort op het Wlz-kader stelde het kabinet voor een ingewikkelde
financiële opgave. Zoals ik hiervoor heb aangegeven is hiervoor een passende oplossing
gevonden in de financiële besluitvorming over de begroting.
Vraag 11
Bent u het met ons eens dat de extra doorgevoerde bezuiniging van 310 miljoen euro
in 2024 op het WLZ-kader onverantwoord was? Graag een toelichting.
Antwoord 11
Nee, ik deel niet dat er sprake is van een bezuiniging van 310 miljoen euro. Ik constateer
wel, met de kennis van nu, dat het vorige kabinet in haar raming zodanig scherp aan
de wind heeft gevaren, dat het kabinet voor een forse financiële opgave stond om het
Wlz-kader toereikend vast te stellen. Het dreigende tekort is opgelost door extra
middelen vrij te maken voor de Wlz bij de besluitvorming over de begroting.
Vraag 12
Bent u het, naar aaanleiding van deze nieuwe definitieve prognose van de NZa, bereid
deze bezuiniging op het WLZ-kader voor 2024 alsnog terug te draaien om tekorten op
noodzakelijke zorg te voorkomen, zoals bijvoorbeeld ook voorgesteld in amendement
Dobbe in (36 550 XVI) of op een andere manier deze bezuiniging ongedaan te maken?
Antwoord 12
Zoals ik hiervoor heb aangegeven was er geen sprake van een bezuiniging van 310 miljoen
euro. Maar zoals gebruikelijk heb ik de inzichten uit de julibrief van de NZa betrokken
bij de financiële besluitvorming van het kabinet. Op grond van de prognose van de
NZa uit de julibrief zijn extra middelen vrijgemaakt. Zoals toegelicht in de definitieve
kaderbrief Wlz 2025 is het Wlz-kader met een structureel bedrag van € 201 miljoen
verhoogd. Daarmee is het budget toereikend om voldoende zorg in te kopen.
Vraag 13
Bent u bereid om de verder ingeboekte bezuinigingen op de langdurige zorg te schrappen
om ervoor te zorgen dat er niet nog meer tekorten ontstaan om noodzakelijke zorg te
kunnen verlenen, en dit ook te verwerken in de begroting VWS 2025? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 13
Zoals ik heb toegelicht is er in 2024 geen sprake van een bezuiniging op Wlz-zorg,
maar is de raming voor het benodigd Wlz-kader door het vorige kabinet geactualiseerd
op basis van uitvoeringsgegevens uit de februaribrief van de NZa. Het is mijn verantwoordelijkheid
om de langdurige zorg toegankelijk, betaalbaar en van goede kwaliteit te houden. In
het Hoofdlijnenakkoord zijn bovendien financiële afspraken gemaakt over de zorg en
over de sturing op de overheidsfinanciën in het algemeen. Dat betekent dat ik de gevraagde
garantie niet kan geven. Wel mag u van mij verwachten dat ik mij inzet voor een toereikend
Wlz-kader om de benodigde zorg voor de kwetsbare Wlz-cliënten te kunnen betalen. Dit
blijkt ook uit de extra middelen van € 201 miljoen structureel die ik via de definitieve
kaderbrief Wlz 2025 beschikbaar heb gesteld.
Vraag 14
Bent u bereid om deze vragen een voor een te beantwoorden?
Antwoord 14
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V. Maeijer, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.