Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op de leden Kröger en Piri over het bericht 'Russisch staatsbedrijf sluist honderden miljoenen aan uraniumwinst door Nederland'
Vragen van de leden Kröger en Piri (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Ministers van Klimaat en Groene Groei en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp over het bericht «Russisch staatsbedrijf sluist honderden miljoenen aan uraniumwinst door Nederland» (ingezonden 23 augustus 2024).
Antwoord van Minister Hermans (Klimaat en Groene Groei), mede namens de Ministers
van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen
26 september 2024)
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Russisch staatsbedrijf sluist honderden miljoenen aan
uraniumwinst door Nederland»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk is dat Rusland nog steeds honderden miljoenen
euro’s verdient aan Europa met de handel en verwerking van uranium?
Antwoord 2
Ja, het kabinet deelt deze mening. Rusland levert nog aan kerncentrales in de EU,
die zich nu nog gebonden weten aan leveringscontracten die zijn afgesloten vóór 24 februari
2022, de start van de oorlog in Oekraïne. Opzeggen van deze contracten kan vaak niet
zonder nadelige consequenties, zolang er geen internationale sancties zijn afgekondigd.
Het kabinet pleit conform de motie Klaver c.s. (Kamerstuk 36 476, nr. 3) in Europees verband voor sancties die het Russische verdienvermogen in het civiel-nucleaire
domein raken.
Vraag 3
Deelt u de mening dat al het mogelijke moet worden gedaan om alle activiteiten van
Rosatom in Nederland en de Europese Unie zo snel mogelijk te stoppen? Zo ja, welke
stappen onderneemt u hiertoe?
Antwoord 3
Het kabinet deelt die mening. In reactie op de Russische militaire agressie in Oekraïne
heeft de EU beleid ingesteld om hiertegen op te treden.
Zowel Nederland als de Europese Unie onderzoeken alle potentiële maatregelen die het
verdienvermogen van Russische staatsbedrijven ondermijnen, gegeven dat deze maatregelen
geen disproportioneel negatief effect hebben op onze economie, internationale veiligheid
of zwaarwegende humanitaire belangen. Urenco werkt bijvoorbeeld aan uitbreiding van
de productiecapaciteit voor verrijkt uranium2, zodat op termijn alternatieven beschikbaar komen. De Europese Unie heeft middelen
beschikbaar gesteld om de afhankelijkheid van Russische brandstof van een aantal kerncentrales
in Oost-Europa te verminderen3.
Vraag 4
Bent u bereid in EU-verband te pleiten voor sancties rondom uranium?
Antwoord 4
Het kabinet pleit conform de motie Klaver c.s. (Kamerstuk 36 476, nr. 3) in Europees verband voor sancties die het Russische verdienvermogen in het civiel-nucleaire
domein raken, laatstelijk op de informele Raad Buitenlandse Zaken van 29 augustus
jl.
Vraag 5
Wat is de stand van zaken rondom de uitvoering van de aangenomen motie van het lid
Klaver c.s. over in Europees verband pleiten voor beperkende maatregelen wat betreft
import uit Rusland in het nucleair domein en van LNG (Kamerstuk 36 476, nr. 3)?
Antwoord 5
Het kabinet geeft voortdurend uitvoering aan de motie Klaver c.s. door tijdens alle
sanctie-onderhandelingen te pleiten voor maatregelen die het Russische verdienvermogen
op mondiale gas- en oliemarkten en in het civiel-nucleaire domein ondermijnen. Voor
alle potentiële sancties is unanimiteit vereist. Mede met het oog hierop is het van
belang dat nieuwe sanctiemaatregelen geen disproportioneel effect hebben op de leveringszekerheid
in de EU. In het geval van sancties in het civiel-nucleaire domein geldt daarnaast
ook dat sanctiemaatregelen geen bedreiging mogen vormen voor de mondiale nucleaire
veiligheid.
Ook in het veertiende sanctiepakket van juni jl. is op dit vlak een aantal belangrijke
stappen gezet. Zo is de overslag van Russisch LNG in de Europese Unie naar landen
buiten de Unie verboden. Daarnaast zijn sancties opgelegd tegen Russische LNG-terminals
in aanbouw verschillende bedrijven en schepen die betrokken zijn bij de ontwikkeling
van deze en andere energieprojecten. De combinatie van deze gerichte maatregelen moet
de verdere ontwikkeling van de Russische energiesector afremmen en daarmee het Russische
verdienvermogen op de lange termijn ondermijnen. Ook voor wat betreft de versterking
van het olieprijsplafond is een belangrijke maatregel getroffen. Als onderdeel van
het veertiende pakket is een nieuw instrument gecreëerd waarmee direct sancties ingesteld
kunnen worden tegen schepen die betrokken zijn bij het omzeilen van het olieprijsplafond.
Hiermee wordt deze schepen de toegang tot Europese havens en dienstverlening ontzegd.
Bij instelling van het instrument zijn sancties opgelegd tegen 27 schepen. Voorts
spant het kabinet zich in voor de voortdurende aanvulling van deze sanctielijst. Binnen
het civiel-nucleaire domein zijn in het veertiende sanctiepakket geen nieuwe stappen
gezet. Het kabinet blijft zich hier echter voor inspannen. Als onderdeel van het tiende
sanctiepakket zijn op 25 februari 2023 wel al sancties ingesteld tegen de Russische
civiel-nucleaire vloot.
Het kabinet spant zich ook buiten het sanctiedomein in om de import van Russisch gas
waaronder LNG terug te dringen. Het kabinet zet zich hierbij zowel in voor EU-brede
maatregelen als voor duidelijke invulling door de Europese Commissie van de ruimte
die individuele lidstaten krijgen om maatregelen te treffen, zodat die ingevoerd kunnen
worden.
Deze inzet in EU-verband is ten eerste belangrijk omdat maatregelen het meest effectief
zijn als ze op EU-niveau getroffen worden dan wel in de hele EU op gelijke wijze worden
toegepast. Bij aanpak op EU niveau kan ook worden bewaakt dat maatregelen geen onaanvaardbare
gevolgen hebben voor de EU-leveringszekerheid.
Ten tweede is de inzet van het kabinet ingegeven door het feit dat in Nederland alle
maatregelen voor de beperking van Russisch gas die zij kon nemen al heeft genomen,
en beperkt is in haar handelingsvrijheid om aanvullende maatregelen te treffen. Zo
wordt in Nederland al voorkomen dat er nieuwe LNG-importstromen ontstaan via de nieuwe
LNG-importcapaciteit die sinds 2022 is of nog wordt gerealiseerd. Dit is geregeld
via de contracten voor het gebruik van deze nieuwe importcapaciteit. Er is echter
nog geen mogelijkheid om de beperkte nog bestaande importstroom in te perken, die
is gebaseerd op contracten uit het verleden. Er is nog geen EU-sanctiemaatregel die
de import op basis van dergelijke historische contracten verbiedt. Het is ook nog
niet duidelijk of Nederland deze reststroom zou kunnen inperken op basis van de nieuwe
bepaling uit Verordening (EU) 2024/1789 (in het decarbonisatiepakket) die individuele
lidstaten onder strenge voorwaarden de mogelijkheid geeft om tijdelijke maatregelen
te treffen om de aanvoer van Russisch gas te beperken (toegelicht in Kamerstuk 29 023, nr. 494).
Tegen deze achtergrond werkt de Europese Commissie op verzoek van de Raad, mede op
initiatief van Nederland, in het kader van RePowerEU aan een routekaart voor de verdere
afbouw van de import van Russisch gas in de EU.
Concreet pleit Nederland ervoor dat in deze routekaart EU-breed de hiervoor genoemde
maatregel wordt meegenomen, die al in Nederland is toegepast, dat nieuwe importstromen
via nieuwe LNG-importcapaciteit worden voorkomen. Hiermee wordt een concrete dam opgeworpen
voor de import van Russisch LNG via nieuwe LNG-terminals. Mogelijk zal de Commissie
in de routekaart ook het belang van gezamenlijke inkoop via het Europese inkoopplatform
onderstrepen, waarvan Russische partijen worden uitgesloten. Dit platform is immers
een permanent instrument geworden in de EU. Het kabinet verwacht verder dat de Europese
Commissie in de routekaart nadere invulling zal geven aan en duidelijkheid over de
mogelijkheden voor individuele lidstaten om op basis van Verordening (EU) 2024/1789
tijdelijke maatregelen te treffen om import van Russisch gas te beperken.
Als de routekaart er is, schept dit voor EU lidstaten duidelijkheid over de volgende
concrete stappen die zij kunnen zetten in het inperken van Russisch gas en de afbouw
van Russische gas conform RePowerEU. Omdat in Nederland al proactief maatregelen zijn
getroffen en Nederlandse bedrijven al actief deelnemen aan het gezamenlijke inkoopplatform,
zal met name van belang zijn welke concrete stappen aanvullend genomen kunnen worden
om de hiervoor genoemde nog resterende reststroom aan LNG-import op basis van Verordening
(EU) 2024/1789 te kunnen aanpakken.
Vraag 6
Hoe is dit te verenigen met de plannen voor nieuwe kerncentrales in Nederland? Hoe
wordt verzekerd dat deze centrales op geen enkele manier afhankelijk zijn van Russische
bedrijven, direct of indirect?
Antwoord 6
Nederland kent op dit moment geen directe afhankelijkheid van Rusland ten aanzien
van de elektriciteitsproductie van kernenergie en is voornemens dit door te zetten
bij nieuwe kerncentrales. Er is op dit moment nog wel een indirecte afhankelijkheid
bij het hergebruik van uranium en de daarmee gepaarde vermindering van radioactieve
afval en de inzet van natuurlijke grondstoffen. Er wordt onderzocht hoe we deze indirecte
afhankelijkheid kunnen doorbreken zoals ook is aangegeven in de beantwoording van
vragen van het lid Kröger (Aanhangsel Handelingen II 2023–2024, nr. 607). Wereldwijd is er op dit moment voldoende diversiteit qua aanbod van uranium om
niet afhankelijk te zijn van Rusland bij de bouw van nieuwe kerncentrales. De grootste
uraniumvoorraden bevinden zich in Australië, Canada en Kazachstan. De winbaarheid
is afhankelijk van de prijs van uranium waarbij de voorraden in Kazachstan bijvoorbeeld
al winbaar zijn onder de 40 dollar per kg uranium, terwijl de voorraden in Australië
pas economisch winbaar zijn als de prijs stijgt naar boven de 80 dollar per kg.
Vraag 7
Hoe kijkt u aan tegen de afhankelijkheid van Rusland in de medische sector?4 Wordt er gewerkt aan alternatieven voor medische isotopen? Wat zijn de mogelijkheden
hiertoe?
Antwoord 7
In de medische sector bestaat een afhankelijkheid van Rusland als het gaat om de productie
van het therapeutische isotoop lutetium-177. Dit medische isotoop wordt gebruikt voor
de behandeling van uitgezaaide prostaatkanker. Voor de huidige productiemethoden van
het therapeutische isotoop lutetium-177 is een bepaald bronmateriaal nodig, namelijk
verrijkt ytterbium-176 (het stabiele isotoop). Dit stabiele isotoop wordt vervolgens
bestraald in een reactor waardoor het radioactief wordt en kan worden gebruikt voor
medische doeleinden. Op dit moment is Europa voor verrijkt ytterbium-176 afhankelijk
van Rusland, waar verrijking plaatsvindt in zogeheten calutrons. Momenteel is er in
Europa voldoende voorraad aanwezig van verrijkt ytterbium-176 om te voorzien in de
huidige vraag naar lutetium-177. De inschatting is echter dat de vraag naar het bronmateriaal
in de komende jaren sterk zal stijgen door de verwachte toename van behandelingen
met therapeutische isotopen.
In 2021 heeft de Europese Commissie het SAMIRA Actieplan5 gepubliceerd als onderdeel van het Europees kankerbestrijdingsplan6. Onder dit Actieplan wordt prioriteit gegeven aan het afbouwen van ongewenste afhankelijkheden
van landen buiten Europa voor bronmateriaal en de verrijking daarvan, zodat de toeleveringsketen
van medische isotopen robuuster wordt. Ook is er een aantal partijen in Europa dat
technologieën probeert te ontwikkelen waarmee de afhankelijkheid van Rusland voor
o.a. bronmateriaal, in dit geval verrijkt ytterbium-176, kan worden afgebouwd. Daarnaast
heeft het Amerikaanse bedrijf SHINE aangegeven dat het in de toekomst ook in lutetium-177
wil voorzien dat niet afhankelijk is van Rusland. Op dit moment is het nog onbekend
of dit productieproces zal plaatsvinden in de nog te bouwen productielocatie in Veendam,
Nederland.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei -
Mede namens
R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp -
Mede namens
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.