Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Krul over het bericht ‘Als model gelokt, voor de camera misbruikt’
Vragen van het lid Krul (CDA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Als model gelokt, voor de camera misbruikt» (ingezonden 26 juni 2024).
Antwoord van Minister Van Weel (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 20 september 2024).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 2191.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Als model gelokt, voor de camera misbruikt»?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met het bericht.
Vraag 2
Kunt u reageren op het feit dat uit onderzoek van de Volkskrant blijkt dat een persoon
in ruim 20 jaar honderden Oost-Europese vrouwen heeft geronseld voor de illegale productie
van porno en prostitutie, zonder dat hij hiervoor is vervolgd?
Antwoord 2
Ik ben geschrokken van de ervaringen die in het artikel in de Volkskrant zijn opgetekend. Hoewel sekswerk in Nederland legaal kan worden verricht, vind ik
het van het allergrootste belang dat dit gebeurt onder juiste omstandigheden en conform
de wet- en regelgeving ter zake. Bovendien geldt boven alles dat het van het allergrootste
belang is dat het verrichten van seksuele handelingen in een professionele context,
of dit nu in het kader van sekswerk wordt verricht of in het kader van de productie
van pornografische films, veilig moet gebeuren, waarbij de bescherming van sekswerkers
onderscheidenlijk acteurs een speerpunt moet zijn.
In het artikel worden zaken behandeld die aspecten bevatten die wijzen op signalen
van mensenhandel. In zijn algemeenheid geldt dat wanneer sprake is van een signaal
mensenhandel, dit signaal altijd wordt opgevolgd door de betreffende opsporingsdiensten
en het openbaar ministerie, conform de OM-aanwijzing mensenhandel. Indien sprake is
van mogelijke strafbare feiten, verricht de politie onderzoek naar aanknopingspunten
die opsporingshandelingen rechtvaardigen. Op basis van deze verzamelde aanknopingspunten
wordt in afstemming met het openbaar ministerie een weloverwogen keuze gemaakt om
al dan niet tot verdere vervolging over te gaan. Deze procedure en afweging kunnen,
indien er te weinig aanknopingspunten aanwezig zijn die vervolging rechtvaardigen,
leiden tot een beslissing om niet tot verdere vervolging over te gaan. Het is voor
mij als Minister echter niet mogelijk om in te gaan op specifieke vragen die zien
op informatie over individuele strafzaken.
Vraag 3
Is hiervan aangifte gedaan door slachtoffers of andere personen en zo ja, hoe vaak?
Antwoord 3
Zoals aangegeven bij de beantwoording van vraag 2, is het niet mogelijk om in te gaan
op vragen die betrekking hebben op individuele (straf)zaken.
Vraag 4
Hoe plaatst u de bevindingen van de Volkskrant in het licht van uw verkenning naar
misstanden in de porno-industrie uit maart 2023, waarin u schreef dat er geen signalen
waren van strafbare feiten of andere misstanden in de Nederlandse porno-industrie?
Antwoord 4
In maart 2023 is er, op verzoek van uw Kamer, een verkenning uitgevoerd naar het bestaan
van eventuele misstanden in de Nederlandse porno-industrie (Kamerstukken II, 2022–23,
34 843, nr. 17). Aanleiding hiervoor was een Frans Senaatsrapport waarin misstanden op de filmset
van Franse pornoproducenten stonden beschreven. De uitvraag in het kader van deze
verkenning heeft zich, zoals verzocht door uw Kamer, specifiek toegelegd op het in
kaart brengen van dergelijke misstanden en/of strafbare feiten op filmsets binnen
de Nederlandse porno-industrie en niet over het werven voor de porno-industrie. Meer
specifiek heeft de verkenning zich gericht op het bestaan van strafbare feiten bij
de productie van pornografisch materiaal op een Nederlandse filmset.
Na raadpleging van de politie, het openbaar ministerie en de Arbeidsinspectie blijkt
uit de verkenning van destijds niet van enige signalen van strafbare feiten bij de
productie van pornografisch materiaal op een Nederlandse filmset. Vanuit hulpverleningsinstanties
volgde vrijwel een gelijkluidend beeld, daarbij opgemerkt dat één hulpverleningsinstantie
aangeeft in 2019 een melding te hebben ontvangen waarbij mogelijk sprake is van een
link met de porno-industrie. Vanuit belangenorganisaties (SWAD, Soa Aids Nederland
en Sekswerkexpertise) waren eveneens geen meldingen bekend van eventuele misstanden
bij de productie van pornografisch materiaal in Nederland. Dat bij producties binnen
de porno-industrie geen misstanden bij de bevraagde instanties bekend waren, betekent
niet dat deze er niet zijn. Wel dat deze ten tijde van de verkenning niet bekend waren
bij de bevraagde organisaties die over een goede informatiepositie beschikken over
seksuele misdrijven, ook ten aanzien van specifieke sectoren, en mensenhandel.
Vraag 5
Wat is de reden dat uit uw verkenning volgt dat er geen sprake is van misstanden,
maar dat uit onderzoek van de Volkskrant blijkt dat de politie de afgelopen 20 jaar
meerdere keren meldingen heeft ontvangen over Van der W. en meermaals is binnengevallen
bij hem, en ook nog eens is vastgesteld dat er sprake was van illegale prostitutie?
Antwoord 5
Zoals bij vraag 4 toegelicht was de verkenning gericht op het kaart brengen van strafbare
feiten bij de productie van pornografisch materiaal op filmsets in de Nederlandse
porno-industrie en niet op de werving daarvoor. Bovendien heeft de verkenning zich
beperkt tot een interne uitvraag bij het openbaar ministerie, de Arbeidsinspectie,
politie en hulpverleningsinstanties en belangenorganisaties, aangezien niet specifiek
op misstanden in de porno-industrie geregistreerd wordt. Het ontbreken van verdere
aanknopingspunten voor vervolging in bepaalde zaken in zijn algemeenheid, kan een
reden zijn waarom deze zaken niet in de verkenning naar boven zijn gekomen.
Vraag 6
Was u hiermee bekend en zo ja, wat is dan de reden dat u heeft aangegeven dat er geen
signalen zijn van misstanden in de Nederlandse porno-industrie?
Antwoord 6
Nee, ik ben hier niet mee bekend. Zie beantwoording vraag 4 en 5 voor de reden waarom
er uit de verkenning is gebleken dat er geen signalen van misstanden in de Nederlandse
porno-industrie zijn.
Vraag 7
Deelt u de mening dat het schrijnend is dat bij deze gevallen van uitbuiting, illegale
prostitutie en mensenhandel jarenlang geen actie wordt ondernomen en daders hierdoor
hun gang kunnen blijven gaan met het uitbuiten van kwetsbare slachtoffers uit zowel
Nederland als andere landen?
Antwoord 7
Het beeld dat u schetst dat geen actie wordt ondernomen tegen het uitbuiten van (kwetsbare)
slachtoffers, zowel uit Nederland als uit het buitenland, herken ik niet. Wanneer
de politie meldingen ontvangt over signalen van mensenhandel, wordt dit altijd door
politie opgepakt, conform de uitgangspunten in de OM-aanwijzing over mensenhandel.
Zoals onder de beantwoording van vraag 2 aangegeven doet de politie, wanneer sprake
is van mogelijke strafbare feiten zoals mensenhandel, onderzoek naar nadere aanknopingspunten
over deze misstanden. Op basis van deze aanknopingspunten wordt in afstemming met
het OM een weloverwogen keuze gemaakt om al dan niet tot verdere vervolging over te
gaan. Het ontbreken van voldoende aanknopingspunten kan een reden zijn om niet tot
verdere vervolging over te gaan. Het is belangrijk dat potentiële slachtoffers worden
voorkomen en daders worden aangepakt. Daarom sta ik samen met de betrokken partners
voor een effectieve en daadkrachtige aanpak van mensenhandel. Zo wordt door middel
van het actieplan Samen tegen Mensenhandel ingezet op onder meer het creëren van een
brede bewustwording over mensenhandel bij verschillende groepen in de samenleving,
het vergroten van de meldingsbereidheid van slachtoffers en burgers en wordt gewerkt
aan een betere vaststelling van slachtofferschap en bescherming van slachtoffers.
Daarnaast wordt het met de modernisering en uitbreiding van de strafbaarstelling van
mensenhandel, opgenomen in artikel 273f Wetboek van Strafrecht, makkelijker om daders
aan te pakken en te straffen. De nota naar aanleiding van het verslag verwacht ik
in oktober naar uw Kamer te zenden.
Vraag 8
Klopt het dat er geen enkel zicht is op wat er in de Nederlandse porno-industrie gebeurt
en dus blijkbaar ook geen zicht is op de illegale praktijken, uitbuiting en prostitutie
die hierin plaatsvinden?
Antwoord 8
Het werken in deze industrie is legaal en is daarom, net als in andere branches, onderhevig
aan regels voortvloeiend uit arbeidsrechtelijke wet- en regelgeving. Werkgevers, waaronder
werkgevers in de Nederlandse porno-industrie, zijn primair zelf verantwoordelijk voor
naleving van de verschillende arbeidswetten. In bepaalde situaties moet de werkgever
ook maatregelen nemen ter voorkoming van gevaar voor de veiligheid of gezondheid van
andere personen dan zijn werknemers. De Arbeidsinspectie houdt toezicht op naleving
van deze arbeidswetten. Dit doet zij risicogericht en programmatisch. Meldingen zijn
de basis van het reactieve toezicht en worden volgens vaste procedures en kaders beoordeeld.
Wanneer de meldingen niet het domein van de Arbeidsinspectie betreffen worden zij,
waar nodig, doorgezet naar bijvoorbeeld de politie (bij seksuele uitbuiting of een
andersoortig zedenfeit). Ook houdt de Arbeidsinspectie proactief toezicht met landelijke
programma’s, zoals het programma Psychosociale Arbeidsbelasting, Arbeidsdiscriminatie
en Fysieke Belasting. Onder Psychosociale Arbeidsbelasting vallen onder andere seksuele
intimidatie op de werkvloer en agressie en geweld. Werkgevers zijn verplicht om een
beleid te voeren om Psychosociale Arbeidsbelasting te voorkomen. De werkgever is verplicht
om in de Risico Inventarisatie en Evaluatie het risico op Psychosociale Arbeidsbelasting
te inventariseren en in het bijbehorende Plan van Aanpak maatregelen op te nemen en
uit te voeren. De Risico Inventarisatie en Evaluatie is de ingang voor de Arbeidsinspectie
om te controleren op Psychosociale Arbeidsbelasting bij werkgevers. Dit betekent dat
de Arbeidsinspectie geen toezicht houdt of handhaaft op individuele gevallen, maar
kijkt naar het door het bedrijf gevoerde beleid. De Arbeidsinspectie heeft geen specifiek
programma of project dat zich richt op de Nederlandse porno-industrie, hetgeen betekent
dat er geen gericht toezicht wordt gehouden op deze industrie. Eventuele meldingen
vanuit deze branche doorlopen het reguliere wegings- en beoordelingsproces van de
Arbeidsinspectie en worden waar nodig en mogelijk opgevolgd.
Vraag 9
Op welke manier wordt op dit moment toezicht gehouden op de porno-industrie om misstanden
te signaleren en te voorkomen?
Antwoord 9
Zie vraag 8.
Vraag 10
Hoe worden kwetsbare (buitenlandse) vrouwen beschermd tegen uitbuiting, illegale prostitutie
en andere seksuele misdrijven binnen de porno-industrie?
Antwoord 10
Laat ik vooropstellen: wanneer dergelijke misstanden zich zouden voordoen, dan vind
ik dat onacceptabel. Het is van belang dat slachtoffers zich melden indien zij misstanden
waarnemen of zijzelf slachtoffer worden hiervan. Indien sprake hiervan is kan de overheid
op basis van deze meldingen adequaat op treden. Daarom geldt, zoals hierboven al genoemd,
dat elk signaal van mensenhandel door de opsporingsdiensten en het openbaar ministerie
wordt opgepakt, conform de OM-aanwijzing over mensenhandel. Ook is mensenhandel voor
de jaren 2023–2026 één van de thema’s waarover door middel van de Veiligheidsagenda
landelijke beleidsdoelstellingen voor de taakuitvoering van de politie zijn opgenomen
en heeft ook op deze wijze een grote prioriteit. Ten slotte is ook de Wet seksuele
misdrijven op 1 juli 2024 in werking getreden: hiermee kunnen seksuele misdrijven
beter worden aangepakt.
Vraag 11
Bent u na het lezen van het onderzoek uit de Volkskrant nu wel bereid om net als in
Frankrijk een grootschalig onderzoek uit te voeren naar misstanden in de Nederlandse
porno-industrie, en niet alleen een verkenning uit te zetten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 11
Zoals tijdens het commissiedebat over mensenhandel en prostitutie van 11 september
jl. toegezegd, zal ik een WODC-onderzoek naar misstanden in de Nederlandse porno-industrie
laten uitvoeren. Uw Kamer zal hierover nader worden geïnformeerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.