Voorstel van wet : Voorstel van wet
36 607 Wijziging van de Algemene nabestaandenwet en de Participatiewet in verband met het in 2025, 2026 en 2027 niet afbouwen van de dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon
ARTIKEL I. WIJZIGING ALGEMENE NABESTAANDENWET
ARTIKEL II. WIJZIGING PARTICIPATIEWET
ARTIKEL III. INWERKINGTREDING
Nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in verband met de koopkrachtondersteuning
van mensen met een minimumuitkering de dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon
in 2025, 2026 en 2027 niet verder af te bouwen;
Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I. WIJZIGING ALGEMENE NABESTAANDENWET
In artikel 2, vijfde lid, van de Algemene nabestaandenwet wordt «Met ingang van 1 januari
2025» vervangen door «Met ingang van 1 januari 2028».
ARTIKEL II. WIJZIGING PARTICIPATIEWET
In artikel 37, vierde lid, van de Participatiewet wordt «Met ingang van 1 januari
2025» vervangen door «Met ingang van 1 januari 2028».
ARTIKEL III. INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking op 1 januari 2025.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.