Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden De Hoop en White over extreem hoge ticketprijzen voor vliegreizen naar Suriname
Vragen van de leden De Hoop en White (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over extreem hoge ticketprijzen voor vliegreizen naar Suriname (ingezonden 15 juli 2024).
Antwoord van Minister Madlener (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 4 september
2024)
Vraag 1
Bent u bekend met de vaak extreem hoge ticketprijzen voor vliegreizen naar Suriname?
Antwoord 1
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft geen concrete indicaties dat
er onredelijk hoge tarieven worden gehanteerd op de route Amsterdam-Paramaribo, waarop
vooral Visiting Friends and Relatives (VFR)-reizigers reizen.
Marktwerking kan er toe leiden dat op die route opererende luchtvaartmaatschappijen
in piekperiodes, zoals vakanties, hogere tarieven hanteren dan gedurende de rest van
het jaar.
Vraag 2
Kunt u aangeven waarom een vlucht naar Suriname twee tot vier keer duurder is dan
een vergelijkbare vlucht naar Aruba of een andere bestemming in het Caribisch gebied?
Antwoord 2
Het staat luchtvaartmaatschappijen op grond van onze luchtvaartafspraken met onder
meer het Caribisch deel van het Koninkrijk en Suriname vrij om hun tarieven vast te
stellen op grond van commerciële afwegingen. De afspraken zijn voor Suriname en Nederland
vastgelegd in het bilateraal luchtvaartverdrag tussen beide landen.1 De luchtvaartafspraken met Aruba staan in het Multilateraal luchtvaartprotocol dat
op grond van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden voor het Caribisch deel
van het Koninkrijk geldt.2
Het ministerie heeft KLM om toelichting gevraagd. KLM geeft aan dat haar gemiddelde
ticketprijs voor vluchten naar Paramaribo niet veel verschilt van die van vluchten
naar bestemmingen in het Caribisch deel van het Koninkrijk zoals Aruba. Er kunnen
per vlucht, dag en moment van boeken wel grote verschillen zijn tussen de prijzen
van individuele tickets.
Vraag 3
Zijn er extra kosten die de hoge prijs rechtvaardigen of is er sprake van kartelvorming?
Bent u bereid hier onderzoek naar te (laten) doen?
Antwoord 3
Zoals in het antwoord op vraag 2 genoemd wordt de hoogte van de tarieven door luchtvaartmaatschappijen
op grond van commerciële afwegingen vastgesteld.
Indien er mogelijk sprake zou zijn van bijvoorbeeld kartelvorming of misbruik van
een economische machtspositie door luchtvaartmaatschappijen is de Autoriteit Consument
& Markt (ACM) op grond van het mededingingsrecht de bevoegde instantie om hier, zelfstandig
of op basis van klachten van consumenten, onderzoek naar te doen.
Uit eerder onderzoek in 2006 en 2013 van de ACM naar aanleiding van een klacht van
de Vereniging van Reizigers (VVR) over de tarieven van KLM en SLM op de route Amsterdam-Paramaribo
bleek dat deze niet excessief waren en dat er geen sprake was van misbruik van een
economische machtspositie.3
Vraag 4
Bent u bereid om in te grijpen als er sprake is van extreem hoge tarieven, zoals geantwoord
op eerdere vragen van het lid Kuiken4?
Antwoord 4
De mogelijkheden van het ministerie om op tarieven in te grijpen zijn op grond van
het luchtvaartverdrag met Suriname beperkt tot gevallen waarbij luchtvaartmaatschappijen
tarieven hanteren die onredelijk hoog of beperkend zijn als gevolg van misbruik van
een dominante positie. Daar is op dit moment geen indicatie voor.
Vraag 5
Deelt u de mening dat marktwerking uit zichzelf niet het bestemmingennetwerk oplevert
dat Nederland nodig heeft?
Antwoord 5
Een goede verbondenheid van Nederland is een publiek belang. Nederland streeft dat
na met een systeem van bilaterale en EU-luchtvaartverdragen die met de meeste landen
in de wereld zijn gesloten. Marktwerking is daarin een essentieel onderdeel. Eind
2022 stuurde het kabinet het beleidskader netwerkkwaliteit aan de Kamer, waarmee de
sterkte van het netwerk van verbindingen wordt gemonitord.5
Het beleidskader netwerkkwaliteit gaat uit van voor Nederland preferente bestemmingen
gebaseerd op de zogenaamde Globalization and World Cities-index (GaWC index), een
lijst met voor Nederland belangrijke bestemmingen,
Uit de monitor Netwerkkwaliteit en Staatsgaranties van 2023, zoals aan de Kamer toegezonden
op 20 juni 2024, blijkt dat Schiphol 159 GaWC-steden bedient, waaronder de top-10
van de GaWC-lijst.6 Schiphol kent daarmee een hoge netwerkkwaliteit.
De bilaterale en EU-luchtvaartverdragen dekken het grootste gedeelte van de voor Nederland
op basis van het beleidskader preferente bestemmingen af.
Voor zover dit nog niet het geval is, kan hier door Nederland in bilateraal of EU
verband over worden onderhandeld met de desbetreffende landen om verbondenheid met
die bestemmingen te trachten te verkrijgen en de mate van netwerkkwaliteit van Schiphol
nog meer te verbeteren.
Vraag 6
Deelt u de mening dat bestemmingen waar veel Nederlanders een sterke band mee hebben
van grotere maatschappelijke waarde zijn, dan een bestemming waar alleen overstappers
worden opgepikt?
Antwoord 6
Bestemmingen waar veel Nederlanders een sterke band mee hebben zijn inderdaad van
belang. In dit kader kan worden gewezen op het in het antwoord op vraag 5 genoemd
beleidskader netwerkkwaliteit dat de mate van beschikbaarheid van directe verbindingen
naar preferente bestemmingen monitort. Preferente bestemmingen zijn steden die een
aanzienlijk economisch belang voor Nederland vertegenwoordigen alsmede bestemmingen
die een bijzondere staatkundige/historische relatie met Nederland hebben. Ook het
Caribisch deel van het Koninkrijk en Paramaribo zijn hierin opgenomen.
Daarnaast is van belang dat op een commerciële vlucht nagenoeg altijd sprake is van
een mix van passagiers die de bestemming als eindpunt hebben en passagiers die overstappen.
Deze mix kan per dag en seizoen variëren.
Bovendien zijn ook overstappende passagiers van belang voor instandhouding van de
kwaliteit van het netwerk van luchtverbindingen.
Vraag 7
Bent u bereid om verder te gaan met het ontwikkelen van sturingsinstrumenten, waar
uw voorganger aan is begonnen?
Antwoord 7
Ja. Het ministerie zal zich inzetten voor meer sturing op publieke belangen, zoals
netwerkkwaliteit, bij de herziening van de hiervoor relevante EU wet- en regelgeving,
zoals de EU slotverordening.
Indien deze inzet leidt tot meer nationale sturingsmogelijkheden op publieke belangen
zoals netwerkkwaliteit, dan kan het beleidskader netwerkkwaliteit worden gebruikt
voor de nadere invulling van die sturing.
Vraag 8
Kunt u deze vragen beantwoorden voor het volgende commissiedebat Luchtvaart (24 oktober
2024)?
Antwoord 8
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.