Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Becker en Kisteman over het bericht «Steeds meer Twentse scholen vinden Paarse Vrijdag maar gedoe»
Vragen van de leden Becker en Kisteman (VVD) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Steeds meer Twentse scholen vinden Paarse Vrijdag maar gedoe» (ingezonden 11 juli 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Paul (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 1 augustus
2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Steeds meer Twentse scholen vinden Paarse Vrijdag maar
gedoe»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat aandacht besteden aan seksuele diversiteit op school belangrijk
is en niet voor niets is opgeschreven in de kerndoelen?
Antwoord 2
Absoluut, want zo leren leerlingen dat iedereen er mag zijn en je verliefd mag worden
op wie je wil. Door aandacht te besteden aan seksuele diversiteit op school leren
kinderen zelf keuzes te maken op het gebied van hun lichaam, verliefdheid en seksualiteit,
worden zij zich bewust van verschillen in normen en waarden en leren zij zelf verantwoorde
keuzes te maken en respectvol met elkaar om te gaan. Dit is onderdeel van burgerschapsvorming,
waarin leerlingen zich leren verhouden tot de waarden vrijheid, gelijkwaardigheid
en solidariteit en van het creëren van een sociaal veilig klimaat voor alle leerlingen.
Leerlingen kunnen alleen komen tot leren als zij in vrijheid en veiligheid zichzelf
kunnen zijn. Het is daarom erg belangrijk dat scholen en schoolbesturen zich hardmaken
voor hun lhbtiq+ leerlingen en vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit uitdragen
als onbetwistbare waarden.
Vraag 3
Deelt u de mening dat Paarse Vrijdag een prachtig initiatief is waardoor leerlingen
samen met docenten kunnen stilstaan bij het feit dat verschillen er mogen zijn, je
altijd jezelf mag zijn en mag houden van wie je wil?
Antwoord 3
Het is belangrijk dat álle jongeren geaccepteerd worden en zichtbaar zichzelf kunnen
zijn. We kunnen het niet toestaan dat daarop wordt ingeboet, daarom vind ik het ontzettend
belangrijk om op een positieve manier aandacht te besteden aan diversiteit, waaronder
seksuele- en genderdiversiteit. Zo laten we namelijk zien dat iedereen erbij hoort.
En dat is ontzettend belangrijk. Niemand mag gepest of uitgesloten worden om wie die
is. Het staat scholen vrij om dat via Paarse Vrijdag of op een andere manier te doen.
Vraag 4
Kunt u met de Kamer delen hoeveel scholen in Nederland meedoen aan het initiatief
van Paarse Vrijdag en hoe zij hier richting ouders en leerlingen over communiceren?
Antwoord 4
Ik heb dit nagevraagd bij COC Nederland, omdat zij dit project coördineren. COC ondersteunt
de deelnemende scholen met informatiemateriaal, zowel digitaal als fysiek. COC gaf
aan dat bijna 3.000 schoollocaties jaarlijks meedoen aan Paarse Vrijdag. Dit getal
is gebaseerd op het aantal Paarse Vrijdag pakketten dat jaarlijks wordt verstuurd
op aanvraag van individuele schoollocaties.
Vraag 5
Op welke manier ondersteunt uw ministerie initiatieven om de veiligheid van lhbti-leerlingen
te bevorderen?
Antwoord 5
Het ministerie ondersteunt onder andere Stichting School & Veiligheid. Deze organisatie
zet zich in voor een sociaal veilig schoolklimaat en ondersteunt scholen bij het bevorderen
daarvan. Dat doen ze bijvoorbeeld door het geven van actuele informatie en deskundig
advies via de website, conferenties en een adviespunt. Ook onderhoudt SSV de website
www.gendi.nl met inspiratie, (les)materialen en kennis voor leraren, schoolleiders en onderwijspersoneel
op het gebied van gender-en seksuele diversiteit in de klas.
Daarnaast subsidieert het ministerie COC Nederland. Zij bieden ondersteuning door
onder andere het jaarlijks organiseren van Paarse Vrijdag, het faciliteren van Gender
& Sexuality Alliances (GSA’s) en het bouwen van een GSA-docentennetwerk.
Vraag 6
Is u bekend of en op welke wijze en in welke specifieke regio’s weerstand tegen dit
initiatief bestaat vanuit ouders en leerlingen en/of de omgeving van de school en
wat daarbij redenen zijn?
Antwoord 6
Er loopt op dit moment een onderzoek bij de Rijksuniversiteit Groningen, waarbij een
vragenlijst is ingevuld door ruim 1.000 lhbtiq+ jongeren. Het onderzoek is nog niet
gepubliceerd, maar uit de voorlopige resultaten blijkt dat er een verschil zit in
lhbtiq+ acceptatie tussen een school in de stad en een school op het platteland: scholen
in de stad doen vaker mee aan Paarse Vrijdag en hebben vaker een GSA.2 Ook heeft het SCP in 2022 een onderzoek gepubliceerd waaruit bleek dat bewoners van
stedelijke gebieden over het algemeen positiever over seksuele en genderdiversiteit
waren dan bewoners van het platteland.3 Ik hoor ook geluiden dat dit bijvoorbeeld zou komen door de invloed van sociale media
en conservatieve (culturele) denkbeelden. Deze en mogelijk andere oorzaken wil ik
nader uitgezocht hebben.
Vraag 7
Hoe duidt u de weerstand in de Twentse regio?
Antwoord 7
De resultaten uit het onderzoek zijn verontrustend. Uit de monitor blijkt dat 35%
van de jongeren homoseksualiteit (helemaal) niet goed vindt en ook denken 21% van
de meisjes en 34% van de jongens dat leerlingen die zich identificeren als lhbtiq+,
dit niet eerlijk op school kunnen vertellen. Ook uit de Landelijke Veiligheidsmonitor
in het funderend onderwijs (2021/2022) blijkt dat lhbtiq+ leerlingen vaker gepest
worden dan leerlingen die dat niet zijn. Leerlingen moeten zichzelf kunnen zijn op
school. Ik wil er alles aan doen om de dalende acceptatie onder jongeren tegen te
gaan. Daarom wil ik in samenspraak met COC meer inzicht krijgen in mogelijke oorzaken
en oplossingen, want iedereen in Nederland mag houden van wie die wil houden en zijn
wie die wil zijn.
Vraag 8
Bent u bereid om naar aanleiding van deze berichtgeving in contact te treden met Twentse
middelbare scholen over deze zorgwekkende ontwikkeling?
Antwoord 8
Ja, ik ga hier graag over in gesprek met de Twentse middelbare scholen en het Programma
Gezonde School, welke ook in het artikel wordt genoemd.
Vraag 9
Wanneer komt de Twentse Gezondheidsmonitor lhbtqi+ uit en kunt u deze met de Kamer
delen?
Antwoord 9
De vragenlijst van de Gezondheidsmonitor Jeugd bestaat uit twee delen: een landelijk
gedeelte en een regionaal gedeelte. De onderzoeksresultaten uit het landelijke gedeelte
van de Gezondheidsmonitor Jeugd 2023 vindt uw Kamer op VZ Info en RIVM Statline. Daarnaast
publiceren alle GGD’en deze landelijke resultaten op hun website en dashboards, samen
met de resultaten van het regionale gedeelte van de vragenlijst. GGD Twente heeft
de resultaten van de Gezondheidsmonitor Jeugd 2023 gepubliceerd op een dashboard.
Deze is online te vinden via: https://www.twentsegezondheidsverkenning.nl/dashboard/dashboard-twentse…
Vraag 10 en 11
Welk handvatten ontvangen scholen uit de evaluatie van het Actieplan Veiligheid lhbti
2019–2022 om lhbti-onderwerpen beter bespreekbaar te maken in de klas in plaats van
te besluiten de onderwerpen niet of minder te bespreken omdat er weerstand zou spelen?
Welke plannen liggen er op het ministerie om de aanbevelingen uit bovengenoemde evaluatie
over te nemen en te implementeren?
Antwoord 10 en 11
De evaluatie bevat 14 aanbevelingen. Geen van deze aanbevelingen ziet specifiek op
het beter bespreekbaar maken van lhbtiq+ onderwerpen in klas. Wel wordt aangehaald
dat in diverse onderzoeken is aangetoond dat de inzet van Gender and Sexuality Alliances
(GSA’s) op scholen effectief is in het verbeteren van het sociale klimaat voor lhbtiq+
jongeren. Ook wordt opgemerkt dat er in Nederland veel interventies bestaan gericht
op het vergroten van de zichtbaarheid en verbeteren van de veiligheid van lhbtiq+
leerlingen in het onderwijs. Zoals aangegeven in de brief van de voormalig Minister
van Justitie en Veiligheid van 14 mei jl. (Kamerstukken II, 2023–2024, 20 420, nr. 396) zal uw Kamer na de zomer de inhoudelijke beleidsreactie op de evaluatie ontvangen
met de vervolgstappen die genomen gaan worden.
Vraag 12
Hoe kijkt u aan tegen Gender & Sexuality Alliance (GSA) samenwerkingen op scholen
waarbij leerlingen zelf zorgen dat lhbti-leerlingen veilig zichzelf kunnen zijn op
scholen? Bent u bereid deze initiatieven te ondersteunen en in de toekomst te borgen?
Antwoord 12
Ik ondersteun deze initiatieven via COC Nederland en hecht groot belang aan de activiteiten
van deze organisatie. GSA’s leveren een heel belangrijke en bijzondere bijdrage op
school, omdat leerlingen hierbij zelf aan zet zijn. Zo laten ze elkaar zien welke
waarden de school heeft ten opzichte van gender en seksualiteit. Uit onderzoek van
Movisie en de Universiteit van Amsterdam uit 2018 blijkt dat leerlingen veel baat
hebben bij GSA's. Leerlingen ervaren daardoor meer sociale steun van andere leerlingen
en het schoolpersoneel waardoor hun zelfvertrouwen groeit en ze beter weten wie ze
zijn.4
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.