Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Krul over het bericht 'Eén op twintig ouderen wordt mishandeld: We zien het topje van de ijsberg’
Vragen van het lid Krul (CDA) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Eén op twintig ouderen wordt mishandeld: We zien het topje van de ijsberg» (ingezonden 19 juni 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Maeijer (Volksgezondheid, Welzijn en Sport – Langdurige
en Maatschappelijke Zorg) (ontvangen 19 juli 2024).
Vraag 1
Heeft u het artikel «We zien het topje van de ijsberg» gelezen?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat vindt u van de uitspraak dat één op de twintig ouderen wordt mishandeld en dat
we slechts het topje van de ijsberg zien?
Antwoord 2
Ouderenmishandeling is net als andere vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling
een ernstig maatschappelijk probleem. Het meest recente prevalentieonderzoek (Regioplan,
2018) schat inderdaad in dat 1 op de 20 ouderen ooit slachtoffer is geworden van ouderenmishandeling.
Dat zijn schrikbarende cijfers. Het is wel zo dat er jaarlijks bij Veilig Thuis minder
meldingen worden gedaan (ongeveer 2.400 meldingen op jaarbasis). Dit kan samenhangen
met gevoelens schaamte bij ouderen en taboe, de afhankelijkheid van de pleger en onvoldoende
herkenning door ouderen zelf, professionals en vrijwilligers. Het aantal meldingen
bij Veilig Thuis schetst hierin dan ook niet het volledige beeld van ouderenmishandeling
in Nederland.
Vraag 3
Deelt u de mening van Veilig Thuis Midden-Brabant dat er nog steeds een taboe rust
op ouderenmishandeling en dat ouderen zich schamen om dit te vertellen of om hulp
te vragen?
Antwoord 3
Ja, helaas signaleer ik ook dat er nog steeds een taboe rust op ouderenmishandeling
en dat schaamte een rol speelt. Ik vind het belangrijk dat ouderenmishandeling wordt
voorkomen en teruggedrongen. Daarom zet het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport (VWS) zich met onder andere het Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV),
de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en Veilig Thuis in op bewustwording en voorlichting.
Vraag 4
Welke landelijke projecten lopen er op dit moment om ouderenmishandeling bekend en
bespreekbaar te maken?
Antwoord 4
VWS en JenV hebben in de zomer en het najaar van 2023 de campagne «Ik vermoed huiselijk
geweld» gelanceerd. Dit betreft onder andere video’s op social media, posters en TV
commercials. Binnen de campagne is – mede op verzoek van de Kamer – aandacht voor
drie vormen van huiselijk geweld, waaronder specifiek ouderenmishandeling. Vanaf 28 augustus
2024 wordt deze campagne opnieuw vertoond.
Daarnaast werkt VWS samen met JenV, de VNG, Veilig Thuis, banken, ouderenorganisaties
en Movisie binnen de Brede Alliantie Financieel Veilig Ouder Worden. De Brede Alliantie
werkt samen aan speerpunten als preventie (vaker voorkomen), signalering (eerder en
beter in beeld) en versterking van de aanpak (slachtoffers ondersteunen en misbruik
eerder doen stoppen). Op lokaal niveau maken verschillende lokale partners zich ook
samen hard tegen ouderenmishandeling. Dit gebeurt in de zogeheten Lokale Allianties,
waar onder andere gemeenten, Veilig Thuisorganisaties, banken, notarissen en zorg-
en welzijnsorganisaties samenwerken. Momenteel bestaan er ongeveer 42 lokale allianties
verspreid door het land heen. VWS heeft in 2022/2023 opdracht gegeven voor het oprichten
van een tijdelijke expertpool. Dit betrof de inzet van ervarings- en kennisdeskundigen
om gemeenten en Lokale Allianties te ondersteunen. Dit jaar zal er worden gestart
met een vervolg aan de expertpool en het ondersteuningsaanbod. Op basis van de ervaringen
van afgelopen jaren is het doel om een handreiking te maken voor gemeenten en andere
lokale samenwerkingspartners, zodat deze partners lokaal de handen in één kunnen slaan
om de lokale aanpak te versterken.
Daarnaast zijn er verschillende maatschappelijke partijen en veldorganisaties die
zich ook landelijk ontplooien en inzetten tegen ouderenmishandeling. Zo is er het
Landelijk Platform Bestrijding Ouderenmishandeling, waar verschillende medewerkers
van de Veilig Thuis organisaties in Nederland samenwerken aan het versterken van kennis
en delen van ervaringen.
Vraag 5
Klopt het dat in 2018 één op de 50 ouderen mishandeld werden en dit in 2024 is gestegen
naar één op de twintig ouderen?
Antwoord 5
Nee. De prevalentiestudie uit 2018 heeft onderzocht hoeveel ouderen ooit te maken
hebben gehad met ouderenmishandeling en heeft daarnaast gekeken naar het aantal ouderen
dat jaarlijks slachtoffer wordt. Jaarlijks geldt dat 1 op de 50 ouderen slachtoffer
wordt van ouderenmishandeling, 1 op de 20 ouderen heeft ooit te maken met ouderenmishandeling.
In 2024 is er in Nederland geen nieuw landelijk prevalentieonderzoek naar ouderenmishandeling
uitgevoerd. Momenteel is VWS aan het verkennen of een nieuw onderzoek kan worden uitgevoerd
naar de huidige aard en omvang van ouderenmishandeling in Nederland.
Vraag 6
Deelt u de mening van Veilig Thuis Midden-Brabant, dat het aantal meldingen van ouderenmishandeling
stijgt omdat ouderen langer thuis wonen? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Momenteel zijn er verschillende ontwikkelingen in onze maatschappij die ouderen kwetsbaarder
kunnen maken voor ouderenmishandeling. Het langer thuis wonen van ouderen is één van
de factoren die hier een rol in kunnen spelen. Blijvende aandacht en ondersteuning
voor veilig ouder worden is dan ook van onverminderd belang. Ik vind het ook belangrijk
dat mensen op tijd nadenken over hun toekomst. In gezamenlijkheid met het Ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is in 2022 het programma Wonen,
Zorg en Ondersteuning voor ouderen gestart. Met dit programma wordt ingezet op dat
mensen langer zelfstandig thuis blijven wonen. Eerder dit jaar is zo de publiekscampagne
«praat vandaag over morgen» gelanceerd. Onderdeel daarvan is om op tijd na te denken
over een geschikte woonvorm en een stevig sociaal netwerk.
Vraag 7
Denkt u dat het voldoende bekend is dat ouderen die mishandeld worden zich kunnen
melden bij een organisatie als Veilig Thuis? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Op landelijk niveau is er bij Veilig Thuis geen zicht op wie welke vorm van huiselijk
geweld meldt (beroepsmatig of niet-beroepsmatig, zoals bijvoorbeeld een oudere zelf).
Ditzelfde geldt ook voor de adviezen. Zoals eerder genoemd bij vraag 2 en 3 is het
wel bekend dat er een taboe heerst op ouderenmishandeling. Ouderen kunnen een hoge
mate van afhankelijkheid hebben van de pleger en/of is er nog niet altijd herkenning
door ouderen zelf of omstanders. Dit alles kan de bereidheid om een melding te doen
bij een organisatie als Veilig Thuis doen afnemen.
De bekendheid van ouderenmishandeling en het vragen van advies, of het maken van een
melding door ouderen en omstanders, is van essentieel belang om ouderenmishandeling
te voorkomen, te stoppen en op te lossen. Daarom zet VWS zich in om de bewustwording
te vergroten, onder andere via de landelijke campagne «Ik vermoed huiselijk geweld»,
genoemd in vraag 4. Verder stelt VWS de gratis informatiebox «Financieel veilig ouder
worden» beschikbaar, zowel fysiek als digitaal, met daarin ook handelingsperspectief
voor ouderen zelf en hun naasten. Bij vraag 11 wordt hier verder op in gegaan.
Op landelijk niveau is Veilig Thuis bezig met de opzet van een wervingscampagne en
wordt bij media-optredens aandacht gegeven aan wanneer (en hoe) mensen terecht kunnen
bij Veilig Thuis. Veilig Thuisorganisaties zetten zich ook zelf in om de bekendheid
van hun meld- en adviesfunctie te vergroten. Zo hebben een aantal organisaties expliciet
aandacht besteed aan de internationale dag tegen ouderenmishandeling.
Vraag 8
Is voldoende bekend bij thuiszorgmedewerkers dat zij Veilig Thuis kunnen inschakelen
bij een vermoeden van mishandeling of misbruik? Hoe weten zij wat de signalen van
ouderenmishandeling zijn?
Antwoord 8
Op landelijk niveau wordt er niet apart geregistreerd of thuiszorgmedewerkers een
melding doen of om advies vragen bij Veilig Thuis.
Thuiszorgmedewerkers zijn in Nederland gebonden aan de meldcode huiselijk geweld en
kindermishandeling. De Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
verplicht professionals die werkzaam zijn binnen de gezondheidszorg en maatschappelijke
ondersteuning om een besluit te nemen over het melden van signalen (van vermoedens)
van fysiek, psychisch of seksueel geweld. Voor het gebruik en de kennis hieromheen
draagt de werkgever verantwoordelijkheid.
Vraag 9
Zijn er verschillen tussen de vijfentwintig Veilig Thuisorganisaties qua meldingen/adviezen
over ouderenmishandeling? Zijn de meldingen de afgelopen jaren gestegen?
Antwoord 9
Ja, er zijn verschillen tussen de 25 Veilig Thuisorganisaties in het aantal meldingen
en adviezen over ouderenmishandeling. Het aantal meldingen en adviezen per Veilig
Thuis zijn terug te vinden op de website van CBS: StatLine - Huiselijk geweld; aard geweld, aanvullende informatie, regio (cbs.nl). De range in 2023 betreft 245 meldingen bij Veilig Thuis Rotterdam-Rijnmond, tot
25 meldingen bij Veilig Thuis Gooi en Vechtstreek. Het landelijk aantal meldingen
bij Veilig Thuis voor ouderenmishandeling is redelijk stabiel: met 2.495 meldingen
in 2019, 2.595 meldingen in 2020, 2.395 meldingen in 2021, 2.460 meldingen in 2022
en 2.310 meldingen in 2023. Mogelijke redenen voor deze verschillen en wat met deze
informatie kan worden gedaan, is onderwerp van gesprek binnen het Landelijk Platform
Bestrijding Ouderenmishandeling van Veilig Thuis.
Vraag 10
Klopt het dat er in de meeste gevallen van ouderenmishandeling sprake is van financieel
misbruik? Hoe groot is dat percentage ten opzichte van overig misbruik?
Antwoord 10
Het meest recente prevalentieonderzoek van Regioplan (2018) concludeert inderdaad
dat financieel misbruik de meest voorkomende vorm is van ouderenmishandeling. In totaal
rapporteert 5,5% van de respondenten slachtoffer te zijn geweest van een vorm van
ouderenmishandeling. Van alle respondenten rapporteert 3,0% specifiek slachtoffer
te zijn geweest van financiële benadeling.
Vraag 11
Hoe staat het met de veilig ouder worden box? Wordt deze box nog actief uitgedeeld
om financieel misbruik tegen te gaan?
Antwoord 11
De informatiebox financieel veilig ouder worden is nog steeds gratis fysiek en online
beschikbaar. De box is te bestellen op Informatiebox Financieel Veilig Ouder Worden | Publicatie | Huiselijk Geweld. De informatiebox wordt actief uitgedeeld om ouderen te informeren en ondersteunen
in het regelen van hun geldzaken. In 2023 is de informatiebox ruim 6.450 keer besteld.
In de eerste helft van 2024 is de informatiebox al bijna 4.000 keer besteld en het
aantal bestellingen blijft toenemen. De partijen die de box bestellen en uitdelen
zijn voornamelijk banken of zorgorganisaties, maar ook gemeenten en lokale allianties
financieel veilig ouder worden. Momenteel wordt de informatiebox voorzien van een
inhoudelijke update. De vernieuwde informatiebox zal voor 2025 beschikbaar zijn, op
bovengenoemde website.
Vraag 12
Hoe vaak wordt er bij de politie aangifte gedaan van ouderenmishandeling of financieel
misbruik? Hoe vaak leidt een aangifte tot vervolging?
Antwoord 12
De politie en het Openbaar Ministerie registreren niet in hoeveel zaken aangifte is
gedaan en vervolging wordt ingesteld naar aanleiding van aangiftes van financieel
misbruik van ouderen en geweld tegen ouderen. Om deze vraag te beantwoorden is nader
dossieronderzoek nodig.
Van strafbare feiten kan aangifte worden gedaan bij de politie. Het Openbaar Ministerie
heeft vervolgens de beslissingsbevoegdheid om te vervolgen. Vormen van financiële
uitbuiting zoals diefstal, verduistering, valsheid in geschrifte of oplichting vallen
onder de vermogensdelicten en zijn strafbaar op grond van het Wetboek van Strafrecht.
Ouderenmishandeling is een vorm van huiselijk geweld dat zich ook kan manifesteren
in psychisch, fysiek en/of seksueel geweld, dat eveneens strafbaar is op grond van
het Wetboek van Strafrecht.
Vraag 13
In hoeverre zijn er afspraken gemaakt met notarissen en banken om financiële uitbuiting
van ouderen te herkennen, op te sporen en vervolgens tegen te gaan?
Antwoord 13
De Brede Alliantie financieel veilig ouder worden zet zich hiervoor in (zie vraag 4).
Binnen deze alliantie zijn ook banken vertegenwoordigd (Rabobank, ING, ABNAmro en
de Volksbank), waarbij deze partijen met elkaar afstemmen, krachten bundelen en zich
inzetten voor het aanpakken van ouderenmishandeling. De Brede Alliantie kent een diverse
samenstelling waarbij oog is voor relevante (zakelijke) partners, waaronder dus ook
banken en notarissen.
VWS heeft in samenwerking met de Vereniging Nederlandse Banken (NVB) de voorlichtingsbrochure
Financieel veilig ouder worden ontwikkeld. De NVB is momenteel bezig met het vernieuwen
van de brochure. Deze is digitaal beschikbaar via de website van de NVB en ook een
onderdeel van de informatiebox Financieel veilig ouder worden.
Vraag 14
Naast mishandeling of misbruik door familie of bekenden kunnen zorgprofessionals ook
grensoverschrijdend gedrag vertonen, is bekend hoe vaak dit voorkomt?
Antwoord 14
In het onderzoek van Regioplan (2018) dat zich richt op ouderenmishandeling geeft
1 op de 55 slachtoffers aan dat de pleger een (beroeps)hulpverlener was. Verdere cijfers
van grensoverschrijdend gedrag vanuit zorgprofessionals naar ouderen is helaas niet
bekend. Zoals ook genoemd bij vraag 5 is VWS momenteel aan het verkennen of er een
onderzoek naar de aard en omvang van ouderenmishandeling kan worden uitgevoerd. Hierbij
wordt er ook gekeken naar de mogelijkheid om mishandeling of misbruik door verschillende
plegers mee te nemen, zoals zorgprofessionals.
Vraag 15
Wat kan een oudere of diens familie doen als er sprake is van misbruik en of mishandeling
in een oudereninstelling? Hebben instellingen een stappenplan?
Antwoord 15
Een oudere of diens familie kan, ongeacht of een oudere verblijft in een oudereninstelling
of niet, advies vragen of een melding maken bij Veilig Thuis. Veilig Thuis beantwoordt
vragen, kan meedenken over vervolgstappen en daar zelf ook bij ondersteunen. Daarbij
geldt voor professionals in de zorg de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling,
waaronder ouderenmishandeling. Bij (vermoedens van) fysiek, psychisch of seksueel
geweld en verwaarlozing volgen de professionals een stappenplan die hen ondersteunt
bij het signaleren van geweld, het bespreken van deze signalen en de beslissing tot
het al dan niet maken van een melding bij Veilig Thuis. Voor verschillende beroepsgroepen
is er een afwegingskader opgesteld (onder andere voor verpleegkundigen en verzorgenden),
om binnen het stappenplan gericht te kijken vanuit het perspectief van de beroepsgroep.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V. Maeijer, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.