Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Teunissen over het bericht dat de schade van weerextremen in 2023 in Europa 13,4 miljard euro bedroeg
Vragen van het lid Teunissen (PvdD) aan de Minister van Financiën over het bericht dat de schade van weerextremen in 2023 in Europa 13,4 miljard euro bedroeg (ingezonden 25 april 2024).
Antwoord van Minister Van Weyenberg (Financiën), mede namens de Minister van Justitie
en Veiligheid (ontvangen 28 juni 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar
2023–2024, nr. 1787.
Vraag 1
Bent u bekend met de boodschap van de Europese klimaatdienst Copernicus en de Wereld
Meteorologische Organisatie (WMO) die de kosten van weer- en klimaatgerelateerde verliezen
in 2023 in Europa schatten op 13,4 miljard euro?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u het eens met de volgende uitspraak van Celeste Saulo, secretaris generaal van
het WMO: «De klimaatcrisis is de grootste uitdaging van onze generatie. De kosten
van klimaatactie lijken misschien wel hoog, maar de kosten van niets doen zijn veel
hoger.»?2 Zo nee, hoe ziet u dit dan?
Antwoord 2
Ja, deze uitspraak onderschrijf ik.
Vraag 3
Hoeveel geld is per jaar gereserveerd in de meerjarenbegroting voor schade als gevolg
van weersextremen? Denkt u dat dit voldoende zal zijn, ook rekening houdende met de
steeds extremere weersituaties?
Antwoord 3
In Nederland hebben we de afgelopen jaren steeds vaker te maken met weersextremen,
waaronder ook de waterschade in Limburg en delen van Noord-Brabant in juli 2021. Het
is de verantwoordelijkheid van particulieren en bedrijven om zich te verzekeren tegen
het risico van schade door weersextremen. Indien er sprake is van een ramp in de zin
van artikel 1 van de Wet veiligheidsregio’s kan het kabinet de Wet tegemoetkoming
schade bij rampen (Wts) toepassen voor schade die niet verhaalbaar, niet vermijdbaar
en niet redelijkerwijs verzekerbaar is. Voor de Wts is geen structureel budget gereserveerd.
De Wts is toegepast vanwege de wateroverlast in Limburg en delen van Noord-Brabant
in juli 2021. Toen is er incidenteel budget gereserveerd. Voor de afwikkeling van
deze regeling resteert nog 5 miljoen euro op de begroting. Bij de Voorjaarsnota 2024
is daarnaast in totaal 21,8 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de beleidsregel
financiële nood als gevolg van de wateroverlast juli 2021. Op grond van deze beleidsregel
kan door de Minister van Justitie en Veiligheid een financiële verstrekking worden
gedaan aan particulieren die de herstelkosten van de woning of de noodzakelijke dubbele
woonlasten die zijn ontstaan door de wateroverlast in juli 2021, niet kunnen betalen
dan wel hiervoor een schuld zijn aangegaan en daardoor in financiële nood zijn.
Momenteel wordt, in opdracht van de Minister van Justitie en Veiligheid, de Wts geëvalueerd.
Dit moet inzicht bieden of de Wts voldoende toekomstbestendig is, mede gelet op de
verzekeringsmogelijkheden met betrekking tot de gevolgen van klimaatverandering.
Vraag 4
Hoeveel extra geld is per jaar ook beschikbaar voor de meer indirecte effecten van
klimaatverandering, zoals meer mensen met een slechtere gezondheid door meer luchtvervuiling?
Antwoord 4
Er is geen geoormerkt budget beschikbaar voor indirecte effecten van klimaatveranderingen.
Eventuele gezondheidsschade door klimaatverandering is wel onderdeel van de reguliere
zorgkosten. Vanuit het Ministerie van VWS wordt de komende drie jaar 2,1 miljoen euro
beschikbaar gesteld voor onderzoek naar de gezondheidseffecten van klimaatverandering.
Zo gaat het RIVM de effecten van klimaatverandering op de gezondheid beter in kaart
brengen.
Vraag 5
Deelt u de mening dat investeren in klimaat en natuur, en daarmee het voorkomen van
steeds meer schade uit weersextremen, de voorkeur zou moeten hebben boven het elk
jaar weer repareren van schade door weersextremen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Ja, ik deel de mening dat investeren in klimaat en natuur de voorkeur heeft boven
het repareren van de schade door weersextremen. Fysieke klimaatrisico’s kunnen nu
en in de toekomst leiden tot forse maatschappelijke en economische schade. De economische
schade van de overstromingen in de zomer van 2021 bedroeg 44 miljard euro voor Nederland,
België en Duitsland gezamenlijk.3 Ook afgelopen jaar zagen we in Europa dat de weercondities extreem kunnen zijn met
de hittegolven, overstromingen, bosbranden en droogte. Het Copernicus-rapport geeft
ook aan dat, naast de gezamenlijke kosten van 13,4 miljard, ongeveer 1,6 miljoen mensen
in Europa hier gevolgen aan ondervonden. Het IMF verwacht dat de klimaatschade tussen
2018 en 2050, zonder aanvullend adaptief klimaatbeleid, tussen de 0,2 en 0,5 procent
van het bbp is.4 Bij het investeren in klimaat en natuur is het van belang om subsidiërende, normerende
en beprijzende maatregelen tegen elkaar af te wegen, om een zo efficiënt mogelijk
klimaatbeleid te voeren.
Vraag 6
Gezien het feit dat de kosten van niets doen hoger zijn dan de uitgaven aan klimaatbeleid,
bent u bereid om met een voorstel te komen om deze kosten zoveel mogelijk te voorkomen
en de overgebleven voorziene kosten te begroten? Zo nee, hoe wilt u hier dan mee omgaan?
Antwoord 6
Ik ben het met u eens dat de kosten van niets doen hoger zijn dan de uitgaven aan
het klimaatbeleid, zoals genoemd in het antwoord op vraag 5. Het demissionaire kabinet
heeft een ambitieus klimaatbeleid opgesteld met een evenwichtige beleidsmix om daarmee
invulling te geven aan het 2030-klimaatdoel. Aanvullend klimaatbeleid is op dit moment
aan het volgende kabinet.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.P.R.A. van Weyenberg, minister van Financiën -
Mede namens
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.