Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Podt en Paternotte over de berichten 'EU biedt Egypte miljardensteun om stabiliteit in de regio te waarborgen' en 'Egypte ontvangt 7,4 mrd van EU voor bestrijden-migratie’
Vragen van de leden Podt en Paternotte (beiden D66) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de berichten «EU biedt Egypte miljardensteun om stabiliteit in de regio te waarborgen» en «Egypte ontvangt 7,4 mrd van EU voor bestrijden-migratie» (ingezonden 21 maart 2024).
Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking),
mede namens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (ontvangen 7 juni 2024).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1556.
Vraag 1
Klopt het dat de lidstaten en het Europees Parlement nog moeten instemmen met de miljardensteun?
Deelt u de mening dat het toezeggen van 7,4 miljard voordat het Europees Parlement
democratische instemming kon verlenen de verkeerde volgorde is?1,
2
Antwoord 1
Als onderdeel van het steunpakket van EUR 7,4 miljard presenteert de Europese Commissie
voorstellen voor in totaal EUR 5 miljard macro-financiële bijstand (MFB) aan Egypte
in de vorm van leningen. De Commissie en het IMF stellen dat Egypte deze financiële
steun al in de tweede helft van 2024 nodig heeft. Aangezien de termijn van het Europees
Parlement binnenkort afloopt, is het volgens de Commissie niet mogelijk om conform
de reguliere wetgevingsprocedure tijdig steun aan Egypte te verstrekken.
De Commissie wenst daarom de spoedprocedure op basis van artikel 213 VWEU te gebruiken
om dit jaar nog EUR 1 miljard aan Egypte uit te keren, zonder consultatie van het
Europees Parlement. Op basis van dit artikel kan de Raad op voorstel van de Commissie
de nodige besluiten vaststellen wanneer wegens de situatie in een derde land dringende
financiële hulp van de Unie vereist is.
Het kabinet kan zich vinden in de gekozen rechtsbasis, gelet op de urgentie van het
financieringstekort waar Egypte volgens het IMF en de Commissie mee te maken krijgt
in de tweede helft van 2024. De Commissie benadrukt dat dit geen precedent zal creëren
voor toekomstige besluitvorming over MFB. Het voorstel voor de resterende EUR 4 miljard
is gebaseerd op artikel 212 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie (VWEU) en zal via de reguliere wetgevingsprocedure worden uitgekeerd.
Vraag 2
Wat is uw reactie op de zorgen van vluchtelingenorganisaties en experts dat vooral
investeren in grensbewaking vooral zal leiden tot het openen van andere vluchtroutes
naar Europa?
Antwoord 2
Het kabinet verwelkomt brede partnerschappen met verschillende derde landen waarbinnen
ook afspraken gemaakt worden over migratiesamenwerking. Binnen die migratiesamenwerking
met Egypte wordt naast grensbeheer aandacht besteed aan meerdere onderwerpen zoals
de bescherming en opvang van vluchtelingen en migranten, aanpak van mensensmokkel-
en handel, en terugkeer. Dit is terug te lezen is in de Joint Declaration die de Europese Commissie en Egypte overeenkwamen3. Het kabinet acht het van belang dat de afspraken en de programmatische inzet van
de Commissie op het migratiedomein in balans is, met aandacht voor de noden van en
in de partnerlanden zelf. Dat betekent dat een op maat gemaakte aanpak noodzakelijk
is.
Vraag 3
Deelt de Staatssecretaris de mening dat afspraken over legale migratieroutes een cruciaal
onderdeel zijn van migratiepartnerschappen, zowel voor het partnerland zelf als voor
het bieden van een alternatief voor mensensmokkelaars? Is het kabinet in dat licht
voornemens om gebruik te maken van de mogelijkheden voor legale arbeids- en studiemigratie?
Zo nee, kunt u aangeven waarom niet en aangeven wat andere lidstaten doen?
Antwoord 3
Het kabinet deelt deze mening en is voorstander van een integrale benadering op migratiesamenwerking
met derde landen, waaronder het tegengaan van irreguliere migratie en het verbeteren
van effectieve terugkeersamenwerking voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Vanuit dat
oogpunt ziet het kabinet de toegevoegde waarde van afspraken over legale migratie
als onderdeel van de bredere migratie-afspraken tussen de Europese Commissie en Egypte.
Tegelijkertijd ziet het kabinet legale migratie-afspraken met derde landen als sluitstuk
voor de tekorten op de Nederlandse arbeidsmarkt4.
Het kabinet is voornemens een bijdrage te leveren vanuit de Team Europe-gedachte,
onder meer door te investeren in werkgelegenheid, opleidingsmogelijkheden voor Egyptenaren
en Egyptische terugkeerders, het stimuleren van alternatieven voor irreguliere migratie
en advies te geven over bestaande legale migratiekanalen naar Nederland en Europa
– ook conform de bilaterale afspraken die Nederland en Egypte maakten over brede migratiesamenwerking
in september 2021 middels een intentieverklaring. Onderdeel van deze verklaring zijn
eveneens afspraken over hervestiging binnen het nationale hervestigingsquotum. Inmiddels
hebben in zowel 2023 als 2024 hervestigingsmissies plaatsgevonden naar Egypte.
Vraag 4
Hoe verklaart u dat, ondanks de EU-investeringen in grensbewaking, Egypte sinds 2018
consistent in de top tien herkomstlanden van ongedocumenteerde migranten staat?
Antwoord 4
Het kabinet herkent zich in het beeld dat Egypte zowel een belangrijk land van herkomst-,
opvang als transit is. Het kabinet onderschrijft de inzet van de Commissie om in te
zetten op brede migratiesamenwerking – waar financiering aan Egyptische grensbewaking
onderdeel deel van is, naast ondersteuning ten aanzien van bescherming, asiel en opvang,
aanpak van mensensmokkel- en handel, terugkeer en herintegratie. Het kabinet merkt
op dat er een beperkt aantal migranten direct vanuit Egypte vertrekt om vervolgens
via de Middellandse Zee Europa proberen te bereiken. De grootste migratiedruk wordt
waargenomen op de Centraal-Mediterrane route en de Oostmediterrane route. Vanuit Egypte
vindt irreguliere migratie hoofdzakelijk plaats via de uiterst complexe grens met
Libië. Het kabinet is dan ook van mening dat de inzet van de Commissie zich ook moet
richten op deze grens. Daarnaast is het van belang te investeren in de Egyptische
bevolking zelf om de redenen voor irregulier vertrek naar Europa weg te nemen middels
afspraken over onder meer handel, investeringen en aanpak van (jeugd-)werkeloosheid.
Vraag 5
Bent u bekend met het feit dat Egypte een «no camp policy» hanteert voor de opvang
van vluchtelingen? Kunt u uitleggen hoe deze beleidslijn verenigbaar is met de overeenkomst
tussen Egypte en de EU, waarin is vastgesteld dat een deel van het migratiebudget
wordt bestemd voor de opvang van vluchtelingen in Egypte, en waarbij beide partijen
zich inzetten voor de naleving van de rechten van migranten?
Antwoord 5
Hier ben ik mee bekend. Egypte staat bekend om het genereus opnemen van vluchtelingen
en kwetsbare migranten in de gemeenschappen zelf. Het kabinet blijft de noodzaak zien
tot het versterken van bescherming en opvang van vluchtelingen en migranten in Egypte,
ook omdat het aantal vluchtelingen de afgelopen maanden fors is gestegen en de gastgemeenschappen
zelf kampen met zware economische tegenslagen. Daarom is het belangrijk dat de Egyptische
autoriteiten hier zelf stevige rol in spelen en verwelkomt het kabinet de afspraken
tussen de Commissie en Egypte voor het ondersteunen van Egypte bij het huisvesten
van vluchtelingen en migranten. Daarnaast zet het kabinet in op het ondersteunen van
organisaties zoals UNHCR en IOM alsook lokale organisaties.
Vraag 6
Wat is uw reactie op de beschrijving van vluchtelingen en migranten als een van de
meest kwetsbare groepen in Egypte?5 Hoe beoordeelt u de documentatie van fysiek misbruik, willekeurige detentie en onwettige
deportatie van vluchtelingen en migranten door de Egyptische autoriteiten, zoals gerapporteerd
door Human Rights Watch?6
Antwoord 6
Het kabinet is bekend met berichtgeving over zorgwekkende behandeling van migranten
en vluchtelingen in Egypte. De behandeling van migranten moet te allen tijde in lijn
met internationaal recht en mensenrechten plaatsvinden. Bescherming van migranten
is voor het kabinet een belangrijk speerpunt in migratiesamenwerking met partnerlanden.
Daar dringt Nederland ook in Europees verband op aan. In dat kader verwelkomt het
kabinet de verwijzing naar het belang van bescherming van rechten van migranten en
vluchtelingen in de verklaring die de Commissie en Egypte overeenkwamen. Bij de uitwerking
van de afspraken zal Nederland hier aandacht voor blijven vragen. Eveneens blijft
Nederland bij de Egyptische autoriteiten het belang van adequate bescherming van vluchtelingen
en migranten, en toegang tot detentiecentra door internationale organisaties onderstrepen.
Vraag 7
Welke afspraken zijn er gemaakt met president Sisi om de mensenrechtensituatie in
Egypte te verbeteren en hoe worden deze uitgevoerd?
Antwoord 7
Op zondag 17 maart kwamen de EU en Egypte een strategisch partnerschap overeen. Commissievoorzitter
Von der Leyen sprak met de Egyptische President Sisi in Cairo. De verklaring die de
Commissie en Egypte overeenkwamen en de basis vormt voor het strategische partnerschap
bestaat uit de volgende thema’s: political relations, economic stability, investment, trade, water issues, migration and mobility, security, demographyand human capital. De Commissie geeft aan dat het partnerschap bij zal dragen aan democratie, grondrechten,
mensenrechten, en gendergelijkheid. Dit staat ook expliciet genoemd onder het thema
«political relations».
In voorbereiding op dit partnerschap heeft het kabinet in de afgelopen periode bij
de Commissie de waarborging van mensenrechten meermaals onder de aandacht gebracht.
De Commissie stelt dat bij de macro-financiële bijstand afspraken op het terrein van
eerbiediging van mensenrechten, rechtsstaat en effectieve democratische mechanismen
zullen worden gemaakt en dat voortgang van Egypte richting het behalen van deze afspraken
doorlopend zal worden gemonitord voorafgaand aan vervolgbetalingen. Bevoegdheid tot
uitbetaling vantranches ligt bij de Commissie. Er is voor lidstaten geen formele rol weggelegd in dit proces.
Het kabinet benadrukt het belang van een adequate implementatie en monitoringsmechanisme
en pleit voor betrokkenheid van EU-lidstaten bij besluiten over betalingen.
Vraag 8
Hoe beoordeelt u de huidige situatie in Egypte, waarin de ruimte voor het maatschappelijk
middenveld flink is beperkt gedurende de afgelopen tien jaar, waarbij vele advocaten,
journalisten, activisten en ngo-medewerkers zijn gearresteerd?7 Deelt u de mening dat de beperkte ruimte voor maatschappelijke betrokkenheid het
waarborgen van mensenrechten, vooral die van vluchtelingen, uiterst moeilijk maakt?
Antwoord 8
De mensenrechtensituatie, inclusief de beperkte ruimte voor het maatschappelijk middenveld
in Egypte, is een reden van zorg voor Nederland. Zoals genoemd zijn mensenrechten
en het maatschappelijk middenveld een integraal onderdeel van de brede bilaterale
dialoog tussen Nederland en Egypte. Meest recent is tijdens het bezoek van premier
Rutte aan Cairo in maart jl. het belang van pers- en mediavrijheid als belangrijke
democratische vrijheid opnieuw aangekaart. Ook heeft de Minister van Buitenlandse
Zaken tijdens haar bezoek aan Egypte haar zorgen op het gebied van mensenrechten overgebracht.
Binnen de multilaterale samenwerking is deze prioriteit opgenomen in de EU-Egypte
Partnerschapsprioriteiten voor 2021–2027, waarin de zorgwekkende kwesties omtrent
mensenrechten en maatschappelijk middenveld op EU-niveau aan de orde worden gesteld.
Ook uitte de EU in maart jl. haar zorgen over de mensenrechtensituatie in Egypte middels
het EU-item 2 statement tijdens de Mensenrechtenraad.
Vraag 9
Kunt u duidelijk maken hoe Nederland en de EU zich inzetten voor de versterking van
het maatschappelijk middenveld in Egypte, waardoor onder andere de monitoring van
de situatie rondom vluchtelingen kan worden verbeterd?
Antwoord 9
Zowel in Caïro als in Den Haag gaat Nederland op verschillende niveaus regelmatig
in gesprek met de Egyptische autoriteiten, ook om de zorgen over mensenrechtensituatie
over te brengen. Dit gebeurt zowel publiekelijk als achter de schermen en in bilateraal
en multilateraal verband. Ook steunt Nederland, zowel centraal als decentraal via
het mensenrechtenfonds, verschillende programma’s om het maatschappelijk middenveld
in Egypte te versterken, waaronder op gebied van opvang van migranten en vluchtelingen,
vrouwenrechten, mensenrechten, en klimaatverandering. Zoals onder vraag 7 beantwoord
geeft de Europese Commissie aan dat de voorwaarde voor het verlenen van macro-financiële
bijstand is (als onderdeel van het EU-EGY partnerschap steunpakket) dat Egypte concrete
en geloofwaardige stappen dient te zetten in de richting van effectieve democratische
mechanismen en eerbiediging van mensenrechten dient te garanderen. Bovendien benadrukt
de Europese Commissie dat toezicht gehouden zal worden op de daadwerkelijke naleving
van deze voorwaarde. Nederland zal het belang van implementatie en monitoring van
gestelde voorwaarden binnen de EU blijven benadrukken om op deze manier bij te dragen
aan versterking van het maatschappelijk middenveld in Egypte.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede namens
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.