Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Dobbe over De toename van geweld in de zorg
Vragen van het lid Dobbe (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de toename van geweld in de zorg (ingezonden 1 mei 2024).
Antwoord van Minister Helder (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 4 juni
2024).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht NU’91 wil dat zorgmedewerkers werk stilleggen na
geweld?1
Antwoord 1
Elke vorm van agressie tegen medewerkers in zorg en welzijn is te allen tijde onacceptabel.
Een zorgplek moet altijd veilig zijn, voor iedereen. Ik steun het initiatief van NU’91
om zorgmedewerkers het werk stil te laten leggen om aandacht te vragen voor agressie
in zorg en welzijn.
Vraag 2
Hoe reageert u op de uitspraak van NU’91 dat veiligheidsmaatregelen, zoals een werkende
alarmknop, vaak ontbreken en dat er vaak niet geluisterd wordt naar zorgprofessionals
als zij aangeven dat een situatie onveilig is?
Antwoord 2
Het is van groot belang dat er juiste veiligheidsmaatregelen worden getroffen voor
medewerkers in zorg en welzijn. Werkgevers zijn vanuit de Arbowet verplicht om beleid
vast te stellen om werknemers te beschermen tegen agressie en geweld op hun werk.
Ik ondersteun werkgevers hierbij door de branchegerichte aanpak, die door mijn voorganger
is ingezet, te continueren. Zie voor meer informatie hierover het antwoord op vraag
3.
Vraag 3
Welke stappen zet u om ervoor te zorgen dat er overal in de zorg wel voldoende veiligheidsmaatregelen
worden getroffen en dat er gepast wordt gereageerd op meldingen van onveiligheid?
Antwoord 3
Aandacht voor preventie, goede opvang en nazorg op de werkvloer zijn essentieel bij
de aanpak van agressie tegen medewerkers in zorg en welzijn. De primaire verantwoordelijkheid
hiervoor ligt bij de werkgevers. Om werkgevers hierbij te ondersteunen continueer
ik de branchegerichte aanpak die door mijn voorganger is ingezet. Sociale partners
kunnen en zijn met behulp van onderzoek en subsidiegelden vanuit VWS gericht aan de
slag met de ontwikkeling van een aanpak die aansluit op de situatie en ondersteuningsbehoefte
in de eigen branche. Bij het ontwikkelen van verschillende branchegerichte aanpakken
zijn ook werknemers geconsulteerd (in de vorm van interviews, groepsgesprekken etc.).
Daarnaast wil ik het belang van het doen van aangifte benadrukken. Voor mensen met
een publieke taak, waar ook zorgverleners onder vallen, gelden de Eenduidige Landelijke
Afspraken. Het doel van deze afspraken is een eenduidige, effectieve en snelle afhandeling
van aangiftes van agressie en geweld tegen functionarissen met een publieke taak door
politie en OM. Er wordt echter weinig aangifte gedaan door medewerkers in zorg en
welzijn. Daarom wil ik de aangiftebereidheid in de sector stimuleren. Ik heb hiervoor
een podcast laten maken waarin politie, een medewerker van een zorgorganisatie en
een slachtoffer van agressie in gesprek gaan over het doen van aangifte. Deze podcast
wordt op korte termijn gepubliceerd op de website van de Rijksoverheid.
Daarnaast organiseer ik regionale bijeenkomsten over het doen van aangifte. Tijdens
de bijeenkomsten geven politie en OM uitleg over de Eenduidig Landelijke Afspraken,
over aangifte doen door de werkgever en over het aangifteproces. De eerste bijeenkomst
is geweest op 22 april en er staan drie volgende bijeenkomsten gepland in mei en juni.
Na de zomer volgen nog een aantal bijeenkomsten.
Vraag 4
In hoeverre is er zicht op de onderliggende oorzaken van de toename van geweld in
de zorg? Wordt hier onderzoek naar gedaan? Zo ja, worden hier ook politieke besluiten,
zoals bezuinigingen bij meegenomen? Zo nee, bent u bereid om hier onderzoek naar te
laten doen?
Antwoord 4
Via de werknemersenquêtes van het programma Arbeidsmarkt in Zorg en Welzijn (AZW)
is voor de periode 2019–2023 bekend welk aandeel van de werknemers in de zorg jaarlijks
te maken heeft met verschillende vormen van agressie en ongewenst gedrag2. In het najaar van 2023 gaf 62,1% van de werknemers in zorg en welzijn aan in de
afgelopen 12 maanden te maken hebben gehad met agressie op het werk in welke vorm
dan ook door patiënten of cliënten of hun naasten. Er lijkt in de afgelopen jaren
een lichte daling te zien van het aandeel werknemers in de zorg dat met verbale of
fysieke agressie te maken krijgt. In 2019 gaf 61% van de werknemers in de sector aan
verbale agressie te hebben meegemaakt, in 2023 was dat 54%. Voor fysieke agressie
was dat 30% in 2019 en 23% in 2023. Het aandeel werknemers dat te maken krijgt met
bedreiging is nagenoeg gelijk gebleven (13% in 2019, 12% in 2023). Hoewel er dus een
lichte daling zichtbaar is, zijn deze cijfers zorgwekkend hoog. Dit mogen we niet
accepteren. Ook rijst het beeld op dat er sprake is van een toenemende ernst van de
incidenten. Blijvende aandacht en een goede aanpak van agressie op de werkvloer blijft
dus urgent en noodzakelijk.
Er is mij geen onderzoek bekend naar de onderliggende oorzaken van agressie in de
zorg. Gelet op de demissionaire status van het huidige kabinet ben ik niet voornemens
om hier nu onderzoek naar te laten doen. Ik focus me op de aanpak van agressie op
de werkvloer. Hiervoor zet ik de ingezette aanpak en acties zoals beschreven in het
antwoord op vraag 3 voort.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. Helder, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.