Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Olger van Dijk over statiegeld
Vragen van het lid Olger van Dijk (Nieuw Sociaal Contract) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over statiegeld (ingezonden 22 april 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 17 mei
2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Toezichthouder wil fors hoger statiegeld op plastic
flessen»?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Kunt u de brief van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) aan de inzamelings-
en recyclingorganisatie Verpact met de Kamer delen? En kunt u de reactie van Verpact
op deze brief ook met de Kamer delen?
Antwoord 2
De stukken waar u om vraagt zijn geanonimiseerd bijgevoegd. Hierbij is het van belang
om te benoemen dat het traject in uitvoering is en dat het momenteel een voornemen
tot last onder dwangsom betreft.
Het is aan de ILT om uiteindelijk te bepalen hoe zij het ingezette handhavingstraject
voortzet. Daar hoort ook bij dat de ILT beoordeelt of de voorgenomen last onder dwangsom
wordt omgezet in een definitieve last. Indien de ILT hiertoe besluit, kan het gaan
om alle voorgenomen lasten of om een selectie.
Vraag 3
Hoe staat u tegenover de in het artikel geschetste verhoging per juli 2025 van het
statiegeld op grote én kleine plastic flesjes naar € 0,50? Hoe wordt de Tweede Kamer
bij dit besluit betrokken? Deelt u de opvatting dat het lijkt alsof er hiermee wordt
gekozen voor een optie die de verantwoordelijkheid vooral bij de consument neerlegt?
Antwoord 3
De genoemde verhoging betreft geen wetswijziging of beleidswijziging. Op het ministerie
is op dit moment geen verhoging van het minimum statiegeldbedrag voorzien. Wettelijk
geldt een minimum statiegeldbedrag van € 0,15 voor kleine flesjes en € 0,25 voor grote
flessen. Verder is de belangrijkste wettelijke bepaling de 90% doelstelling voor gescheiden
inzamelen van statiegeldverpakkingen. Het is aan het verpakkend bedrijfsleven om het
statiegeldsysteem dusdanig in te richten dat deze doelstelling wordt gehaald. Ook
een statiegeldbedrag hoger dan het wettelijk minimum kan bijdragen aan een hogere
inleverbereidheid.
Nu Verpact de 90% doelstelling in 2022 niet heeft gehaald, is de ILT een handhavingstraject
gestart. In het kader daarvan heeft de ILT, in haar rol als onafhankelijk toezichthouder,
Verpact op de hoogte gesteld van meerdere voorgenomen lasten onder dwangsom. Die beogen
Verpact ertoe te bewegen zo snel mogelijk aan de doelstelling te gaan voldoen. Eén
van die voorgenomen lasten betreft een (tijdelijk) statiegeldbedrag van € 0,50.
Ook vanuit een beleidsmatig perspectief geldt dat de hoogte van het statiegeldbedrag
één van de knoppen is waaraan gedraaid kan worden om het percentage ingeleverde statiegeldverpakkingen
te verhogen tot minimaal de wettelijk verplichte 90%. In 2024 worden de artikelen
in het Besluit beheer verpakkingen waarin het statiegeldsysteem is geregeld, geëvalueerd
op doeltreffendheid en effecten. Hierbij zal het wettelijk minimum statiegeldbedrag
worden bekeken, evenals de effecten van een eventuele wettelijke aanpassing daarvan,
zowel voor de inzameling als voor consumenten. De bevindingen van deze evaluatie worden
met uw Kamer gedeeld. Indien uit de evaluatie blijkt dat wetswijziging op dit punt
of op andere punten nodig is, zal dit in gang gezet worden. Uw Kamer zal hierover
worden geïnformeerd. Indien aan de orde kan dit in 2025 van start gaan. Naar verwachting
zal de beslissing hierover aan een nieuw kabinet zijn.
Ik deel de opvatting dat de verantwoordelijkheid vooral bij de consument wordt neergelegd
niet. De consument wordt gevraagd om de statiegeldverpakking in te leveren, maar hier
geldt geen verplichting of verantwoordelijkheid. Het is de verantwoordelijkheid van
het bedrijfsleven om de consument ertoe te bewegen de verpakking in te leveren, door
o.a. te zorgen voor een laagdrempelig, ruim beschikbaar en op dagelijkse basis functionerend
statiegeldsysteem. Ook een statiegeldbedrag hoger dan de huidige € 0,15 kan bijdragen
aan een hogere inleverbereidheid. In mijn ogen kunnen alleen een hoge inleverbereidheid
in combinatie met een goede inzamelinfrastructuur zorgen voor een optimaal werkend
statiegeldsysteem.
Vraag 4
Kunt u aangeven welke effecten een verhoging van het statiegeld op flesjes naar € 0,50
zal hebben op de verkopen in de drankenmarkt? En heeft er een impactanalyse plaatsgevonden?
Antwoord 4
De ILT gebruikt de bij vraag 2 genoemde reactie van Verpact om te beoordelen welke
stappen nodig zijn om het wettelijke inzamelpercentage te behalen. De ILT geeft aan
dat bij het formuleren van de voorgenomen last onder dwangsom rekening is gehouden
met de proportionaliteit van de lasten.
Vraag 5
Hoe verhouden deze verhoogde statiegeldbedragen zich tot ons omringende landen met
een statiegeldsysteem?
Antwoord 5
Er is geen goede vergelijking te maken met de statiegeldbedragen in ons omringende
landen. Voor Duitsland geldt dat het beleid op dit gebied op belangrijke punten van
het Nederlandse beleid verschilt. In België wordt geen statiegeld toegepast.
Vraag 6
Deelt u de opvatting dat de tegenvallende inzamelingsprestaties voor statiegeldflessen
en -blikjes vooral te wijten zijn aan een tekort aan inzamelpunten en het feit dat
inzamelpunten relatief vaak defect zijn? Kunt u aangegeven wat de huidige inzet is
om dit te verbeteren? En deelt u de mening dat eerst vooral dit opgelost zal moeten
worden, voordat overgegaan wordt op een verhoging van het statiegeld op flesjes?
Antwoord 6
Deze opvatting en mening deel ik niet geheel. Het verhogen van het aantal operationele
inzamelpunten is inderdaad (net als het statiegeldbedrag zoals genoemd in het antwoord
op vraag2 één van de knoppen om aan te draaien om het percentage ingeleverde statiegeldverpakkingen
te verhogen tot minimaal de wettelijk verplichte 90%. Er zullen dus ook meer inzamelpunten
moeten komen, maar dat sluit andere maatregelen niet uit. Zoals u in bijgevoegde brief
van de ILT kunt lezen, is het voornemen ook hier een last onder dwangsom over af te
geven. De doelstelling die het bedrijfsleven moet realiseren, is jaarlijks minimaal
90% van de op de markt gebrachte plastic flessen inzamelen. De maatregelen die hiervoor
nodig zijn, kunnen elkaar onderling versterken en kunnen dan ook tegelijkertijd worden
doorgevoerd. In de brief van de ILT kunt u lezen wat de huidige inzet is van de ILT
is ten aanzien van de inzamelpunten.
Vraag 7
Vindt u het wenselijk dat, wanneer statiegeld op flesjes verhoogd wordt naar € 0,50,
in sommige gevallen het statiegeld hoger zal zijn dan de prijs van het drankje zelf?
Antwoord 7
De hoogte van het statiegeldbedrag moet zorgen voor optimale bereidheid bij de consument
om de lege verpakking in te leveren. Dit staat los van de prijs van het drankje dat
erin zat.
Vraag 8
Kunt u een nadere specificatie geven van de mogelijk op te leggen dwangsommen aan
Verpact en waar dit op is gebaseerd?
Antwoord 8
Zoals aangegeven in de beantwoording van vraag 2 is de brief van de ILT aan Verpact
bijgevoegd. In de brief wordt een nadere specificatie gegeven van de mogelijk op te
leggen lasten en de mogelijke dwangsommen die Verpact moet betalen als zij de lasten
niet naleeft.
Vraag 9
Deelt u de mening dat de uitbreiding naar statiegeld op sap-en zuivelflessen die volgend
jaar is voorzien, pas aan de orde kan zijn als het huidige systeem goed functioneert?
Antwoord 9
Evenals de hoogte van het statiegeldbedrag (zie vraag3 is de genoemde uitbreiding naar sap- en zuivelflessen één van de voorgenomen lasten
in de brief van de ILT. Het schrappen van de uitzondering van sap- en zuivelflessen
is op dit moment geen beleidsvoornemen. Wel zal bij de evaluatie van de statiegeldregelgeving
expliciet naar de bestaande uitzonderingen worden gekeken, zoals ik al eerder aan
uw Kamer heb medegedeeld.
De doelstelling die het bedrijfsleven moet realiseren is jaarlijks minimaal 90% van
de op de markt gebrachte plastic flessen inzamelen. Deze doelstelling voor gescheiden
inzameling geldt voor alle kunststof drankflessen, ook die waar sap en zuivel in zijn
verpakt. Dit in tegenstelling tot de statiegeldverplichting, waar de flessen van sap
en zuivel van zijn uitgezonderd. Als het nodig is om de doelstelling te halen, kan
het bedrijfsleven besluiten om ook statiegeld toe te passen op flessen van sap en
zuivel. Dat is wat de ILT met de voorgenomen last beoogt.
Zoals in het antwoord op vraag 6 aangegeven, richt de ILT zich in haar brief op meerdere
aspecten om de inzameling te verbeteren, met meerdere voorgenomen lasten onder dwangsom.
Dit betreft ook het aantal inzamelpunten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.