Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kisteman over het bericht 'Tandarts en andere mkb’ers wacht nog een berg bureaucratie'
Vragen van het lid Kisteman (VVD) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «Tandarts en andere mkb’ers wacht nog een berg bureaucratie» (ingezonden 24 april 2024).
Antwoord van Minister Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 15 mei
2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het nieuwsbericht «Tandarts en andere mkb’ers wacht nog een berg
bureaucratie»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe kijkt u aan tegen alle regeldruk waarmee ondernemers te maken hebben?
Antwoord 2
Met regelgeving komt regeldruk. In een complexe maatschappij zijn spelregels nodig
om met elkaar samen te leven en gedeelde doelstellingen te realiseren. De afweging
of de regeldruk die met een nieuwe regeling gepaard gaat, opweegt tegen de inhoudelijke
beleidswens, is een politieke, of het nu gaat over bijvoorbeeld de gezondheidszorg,
de bescherming van werknemers of het klimaat.
Tegelijkertijd moeten we ervoor zorgen dat de ondernemers uit de voeten kunnen met
de verplichtingen die we ze opleggen. Zijn die werkbaar? Ook is relevant of de kosten
die ermee gepaard gaan niet te hoog worden. Voor kleine bedrijven kan generieke regelgeving
een te grote last zijn. Daarmee heeft de overheid rekening te houden. Het is de kunst
om de balans te vinden tussen regels die werken en de lasten die met die regels gemoeid
zijn.
Om de verplichtingen waar ondernemers in de praktijk mee te maken hebben in kaart
te brengen, heb ik recent in zes sectoren het MKB-indicatorbedrijvenonderzoek laten
uitvoeren. Daarbij is onderzocht welke verplichtingen zij als meest belastend ervaren.
Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek bekijk ik welke maatregelen mogelijk
zijn om knelpunten op te lossen of regeldrukkosten te verminderen. In het najaar wordt
u hier nader over geïnformeerd via de jaarlijkse voortgangsrapportage van het Programma
vermindering regeldruk ondernemers.
Vraag 3
Wat zijn de gevolgen van de toenemende regeldruk voor ondernemers voor het Nederlandse
vestigingsklimaat?
Antwoord 3
De geluiden hierover wisselen. Enerzijds zijn er bronnen die de noodklok luiden over
de gevolgen van regeldruk voor het Nederlandse vestigingsklimaat, terwijl anderzijds
de concurrentiepositie van het Nederlandse vestigingsklimaat op het internationale
toneel sterk lijkt.
Zo is aan de ene kant naar buiten gekomen dat naast de fiscale druk en de betrouwbaarheid
van de overheid, de toenemende regeldruk een belangrijke oorzaak is voor het vertrek
van ondernemers uit Nederland2. Aan de andere kant blijkt uit de Burden of Government Regulation indicator van het
World Economic Forum3 (WEF) dat regeldruk als gevolg van overheidsverplichtingen in Nederland vooralsnog
geen negatieve invloed heeft op het vestigingsklimaat. Deze indicator is onderdeel
van de Global Competitiveness Index en komt tot stand door een enquête onder zowel
grote als kleine ondernemingen waarbij respondenten wordt gevraagd in welke mate het
belastend is om aan overheidsverplichtingen te voldoen. Nederland staat op plaats
16 van 141 landen in de ranking van de Burden of Government Regulation indicator.
Hoewel de berichten dus tweezijdig zijn, deel ik de zorgen die in de media komen.
Daarom zet ik mij voortdurend in om de effecten van regeldruk te verminderen en te
mitigeren. Ik ben hierover doorlopend in gesprek met brancheorganisaties en mijn collega
bewindspersonen.
Vraag 4
Hoe kijkt u aan tegen de stijgende kosten die gemoeid zijn bij het implementeren van
nieuwe regels voor ondernemers?
Antwoord 4
Uit het eerder genoemde onderzoek naar MKB-indicatorbedrijven is naar voren gekomen
dat ondernemers te maken hebben met veel verplichtingen en dat de regeldrukkosten
die zij ervaren direct van invloed kunnen zijn op de winstgevendheid. De verplichtingen
die de meeste regeldrukkosten voor bedrijven veroorzaken hangen samen met generieke
werkgeversverplichtingen. Niet alle regeldrukkosten kunnen echter voorkomen worden.
Wel moet een ondernemer er zo min mogelijk last van hebben. Het onderzoek biedt voor
diverse verplichtingen die tot hoge kosten leiden suggesties om de regeldrukkosten
te reduceren. De wijze waarop deze regeldrukkosten kunnen worden aangepakt in een
nieuw programma, is aan een volgend kabinet.
De regeldrukmonitor (www.regeldrukmonitor.nl) laat zien dat een goot deel van de regeldrukkosten die ondernemers ervaren, wordt
veroorzaakt door Europese regelgeving. De Europese Commissie werkt momenteel aan een
reductieprogramma om de regeldrukkosten als gevolg van Europese rapportageverplichtingen
met 25% te verminderen.
Het gegeven dat we wel enige invloed op de totstandkoming van Europese regelgeving
hebben, maar deze invloed beperkt is, is een aanleiding om kritischer te kijken naar
de voorstellen die uit Brussel komen. Vandaar dat ik in de concept-Instellingswet
van het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heb opgenomen dat ATR ook een rol heeft
bij de beoordeling of de regeldruk van EU-voorstellen goed in beeld is gebracht.
Vraag 5
Zijn er mogelijkheden voor ondernemers om nieuwe wet- en regelgeving voor ondernemers
kostenneutraal te implementeren? Zo ja, bent u bereid hier handvaten voor aan te leveren?
Antwoord 5
Alle wetgeving gaat gepaard met regeldrukkosten. Daarom is het van belang dat departementen
bij het vormgeven van nieuwe wet- en regelgeving goed nadenken over de mogelijke gevolgen
voor bedrijven. De mogelijkheid om nieuwe regelgeving kostenneutraal te implementeren
of in ieder geval tegen zo gering mogelijke kosten, wordt per voorstel door de betrokken
bewindspersoon getoetst en toegelicht. Vervolgens toetst het Adviescollege toetsing
regeldruk de voorgenomen regeling op nut en noodzaak, minder belastende alternatieven,
werkbaarheid en inzichtelijkheid van de regeldrukkosten. Verder worden vanuit mijn
ministerie de nodige instrumenten geboden die daarbij behulpzaam kunnen zijn, zoals
de Bedrijfseffectentoets (BET) en de MKB-toets. Mijn ambtenaren zijn in samenspraak
met de beleidsambtenaren op andere departementen voortdurend op zoek naar mogelijkheden
om regeldruk aan te pakken.
Vraag 6
Wat vindt u van het bericht dat wantrouwen vanuit de overheid de reden is dat bedrijven
over van alles en nog wat moeten rapporteren? Deelt u de mening dat ondernemers meer
vertrouwen verdienen?
Antwoord 6
Wantrouwen is geen goede drijfveer voor beleid. Het is goed om scherp op elkaar te
zijn en spelregels te stellen. Rapportageverplichtingen zijn er om zicht te krijgen
en te houden op beleidseffecten en bedrijfshandelen in het kader van het realiseren
van beleidsdoelen. Vertrouwen staat in deze niet gelijk aan onbeperkte handelingsvrijheid
of het ontbreken van controle- en handhavingsinstrumenten.
Vraag 7
In het artikel worden een paar voorbeelden van regelingen genoemd die direct of indirect
voor onnodig veel regeldruk gaan zorgen, de Regeling openbare jaarverantwoording WMG,
de Carbon Border Adjustment Mechanism, Rapportageplicht werkgebonden mobiliteit en
de Corporate Sustainability Reporting Directive. Wat kunt u concreet doen om de regeldruk
die voortkomt uit deze regels voor ondernemers zo minimaal mogelijk te houden?
Antwoord 7
Met de implementatie en naleving van nieuwe regels zijn kosten gemoeid. Bij de totstandkoming
van nieuwe regelgeving is het de verantwoordelijkheid van de betrokken bewindspersoon
de incidentele en structurele regeldrukkosten inzichtelijk te maken. Ook is de betrokken
bewindspersoon verantwoordelijk voor een toelichting op de subsidiariteit en proportionaliteit
van de berekende regeldrukkosten in relatie tot de te realiseren beleidsdoelen. Dit
geldt voor de totstandkoming van alle regelgeving, dus ook voor de voorbeelden die
in het artikel en de vraag hierboven worden genoemd.
Ik neem mijn verantwoordelijkheid hierin door met mijn collega bewindspersonen het
gesprek te blijven voeren over de regeldrukeffecten van voorgenomen regelgeving. Via
de website Regeldrukmonitor geeft de overheid inzicht in de ontwikkeling van de regeldrukkosten
in voorgenomen regelgeving, en wat zij doet om deze zoveel mogelijk te beperken.
Vraag 8
Als dit speelt bij andere departementen, bent u dan bereidt om in gesprek te gaan
met collega-ministers om de regeldruk voor ondernemers minimaal te houden?
Antwoord 8
Vanuit mijn ministerie wordt er, middels het periodieke interdepartementale regeldrukcoördinatoren
overleg, regeldruk gerelateerde ontwikkelingen gedeeld. Bovendien zijn er binnen EZK
accounthouders die voor ieder departement fungeren als aanspreekpunt.
Gesprekken over regeldruk met betrekking tot individuele voorstellen voor regelgeving
worden gevoerd met dossierhouders en in de ambtelijke voorportalen die leiden naar
de ministerraad. Ook waar het gaat over Europese voorstellen zijn de verschillende
betrokken departementen met elkaar in overleg, mede over regeldruk, in de procedure
Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen.
Binnen het kabinet draag ik de coördinerende verantwoordelijkheid voor onze inzet
om regeldruk voor ondernemers zoveel mogelijk te verminderen. Uiteraard spreek ik
over dit onderwerp waar nodig met andere Ministers. Zo spreek ik eind mei en begin
juni met de collega bewindslieden van Infrastructuur en Waterstaat, Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Dus de bereidheid is er en die blijft er.
Vraag 9
Het Adviescollege Toetsing Regeldruk krijgt een prominentere plaats in het tegengaan
van regeldruk voor ondernemers. Denkt u dat dit voldoende is om de continue komende
stroom aan regels voor onze ondernemers te doorbreken of is daar meer voor nodig?
Antwoord 9
Het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) adviseert Staten-Generaal en kabinet en
ziet toe op een juiste, transparante informatievoorziening zodat het kabinet en Staten-Generaal
onderbouwd kunnen beslissen over regelgeving. ATR kijkt onder andere naar de vraag
of nut en noodzaak van een nieuwe regeling voldoende is onderbouwd. Als dat onvoldoende
kan worden aangetoond dan adviseert ATR doorgaans om de regeling niet in te dienen.
Als een departement er toch toe overgaat om de regeling in te dienen, dan is het aan
de Kamer om te bepalen of de regeling alsnog moet worden gehandhaafd. Ik zie hier
dus ook een duidelijke verantwoordelijkheid van de Kamer zelf.
Door de extra versterking zoals beoogd in de concept-Instellingswet kan ATR nog beter
toe zien op transparantie in regelgeving ten aanzien van regeldruk en de werkbaarheid.
De beslissing is echter aan de Staten-Generaal en kabinet bij regelgeving. Derhalve
zal de ontwikkeling in regeldruk ook afhangen van de wijze waarop de Staten-Generaal
en kabinet om gaan met de adviezen van ATR.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.