Schriftelijke vragen : Hoe Nederlandse klimaatfinanciering ten goede komt aan vrouwen en gemarginaliseerde groepen
Vragen van het lid Hirsch (GroenLinks-PvdA) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over hoe Nederlandse klimaatfinanciering ten goede komt aan vrouwen en gemarginaliseerde groepen (ingezonden 14 mei 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het nieuwe rapport van ActionAid, Making climate finance work for
women and marginalised groups: Lessons from the Dutch Fund for Climate and Development
first phase, waaruit blijkt dat financiering via het Dutch Fund for Climate and Development
(DFCD) nog te weinig ten goede komt aan gemarginaliseerde groepen waaronder vrouwen?1
Vraag 2
Wat vindt u van bovengenoemd rapport?
Vraag 3
Deelt u de conclusies uit de IOB evaluatie, de externe midterm evaluatie, en het ActionAid
rapport dat klimaatfondsen, zoals DFCD en het Green Climate Fund (GCF), die zich richten
op klimaatfinanciering voor bedrijven met een bepaald groeipotentieel, niet goed in
staat zijn om vrouwen en gemarginaliseerde groepen te bereiken? Zo ja, welke stappen
worden genomen om verbeteringen aan te brengen in uw beleid?
Vraag 4
Deelt u de conclusie dat ondanks het voornemen, zoals beschreven in de Kamerbrief
van Minister Kaag van 2018 (Kamerstuk 31 793, nr. 183), om specifieke aandacht te hebben voor gender en de allerarmsten, dit onvoldoende
is uitgewerkt in de implementatie van het DFCD? Zo nee, op basis waarvan komt u dan
tot een andere conclusie?
Vraag 5
Wat is er sinds de IOB evaluatie klimaatfinanciering van 2021 – waar vergelijkbare
conclusies worden getrokken – gedaan om hier verbetering in aan te brengen en te zorgen
dat kwetsbare groepen en specifiek vrouwen beter betrokken en bereikt worden in verschillende
fases van programma's? Hebben die aanpassingen ook plaatsgevonden in het DFCD? Zo
nee, waarom niet?
Vraag 6
Welke stappen gaat de Minister nog zetten om te zorgen dat in de tweede fase van het
DFCD er veel actiever doelstellingen worden gemaakt en gemonitord wordt op gender?
Bent u bereid om in de tweede fase van het DFCD genderresponsiviteit te verankeren
in het gehele proces, van selectie en ontwerp tot implementatie, monitoring en evaluatie?
Vraag 7
Kunt u bevestigen of private-publieke fondsen effectief blijken te zijn in het ondersteunen
van vrouwen en de meest gemarginaliseerde groepen in het mondiale Zuiden, die het
hardst getroffen worden door de klimaatcrisis? Welke maatregelen worden er genomen
om ervoor te zorgen dat deze fondsen daadwerkelijk bijdragen aan klimaatinitiatieven
waar kwetsbare groepen niet worden uitgesloten maar juist actief betrokken worden?
Vraag 8
Welke opvolging wordt gegeven aan de aanbevelingen van de externe midterm evaluatie
van het DFCD2 om strengere kwaliteitsbeoordelingscriteria in te voeren en kleinere bedrijven te
financieren?
Vraag 9
Erkent u dat de criteria van de jaaromzet voor bedrijven die in aanmerking komen per
definitie kleinere bedrijven als startups alsook meer lokaal geleide projecten uitsluiten
die een belangrijke positieve bijdrage kunnen leveren voor zowel klimaatactie als
ontwikkelingsdoelen, en juist makkelijker gemarginaliseerde groepen weten te bereiken?
Stelt Nederland financiële steun beschikbaar voor dit type bedrijvigheid? Zo nee,
waarom niet?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Daniëlle Hirsch, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.