Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kostic over dat Appelsientje de frisdrankentaks ontwijkt door koemelk aan een product toe te voegen
Vragen van het lid Kostić (PvdD) aan de Staatssecretarissen van Financiën van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over dat Appelsientje de frisdrankentaks ontwijkt door koemelk aan een product toe te voegen (ingezonden 18 maart 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rij (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst)
(ontvangen 26 april 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024,
nr. 1401.
Vraag 1
Kent u het bericht «Appelsientje ontwijkt suikertaks met truc: vleugje zuivel maakt
sap belastingvrij»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Wat is uw reactie hierop?
Antwoord 2
Alcoholvrije dranken die een bepaald gehalte aan melkvet («zuivel») bevatten, zijn
uitgezonderd van de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken.2 Ook dranken waaraan zuivel wordt toegevoegd, vallen op deze manier niet onder de
verbruiksbelasting. Op basis van de huidige wetgeving is dit toegestaan. Dit is niet
nieuw. De huidige vormgeving van de uitzondering voor zuivel bestaat sinds 1993.
Of en in hoeverre de Kamer deze uitzondering wenselijk acht, is ook relevant voor
de vormgeving van een mogelijke nieuwe verbruiksbelasting die differentieert op basis
van het suikergehalte in de drank (hierna: gedifferentieerde verbruiksbelasting).
Vorig jaar hebben de Ministeries van Financiën en Volksgezondheid, Welzijn en Sport
onderzoek gedaan naar de mogelijkheden hiertoe. Over de uitkomsten van dit onderzoek
heb ik samen met de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de Kamer
geïnformeerd per brief.3 In navolging van dit onderzoek zend ik uw Kamer, mede namens de Staatssecretaris
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, tegelijkertijd met deze beantwoording ook een
contourenbrief. Deze contourenbrief richt zich op de mogelijkheid van een gedifferentieerde
verbruiksbelasting en is opgesteld naar aanleiding van aangenomen moties op dit onderwerp.4 In de contourenbrief worden verschillende opties voor een gedifferentieerde verbruiksbelasting
uiteengezet. Het demissionaire kabinet heeft de route van een contourenbrief gekozen
vanwege haar demissionaire status, de verscheidenheid in politieke wensen – de aangenomen
moties geven geen eenduidig beeld – en de nog te maken keuzes. Afhankelijk van de
voorkeur van uw Kamer voor één van de in deze brief opgenomen opties kan het demissionaire
kabinet deze desgewenst uitwerken in een wetsvoorstel. Overigens kan de vormgeving
van de uitzondering voor zuivel- en sojadranken ook binnen de systematiek van de húidige
verbruiksbelasting worden aangepast. De definitie van zuiveldranken kan zodanig worden
aangepast dat over bijvoorbeeld vruchtensap of frisdrank met een kleine hoeveelheid
zuivel voortaan wel verbruiksbelasting is verschuldigd. De systematiek hieromtrent
is toegelicht in paragraaf 3.6 van de contourenbrief.
Vraag 3
Vindt u het wenselijk dat bedrijven zoals Appelsientje belasting ontwijken door melkpermeaat
aan hun producten toe te voegen? Zo nee, waarom heeft u dan wetgeving gemaakt die
dit mogelijk maakt?
Antwoord 3
Zoals ik heb aangegeven in het antwoord op vraag 2 geldt op basis van de huidige wetgeving
– die geldt sinds 1993 – dat dranken met een bepaald gehalte aan melkvetten zijn uitgezonderd
van de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken. Het kabinet en de Staten-Generaal
hebben deze wet destijds inclusief deze uitzondering vastgesteld. Door de vormgeving
van deze uitzondering zijn alcoholvrije dranken betrekkelijk snel uitgezonderd van
de verbruiksbelasting als zuivel wordt toegevoegd. Zoals aangegeven wordt gelijktijdig
met deze beantwoording een contourenbrief aan uw Kamer gestuurd, waarin verschillende
opties voor een andere vormgeving zijn opgenomen.
Vraag 4
Erkent u dat het toevoegen van koemelk aan andere dranken het kabinetsbeleid op het
gebied van de eiwittransitie ondermijnt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Nee, de toevoeging van koemelk aan een product ondermijnt het kabinetsbeleid op de
eiwittransitie niet. Het beleid van de Nederlandse overheid richt zich op een verschuiving
naar een voedingspatroon met in verhouding meer plantaardige en minder dierlijke eiwitten.
Binnen de huidige doelstelling, een consumptieverhouding van 50/50 in 2030, is er
nog ruimte voor de consumptie van dierlijke eiwitten. Producten waaraan een klein
beetje zuivel wordt toegevoegd ondermijnen daarmee de doelstelling op de eiwittransitie
niet.
De overheid zet in op een duurzaam en gezond eetpatroon voor alle Nederlanders. Via
onder andere het Voedingscentrum worden burgers hierover geïnformeerd. Daarnaast zijn
er in 2023 diverse monitors uitgevoerd om de verschuiving naar een meer plantaardig
eetpatroon te kunnen volgen. Over de resultaten van deze monitors bent u recent geïnformeerd.5
Vraag 5
Heeft u signalen dat ook andere bedrijven de truc van Appelsientje zullen gaan overnemen?
Zo ja, om hoeveel en om welke bedrijven gaat het?
Antwoord 5
In een artikel van RTL Nieuws van dezelfde strekking6 lees ik dat er ook andere frisdranken zijn die voornemens zijn een kleine hoeveelheid
melkvetten aan hun product toe te voegen. Er zijn geen aantallen bekend.
Vraag 6
Kunt u aangeven of het primaire doel van de limonadetaks is om een gezondere leefstijl
te bevorderen of extra belastinginkomsten te genereren?
Antwoord 6
Het doel van de huidige verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken is het genereren
van budgettaire opbrengst.7 Daarnaast wil het kabinet gezonde keuzes stimuleren. Een eerste stap daartoe is dat
per 1 januari 2024 mineraalwater van de belasting is uitgezonderd. Een volgende stap
kan zijn dat wordt overgegaan tot een gedifferentieerde verbruiksbelasting van alcoholvrije
dranken op basis van suikergehalte. Of en hoe een dergelijke verbruiksbelasting wordt
vormgegeven, is nu aan de Tweede en Eerste Kamer.
Vraag 7
Als het doel is een gezonde leefstijl bevorderen, kunt u dan gemotiveerd duiden waarom
suikerhoudende zuiveldranken zijn uitgezonderd van de heffing?
Antwoord 7
Het doel van de belasting is primair budgettair (zie antwoord op vraag 6) en niet
het bevorderen van een gezonde leefstijl.
Vraag 8
Als het doel is extra belastinginkomsten te genereren, waarom biedt u dan de mogelijkheid
tot belastingontwijking via het toevoegen van zuivel?
Antwoord 8
Zoals aangegeven onder vraag 2 geldt de uitzondering voor zuivel van oudsher. De definitie
van de zuiveluitzondering is zo vormgegeven dat bepaalde alcoholvrije dranken betrekkelijk
snel zijn uitgezonderd van de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken.8 De uitzondering geldt, kort gezegd, voor drank uit melk met een melkvet gehalte van
0,02% massaprocent. In de parlementaire geschiedenis van de wet wordt toegelicht hoe
het percentage van 0,02% destijds tot stand is gekomen.9 Daarin is uiteengezet dat bij de huidige omschrijvingen van alcoholvrije dranken
aansluiting is gezocht bij de afbakening die wordt gebruikt in de zogenoemde gecombineerde
nomenclatuur («GN-codes»), die deel uitmaakt van het gemeenschappelijk douanetarief
van de Europese Gemeenschappen. Bij de opkomst van de zogenoemde yoghurtdranken en
weidranken zijn alle producten onderzocht en is de grens vastgesteld op 0,02%mas.
Dit percentage kan echter ook aan dranken worden toegevoegd die niet traditioneel
als zuivel worden gezien, zoals vruchtensap of frisdrank.
Zoals aangegeven worden in de genoemde contourenbrief verschillende opties voor een
gedifferentieerde verbruiksbelasting uiteengezet, en wordt hierbij ook ingegaan op
de opties rondom de behandeling van zuivel- en sojadranken. Afhankelijk van de voorkeursrichting
die uw Kamer aangeeft, kan de vormgeving van de huidige verbruiksbelasting worden
aangepast. Aanpassing van de genoemde zuivel-uitzondering kan zowel plaatsvinden binnen
een nieuw systeem dat differentieert op basis van het suikergehalte als binnen het
huidige systeem. In de contourenbrief is dit toegelicht in paragraaf 3.6
Vraag 9
Wat is de meest recente inschatting van de opbrengsten van de verbruiksbelasting op
alcoholvrije dranken? Hoeveel kan er naar schatting worden misgelopen als deze truc
breder zal worden toegepast?
Antwoord 9
De meest recente inschatting van de opbrengsten van de verbruiksbelasting op alcoholvrije
dranken komt uit op € 699 miljoen in 2024 (raming Miljoenennota 2024). Hierbij zijn
realisatiecijfers tot en met januari 2024 meegenomen. Het is niet mogelijk om een
schatting te geven van het effect als meer drankproducenten een bepaald melkvetgehalte
gaan toevoegen aan hun dranken. Van dranken die onder de zuiveluitzondering vallen,
hoeft geen aangifte gedaan te worden. Het is daardoor niet mogelijk om de huidige
omvang van deze categorie dranken op basis van aangiftedata in kaart te brengen. Ook
is het lastig in te schatten of het toevoegen van zuivel in de toekomst aan populariteit
zal winnen. Uiteraard blijven we de grondslag van de verbruiksbelasting de komende
periode monitoren.
Vraag 10
Wat is uw boodschap aan bedrijven zoals Appelsientje die door koemelk aan hun producten
toe te voegen de verbruiksbelasting op alcoholvrije dranken ontwijken?
Antwoord 10
Het is een feit dat verbruiksbelasting níet is verschuldigd als de alcoholvrije drank
een bepaald gehalte aan melkvet bevat, in lijn met de wet die sinds 1993 geldt. In
hoeverre dat wenselijk is en blijft ligt nu ter beoordeling voor aan beide Kamers.
Vraag 11, 12, 13 en 14
Deelt u de mening dat het beleid zo snel mogelijk moet worden aangepast om te voorkomen
dat bedrijven belasting blijven ontwijken en de eiwittransitie blijvend wordt ondermijnd?
Hoe gaat u ervoor zorgen dat dezeloopholezo snel mogelijk wordt gedicht?
Wat gaat u ondertussen doen om te voorkomen dat andere bedrijven dit soort trucjes
gaan toepassen en op welke termijn gaat u dat doen?
Wat bedoelt u met dat u de uitzondering in de suikertaks voor zuiveldranken onder
de loep gaat nemen? Bedoelt u hiermee dat u de uitzondering voor koemelk zal gaan
schrappen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 11, 12, 13 en 14
In bijgaande contourenbrief zijn de opties voor een gedifferentieerde verbruiksbelasting
uiteengezet. Hierin worden ook verschillende opties voor de behandeling van zuivel-
en sojadranken binnen een gedifferentieerde verbruiksbelasting toegelicht. In de brief
is ook aangegeven hoe de uitzondering voor zuivel- en sojadranken kan worden aangepast
binnen de húidige verbruiksbelasting. Het demissionaire kabinet heeft de route van
een contourenbrief gekozen vanwege haar demissionaire status, de verscheidenheid in
politieke wensen – de aangenomen moties geven geen eenduidig beeld – en de nog te
maken keuzes. Verder merk ik op dat een wijziging van de uitzondering voor zuivel
een structuurwijziging is met een voorbereidingsperiode van minimaal 12 tot 24 maanden
voor de Douane vanaf het moment dat de wetswijziging is aangenomen door beide Kamers.
Mocht uw Kamer een wijziging willen op dit gebied, dan dient met die termijn rekening
te worden gehouden. De daadwerkelijke voorbereidings- en realisatieperiode is afhankelijk
van complexiteit van de structuurwijziging en moet blijken uit enerzijds de Uitvoeringstoets
en anderzijds de ruimte die er is in het IV portfolio van de Douane. Concreet voor
het accijns en verbruiksbelastingportfolio geldt dat deze de komende jaren overvol
is met onder andere aanpassingen naar aanleiding van (Europese) wetgeving en noodzakelijke
modernisering van het ICT-landschap voor het borgen van de continuïteit van de accijns-
en verbruiksbelastingprocessen.
Vraag 15
In het plenaire debat over het Gezond en Actief Leven Akkoord gaf u aan in september
met een voorstel te komen voor een progressieve suikerbelasting op frisdranken. Schrapt
u in dit voorstel ook meteen de uitzondering voor koemelk? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 15
Zoals aangegeven kunnen in het kader van een gedifferentieerde verbruiksbelasting
verschillende beleidsopties worden overwogen. In de genoemde contourenbrief zijn alle
opties uiteengezet, zodat uw Kamer hierover een voorkeursrichting kan aangeven. Ook
als niet wordt overgegaan op een gedifferentieerde verbruiksbelasting geldt dat de
reikwijdte van de uitzondering voor zuivel- en sojadranken desgewenst kan worden aangepast.
Ook dit is toegelicht in de contourenbrief.
Vraag 16
Voor veel mensen is het een als vanzelfsprekende aanname dat vruchtensappen in hun
aard plantaardig zijn. Overweegt u met Appelsientje in gesprek te gaan om aan te geven
dat het belangrijk is een duidelijke waarschuwing op de verpakking op te nemen, waarbij
gewaarschuwd wordt dat het product niet langer geschikt is voor mensen met een lactose-intolerantie
of die principieel kiezen voor plantaardige voeding? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op
welke termijn en op wijze?
Antwoord 16
Nee, wij zullen niet in gesprek gaan met Appelsientje. Producenten zijn verplicht
alle ingrediënten op de juiste wijze op het etiket van de drank te vermelden. Op deze
manier heeft een allergisch persoon voldoende informatie en is een waarschuwing niet
nodig.
Vraag 17
Zijn er voorbeelden in ons omringende landen waarin zuivelproducten een fiscale voorkeursbehandeling
krijgen ten opzichte van plantaardige producten? Zo nee, waarom is dat dan in Nederland
wel het geval?
Antwoord 17
Allereerst is de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken een nationale (verbruiks)belasting.
Deze belasting is niet op Europees-niveau geharmoniseerd zoals de accijns en btw.
Buiten de accijns kunnen EU-lidstaten andere indirecte belastingen heffen. Niet alle
landen hebben daarom een verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken. Zo heeft Nederland
een verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken, maar Duitsland niet. Duitsland heeft
dan wel weer een belasting op koffie, die Nederland niet heeft.
Van landen die een nationale belasting hebben op alcoholvrije dranken is bekend dat
het merendeel een uitzondering heeft voor zuivel (of dranken op basis daarvan). Hieronder
vallen landen als België, Frankrijk, Ierland en het Verenigd Koninkrijk. Deze uitzondering
is niet altijd op melkvet gebaseerd, maar eerder op de vraag of de drank al dan niet
toegevoegd suiker bevat.
Vraag 18
Kan melkpermeaat allergische reacties oproepen? Zo ja, bent u dan bereid het in wetgeving
als allergeen te behandelen met een verplichte waarschuwing op producten waarin het
verwerkt is? Zo nee, hoe zeker bent u daarvan en op grond van welke wetenschappelijke
vaststelling?
Antwoord 18
Melkpermeaat is een bijproduct van (ultra)filtratie van melk tijdens de productie
van kaas en andere zuivelproducten. Tijdens het (ultra)filtratieproces passeert het
permeaat door verschillende zeven. De samenstelling van het melkpermeaat is afhankelijk
van de grootte en permeabiliteit van de gebruikte zeven.10 Het product Appelsientje bevat 10% melkpermeaat, per liter kan het dan 4–12 gram
lactose bevatten en ongeveer 400 mg melkeiwit. De meeste mensen met lactose-intolerantie
kunnen deze hoeveelheid verdragen, maar melkpermeaat kan dus een allergische reactie
oproepen bij gevoelige personen. Omdat melkpermeaat als ingrediënt wordt toegevoegd
aan het product, moet dit op het etiket in de ingrediëntenlijst worden vermeld. Daarnaast
moet het woord «melk» op een nadrukkelijk manier worden genoemd, aangezien het hier
om een allergeen gaat.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.