Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Uitermark over de artikelen 'Onrust binnen het OM over aanpak van overlastgevende asielzoekers, die een boete betalen middels een celstraf” en 'Met zijn lik-op-stukbeleid zoekt het OM opnieuw de grenzen van de rechtsstaat op'
Vragen van het lid Uitermark (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de artikelen «Onrust binnen het OM over aanpak van overlastgevende asielzoekers, die een boete betalen middels een celstraf» en «Met zijn lik-op-stukbeleid zoekt het OM opnieuw de grenzen van de rechtsstaat op» (ingezonden 25 maart 2024).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Staatssecretaris
van Justitie en Veiligheid (ontvangen 26 april 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2023–2024, nr. 1503.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van bovenstaande artikelen in het NRC van 12 en 18 maart 2024?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat door de top van het Openbaar Ministerie (OM) vorig jaar onder alle parketten
een werkinstructie is verspreid die specifiek ziet op de vervolging van asielzoekers
voor lichte misdrijven zoals winkeldiefstallen?
Antwoord 2
Op 5 juni 2023 is door het College van procureurs-generaal een routekaart voor ZSM2 gedeeld om de aanpak van misdrijven gepleegd door overlastgevende asielzoekers die
binnenstromen op ZSM te verbeteren. De routekaart bevat handvatten en beoogt bij te
dragen aan het (vaker) nemen van een effectieve afdoeningsbeslissing voor deze doelgroep.
Dit is ook in het belang van de verdachte. Toepassing van de in de routekaart opgenomen
mogelijke strafrechtelijke interventies blijft in alle gevallen een verantwoordelijkheid
van de individuele officier van justitie binnen ZSM. De officier van justitie heeft
hier ook alle ruimte toe, omdat de routekaart geen dwingend beleid bevat.
Vraag 3
Kunt u bevestigen dat deze werkinstructie een nieuw soort geldboete introduceert die
is bedacht voor asielzoekers die kleine misdrijven plegen en dat deze geldboete, anders
dan normaal, wordt betaald met het aantal dagen dat de asielzoeker in voorarrest doorbrengt?
Antwoord 3
Het gaat hier niet om een nieuw soort geldboete. Het opleggen van een geldboete door
middel van een strafbeschikking voor kleine misdrijven is niet nieuw, maar een bestaand
uitgangspunt. Nieuw is dat de strafbeschikking wordt opgelegd met aftrek van de tijd
van de inverzekeringstelling. Daarbij wordt de met de strafbeschikking opgelegde geldboete
gelijkgesteld aan de door de rechter opgelegde geldboete.
In juni 2023 is abusievelijk ervan uitgegaan dat de strafbeschikking met aftrek van
de inverzekeringstelling al in de praktijk kon worden toegepast. Om deze reden is
deze vorm van afdoening opgenomen in de routekaart. Kort na verspreiding van de routekaart
bleek echter dat deze nog niet kan worden toegepast vanwege noodzakelijke aanpassingen
in de systemen voor de informatievoorziening. De strafbeschikking met aftrek is dus
nog niet toegepast. Onderzocht wordt hoe dit instrument alsnog in de praktijk kan
worden toegepast.
Vraag 4
Klopt het dat het doel van de aanpak niet het innen van boetes is maar het opbouwen
van documentatie tegen overlastgevende asielzoekers, die daarmee kunnen worden opgenomen
in de overlastaanpak waarin hun asielaanvraag sneller kan worden afgewezen?
Antwoord 4
Misdrijven die worden gepleegd door overlastgevende asielzoekers, veelal uit zogenoemde
veilige landen, die in een (nood-)opvang verblijven, tasten in de samenleving het
draagvlak aan voor de (nood-)opvang van asielzoekers. Zoals bekend is de nood om voldoende
opvangplekken te realiseren hoog en leidt het tekort aan (nood)opvanglocaties tot
schrijnende situaties. Binnen die context moeten misdrijven gepleegd door overlastgevende
asielzoekers in beginsel een (strafrechtelijke) afdoening krijgen. Het liefst zo snel
mogelijk, zodat het overheidsoptreden naar aanleiding van een concreet misdrijf ook
zichtbaar is voor de betrokkenen.
Het doel van de strafbeschikking met aftrek is om de officier van justitie een effectieve
alternatieve (directe) afdoeningsmodaliteit te geven in tegenstelling tot bijvoorbeeld
een dagvaarding. Bij een directe afdoening bij personen zonder vaste woon- of verblijfsplaats
(hieronder vallen ook asielzoekers) kan worden voorkomen dat de betrokkene zich onttrekt
aan de berechting en tenuitvoerlegging van de straf. Personen zonder vast woon- of
verblijfplaats kunnen zich hier namelijk makkelijker aan onttrekken. Daarnaast leidt
directe registratie van het strafbare feit in de justitiële documentatie ertoe dat
de bestrafte vanaf dat moment geen «first offender» meer is en in aanmerking kan komen
voor snelrecht. Dit is echter geen doel op zich.
Het is overigens aan de officier van justitie om te bepalen of in individuele gevallen
vervolging wordt ingesteld en voor welke afdoeningsmodaliteit wordt gekozen. Net als
in iedere andere zaak wordt bij een strafbaar feit gepleegd door een asielzoeker rekening
gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
Vraag 5
Klopt het dat in deze werkinstructie is vermeld dat «de nieuwe OM aanpak er is gekomen
na overleg met bewindslieden»?
Antwoord 5
Ja.
Vraag 6
Indien het antwoord op de vorige vraag bevestigend luidt, kunt u aangeven met welke
bewindspersonen dat overleg heeft plaatsgehad?
Antwoord 6
Er is met enige regelmaat overleg tussen het OM en de bewindspersonen van Justitie
en Veiligheid over allerlei maatschappelijke thema’s. Het OM heeft na overleg met
de betrokken bewindspersonen en de bestuurders van de organisaties in de asielketen
en de (schrijnende) situatie in en rondom het asielzoekerscentrum in Ter Apel in de
zomer van 2022 gekozen voor een meer actieve opstelling in de asielproblematiek. Zoals
ook gemeld in de brief van 1 maart 2024, is het Openbaar Ministerie in september 2022,
gelet op de hiervoor geschetste crisis in de asiel(nood)opvang, uit eigen beweging
gestart met het verbeteren van de afdoening van misdrijven door overlastgevende asielzoekers
(die binnenstromen op ZSM).
Waar misdrijven worden gepleegd, moet adequaat worden opgetreden. Dit is nodig om
het maatschappelijk draagvlak voor asielzoekers die zich goed gedragen, niet te laten
ondermijnen door misdrijven gepleegd door een kleine overlastgevende groep.
Vraag 7
Klopt het dat de werkinstructie suggesties bevat voor juridische grondslagen zodat
voor asielzoekers een langer voorarrest dan normaal «niet problematisch hoeft te zijn»?
Antwoord 7
Nee. De routekaart bevat geen suggesties om een langer voorarrest mogelijk te maken.
In de routekaart staat expliciet dat verdachten niet enkel in verzekering kunnen worden
gesteld om de strafbeschikking met aftrek toe te passen.
Er wordt wel toegelicht dat als de reeds bevolen inverzekeringstelling (iets) langer
voortduurt onder de nieuwe werkwijze, dit niet problematisch hoeft te zijn, aangezien
uitreiking van de strafbeschikking onder het onderzoeksbelang valt. De duur van de
inverzekeringstelling mag langer zijn indien het onderzoeksbelang dit vergt. Directe
uitreiking van de strafbeschikking vereist afronding van het onderzoek, inclusief
schuldvaststelling en zou daardoor – om gerechtvaardigde redenen – meer tijd kunnen
kosten dan bijvoorbeeld uitreiking van een dagvaarding. De lengte van de inverzekeringstelling
wordt dus uitsluitend bepaald door het onderzoeksbelang en niet door de (gewenste)
hoogte van de geldboete.
Vraag 8
Kunt u deze werkinstructie aan de Kamer doen toekomen?
Antwoord 8
Ja, de werkinstructie is bijgevoegd.
Vraag 9
Vindt u het onderscheid dat met deze aanpak wordt gemaakt doordat bij gelijksoortige
delicten een andere aanpak wordt gericht op een specifieke groep verdachten, namelijk
asielzoekers, gerechtvaardigd en zo ja, kunt u dat nader toelichten?
Antwoord 9
De handelingsperspectieven die zijn opgenomen in de routekaart zijn toepasbaar op
eenieder die misdrijven pleegt. De routekaart zelf is specifiek toegespitst op asielzoekers.
Vraag 10
Gezien het feit dat officieren in het artikel aangeven dat zij in deze aanpak een
poging van het OM zien om ten behoeve van een politiek-bestuurlijke aanpak van vreemdelingen
het voorarrest van asielzoekers langer op te rekken, zodat vervolgens de boete die
wordt opgelegd daarmee wordt verrekend: bent u het eens met de kritische officieren
die aangeven dat deze aanpak ertoe kan leiden dat asielzoekers onrechtmatig worden
vastgehouden? Zo ja, wat kan eraan worden gedaan om dat te voorkomen? Zo nee, kunt
u toelichten waarom niet?
Antwoord 10
Nee, het OM heeft deze aanpak bedacht met inachtneming van de wettelijke kaders. Zie
ook de antwoorden op de vragen 4, 6 en 7.
Vraag 11
Wat is uw visie op het feit dat door een officier van justitie in het artikel wordt
aangegeven dat «een inverzekeringstelling is er om iemand gereed te houden voor het
onderzoek. Hier draait het Openbaar Ministerie de zaken om en wordt de inverzekeringstelling
gebruikt om een straf te executeren. Dat staat op gespannen voet met het Wetboek van
Strafvordering?
Antwoord 11
Zie het antwoord op vraag 10.
Vraag 12
Klopt het dat er vanwege de door verschillende officieren van justitie geuite zorgen
hierover intern overleg plaatsvindt bij het OM en de invoering van deze «asielzoekers-boete»
nu «on hold» is gezet?
Antwoord 12
Er is geen sprake van een asielzoekersboete. De strafbeschikking met aftrek is nog
niet ingevoerd omdat deze vooralsnog niet uitvoerbaar is vanwege de benodigde aanpassingen
van de IV-systemen. Dit is ook zo binnen het OM bekend gemaakt.
Vraag 13
Is deze werkinstructie sinds het uitbrengen daarvan in praktijk toegepast? Zo ja,
om hoeveel asielzoekers gaat het?
Antwoord 13
Nee.
Vraag 14
Kunt u aangeven welk vervolg aan deze werkinstructie wordt gegeven?
Antwoord 14
Onderzocht wordt op welke manier de strafbeschikking met aftrek op termijn zou kunnen
toegepast als algemene afdoeningsmogelijkheid, toepasbaar op iedere zaak die daarvoor
in aanmerking komt. Ik kan nog niet aangeven wanneer dit zal zijn.
Vraag 15
Kunt u bovenstaande vragen één voor één beantwoorden binnen drie weken?
Antwoord 15
De Kamervragen zijn binnen de gebruikelijke termijn beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.