Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
Tweede Kamer der Staten-Generaal
InhoudsopgaveA. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTELB. BEGROTINGSTOELICHTING1 Leeswijzer2 Beleid2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties3 Beleidsartikelen3.1 Artikel 1. Openbaar bestuur en democratie3.2 Artikel 2. Nationale veiligheid3.3 Artikel 3. Woningmarkt3.4 Artikel 4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit3.5 Artikel 5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet3.6 Artikel 6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving3.7 Artikel 7. Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid3.8 Artikel 9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid3.9 Artikel 14. Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité4 Niet-beleidsartikelen4.1 Artikel 11. Centraal apparaat4.2 Artikel 12. Algemeen4.3 Artikel 13. Nog onverdeeld
36 550 VII Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
Vergaderjaar 2023‒2024
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2024 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,H.M.de Jonge
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
De eerste suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2024. De stand van de eerste suppletoire begroting wordt vanaf de stand van de ontwerpbegroting 2024 opgebouwd (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 1).
De stand van de vastgestelde begroting 2024 is inclusief het amendement van de leden Nijboer en Grinwis (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 14), het amendement van het lid Sneller (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 18), het amendement van de leden Grinwis en Peter de Groot (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 25) het amendement van het lid Boulakjar (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 26), het amendement van het lid Beckerman (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 29), het amendement van de leden Inge van Dijk en van der Graaf (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 30) en het amendement van de leden Sneller en Rahimi (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 57).
Vanaf de eerste suppletoire begroting 2024 wordt in de tabel budgettaire gevolgen van beleid een extra kolom toegevoegd voor het presenteren van de extrapolatie voor het jaar 2029.
Uitgangspunt bij de tabel budgettaire gevolgen van beleid is dat per artikel de beleidsmatige en technische mutaties toegelicht worden, die groter dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) zijn opgenomen, de zogenaamde staffel. In het kader van transparantie of anderszins kan het voorkomen dat mutaties beneden deze ondergrenzen ook worden toegelicht.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV 2024
Artikel
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
1. Openbaar bestuur en democratie
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.Ontvangsten: 2 mln.
2. Nationale Veiligheid
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.Ontvangsten: 2 mln.
3. Woningmarkt
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.Ontvangsten: 5 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 20 mln.Ontvangsten: 10 mln.
4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 20 mln.Ontvangsten: 2 mln.
5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.Ontvangsten: 2 mln.
6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.Ontvangsten: 2 mln.
7. Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.Ontvangsten: 2 mln.
9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.Ontvangsten: 2 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.Ontvangsten: 4 mln.
11. Centraal apparaat
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.Ontvangsten:1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.Ontvangsten: 2 mln.
12. Algemeen
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.Ontvangsten: 2 mln.
13. Nog onverdeeld
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.Ontvangsten: 2 mln.
14. Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.Ontvangsten: 2 mln.
Onderstaand is het overzicht te vinden van uitgaven in verband met coronamaatregelen per artikel.
Tabel 2 Extracomptabele tabel coronamaatregelen (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
naam maatregel/regeling
Bedrag verplichtingen 2024
Bedrag uitgaven 2024
Bedrag ontvangsten 2024
Relevante Kamerstukken
1
Waterschappen
3.362
3.362
0
(Kamerstukken II 2023/24, 36550 VII,nr.2)
Totaal
3.362
3.362
0
Onderstaand is het overzicht te vinden van uitgaven in verband met maatregelen Oekraïne per artikel.
Tabel 3 Budgettaire overzicht Oekraïne (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
naam maatregel/regeling
Bedrag verplichtingen 2024
Bedrag uitgaven 2024
Bedrag ontvangsten 2024
Relevante Kamerstukken
‒
‒
‒
‒
Totaal
0
0
0
2 Beleid
2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties
Tabel 4 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x €1.000)
Artikelnummer
Uitgaven 2024
Uitgaven 2025
Uitgaven 2026
Uitgaven 2027
Uitgaven 2028
Uitgaven 2029
Vastgestelde begroting 2024
11.395.030
10.279.495
9.438.901
9.393.198
9.561.883
0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Regio Deals
1
0
129.579
127.487
0
0
0
2) Huurtoeslag
3
34.820
‒ 22.080
12.230
44.130
59.830
52.830
3) Doorbouwgarantie
3
‒ 175.000
153.000
0
0
0
0
4) Herplaatsingsgarantie
3
114.288
0
0
0
0
0
5) Woningbouwimpuls
3
133.000
0
0
0
0
0
6) Vestigingsklimaat
3
0
68.750
78.750
40.000
25.000
0
7) Rijksvastgoedbedrijf
3
41.800
0
0
0
0
0
8) Verduurzaming onderhoud huurwoningen
4
‒ 11.000
0
38.828
48.848
39.840
38.840
9) Verduurzaming Vereniging van Eigenaars
4
‒ 27.000
0
19.000
8.000
0
0
10) Energiebesparing koopsector
4
0
0
0
25.300
30.000
35.000
11) Verduurzaming maatschappelijk vastgoed
4
78.696
‒ 38.696
0
0
0
0
12) Warmtefonds
4
0
35.300
35.300
35.300
35.300
35.300
13) Maatschappelijk vastgoed fonds
4
0
249.900
0
0
0
0
14) Nationaal Isolatie Programma (lokale aanpak woningisolatie)
4
49.900
0
0
0
0
0
15 Nationaal Isolatie Programma (soortenmanagement)
4
39.420
0
0
0
0
0
16) Verduurzaming Groningen en Noord-Drenthe
4
‒ 49.227
49.227
0
0
0
0
17) Rijksvastgoedbedrijf
4
‒ 13.000
13.000
0
0
0
0
18) Verduurzaming maatschappelijk vastgoed
4
‒ 13.800
13.800
0
0
0
0
19) Tariefgefinancierde dienstverlening
11
130.239
0
0
0
0
0
20) Dienstverleningsovereenkomsten SSO's
11
20.000
0
0
0
0
0
21) Kwijtschelding publieke schulden
12
‒ 140.000
20.000
40.000
40.000
40.000
0
22) Slavernijverleden
14
‒ 40.638
‒ 68.446
10.359
10.360
2.028
2.029
23) Extrapolatie 2029
Alle
0
0
0
0
0
9.800.130
24) Eindejaarsmarge
Alle
215.000
0
0
0
0
0
25) Loon- en prijsbijstelling tranche 2024
Alle
191.000
154.000
123.000
115.000
111.000
112.000
26) Overig
Alle
‒ 49.886
‒ 79.114
59.960
62.024
38.232
‒ 29.165
Stand 1e suppletoire begroting 2024
11.923.642
10.957.715
9.983.815
9.822.160
9.943.113
10.046.964
Toelichting
1. Regiodeals
De zesde tranche van de Regio Deals wordt conform afspraak vanaf de zomer van 2024 opengezet. Uitbetaling van de zesde tranche vindt plaats in 2025 en 2026. Daarom worden de middelen die in 2024 van de Aanvullende Post (AP) van het ministerie van Financien komen doorgeschoven naar 2026. In 2025 zijn reeds middelen beschikbaar voor de Regio Deals (€ 192 mln.).
2. Huurtoeslag
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een wetsvoorstel ingediend waarbij het wettelijk minimumloon (WML) per 1 juli 2024 met 1,2% omhoog gaat en daarnaast wordt geïndexeerd. De extra verhoging van het minimumloon komt voort uit een amendement van de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2023/2024, 36410 XV, nr. 7). In dit amendement is ook dekking voorzien voor de hogere uitgaven huurtoeslag als gevolg van de verhoging van het WML, via de inkomensparameters. In de huurtoeslagraming worden de effecten van de verhoging van het WML verwerkt. Deze effecten zijn structureel ongeveer € 60 mln.
De huurtoeslagraming is mede bijgesteld op basis van de CEP (Centraal Economisch Plan) raming van het CPB over onder andere het aantal huurtoeslagontvangers. Vanaf 2024 wordt de raming structureel verlaagd omdat minder mensen in de huurtoeslag instromen dan eerder werd verwacht op basis van de verhoging van het WML, de verlaging van de eigen bijdrage en de sterk gestegen maximum huurgrens.
De huurtoeslag is in de augustusbesluitvorming 2023 verhoogd om de koopkracht te behouden. Er is een fout ontdekt die leidt tot de neerwaartse bijstelling van de koopkrachtcijfers voor een deel van de huurtoeslag ontvangers, voornamelijk mensen in de bijstand. Er wordt vanaf 2024 structureel € 66,0 mln. toegevoegd aan de begroting om dit te herstellen. De huurtoeslag wordt verhoogd met € 3,05 per maand voor deze doelgroep.
3. Doorbouwgarantie
Er is een kasschuif van € 175,0 mln. van 2024 naar 2025 om het budget naar aanleiding van het aangenomen amendement over de doorbouwgarantie in het juiste kasritme te zetten (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 14).
In 2025 wordt € 22,0 mln. technisch afgeboekt om een deel van het budget van de doorbouwgarantie te reserveren ten behoeve van investeringen in het ondernemingsklimaat microchipsector in de regio Eindhoven.
4. Herplaatsingsgarantie
Dit betreft een kasschuif van € 114,3 mln. voor de financiële herplaatsingsgarantie flexwoningen. Middels deze mutatie worden de middelen van 2029 naar 2024 geschoven voor storting in de voor de garantie ingerichte begrotingsreserve.
5. Woningbouwimpuls
De middelen ter compensatie van uitgaven voor versnelling van de huisvesting van ontheemden (€ 33 mln. voor 2025 en € 100,0 mln. voor 2026) worden vanuit de aanvullende post van het ministerie van Financiën op de BZK-begroting geboekt. Via een kasschuif worden deze middelen naar 2024 geschoven om het budget in dit jaar in te zetten voor het stimuleren van de woningbouw.
6. Vestigingsklimaat
Er zijn middelen ter beschikking gesteld aan OCW, EZK, BZK, IenW en de regio Eindhoven om het vestigingsklimaat voor de Nederlandse microchipsector te verbeteren. BZK draagt als onderdeel hiervan zorg voor verschillende maatregelen op het gebied van woningbouw in de regio Eindhoven, te weten het realiseren van additionele (studenten)woningen en gebieds maatregelen. Onder gebiedsmaatregelen vallen verbeteringen van de leefbaarheid zoals groen- en watermaatregelen.
7. Rijksvastgoedbedrijf
De matching van door het Rijksvastgoedbedrijf ingekochte flexwoningen met afnemers verloopt minder snel dan verwacht. Hierdoor worden de uitgaven later gefactureerd dan geraamd. De uitgavenraming voor 2023 is met € 41,8 mln. verlaagd. Deze middelen worden in 2024 weer toegevoegd aan de begroting.
8. Verduurzaming onderhoud huurwoningen
De regeling SVOH is beschikbaar voor subsidie aan kleine particuliere verhuurders gericht op verduurzaming en onderhoud. Het verduurzamingstempo in deze sector en verduurzamingsurgentie bij deze doelgroep van kleine verhuurders is nog niet hoog. Het budget is op basis van de huidige verwachtingen in het juiste kasritme gezet van 2024 (- € 11,0 mln.) naar 2027 (€ 10,0 mln.) en 2028 (€ 1,0 mln.).
Om de normering energielabels effectief en uitvoerbaar te laten zijn voor de particuliere verhuurders wordt de subsidie (meerjarig) overgeboekt vanuit de Aanvullende Post bij het ministerie van Financiën. Voor de jaren 2026 tot en met 2028 betreft dit jaarlijks € 38,8 mln. en vanaf 2029 jaarlijks € 22,4 mln. structureel.
9. Verduurzaming Vereniging van Eigenaars
Het kasritme voor de aanvragen voor Subsidieregeling Verduurzaming voor Verenigingen van Eigenaars (SVVE) wordt aangepast. De budgetten worden verschoven van 2024 (- € 27,0 mln.) naar de jaren 2026 (€ 19,0 mln.) en 2027 (€ 8,0 mln.) om de uitfinanciering van aanvragen in die jaren mogelijk te maken. De verwachting is dat het gebruik van de SVVE door VvE's de komende jaren zal toenemen.
10. Verduurzaming koopsector
Voor het Nationale Isolatieprogramma worden de gereserveerde middelen uit het meerjarenprogramma Klimaatfonds 2025 beschikbaar gesteld voor verschillende maatregelen. Voor de SVVE betreft dit in totaal € 125, 3 mln., voor 2027 € 25,3 mln., voor 2028 € 30,0 mln., voor 2029 € 35,0 mln. en voor 2030 € 35,0 mln.
11. Verduurzaming maatschappelijk vastgoed
Op basis van het amendement-Boucke c.s. op de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (Kamerstukken II 2023/24, 36410 XIII, nr. 28) wordt de subsidieregeling DUMAVA met € 40,0 mln. voor 2024 opgehoogd ten behoeve van extra middelen voor zonnepanelen op scholen.
De belangstelling voor de regeling DUMAVA groot blijft, daarom wordt het subsidieplafond verhoogd in 2024 voor de derde tranche DUMAVA. Via een kasschuif € 38,7 mln. van 2025 naar 2024 wordt het budget in het juiste kasritme gezet.
12. Warmtefonds
Bij Voorjaarsnota 2023 heeft het kabinet besloten € 300 mln. uit het Klimaatfonds beschikbaar te stellen voor de begroting van BZK. Van deze reeks is al € 88,0 mln. naar de BZK-begroting gegaan. De resterende middelen van totaal € 212,0 mln. worden vanaf 2025 (€ 35,3 mln. jaarlijks) vanuit de Aanvullende Post bij het ministerie van Financiën op de BZK-begroting geboekt.
13. Maatschappelijk vastgoed fonds
Vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën worden de in het Klimaatfonds gereserveerde middelen van € 74,9 mln. op de BZK begroting geboekt in 2025. De middelen zullen worden ingezet voor het verstrekken van dotaties aan bestaande fondsen als de Regionale energiefondsen, het Nationaal restauratiefonds (NRF), het Bank Nederlandse Gemeenten Duurzaamheidsfonds en de Energiebespaarlening voor scholen, met als doel de verduurzaming en renovatie van gebouwen voor te financieren. Met name eigenaren van klein maatschappelijk vastgoed en monumenten hebben hierdoor de mogelijkheid om een op de doelgroep aangepaste lening te krijgen.
Verder blijven de in het Klimaatfonds beschikbare middelen (€ 175,0 mln.) voor een maatschappelijk vastgoed fonds gereserveerd.
14. Nationaal Isolatie Programma (lokale aanpak woonisolatie)
De loon- en prijsbijstelling 2024 van € 49,9 mln. van het Klimaatfonds voor het Nationaal Isolatieprogramma is toegekend.
15. Nationaal Isolatie Programma (soortenmanagement)
Van het Nationaal Isolatieprogramma wordt vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën € 39,4 mln. van het Klimaatfonds op de BZK-begroting geboekt. Hiermee wordt in 2024 een tweede tranche van een subsidieregeling geopend die gemeenten in staat stelt om soortenmanagementplannen op te stellen, waardoor geisoleerd kan worden zonder kwetsbare soorten te schaden.
16. Verduurzaming Groningen en Noord-Drenthe
Om de middelen voor verduurzaming Groningen en Noord-Drenthe in het juiste kasritme te krijgen wordt er € 49,2 mln. van 2024 naar 2025 doorgeschoven.
17. Rijksvastgoedbedrijf
Om de aanbestedende rijksdiensten zoals het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) in staat te stellen om structureel uitstoot-verminderende criteria te stellen bij aanbestedingen in het kader van Stikstofbeleid, is hiervoor budget beschikbaar gesteld.Het RVB ziet echter dat projecten opschuiven in tijd door vertraging. Hierdoor zijn de geplande projecten voor 2024 vertraagd en worden voor een deel in 2025 uitgevoerd. Er wordt € 13,0 mln. van 2024 naar 2025 geschoven om zo het budget in het juiste kasritme te zetten.
18. Verduurzaming maatschappelijk vastgoed
De projecten voor verduurzaming gebouwen (Energiebesparing Rijk), binnen het Rijksvastgoedbedrijf zijn in 2022 gestart. In 2024 zou het restant van de subsidie worden verstrekt. Een van de voorwaarden van deze subsidie is dat de aanbesteding van het project dient te zijn afgerond. De aanbesteding is vertraagd, waardoor niet de gehele tranche kan worden uitgegeven in 2024. Er wordt € 13,8 mln. van 2024 naar 2025 geschoven om zo het budget in het juiste kasritme te zetten.
19. Tafiefgefinancierde dienstverlening
De stand van de uitgavenbudgetten voor het tariefgefinancierde deel van Doc-Direkt, OBF en RIS worden op het juiste niveau gebracht.
20. Dienstverleningsovereenkomsten SSO's
De raming van de kosten van de dienstverlening van baten-lastenagentschappen die via het kerndepartement lopen voor de dienstverleningsovereenkomsten (DVA's) wordt bijsteld.
21. Kwijtschelding publieke schulden
Voor het kwijtschelden van publieke schulden door medeoverheden, in verband met de gevolgen van de kinderopvangtoeslag affaire, is door het kabinet € 230 mln. beschikbaar gesteld. Met de medeoverheden is afgesproken dat compensatie van de uitgaven en de derving van inkomsten plaats vindt op basis van nacalculatie (werkelijke kosten). Voor 2024 bedraagt het budget € 160 mln. Op basis van de realisatie van 2023 (€ 20 mln.) is een lager bedrag per jaar realistisch. Daarom wordt € 140 mln. van beschikbare budget van 2024 door middel van een kasschuif verspreid over de jaren 2025 tot en met 2028.
22. Slavernijverleden
Tijdens het vormgeven van artikel 14 was het kasritme nog niet bekend. Inmiddels heeft besluitvorming hierover plaatsgevonden en zijn middels deze kasschuif de middelen in het juiste ritme gezet.
Daarnaast vindt een overboeking plaats van circa € 66,6 mln. verdeeld over de jaren 2024 tot en met 2029 naar hoofdstuk 4 om invulling te geven aan de maatschappelijke initiatieven voor de Caribische delen van het Koninkrijk.
23. Extrapolatie 2029
In miljoenennotajaar 2024 is het jaar 2029 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2029 zijn via de extrapolatie in de 1e suppletoire begroting toegevoegd.
24. Eindejaarsmarge
Dit betreft de ontvangen eindejaarsmarge van 2023.
25. Loon- en prijsbijstelling
De tranche 2024 van de loon- en prijsbijstelling is toegevoegd aan de BZK-begroting.
Tabel 5 Belangrijkste suppletoire ontvangsten mutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Ontvangsten 2024
Ontvangsten 2025
Ontvangsten 2026
Ontvangsten 2027
Ontvangsten 2029
Ontvangsten 2029
Vastgestelde begroting 2024
630.989
523.389
510.525
507.077
500.377
0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Huurtoeslag
3
18.500
19.600
24.500
16.500
17.000
10.500
2) Rijksvastgoedbedrijf
3
64.958
0
0
0
0
0
3) Grootschallige rijksprojecten
3
0
0
12.735
12.990
19.875
20.272
4) Afrekening voorschotten
9
19.377
0
0
0
0
0
5) Dienstverleningsovereenkomsten SSO's
11
20.000
0
0
0
0
0
6) Tafiefgefinancierde dienstverlening
11
130.239
0
0
0
0
0
7) Surplussen eigen vermogen agentschappen
12
31.300
0
0
0
0
0
8) Extrapolatie 2029
Alle
0
0
0
0
0
501.977
9) Overige mutaties
Alle
11.926
5.000
5.000
4.950
4.900
4.900
Stand 1e suppletoire begroting 2024
927.289
547.989
552.760
541.517
542.152
537.649
Toelichting
1. Huurtoeslag
De bijstelling op de ontvangsten huurtoeslag is gebaseerd op realisatiecijfers over afgelopen jaar en de verwachting dat meer terugvorderingen (en dus ook ontvangsten) zullen ontstaan (vooral omdat het gemiddelde huurtoeslagbedrag per huishouden stijgt).
2. Rijksvastgoedbedrijf
De bijstelling van de ontvangsten RVB is een optelsom van verschillende mutaties van de opdracht flexwoningen. Door een latere matching van flexwoningen die ingekocht zijn door het RVB komen bijbehorende ontvangsten later binnen dan geraamd. De ontvangstenraming voor 2023 is daarom in totaal met € 75,3 mln. verlaagd. Deze ontvangsten worden in 2024 toegevoegd aan de begroting. Ook is bij de tweede suppletoire begroting van 2023 € 12,5 mln. afgeboekt aan de uitgavenkant vanwege een lagere totale opdrachtwaarde. De ontvangsten worden nu bijgesteld met hetzelfde bedrag. Tenslotte wordt € 6,6 mln. aan geraamde ontvangsten toegevoegd vanwege aanvullende indexering van de flexwoningen.
3. Grootschallige rijksprojecten
Er wordt gestart met fase 1 van het grootschalige woningbouwproject ZuiderC in Lelystad. De geprognotiseerde ontvangsten worden vanaf 2026 toegevoegd aan de begroting.
4. Afrekening voorschotten
De ontvangsten omvatten de definitieve afrekening van 2023 van de bevoorschotting aan het RVB uit de begroting van BZK (VII).
5. Dienstverleningsovereenkomsten SSO's
Daarnaast zijn er meerontvangsten van de dienstverlening van de baten-lasten agentschappen die via het kerndepartement lopen voor de dienstverleningsovereenkomsten (DVA's). Middels een desaldering worden de geraamde kosten verhoogd.
6. Tafiefgefinancierde dienstverlening
Dit betreft tariefgefinancierde dienstverlening van OBF, RIS en Doc-Direkt. De stand van de ontvangstenbudgetten wordt voor het tariefgefinancierde deel van deze organisaties op het juiste niveau gebracht.
7. Surplussen eigen vermogen agentschappen
Deze ontvangsten hebben betrekking op de afroming van de surplussen van het eigen vermogen van het RVB (€ 11,8 mln.). Ook betreft het de afroming van de surplussen bij SSC-ICT (€ 10,7 mln.) ten behoeve van transformatie SSC-ICT en doorontwikkeling Doc Dirkt naar een SSO IHH. Verder betreft het afroming van de surplus O&P van (€ 8,8 mln.) ten behoeve van de vervanging van de HR IT-systemen van O&P Rijk.
8. Extrapolatie 2029
In miljoenennotajaar 2024 is het jaar 2029 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2029 zijn via de extrapolatie in de 1e suppletoire begroting toegevoegd.
3 Beleidsartikelen
3.1 Artikel 1. Openbaar bestuur en democratie
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Openbaar bestuur en democratie (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
606.059
1.000
607.059
8.298
615.357
141.709
130.426
14.096
4.405
102.965
Uitgaven
558.217
1.000
559.217
8.298
567.515
141.709
130.426
14.096
4.405
102.965
1.1
Bestuur en regio
374.775
0
374.775
4.878
379.653
130.673
127.351
3.295
1.827
31.137
Subsidies (regelingen)
19.055
0
19.055
3.247
22.302
1.172
113
3.217
1.758
11.091
POK - Multiproblematiek
1.036
0
1.036
474
1.510
21
20
18
17
1.514
POK - Antidiscriminatie
159
0
159
350
509
0
0
0
0
159
Oorlogsgravenstichting
3.963
0
3.963
30
3.993
23
23
19
19
3.982
Bestuur en regio
1.780
0
1.780
861
2.641
353
141
124
116
1.411
POK - Basisinfrastructuur
10.298
0
10.298
1.482
11.780
840
0
0
0
0
Regio Deals
0
0
0
100
100
0
0
0
0
0
Werk aan Uitvoering
1.819
0
1.819
‒ 50
1.769
‒ 65
‒ 71
3.056
1.606
4.025
Opdrachten
8.220
0
8.220
‒ 1.996
6.224
‒ 333
‒ 458
‒ 115
‒ 118
9.268
POK - Multiproblematiek
528
0
528
0
528
0
0
0
0
665
Bestuur en regio
2.581
0
2.581
1.153
3.734
3
2
2
2
4.053
POK - Antidiscriminatie
370
0
370
13
383
11
20
18
16
936
Regio Deals
1.041
0
1.041
‒ 754
287
‒ 221
0
0
0
0
Diverse opdrachten
0
0
0
341
341
30
30
30
30
30
Antidiscriminatie
3.700
0
3.700
‒ 2.749
951
‒ 156
‒ 510
‒ 165
‒ 166
3.584
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
377
0
377
313
690
53
7
6
6
278
Diverse bijdragen
272
0
272
‒ 31
241
7
7
6
6
278
Regio Deals
105
0
105
344
449
46
0
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
345.624
0
345.624
3.671
349.295
129.779
127.687
185
180
9.962
Groeiopgave Almere
9.774
0
9.774
232
10.006
200
200
185
180
9.962
Evides
1.250
0
1.250
77
1.327
0
0
0
0
0
Regio Deals
334.600
0
334.600
0
334.600
129.579
127.487
0
0
0
Waterschappen
0
0
0
3.362
3.362
0
0
0
0
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
37
0
37
43
80
2
2
2
1
38
Bijdragen internationaal
37
0
37
43
80
2
2
2
1
38
Bijdrage aan agentschappen
962
0
962
0
962
0
0
0
0
0
RWS
962
0
962
0
962
0
0
0
0
0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
500
0
500
‒ 400
100
0
0
0
0
500
POK - Multiproblematiek
500
0
500
‒ 400
100
0
0
0
0
500
1.2
Democratie
183.442
1.000
184.442
3.420
187.862
11.036
3.075
10.801
2.578
71.828
Subsidies (regelingen)
54.721
1.250
55.971
‒ 4.102
51.869
6.970
2.269
9.928
1.738
42.757
Politieke partijen
30.719
0
30.719
1.621
32.340
4.407
708
629
601
27.208
Comité 4/5 mei
130
0
130
3
133
3
3
2
2
132
ProDemos
9.581
1.000
10.581
‒ 1.000
9.581
0
0
0
0
9.581
Verbinding inwoner en overheid
1.624
250
1.874
1.422
3.296
1.632
744
704
692
2.309
Toerusting en ondersteuning politieke ambtsdragers
2.588
0
2.588
555
3.143
46
43
32
32
2.290
Weerbaar bestuur
1.863
0
1.863
937
2.800
650
430
411
411
1.154
St Thorbeckeleerstoel
66
0
66
310
376
0
124
0
0
83
Decentrale politieke partijen
8.150
0
8.150
‒ 7.950
200
232
217
8.150
0
0
Opdrachten
14.899
‒ 250
14.649
5.844
20.493
3.576
348
467
451
16.852
Verbinding inwoner en overheid
8.964
‒ 250
8.714
5.218
13.932
3.361
249
224
214
8.535
Toerusting en ondersteuning politieke ambtsdragers
543
0
543
15
558
13
11
10
8
846
Weerbaar bestuur
5.392
0
5.392
611
6.003
202
88
233
229
7.471
Inkomensoverdrachten
7.032
0
7.032
381
7.413
324
303
269
257
7.297
Toerusting en ondersteuning politieke ambtsdragers
7.032
0
7.032
381
7.413
324
303
269
257
7.297
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
3.730
0
3.730
158
3.888
134
126
111
107
3.813
Diverse bijdragen
3.730
0
3.730
158
3.888
134
126
111
107
3.813
Bijdrage aan medeoverheden
102.002
0
102.002
102
102.104
0
0
0
0
0
Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid
102.002
0
102.002
102
102.104
0
0
0
0
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
0
0
0
1.000
1.000
0
0
0
0
0
Diverse bijdragen
0
0
0
1.000
1.000
0
0
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
1.058
0
1.058
37
1.095
32
29
26
25
1.109
Dienst Publiek en Communicatie
1.058
0
1.058
37
1.095
32
29
26
25
1.084
RVO
0
0
0
0
0
0
0
0
0
25
Ontvangsten
14.765
0
14.765
0
14.765
0
0
0
0
24.765
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 7 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 1
2024
juridisch verplicht
24%
bestuurlijk gebonden
73%
beleidsmatig gereserveerd
3%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 1 is 24% juridisch verplicht.
1.1 Bestuur en regio
Subsidies (regelingen)
Werk aan uitvoering
Dit betreft voornamelijk middelen voor VNG. VNG heeft de rol om de gemeentelijke deelname te organiseren in het kader van de uitvoerbaarheidstoets decentrale overheid (UDO). Een belangrijk onderdeel daarvan is het onderzoeken van de uitvoerbaarheid (onderzoeksrol), het analyseren van de resultaten van individuele gemeenten/netwerken en het signaleren van rode draden (onderzoeks- en analyserol), het toetsen van die rode draden bij gemeenten (onderzoeksrol) en het vastleggen van de resultaten van het onderzoek in een rapportage. Daarnaast worden medewerkers gefaciliteerd om deze rol goed te kunnen vervullen.
Opdrachten
Antidiscriminatie
Dit betreft voornamelijk een overboeking naar de begroting van het Gemeentefonds. Gemeenten zetten zich in voor de preventie van discriminatie op lokaal niveau, burgers kunnen bij de gemeenten gebruik maken van de gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen. Om initiatieven voor preventie van discriminatie verder te stimuleren krijgen alle gemeenten een bijdrage in de vorm van een decentralisatie uitkering.
Bijdrage aan medeoverheden
Regio Deals
De zesde tranche van de Regio Deals wordt conform afspraak vanaf de zomer van 2024 opengezet. Uitbetaling van de zesde tranche vindt plaats in 2025 en 2026. Daarom worden de middelen die in 2024 van de aanvullende post (AP) van het ministerie van Financien komen doorgeschoven naar 2026. In 2025 zijn reeds middelen beschikbaar voor de Regio Deals (€ 192 mln.).
Waterschappen
In 2023 is corona-compensatie toegekend aan zes waterschappen. Het betrof de compensatie voor gemaakte kosten en misgelopen inkomsten in 2021 als gevolg van de coronapandemie. Door een administratieve vergissing is het bedrag dat bestemd was voor het Waterschap Aa en Maas niet in 2023 uitbetaald, zoals wel was toegezegd in de verleningsbeschikking. Het waterschap had wel recht op deze middelen en deze zijn in januari 2024 uitgekeerd.
1.2 Democratie
Subsidies (regelingen)
Politieke partijen
De structurele financiering van landelijke politieke partijen wordt per 2025 € 3,7 mln. lager in verband met het aflopen van de Jetten-gelden. Dit kan budgettaire problemen veroorzaken voor landelijke politieke partijen. Daarnaast verzoekt motie-Grinwis het kabinet ten behoeve van de kabinetsformatie en in aanloop naar de begroting voor 2025 uit te werken hoe in de continuering van de Jetten-gelden kan worden voorzien. In navolging van deze motie heeft BZK in 2025 de subsidie aan landelijke politieke partijen verhoogd met een incidenteel bedrag van € 3,7 mln.
Decentrale politieke partijen
Voor de voorbereiding van het wetsvoorstel Wet op politieke partijen (Wpp) is er subsidiebudget voor decentrale politieke partijen beschikbaar voor de jaren 2024, 2025 en 2026. De mutatie betreft voornamelijk een kasschuif van 2024 naar 2027 in verband met een jaar vertraging van de Wpp.
3.2 Artikel 2. Nationale veiligheid
Onderstaande tabel is niet gekopped aan bt van minfin maar aan onze excel.
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Nationale veiligheid (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2024 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2024 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Verplichtingen
456.290
0
456.290
38.981
495.271
22.026
21.616
22.180
21.577
494.232
Uitgaven
456.290
0
456.290
38.981
495.271
22.026
21.616
22.180
21.577
494.232
AIVD apparaat
437.958
0
437.958
38.582
476.540
21.653
21.253
21.833
21.235
475.555
AIVD geheim
18.332
0
18.332
399
18.731
373
363
347
342
18.677
Ontvangsten
17.214
0
17.214
0
17.214
0
0
0
0
17.214
Toelichting
Van het totale uitgavenbudget op artikel 2 is 100% juridisch verplicht.
Uitgaven
AIVD apparaat
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Het ministerie van BZK ontvangt in 2024 € 17,7 mln. van het ministerie van Defensie voor de bijdrage in het kader van de kostendeling van gezamenlijke eenheden, detachering en bedrijfsvoeringskosten.
Er wordt € 0,3 mln. gerealloceerd in het kader van juridische advisering voor het programma stelselherziening Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Van het ministerie van BZK vindt een overboeking plaats van € 0,2 mln. naar het ministerie van JenV in het kader van de uitvoering van het programmaplan Cyclotron.
Daarnaast vindt een overboeking plaats van € 0,1 mln. van het ministerie van OCW naar het ministerie van BZK in het kader van de interdepartementale samenwerking Kennisveiligheid.
Ook boekt het ministerie van BZK € 0,1 mln. over naar het ministerie van JenV ten behoeve van de kennisopbouw door TNO.
Tenslotte is de loon-en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 21,5 mln. voor 2024 aflopend naar € 21,0 mln. in 2029.
3.3 Artikel 3. Woningmarkt
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Woningmarkt (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
7.157.287
194.000
7.351.287
120.713
7.472.000
475.830
253.743
104.696
95.157
7.167.000
Uitgaven
6.797.365
194.000
6.991.365
245.895
7.237.260
222.291
114.100
104.696
95.157
7.160.100
3.1
Woningmarkt
5.896.942
59.000
5.955.942
57.764
6.013.706
‒ 19.316
14.794
43.773
58.960
7.146.794
Subsidies (regelingen)
84.567
59.000
143.567
22.017
165.584
1.410
1.133
1.129
1.128
4.772
Betaalbare Koopwoningen Starters
40.000
30.000
70.000
0
70.000
0
0
0
0
0
Bevordering eigen woningbezit
10.000
‒ 1.000
9.000
700
9.700
0
0
0
0
200
Stimuleringsmiddelen wooncoöperaties
9.824
30.000
39.824
‒ 1.000
38.824
0
0
0
0
0
Ouderenhuisvesting
20.091
0
20.091
18.985
39.076
0
0
0
0
0
Woningmarkt
4.652
0
4.652
3.332
7.984
1.410
1.133
1.129
1.128
4.572
Opdrachten
2.894
0
2.894
2.608
5.502
1.065
1.066
1.059
1.056
4.086
Woningmarkt
2.894
0
2.894
2.608
5.502
1.065
1.066
1.059
1.056
4.086
Inkomensoverdrachten
5.653.105
0
5.653.105
27.204
5.680.309
‒ 22.080
12.230
44.130
59.830
7.039.430
Huurtoeslag
5.653.105
0
5.653.105
27.204
5.680.309
‒ 22.080
12.230
44.130
59.830
7.039.430
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
3.444
0
3.444
197
3.641
168
157
139
133
3.582
Woningmarkt
3.444
0
3.444
197
3.641
168
157
139
133
3.582
Bijdrage aan medeoverheden
136.800
0
136.800
7.916
144.716
1.000
1.000
500
0
84.520
Grote gezinnen
4.000
0
4.000
‒ 1.000
3.000
0
0
0
0
0
Uitvoeringskosten Wetsvoorstellen Regie en Betaalbare Huur
132.800
0
132.800
1.300
134.100
1.000
1.000
500
0
84.520
Caribisch Nederland
0
0
0
7.616
7.616
0
0
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
14.274
0
14.274
‒ 2.085
12.189
‒ 580
‒ 486
‒ 2.858
‒ 2.858
9.151
Dienst van de Huurcommissie
9.788
0
9.788
2.401
12.189
436
423
406
406
8.503
RVO (Uitvoeringskosten BEW)
4.486
0
4.486
‒ 4.486
0
‒ 1.016
‒ 909
‒ 3.264
‒ 3.264
648
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
1.858
0
1.858
‒ 93
1.765
‒ 299
‒ 306
‒ 326
‒ 329
1.253
Financiën (IXB)
800
0
800
‒ 154
646
‒ 351
‒ 354
‒ 369
‒ 370
153
Infrastructuur en Waterstaat (XII)
1.058
0
1.058
61
1.119
52
48
43
41
1.100
3.3
Woningbouw
900.423
135.000
1.035.423
188.131
1.223.554
241.607
99.306
60.923
36.197
13.306
Subsidies (regelingen)
300
0
300
1.900
2.200
0
0
0
0
0
Woningbouw
300
0
300
1.900
2.200
0
0
0
0
0
Garanties
0
175.000
175.000
‒ 175.000
0
153.000
0
0
0
0
Doorbouwgarantie
0
175.000
175.000
‒ 175.000
0
153.000
0
0
0
0
Opdrachten
22.119
0
22.119
‒ 3.069
19.050
2.000
2.000
2.000
0
0
Woningbouwimpuls
0
0
0
125
125
0
0
0
0
0
Volkshuisvestingsfonds
1.059
0
1.059
306
1.365
0
0
0
0
0
Woningbouw
1.207
0
1.207
0
1.207
2.000
2.000
2.000
0
0
Tijdelijke uitvoeringsorganisatie
9.035
0
9.035
0
9.035
0
0
0
0
0
Grootschalige woningbouwgebieden
318
0
318
0
318
0
0
0
0
0
Uitvoeringskracht woningbouw
10.500
0
10.500
‒ 3.500
7.000
0
0
0
0
0
Storting/onttrekking begrotingsreserve
8.000
0
8.000
114.288
122.288
0
0
0
0
0
Herplaatsingsgarantie
8.000
0
8.000
114.288
122.288
0
0
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
847.412
‒ 40.000
807.412
189.101
996.513
70.185
80.295
41.500
26.500
1.500
Flexpools
41.752
0
41.752
0
41.752
0
0
0
0
0
Woningbouwimpuls
273.465
‒ 40.000
233.465
69.519
302.984
0
0
0
0
0
Volkshuisvestingsfonds
293.267
0
293.267
729
293.996
45
45
0
0
0
Opvang Evacuees
0
0
0
1.500
1.500
1.500
1.500
1.500
1.500
1.500
Woondeals
4.500
0
4.500
5.500
10.000
0
0
0
0
0
Grootschalige woningbouwgebieden
62.500
0
62.500
85.709
148.209
0
0
0
0
0
Versnelling huisvesting
132.128
‒ 20.000
112.128
19.424
131.552
‒ 110
0
0
0
0
Overlooplocaties
39.800
0
39.800
6.720
46.520
0
0
0
0
0
Studentenwoningenstartbouwimpuls
0
20.000
20.000
0
20.000
0
0
0
0
0
Vestigingsklimaat
0
0
0
0
0
68.750
78.750
40.000
25.000
0
Bijdrage aan agentschappen
22.592
0
22.592
60.911
83.503
16.422
17.011
17.423
9.697
11.806
RVO
6.792
0
6.792
‒ 2.802
3.990
‒ 1.449
‒ 128
91
91
1.697
RVB
15.800
0
15.800
52.609
68.409
0
0
0
0
0
Grootschalige Rijksprojecten
0
0
0
11.104
11.104
17.871
17.139
17.332
9.606
10.109
Ontvangsten
460.000
0
460.000
87.800
547.800
19.600
37.235
29.490
36.875
363.572
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 10 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 3
2024
juridisch verplicht
90%
bestuurlijk gebonden
10%
beleidsmatig gereserveerd
0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 3 is 90% juridisch verplicht.
3.1 Woningmarkt
Subsidies (regelingen)
Ouderenhuisvesting
De regeling Stimuleringsregeling Ontmoetingsruimten in Ouderenhuisvesting (SOO) wordt in 2024 opnieuw opengezet voor de derde tranche. De aanvragen die in 2023 niet gehonoreerd konden worden omdat het plafond was bereikt, kunnen hierdoor opnieuw aangevraagd worden. Ook kunnen nieuwe aanvragen ingediend worden. In totaal wordt er € 15,0 mln. aan middelen beschikbaar gesteld. Hiervan is € 14,0 mln. via een reallocatie overgeboekt vanuit de middelen voor de Woningbouwimpuls en € 1,0 mln. uit de regeling Grote Gezinnen.
Verder wordt via de eindejaarsmarge € 4,0 mln. aan kasmiddelen voor 2024 toegevoegd om een voorschot te betalen aan aanvragers uit de eerste en tweede tranche. Deze middelen zijn in 2023 niet uitbetaald aan subsidieontvangers, maar wel verplicht.
Inkomensoverdrachten
Huurtoeslag
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een wetsvoorstel ingediend waarbij het wettelijk minimumloon (WML) per 1 juli 2024 met 1,2% omhoog gaat en daarnaast wordt geïndexeerd. De extra verhoging van het minimumloon komt voort uit een amendement van de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2023/2024, 36410 XV, nr. 7). In dit amendement is ook dekking voorzien voor de hogere uitgaven huurtoeslag als gevolg van de verhoging van het WML, via de inkomensparameters. In de huurtoeslagraming worden de effecten van de verhoging van het WML verwerkt. Deze effecten zijn structureel ongeveer € 60 mln.
De huurtoeslagraming is mede bijgesteld op basis van de CEP (Centraal Economisch Plan) raming van het CPB over onder andere het aantal huurtoeslagontvangers. Vanaf 2024 wordt de raming structureel verlaagd omdat minder mensen in de huurtoeslag instromen dan eerder werd verwacht op basis van de verhoging van het WML, de verlaging van de eigen bijdrage en de sterk gestegen maximum huurgrens.
De huurtoeslag is in de augustusbesluitvorming 2023 verhoogd om de koopkracht te behouden. Er is een fout ontdekt die leidt tot de neerwaartse bijstelling van de koopkrachtcijfers voor een deel van de huurtoeslag ontvangers, voornamelijk mensen in de bijstand. Er wordt vanaf 2024 structureel € 66,0 mln. toegevoegd aan de begroting om dit te herstellen. De huurtoeslag wordt verhoogd met € 3,05 per maand voor deze doelgroep.
Bijdragen medeoverheden
Caribisch Nederland
Er vindt een reallocatie plaats van € 7,6 mln. voor onder andere de verhuurdersubsidie aan de BES-eilanden van het instrument inkomensoverdrachten (huurtoeslag), zodat dit budget op het juiste instrument bijdrage medeoverheden verantwoord wordt.
3.3. Woningbouw
Subsidies (regelingen)
Garanties
Doorbouwgarantie
Er is een kasschuif van € 175,0 mln. van 2024 naar 2025 om het budget naar aanleiding van het aangenomen amendement over de doorbouwgarantie in het juiste kasritme te zetten (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 14).
In 2025 wordt € 22,0 mln. technisch afgeboekt om een deel van het budget van de doorbouwgarantie te reserveren ten behoeve van investeringen in het ondernemingsklimaat microchipsector in de regio Eindhoven.
Storting/onttrekking begrotingsreserve
Herplaatsingsgarantie
Dit betreft een kasschuif van € 114,3 mln. voor de financiële herplaatsingsgarantie flexwoningen. Middels deze mutatie worden de middelen van 2029 naar 2024 geschoven voor storting in de voor de garantie ingerichte begrotingsreserve.
Bijdrage aan medeoverheden
Woningbouwimpuls
In de BZK-begroting 2024 was circa € 273,5 mln. beschikbaar voor de woningbouwimpuls. Naar aanleiding van aangenomen amendementen bij de behandeling van de begroting 2024 is in totaal € 60 mln. afgeboekt (Kamerstukken II 2023/24, 36410, nr. 25; Kamerstukken II 2023/24, 36410 VII, nr. 26; Kamerstukken II 2023/24, 36410, nr. 29). Het totale saldo aan mutaties bij de Eerste suppletoire begroting 2024 is € 89,5 mln. Hieronder worden de grootste mutaties bij de eerste suppletoire begroting 2024 toegelicht.
De middelen voor de woningbouwimpuls die in 2023 niet zijn uitgegeven, € 120,3 mln., worden in 2024 aan de begroting toegevoegd via de 100% eindejaarsmarge.
De middelen ter compensatie van uitgaven voor versnelling van de huisvesting van ontheemden (€ 33 mln. voor 2025 en € 100,0 mln. voor 2026) worden vanuit de Aanvullende Post van het ministerie van Financiën op de BZK-begroting geboekt. Via een kasschuif worden deze middelen naar 2024 geschoven om het budget in dit jaar in te zetten voor het stimuleren van de woningbouw.
Verder zijn er diverse reallocaties:
– Er vindt een reallocatie plaats van € 14,0 mln. naar ouderenhuisvesting (artikel 3.1) voor de stimuleringsregeling ontmoetingsruimten.
– Er vindt een reallocatie plaats van € 85,7 mln. van woningbouwimpuls naar grootschallige woningbouwgebieden (ook onder bijdrage aan medeoverheden) voor bijdragen ten behoeve van de voorfinanciering van het publieke tekort in de grondexploitaties van woningbouwontwikkelingen.
– Er vindt een reallocatie plaats van € 20,0 mln. naar versnelling huisvesting (ook onder bijdrage aan medeoverheden) voor de Stimuleringsregeling Flex- en Transformatiewoningen (SFT).
– Verder vindt er een reallocatie plaats van € 5,5 mln. van woningbouwimpuls naar woondeals (ook onder bijdrage aan medeoverheden) voor de ondersteuning van de woondeals.
– Daarnaast vindt er een reallocatie plaats van incidenteel € 41,8 mln. voor capaciteit in het woningbouwdomein. Het grootste deel van deze middelen (€ 35,8 mln.) wordt via een kasschuif in het juiste ritme gezet en voor de jaren 2024 tot en met 2029 gerealloceerd naar artikel 11 apparaatsuitgaven. Het overige deel (cumulatief € 6 mln.) wordt gerealloceerd naar opdrachten en kasgeschoven naar de jaren 2025-2027.
Het resterende bedrag is € 303,0 mln. Hiervan wordt € 300 mln. ingezet voor de reeds gecommuniceerde zesde tranche van de woningbouwimpuls (Kamerstukken II 2023/24, 32847, nr. 1128).
Woondeals
Er vindt een reallocatie plaats van € 5,5 mln. van de regeling Woningbouwimpuls (ook onder bijdrage aan medeoverheden) voor de ondersteuning van de woondeals door middel van een bureau.
Grootschallige woningbouwgebieden
Er vindt een reallocatie plaats van € 85,7 mln. van de regeling Woningbouwimpuls (ook onder bijdrage aan medeoverheden) naar de regeling Grootschallige Woningbouwgebieden voor bijdragen ten behoeve van de voorfinanciering van het publieke tekort in de grondexploitaties van woningbouwontwikkelingen.
Versnelling huisvesting
Er vindt een reallocatie plaats van € 20,0 mln. van de regeling Woningbouwimpuls (ook onder bijdrage aan medeoverheden) voor de Stimuleringsregeling Flex- en Transformatiewoningen (SFT). Met deze regeling wordt de bouw van flex- en transformatieprojecten voor ontheemde Oekraïners, mensen met een verblijfsvergunning en anderen die met spoed een woning zoeken gestimuleerd. Daarnaast worden er middelen gerealloceerd voor de uitvoeringskosten van het RVO naar artikel 4, circa € 0,6 mln. Wegens het centraal opdrachtgeversschap worden deze uitvoeringskosten verantwoord op artikel 4.
Overlooplocaties
Dit betreffen middelen voor bijdragen aan gemeenten voor locaties voor de realisatie van de flexwoningen (Flexcity's), waarvoor in 2024 het tweede deel van de overeenkomsten gesloten wordt. Via de eindejaarsmarge wordt hiervoor € 6,7 mln. aan de middelen toegevoegd in 2024.
Vestigingsklimaat
Er zijn middelen ter beschikking gesteld aan OCW, EZK, BZK, IenW en de regio Eindhoven om het vestigingsklimaat voor de Nederlandse microchipsector te verbeteren. BZK draagt als onderdeel hiervan zorg voor verschillende maatregelen op het gebied van woningbouw in de regio Eindhoven, te weten het realiseren van additionele (studenten)woningen en gebieds maatregelen. Onder gebiedsmaatregelen vallen verbeteringen van de leefbaarheid zoals groen- en watermaatregelen.
Bijdrage aan agentschappen
RVB
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
De matching van door het RVB ingekochte flexwoningen met afnemers verloopt minder snel dan verwacht. Hierdoor worden de uitgaven later gefactureerd dan geraamd. De uitgavenraming voor 2023 is met € 41,8 mln. verlaagd. Deze middelen worden in 2024 weer toegevoegd aan de begroting.
Daarnaast leidt de vertraagde matching tot aanvullende kosten voor werkzaamheden bij het RVB en tot het langer stallen van gebouwde flexwoningen op de beschikbaar gestelde distributielocaties. De totale tegenvaller betreft circa € 10,1 mln. Om deze kosten te dekken wordt € 5,8 mln. van de Aanvullende Post bij het ministerie van Financiën op de BK-begroting geboekt. Aanvullend wordt € 4,3 mln. gedekt door eveneens vertraagde ontvangsten.
Grootschalige Rijksprojecten
Er wordt gestart met fase 1 van het grootschalige woningbouwproject ZuiderC in Lelystad. De benodigde middelen worden voor de jaren 2024 (€ 11,1 mln.) tot en met 2029 (€ 10,1 mln.) beschikbaar gesteld.
Ontvangsten
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
De bijstelling op de ontvangsten huurtoeslag is gebaseerd op realisatiecijfers over afgelopen jaar en de verwachting dat meer terugvorderingen (en dus ook ontvangsten) zullen ontstaan (vooral omdat het gemiddelde huurtoeslagbedrag per huishouden stijgt).
De bijstelling van de ontvangsten RVB is een optelsom van verschillende mutaties van de opdracht flexwoningen. Door een latere matching van flexwoningen die ingekocht zijn door het RVB komen bijbehorende ontvangsten later binnen dan geraamd. De ontvangstenraming voor 2023 is daarom in totaal met € 75,3 mln. verlaagd. Deze ontvangsten worden in 2024 toegevoegd aan de begroting. Ook is bij de tweede suppletoire begroting van 2023 € 12,5 mln. afgeboekt aan de uitgavenkant vanwege een lagere totale opdrachtwaarde. De ontvangsten worden nu bijgesteld met hetzelfde bedrag. Tenslotte wordt € 6,6 mln. aan geraamde ontvangsten toegevoegd vanwege aanvullende indexering van de flexwoningen.
Er wordt gestart met fase 1 van het grootschalige woningbouwproject ZuiderC in Lelystad. De geprognotiseerde ontvangsten worden vanaf 2026 toegevoegd aan de begroting.
3.4 Artikel 4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
1.465.241
0
1.465.241
212.529
1.677.770
119.477
144.110
149.265
141.170
513.642
Uitgaven
1.532.059
0
1.532.059
109.761
1.641.820
224.066
139.678
147.366
138.995
574.717
4.1
Energietransitie en duurzaamheid
1.518.504
0
1.518.504
99.402
1.617.906
211.039
125.076
144.313
138.543
565.757
Subsidies (regelingen)
679.422
0
679.422
46.284
725.706
114.571
115.689
137.034
130.826
477.027
Subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen
26.770
0
26.770
‒ 14.100
12.670
‒ 1.500
37.328
48.848
39.840
22.440
Nationaal Isolatie Programma
25.980
0
25.980
247
26.227
247
980
980
980
980
Energiebesparing Koopsector
47.270
0
47.270
‒ 29.720
17.550
‒ 8.600
10.000
27.800
30.000
40.000
Kennis- en innovatieprogramma emissiearme bouwproducten (stikstof)
3.700
0
3.700
0
3.700
0
0
0
0
0
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed
384.800
0
384.800
83.362
468.162
7.977
15.463
14.112
17.556
289.605
Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie
6.000
0
6.000
‒ 6.000
0
‒ 6.000
0
0
0
0
Energietransitie en duurzaamheid
12.732
0
12.732
18.580
31.312
15.300
4.078
4.078
4.078
8.630
Renovatieversneller
24.198
0
24.198
0
24.198
0
0
0
0
0
SAH
20.500
0
20.500
‒ 2.700
17.800
0
5.000
0
0
0
Warmtefonds
93.000
0
93.000
0
93.000
35.300
35.300
35.300
35.300
112.300
Nationaal Groeifonds
24.022
0
24.022
4.365
28.387
‒ 3.875
281
186
0
0
Biobased Bouwen
10.450
0
10.450
‒ 10.250
200
‒ 6.850
0
0
0
0
Maatschappelijk vastgoed fonds
0
0
0
0
0
74.910
0
0
0
0
Ontzorgen Vereniging van Eigenaren
0
0
0
2.500
2.500
7.662
7.259
5.730
3.072
3.072
Opdrachten
4.550
0
4.550
3.865
8.415
2.000
0
0
0
3.200
Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie
750
0
750
2.900
3.650
2.000
0
0
0
0
Energietransitie en duurzaamheid
3.800
0
3.800
965
4.765
0
0
0
0
3.200
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
0
0
0
296
296
226
84
0
0
0
Energietransitie en duurzaamheid
0
0
0
296
296
226
84
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
760.833
0
760.833
65.956
826.789
56.801
‒ 320
15
317
515
Nationaal Isolatie Programma (Lokale aanpak woningisolatie)
632.893
0
632.893
64.529
697.422
3.553
0
0
0
0
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed
65.000
0
65.000
‒ 3.163
61.837
515
453
15
317
515
Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie
9.000
0
9.000
2.800
11.800
0
0
0
0
0
Nationaal Isolatie Programma (Soortenmanagement)
3.940
0
3.940
50.815
54.755
4.279
0
0
0
0
Verduurzaming Groningen en Noord-Drenthe
50.000
0
50.000
‒ 50.000
0
48.454
‒ 773
0
0
0
Nationaal Groeifonds
0
0
0
975
975
0
0
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
63.724
0
63.724
‒ 8.169
55.555
36.156
8.705
3.768
3.792
27.261
RVO (Uitvoering Energieakkoord)
12.294
0
12.294
‒ 4.033
8.261
‒ 17
2.972
2.008
2.032
9.928
Dienst Publiek en Communicatie
1.000
0
1.000
600
1.600
843
1.760
1.760
1.760
1.760
RVO (Energietransitie en duurzaamheid)
11.565
0
11.565
21.936
33.501
8.530
3.973
0
0
6.823
RVB
22.240
0
22.240
‒ 13.000
9.240
13.000
0
0
0
8.750
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed
16.625
0
16.625
‒ 13.673
2.952
13.800
0
0
0
0
Nationaal Groeifonds
0
0
0
1
1
0
0
0
0
0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
9.975
0
9.975
‒ 8.830
1.145
1.285
918
3.496
3.608
57.754
Kennis- en innovatieprogramma emissiearme bouwproducten (stikstof)
4.500
0
4.500
‒ 4.500
0
‒ 4.500
‒ 4.000
0
0
0
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed
0
0
0
0
0
10.110
3.123
1.576
863
29.360
EGO (innovatie)
5.475
0
5.475
‒ 4.330
1.145
‒ 5.325
795
1.920
2.745
26.794
Handhaving energielabel C
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1.600
Uitfaseren van slechte labels
0
0
0
0
0
1.000
1.000
0
0
0
4.2
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
13.555
0
13.555
10.359
23.914
13.027
14.602
3.053
452
8.960
Subsidies (regelingen)
8.460
0
8.460
9.831
18.291
13.075
14.650
3.101
500
3.978
Biobased bouwen
0
0
0
8.781
8.781
13.212
10.738
1.101
0
0
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
8.460
0
8.460
1.050
9.510
‒ 137
3.912
2.000
500
3.978
Opdrachten
3.075
0
3.075
533
3.608
0
0
0
0
3.075
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
3.075
0
3.075
533
3.608
0
0
0
0
3.075
Bijdrage aan agentschappen
2.015
0
2.015
0
2.015
0
0
0
0
1.900
RVB
2.015
0
2.015
0
2.015
0
0
0
0
1.900
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
5
0
5
‒ 5
0
‒ 48
‒ 48
‒ 48
‒ 48
7
Diverse bijdragen
5
0
5
‒ 5
0
‒ 48
‒ 48
‒ 48
‒ 48
7
Ontvangsten
91
0
91
0
91
0
0
0
0
91
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 12 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 4
2024
juridisch verplicht
96%
bestuurlijk gebonden
4%
beleidsmatig gereserveerd
0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 4 is 96% juridisch verplicht.
4.1 Energietransitie en duurzaamheid
Subsidies (regelingen)
Subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen (SVOH)
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
In 2023 zijn middelen (€ 7,0 mln.) van de subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen (SVOH) ingezet voor de regeling Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed (DUMAVA). Deze middelen worden nu weer teruggeboekt.
De regeling SVOH is beschikbaar voor subsidie aan kleine particuliere verhuurders gericht op verduurzaming en onderhoud. Het verduurzamingstempo in deze sector en verduurzamingsurgentie bij deze doelgroep van kleine verhuurders is nog niet hoog. Het budget is op basis van de huidige verwachtingen in het juiste kasritme gezet van 2024 (- € 11,0 mln.) naar 2027 (€ 10,0 mln.) en 2028 (€ 1,0 mln.).
Om de normering energielabels effectief en uitvoerbaar te laten zijn voor de particuliere verhuurders wordt de subsidie (meerjarig) overgeboekt vanuit de Aanvullende Post bij het ministerie van Financiën. Voor de jaren 2026 tot en met 2028 betreft dit jaarlijks € 38,8 mln. en vanaf 2029 jaarlijks € 22,4 mln. structureel.
Energiebesparing koopsector
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Er vindt een reallocatie plaats van € 5,5 mln. in 2024, € 7,0 mln. per jaar voor de jaren 2025 en 2026 en € 5,5 mln. in 2027 naar ontzorgen vereniging van eigenaren (VvE) om de uitgaven op de juiste subsidie te kunnen verantwoorden.
Het kasritme voor de aanvragen voor Subsidieregeling Verduurzaming voor Verenigingen van Eigenaars (SVVE) wordt aangepast. De budgetten worden verschoven van 2024 (- € 27,0 mln.) naar de jaren 2026 (€ 19,0 mln.) en 2027 (€ 8,0 mln.) om de uitfinanciering van aanvragen in die jaren mogelijk te maken. De verwachting is dat het gebruik van de SVVE door VvE's de komende jaren zal toenemen.
Voor het Nationale Isolatieprogramma worden de gereserveerde middelen uit het meerjarenprogramma Klimaatfonds 2025 beschikbaar gesteld voor verschillende maatregelen. Voor de SVVE betreft dit in totaal € 125, 3 mln.: voor 2027 € 25,3 mln., voor 2028 € 30,0 mln., voor 2029 € 35,0 mln. en voor 2030 € 35,0 mln.
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed (DUMAVA)
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Er vindt een reallocatie plaats van € 5,2 mln. naar de bijdrage aan het agentschap RVO voor de uitvoering van de regeling Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed en het Programma Utiliteitsbouw.
In 2023 zijn middelen (€ 7,0 mln.) van de subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen (SVOH) ingezet voor de regeling Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed (DUMAVA). Deze middelen worden nu weer teruggeboekt.
Op basis van het amendement-Boucke c.s. op de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (Kamerstukken II 2023/24, 36410 XIII, nr. 28) wordt de subsidieregeling DUMAVA met € 40,0 mln. voor 2024 opgehoogd ten behoeve van extra middelen voor zonnepanelen op scholen.
Via een overboeking van € 7,0 mln. vanuit het scholenfonds van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen wordt budget toegevoegd voor zonnepanelen op de schoolgebouwen naar aanleiding van het amendement van het lid Boucke (Kamerstukken II 2023/24, 36410 XIII, nr. 28).
De belangstelling voor de regeling DUMAVA groot blijft, daarom wordt het subsidieplafond verhoogd in 2024 voor de derde tranche DUMAVA. Via een kasschuif € 38,7 mln. van 2025 naar 2024 wordt het budget in het juiste kasritme gezet.
Voor de programmatische aanpak van maatschappelijk vastgoed wordt uit het Klimaatfonds vanaf 2025 in totaal € 50 mln. vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën op de BZK begroting geboekt. In 2025 wordt er € 2,6 mln. beschikbaar gesteld oplopend naar € 10,8 mln. in 2029. Deze middelen worden ingezet voor extra capaciteit en ondersteuning bij de uitvoering van gebundelde renovatieprojecten van het maatschappelijk vastgoed.
De loon- en prijsbijstelling van € 36,5 mln. van het Klimaatfonds voor de regeling DUMAVA voor 2025 is toegekend. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 8,1 mln. voor 2024 aflopend naar € 3,7 mln. in 2029.
Nationaal programma lokale warmtetransitie
Er vindt een reallocatie plaats voor de jaren 2024 (- € 6,0 mln.) en 2025 (- € 6,0 mln.) van subsidies naar artikel 11 apparaatsuitgaven om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
Energietransitie en duurzaamheid
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Er vindt een reallocatie plaats voor de jaren 2024 (€ 3,0 mln.) en 2025 (€ 2,0 mln.) van bijdrage aan agenschappen en er vindt een reallocatie plaats voor de jaren 2024 (€ 5,0 mln.) en 2025 (€ 8,8 mln.) van bijdrage aan medeoverheden, beiden naar subsidies om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
De middelen voor de campagne energiebesparing die in 2023 niet zijn uitgegeven, € 3,3 mln., worden in 2024 aan de begroting toegevoegd via de 100% eindejaarsmarge.
Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 4,0 mln. voor 2024 aflopend naar € 3,0 mln. in 2029.
Stimuleringsregeling Aardgasvrije Huurwoningen
De ontwikkelingen in relatie tot de warmtenetten en de vertraging in de warmtewet leidt tot onzekerheid bij aanvragers en de vertraging van nieuwe projecten. Hierdoor worden er in 2024 minder aanvragen verwacht dan geraamd. Het beschikbare budget van 2024 wordt aangepast op de verwachte aanvragen en doorgeschoven naar 2026. In 2025 staat er voldoende budget.
Warmtefonds
Bij Voorjaarsnota 2023 heeft het kabinet besloten € 300 mln. uit het Klimaatfonds beschikbaar te stellen voor de begroting van BZK. Van deze reeks is al € 88,0 mln. naar de BZK-begroting gegaan. De resterende middelen van totaal € 212,0 mln. worden vanaf 2025 (€ 35,3 mln. jaarlijks) vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën op de BZK-begroting geboekt.
Nationaal Groeifonds
De tweede tranche van de regeling Toekomstbestendige leefomgeving wordt opengesteld. Via een kasschuif van 2025 naar 2024 wordt er € 4,6 mln. aan middelen in 2024 beschikbaar gesteld voor de reguliere subsidiebeschikking.
Biobased bouwen
Er vindt een reallocatie plaats voor de jaren 2024 (- € 10,5 mln.) en 2025 (- € 6,9 mln.) van subsidies energietransitie en duurzaamheid naar subsidies bouwregelgeving en bouwkwaliteit om de uitgaven op het juiste artikelonderdeel te kunnen verantwoorden.
Maatschappelijk vastgoed fonds
Vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën worden de in het Klimaatfonds gereserveerde middelen van € 74,9 mln. op de BZK begroting geboekt in 2025. De middelen zullen worden ingezet voor het verstrekken van dotaties aan bestaande fondsen als de Regionale energiefondsen, het Nationaal restauratiefonds (NRF), het Bank Nederlandse Gemeenten Duurzaamheidsfonds en de Energiebespaarlening voor scholen, met als doel de verduurzaming en renovatie van gebouwen voor te financieren. Met name eigenaren van klein maatschappelijk vastgoed en monumenten hebben hierdoor de mogelijkheid om een op de doelgroep aangepaste lening te krijgen.
Verder blijven de in het Klimaatfonds beschikbare middelen (€ 175,0 mln.) voor een maatschappelijk vastgoed fonds gereserveerd.
Ontzorgen vereniging van eigenaren
Er vindt een reallocatie plaats van € 5,5 mln. in 2024, € 7,0 mln. per jaar voor de jaren 2025 en 2026 en € 5,5 mln. in 2027 van energiebesparing koopsector om de uitgaven op de juiste subsidie te kunnen verantwoorden. Deze waren per abuis op energiebesparing koopsector geboekt.
Bijdrage aan medeoverheden
Nationaal Isolatieprogramma (lokale aanpak woningisolatie)
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Er vindt een reallocatie plaats voor de jaren 2024 (- € 5,0 mln.) en 2025 (- € 8,8 mln.) naar subsidies van bijdrage aan medeoverheden om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
De loon- en prijsbijstelling 2024 van € 49,9 mln. van het Klimaatfonds voor het Nationaal Isolatieprogramma is toegekend. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 9,6 mln. voor 2024, € 12,4 mln. voor 2025 en € 9,6 mln. voor 2027.
Nationaal Isolatie Programma (soortenmanagement)
Van het Nationaal Isolatieprogramma wordt vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën € 39,4 mln. van het Klimaatfonds op de BZK-begroting geboekt. Hiermee wordt in 2024 een tweede tranche van een subsidieregeling geopend die gemeenten in staat stelt om soortenmanagementplannen op te stellen, waardoor geisoleerd kan worden zonder kwetsbare soorten te schaden.
Daarnaast is loon- en prijsbijstelling van 2024 van € 1,2 mln van het Klimaatfonds toegevoegd. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 10,1 mln. voor 2024 en € 1,3 mln. voor 2025.
Verduurzaming Groningen en Noord-Drenthe
Om de middelen voor verduurzaming Groningen en Noord-Drenthe in het juiste kasritme te krijgen wordt er € 49,2 mln. van 2024 naar 2025 doorgeschoven.
Bijdrage aan agentschappen
RVO.nl (uitvoering Energieakkoord)
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Er vindt een reallocatie plaats voor de jaren 2024 (- € 3,0 mln.) en 2025 (- € 2,0 mln.) van bijdrage agentschappen naar subsidies om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
De huidige bepaling van energieprestatie voor gebouwen wordt doorontwikkeld en aangepast op de wijzigingen die voortvloeien uit de richtlijn Energy Performance of Buildings Directive IV (richtlijn energieprestatie van gebouwen). Ook de monitoring en analyse van geregistreerde energielabels blijft een belangrijk onderwerp. Hiervoor wordt vanaf 2024 € 4,0 mln. jaarlijks aan middelen beschikbaar gesteld, aflopend naar € 2,0 mln. in 2029.
RVO.nl (Energietransitie en duurzaamheid)
Er vinden diverse reallocaties plaats vanuit subsidies op artikel 4 voor de kosten die het RVO maakt voor het uitvoeren van deze subsidieregelingen.
Rijksvastgoedbedrijf
Om de aanbestedende rijksdiensten zoals het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) in staat te stellen om structureel uitstoot-verminderende criteria te stellen bij aanbestedingen in het kader van Stikstofbeleid, is hiervoor budget beschikbaar gesteld. RVB ziet echter dat projecten opschuiven in tijd door vertraging. Hierdoor zijn de geplande projecten voor 2024 vertraagd en worden voor een deel in 2025 uitgevoerd. Er wordt € 13,0 mln. van 2024 naar 2025 geschoven om zo het budget in het juiste kasritme te zetten.
Verduurzaming maatschappelijk vastgoed
De projecten voor verduurzaming gebouwen (Energiebesparing Rijk), binnen het Rijksvastgoedbedrijf zijn in 2022 gestart. In 2024 zou het restant van de subsidie worden verstrekt. Een van de voorwaarden van deze subsidie is dat de aanbesteding van het project dient te zijn afgerond. De aanbesteding is vertraagd, waardoor niet de gehele tranche kan worden uitgegeven in 2024. Er wordt € 13,8 mln. van 2024 naar 2025 geschoven om zo het budget in het juiste kasritme te zetten.
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Kennis- en innovatieprogramma emissiearme bouwproducten (stikstof)
Ten behoeve van het TNO-programma Emissieloos bouwen wordt voor de jaren 2024 tot en met 2026 jaarlijks € 4,5 mln. overgeboekt naar de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
Verduurzaming maatschappelijk vastgoed
De loon- en prijsbijstelling 2025 van € 5,5 mln. van het Klimaatfonds voor het verduurzaming maatschappelijk vastgoed is toegekend. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 4,6 mln. voor 2026 aflopend naar € 0,9 mln. in 2029.
Energietransitie Gebouwde Omgeving (EGO)
Van het Nationaal Isolatie Programma wordt vanuit de Aanvullende Post bij het ministerie van Financiën vanaf 2026 tot en met 2030 jaarlijks € 4,9 mln. van het Klimaatfonds op de BZK begroting geboekt, voor de bijdrage aan innovatiebudget meerjarige missiegedreven innovatieprogramma's inclusief uitvoeringskosten.
Van deze middelen wordt een meerjarige overboeking naar het ministerie van Economische Zaken en Klimaat gedaan voor Missiegedreven Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie (MOOI) Gebouwde omgeving en voor de regeling Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+) aardgasloos.
Uitfaseren van slechte labels
Het kabinet is voornemens utiliteitsgebouwen met een slecht energielabel uit te faseren. Er wordt € 2,0 mln. toegekend voor 2025 en 2026 en de rest gereserveerd in het Klimaatfonds. De middelen zijn bestemd voor het toezicht en de handhaving op deze aankomende verplichting en de implementatie van deze taak bij bevoegd gezag. Ook zijn middelen gereserveerd voor communicatie door het bevoegd gezag vooruitlopend op de inwerkingtreding.
4.2 Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
Subsidies
Biobased bouwen
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Er wordt in totaal € 63,7 mln. vanuit het Klimaatfonds voor de nationale aanpak biobased bouwen beschikbaar gesteld, waarvan € 18,1 mln. vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën overgeboekt naar de BZK begroting voor de normering en stimulering van biobased bouwen. Met deze maatregel wordt beoogd om de markt voor biobased bouwmaterialen (verder) te ontwikkelen. Vanaf 2025 worden jaarlijks middelen ingezet voor het ontwikkelen van biobased productkaarten in de Nationale Milieudatabase, monitoring en de financiering van de uitvoeringsorganisatie. De rest van de beschikbare middelen € 44,7 mln. worden vanuit het Klimaatfonds toegekend aan de ministeries van LNV, I&W en EZK.
Er vindt een reallocatie plaats voor de jaren 2024 (€ 10,5 mln.) en 2025 (€ 6,9 mln.) naar subsidies bouwregelgeving en bouwkwaliteit artikel 4.2 van subsidies energietransitie en duurzaamheid artikel 4.1 om de uitgaven op het juiste artikelonderdeel te kunnen verantwoorden.
Verder vindt er een reallocatie plaats voor 2024 (- € 4,2 mln.) naar bijdrage andere begrotingshoofdstukken artikelonderdeel energietransitie en duurzaamheid om een overboeking voor biobased bouwen naar het ministerie van Economische Zaken en Klimaat te kunnen uitvoeren.
3.5 Artikel 5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 13 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Ruimtelijke ordening en omgevingswet (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
143.959
0
143.959
‒ 4.711
139.248
4.111
3.911
1.926
2.820
87.829
Uitgaven
143.959
0
143.959
‒ 4.711
139.248
4.111
3.911
1.926
2.820
87.829
5.1
Ruimtelijke ordening
63.983
0
63.983
‒ 3.721
60.262
624
652
‒ 1.411
‒ 833
51.958
Subsidies (regelingen)
2.381
0
2.381
‒ 833
1.548
0
0
0
0
774
Programma Ruimtelijk Ontwerp
1.500
0
1.500
‒ 757
743
0
0
0
0
0
Basisregistraties
581
0
581
0
581
0
0
0
0
474
Nationaal Groeifonds
0
0
0
100
100
0
0
0
0
0
Ruimtelijk instrumentarium (diversen)
300
0
300
‒ 190
110
0
0
0
0
300
Basisregistraties Ondergrond
0
0
0
14
14
0
0
0
0
0
Opdrachten
15.512
0
15.512
‒ 3.812
11.700
671
1.459
1.159
1.759
8.101
Programma Ruimtelijk Ontwerp
3.213
0
3.213
‒ 288
2.925
0
0
0
0
2.961
Basisregistraties Ondergrond
2.500
0
2.500
‒ 1.129
1.371
0
0
0
0
0
Gebiedsontwikkeling
4.688
0
4.688
‒ 3.890
798
‒ 35
0
0
0
1.050
Geo-informatie
0
0
0
290
290
0
0
0
0
0
Ruimtelijk instrumentarium (diversen)
4.911
0
4.911
1.099
6.010
400
1.153
1.153
1.753
3.890
Nationaal Groeifonds
200
0
200
106
306
306
306
6
6
200
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
33.772
0
33.772
313
34.085
297
285
22
0
32.261
Kadaster (Basisregistraties)
29.952
0
29.952
‒ 3.041
26.911
0
0
0
0
29.768
Basisregistraties Ondergrond
0
0
0
700
700
0
0
0
0
0
Diverse bijdragen
0
0
0
190
190
0
0
0
0
0
Geonovum
2.393
0
2.393
0
2.393
0
0
0
0
2.493
ICTU
429
0
429
2.321
2.750
250
250
0
0
0
Nationaal Groeifonds
998
0
998
143
1.141
47
35
22
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
3.909
0
3.909
232
4.141
2.268
1.508
8
8
5.736
Diversen projecten ruimtelijke kwaliteit
3.649
0
3.649
‒ 3.649
0
760
0
0
0
5.468
Gebiedsontwikkeling
0
0
0
2.300
2.300
0
0
0
0
0
Nationaal Groeifonds
260
0
260
8
268
8
8
8
8
268
Basisregistratie ondergrond
0
0
0
73
73
0
0
0
0
0
Ruimtelijk instrumentarium (diversen)
0
0
0
1.500
1.500
1.500
1.500
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
8.409
0
8.409
379
8.788
‒ 2.612
‒ 2.600
‒ 2.600
‒ 2.600
5.086
RVB
3.136
0
3.136
279
3.415
‒ 12
0
0
0
2.413
RWS (Leefomgeving)
5.147
0
5.147
‒ 1.200
3.947
‒ 2.600
‒ 2.600
‒ 2.600
‒ 2.600
2.547
Uitvoering gebiedsontwikkeling
0
0
0
1.400
1.400
0
0
0
0
0
RIVM
126
0
126
‒ 100
26
0
0
0
0
126
5.2
Omgevingswet
79.976
0
79.976
‒ 990
78.986
3.487
3.259
3.337
3.653
35.871
Subsidies (regelingen)
4.500
0
4.500
961
5.461
990
85
104
0
0
Eenvoudig Beter
4.500
0
4.500
961
5.461
990
85
104
0
0
Opdrachten
7.738
0
7.738
‒ 5.389
2.349
‒ 990
‒ 85
‒ 104
0
3.611
Aan de Slag
7.738
0
7.738
‒ 5.585
2.153
‒ 990
‒ 85
‒ 104
0
3.611
Serviceteam Rijk
0
0
0
196
196
0
0
0
0
0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
61.806
0
61.806
‒ 11.285
50.521
2.443
3.192
3.260
3.587
26.837
Kadaster
61.804
0
61.804
‒ 11.778
50.026
2.443
3.192
3.260
3.587
26.837
Geonovum
0
0
0
298
298
0
0
0
0
0
ICTU
0
0
0
195
195
0
0
0
0
0
Serviceteam Rijk
2
0
2
0
2
0
0
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
5.932
0
5.932
14.723
20.655
1.044
67
77
66
5.423
Serviceteam Rijk
951
0
951
35
986
39
0
0
0
1.224
Aan de Slag
4.981
0
4.981
14.688
19.669
1.005
67
77
66
4.199
Ontvangsten
3.824
0
3.824
0
3.824
0
0
0
0
3.824
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 14 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 5
2024
juridisch verplicht
73%
bestuurlijk gebonden
5%
beleidsmatig gereserveerd
22%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 5 is 73% juridisch verplicht.
5.1 Ruimtelijke ordening
Opdrachten
Gebiedsontwikkeling
Dit betreft een reallocatie van € 3,7 mln. voor NOVEX naar de instrumenten bijdrage aan medeoverheden en bijdrage aan agentschappen om de uitgaven op de juiste instrumenten te kunnen verantwoorden.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Kadaster (basisregistraties)
Dit is het saldo van meerdere mutaties. Het betreft onder andere een reallocatie van € 2,1 mln. binnen hetzelfde instrument naar ICTU in het kader van Zicht op Nederland datafundement.
ICTU
Dit betreft met name een reallocatie van € 2,1 mln. binnen hetzelfde instrument vanaf Kadaster (basisregistraties) naar ICTU in het kader van Zicht op Nederland datafundement.
Bijdrage aan medeoverheden
Diverse projecten ruimtelijke kwaliteit
Dit betreft hoofdzakelijk een kasschuif van € 2,6 mln. van 2024 naar 2029, omdat op verzoek van de gemeente Venlo de vaststellingsdatum van de BIRK-subsidie is uitgesteld.
Gebiedsontwikkeling
Deze mutatie betreft een reallocatie van € 2,3 mln. om de NOVEX-middelen op het juiste instrument te verantwoorden.
Bijdrage aan agentschappen
RWS (leefomgeving)
In verband met de overgang van werkzaamheden voor het Omgevingsloket Online naar het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) wordt van het agentschap Rijkswaterstaat in 2024 € 1,2 mln. gerealloceerd. Het grootste deel van deze reallocatie (€ 0,8 mln.) gaat naar bijdrage aan ZBO's/RTW's (Kadaster), artikelonderdeel 5.2 Omgevingswet, als bijdrage aan beheer van het DSO.
5.2 Omgevingswet
Opdrachten
Aan de slag
Dit betreft hoofdzakelijk een reallocatie van € 3,7 mln. van opdrachten naar externe inhuur. Vanwege de inwerkingtreding van de Omgevingswet worden medeoverheden ondersteund in de implementatieopgave, mede door de inzet van Regionale Invoeringsondersteuningscoaches (RIO's).
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Kadaster
Er vinden meerdere reallocaties plaats om middelen op de juiste instrumenten te verantwoorden.
In de eerste plaats vindt er een reallocatie plaats van € 6,0 mln. van bijdrage aan ZBO's/RWT's naar bijdrage aan agentschappen ten behoeve van de beheerskosten Stelsel Omgevingswet (DSO-LV) uitgevoerd door Rijkswaterstaat. Ook wordt € 1,6 mln. gerealloceerd naar bijdrage aan agentschappen (Logius en Rijkswaterstaat) voor de ontwikkeling en afbouw van DSO-LV.
In 2024 vindt een reallocatie van bijdrage aan ZBO's/RWT's naar agentschappen plaats van € 5,7 mln. om de bijdrage van Operationeel Beheer Organisatie (OBO) ten behoeve van de jaaropdracht Informatiepunt Leefomgeving (Rijkswaterstaat) op het juiste instrument te verantwoorden.
In verband met de overgang van werkzaamheden voor het Omgevingsloket Online naar het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) wordt in 2024 € 0,8 mln. gerealloceerd van bijdrage aan agentschappen (RWS) artikelonderdeel ruimtelijke ordening naar bijdrage aan ZBO (Kadaster), om zo de uitgaven op het juiste instrument en artikelonderdeel te kunnen verantwoorden.
Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 toegevoegd aan het budget van het Kadaster. In 2024 bedraagt deze bijstelling € 1,3 mln. en in de jaren 2025-2029 gemiddeld € 0,9 mln.
Bijdrage aan agentschappen
Aan de slag
Er vinden meerdere reallocaties plaats om middelen op de juiste instrumenten te verantwoorden.
In de eerste plaats betreffen dit reallocaties van bijdrage aan ZBO's/RWT's naar agentschappen ten behoeve van de landelijke voorziening van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO-LV). Er wordt in 2024 € 6,0 mln. naar Rijkswaterstaat gerealloceerd voor de beheerkosten van DSO-LV. Ook wordt € 1,6 mln. gerealloceerd naar Logius en Rijkswaterstaat voor het ontwikkelen van DSO-LV.
In 2024 vindt een reallocatie plaats van bijdrage aan ZBO's/RWT's naar bijdrage aan agentschappen van € 5,7 mln. om de bijdrage van Operationeel Beheer Organisatie (OBO) ten behoeve van de jaaropdracht Informatiepunt Leefomgeving (Rijkswaterstaat) op het juiste instrument te verantwoorden.
3.6 Artikel 6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 15 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 6 Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
536.087
0
536.087
‒ 6.605
529.482
‒ 569
‒ 1.910
‒ 3.698
‒ 4.247
626.057
Uitgaven
536.087
0
536.087
‒ 2.005
534.082
631
‒ 1.910
‒ 3.698
‒ 4.247
626.057
6.2
Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving
104.719
0
104.719
‒ 11.276
93.443
‒ 9.975
‒ 11.381
‒ 11.487
‒ 11.573
89.144
Subsidies (regelingen)
13.617
0
13.617
881
14.498
61
0
0
0
7.588
Overheidsdienstverlening
13.617
0
13.617
881
14.498
61
0
0
0
7.588
Opdrachten
49.041
0
49.041
‒ 19.436
29.605
‒ 9.983
‒ 11.328
‒ 11.434
‒ 11.520
39.551
Overheidsdienstverlening
14.397
0
14.397
‒ 7.401
6.996
‒ 6.780
‒ 6.925
‒ 7.181
‒ 7.267
9.518
Informatiesamenleving
34.644
0
34.644
‒ 12.035
22.609
‒ 3.203
‒ 4.403
‒ 4.253
‒ 4.253
30.033
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
17.966
0
17.966
100
18.066
0
0
0
0
17.964
CBS
130
0
130
1.580
1.710
0
0
0
0
128
KvK
200
0
200
0
200
0
0
0
0
367
ICTU
15.589
0
15.589
‒ 1.580
14.009
0
0
0
0
15.422
Diverse bijdragen
2.047
0
2.047
100
2.147
0
0
0
0
2.047
Bijdrage aan medeoverheden
839
0
839
500
1.339
0
0
0
0
839
Gemeenten
709
0
709
500
1.209
0
0
0
0
709
Provincies
130
0
130
0
130
0
0
0
0
130
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
89
0
89
7
96
0
0
0
0
89
Digitale dienstverlening
89
0
89
7
96
0
0
0
0
89
Bijdrage aan agentschappen
23.114
0
23.114
6.725
29.839
0
0
0
0
23.113
RVO
2.647
0
2.647
1.665
4.312
0
0
0
0
2.647
RODI
666
0
666
1.956
2.622
0
0
0
0
666
Logius
18.078
0
18.078
3.104
21.182
0
0
0
0
18.077
RDI
1.723
0
1.723
0
1.723
0
0
0
0
1.723
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
53
0
53
‒ 53
0
‒ 53
‒ 53
‒ 53
‒ 53
0
Buitenlandse Zaken (V)
53
0
53
‒ 53
0
‒ 53
‒ 53
‒ 53
‒ 53
0
6.5
Identiteitsstelsel
37.386
0
37.386
4.113
41.499
1.402
1.110
985
940
38.422
Opdrachten
1.460
0
1.460
‒ 757
703
45
42
37
37
1.598
Identiteitsstelsel
1.460
0
1.460
‒ 757
703
45
42
37
37
1.598
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
3.409
0
3.409
42
3.451
137
129
114
109
3.522
Diverse bijdragen
0
0
0
290
290
0
0
0
0
0
ICTU
3.409
0
3.409
‒ 248
3.161
137
129
114
109
3.522
Bijdrage aan medeoverheden
3.365
0
3.365
381
3.746
148
137
122
115
3.449
Gemeenten
3.365
0
3.365
381
3.746
148
137
122
115
3.449
Bijdrage aan agentschappen
29.152
0
29.152
4.447
33.599
1.072
802
712
679
29.853
RvIG
29.152
0
29.152
4.447
33.599
1.072
802
712
679
29.853
6.7
Hoogwaardige dienstverlening één overheid
63.023
0
63.023
‒ 954
62.069
‒ 114
‒ 326
‒ 790
‒ 811
146.505
Subsidies (regelingen)
3.891
0
3.891
1.371
5.262
145
136
121
115
4.010
Hoogwaardige dienstverlening één overheid
3.891
0
3.891
‒ 1.029
2.862
145
136
121
115
4.010
VNG
0
0
0
2.400
2.400
0
0
0
0
0
Opdrachten
12.586
0
12.586
‒ 10.738
1.848
‒ 1.870
‒ 1.911
‒ 1.516
‒ 966
107.415
Hoogwaardige dienstverlening één overheid
12.586
0
12.586
‒ 10.738
1.848
‒ 1.870
‒ 1.911
‒ 1.516
‒ 966
107.415
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
457
0
457
10.879
11.336
565
565
565
0
1.022
ICTU
457
0
457
7.549
8.006
565
565
565
0
1.022
CBS
0
0
0
116
116
0
0
0
0
0
KvK
0
0
0
753
753
0
0
0
0
0
Diverse bijdragen
0
0
0
2.461
2.461
0
0
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
23.205
0
23.205
‒ 3.935
19.270
0
0
0
0
22.147
Gemeenten
23.205
0
23.205
‒ 3.935
19.270
0
0
0
0
22.147
Bijdrage aan agentschappen
22.884
0
22.884
1.469
24.353
1.046
884
40
40
11.911
Logius
2.536
0
2.536
‒ 2.000
536
0
0
0
0
2.536
RvIG
11.714
0
11.714
3.469
15.183
1.046
884
40
40
1.654
AZ-DPC
7.998
0
7.998
0
7.998
0
0
0
0
7.085
Diverse bijdragen
636
0
636
0
636
0
0
0
0
636
6.8
Generieke Digitale Infrastructuur
330.959
0
330.959
6.112
337.071
9.318
8.687
7.594
7.197
351.986
Subsidies (regelingen)
0
0
0
4.559
4.559
0
0
0
0
0
Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid
0
0
0
4.559
4.559
0
0
0
0
0
Opdrachten
65.837
0
65.837
‒ 50.964
14.873
1.570
1.672
1.458
1.382
67.274
Doorontwikkeling en innovatie
65.837
0
65.837
‒ 50.964
14.873
1.570
1.672
1.458
1.382
67.274
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
6.713
0
6.713
7.144
13.857
160
171
149
141
6.859
KvK
6.713
0
6.713
72
6.785
160
171
149
141
6.859
ICTU
0
0
0
6.354
6.354
0
0
0
0
0
RDW
0
0
0
718
718
0
0
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
258.409
0
258.409
45.373
303.782
7.588
6.844
5.987
5.674
277.853
Logius
239.081
0
239.081
40.603
279.684
7.127
6.353
5.559
5.268
258.104
RvIG
10.687
0
10.687
115
10.802
255
271
237
224
10.920
RVO
7.896
0
7.896
4.165
12.061
188
201
175
166
8.068
RDI
745
0
745
8
753
18
19
16
16
761
Diverse bijdragen
0
0
0
482
482
0
0
0
0
0
Ontvangsten
10.927
0
10.927
0
10.927
0
0
0
0
10.927
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 16 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 6
2024
juridisch verplicht
65%
bestuurlijk gebonden
28%
beleidsmatig gereserveerd
7%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 6 is 65% juridisch verplicht.
6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving
Opdrachten
Overheidsdienstverlening
Er wordt een structurele reeks van jaarlijks € 1,3 mln. overgeboekt naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor de online dienstverlening voor het verstrekken van een DigiD aan Nederlanders in het buitenland. Daarnaast wordt ca. € 1 mln. gerealloceerd naar het instrument bijdragen aan agentschappen voor de bijdrage Compensatieregeling eHerkennning. Deze regeling wordt uitgevoerd door de Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland (RVO). Verder wordt er structureel ca. € 3,7 mln. ingezet op artikel 11 voor het versterken van de vereiste uitvoering en kennis. Tot slot is er structureel € 4,7 mln. op de meerjarige begroting bijgesteld.
Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 3,8 mln. voor 2024 aflopend naar € 2,4 mln. in 2029.
Informatiesamenleving
In het kader van het programma Werk aan Uitvoering (WaU) wordt € 2,5 mln. ingezet via artikel 6.5 voor de invoering van het Burgerservicenummer (BSN) in Caribisch Nederland. Daarnaast wordt ca. € 1,5 mln. gerealloceerd naar het instrument bijdrage aan agentschappen voor het AI Validatieteam bij de Rijksorganisatie Digitalisering en Innovatie (RODI) en wordt binnen het instrument € 1,2 mln. naar 2025 geschoven voor de vaststelling van de WaU-subsidie Statuur van de Overheid. Verder wordt er ca. € 3,1 mln. ingezet op artikel 11 voor externe inhuur voor WaU 1 Loket en het versterken van vereiste uitvoering en kennis. Tot slot is er structureel € 2,3 mln. op de meerjarige begroting bijgesteld.
Bijdrage aan medeoverheden
Gemeenten
Dit betreft een specifieke uitkering overheidsbrede loketten voor het opstarten, inrichten en uitvoeren van het praktijkinitiatief in het kader van het programma Inrichten overheidsbrede loketten. Hiervoor is de inzet van een projectleider op locatie en enkele overheidsdienstverleners noodzakelijk. De middelen worden als specifieke uitkering overgemaakt naar de gemeenten Amsterdam, Best, Enschede, Utrecht en het samenwerkingsverband WerkSaam ten behoeve van het praktijkinitiatief.
Hieronder is een overzicht opgenomen waarin, conform artikel 17 lid 2 van de Financiële-verhoudingenwet, de maximaal te ontvangen bedragen per gemeente/provincie zijn opgenomen.
Tabel 17 Specifieke uitkering Overheidsbrede loketten
Gemeente Amsterdam
€ 100.000,-
Gemeente Best
€ 100.000,-
Gemeente Enschede
€ 100.000,-
Gemeente Utrecht
€ 100.000,-
WerkSaam West-Friesland
€ 100.000,-
Totaal
€ 500.000,-
6.5 Identiteitsstelsel
Bijdrage aan agentschappen
RvIG
De loon- en prijsbijstelling tranche 2024 is verwerkt. Dit gaat om € 1,0 mln. voor 2024 aflopend naar € 0,7 mln. in 2029.
6.7 Hoogwaardige dienstverlening één overheid
Opdrachten
Hoogwaardige dienstverlening één overheid
Dit betreft een saldo van diverse mutaties, waaronder een reallocatie van circa € 7,1 mln. naar het instrument bijdragen aan ZBO's/RWT's om de bijdragen aan ICTU voor Digitale toegankelijkheid en Gebruiker Centraal op het juiste instrument te verantwoorden. Daarnaast is er een overboeking van circa € 1,2 mln. van de begroting van BZK naar de begroting van EZK ten behoeve van het project Norm engineering dat wordt uitgevoerd door TNO. En tot slot een bijstelling van de begroting van € 1,3 mln. in 2024 en vanaf 2025 structureel € 2,5 mln. op het instrument opdrachten.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
ICTU
Dit betreffen meerdere reallocaties van cumulatief circa € 7,1 mln. om de middelen voor de bijdragen aan ICTU voor Digitale toegankelijkheid en Gebruiker Centraal op het juiste instrument te verantwoorden.
6.8 Generieke Digitale Infrastructuur
Opdrachten
Doorontwikkeling en innovatie
Dit betreft een reallocatie van circa € 51 mln. om de inzet van het Vernieuwingsbudget van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) 2024 op de juiste instrumenten te verantwoorden. De middelen worden conform de verdeling van het vernieuwingsbudget in het GDI-programmeringsplan 2024 ingezet. Dit betreft onder meer de subsidies uitwerking en borging Digikoppeling, Application Programming Interfaces (API's), Durf en doe platform en Standaard Dienstverlening Overheidsportalen. Daarnaast worden middelen ingezet op het instrument bijdragen aan ZBO's/Rwt's voor ICTU: de Single Digital Gateway (SDG) fase 2 en Europese Digitale Identiteit (EDI), en aan RDW voor de large scale pilots EU Consortium Potential. Tot slot worden middelen ingezet via bijdragen aan Agentschappen aan Logius en RVO voor onder andere de Herbouw Digipoort, het Stelsel Toegang, het Federatief Berichtenstelsel en de doorontwikkeling MijnOverheid.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
ICTU
Er wordt € 6,4 mln. gerealloceerd vanuit het instrument opdrachten voor de inzet van het Vernieuwingsbudget van de GDI.
Bijdrage aan agentschappen
Logius
Er wordt € 32,5 mln. gerealloceerd vanuit het instrument opdrachten voor de inzet van het Vernieuwingsbudget van de GDI.
Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 7,4 mln. voor 2024 aflopend naar € 5,5 mln. in 2029.
RVO
Er wordt ca. € 4,1 mln. gerealloceerd vanuit het instrument opdrachten voor de inzet van het Vernieuwingsbudget van de GDI.
3.7 Artikel 7. Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 18 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 7 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
85.588
0
85.588
‒ 177
85.411
‒ 2.477
‒ 770
‒ 1.139
‒ 1.287
97.527
Uitgaven
86.189
0
86.189
‒ 4.138
82.051
‒ 1.283
‒ 1.376
2.090
‒ 1.143
97.527
7.1
Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid
80.551
0
80.551
‒ 4.138
76.413
‒ 883
‒ 976
2.490
‒ 843
94.389
Subsidies (regelingen)
7.179
0
7.179
561
7.740
223
222
155
154
8.137
Diverse subsidies
1.347
0
1.347
0
1.347
0
0
0
0
1.247
Overlegstelsel
1.201
0
1.201
0
1.201
0
0
0
0
1.901
POK - Ambtelijk Vakmanschap
0
0
0
67
67
67
66
0
0
0
Bedrijfsvoeringsbeleid
226
0
226
10
236
12
12
11
10
237
POK - Leiderschap, diversiteit en inclusie
98
0
98
0
98
0
0
0
0
24
Ondersteuning koepels implementatie Woo
863
0
863
0
863
0
0
0
0
863
Kwaliteit management rijksdienst
20
0
20
0
20
0
0
0
0
0
Compensatie Waterschappen Woo (structureel)
3.356
0
3.356
0
3.356
0
0
0
0
3.865
POK - Bevorderen veilig werk- en meldklimaat
68
0
68
484
552
144
144
144
144
0
Opdrachten
52.706
0
52.706
‒ 11.232
41.474
338
4
‒ 595
‒ 842
76.318
Bedrijfsvoeringsbeleid
11.748
0
11.748
‒ 4.807
6.941
‒ 1.276
‒ 1.493
‒ 1.783
‒ 1.914
21.666
Kwaliteit management rijksdienst
4.412
0
4.412
869
5.281
104
97
86
82
4.465
Werkgeversbeleid
1.942
0
1.942
‒ 400
1.542
‒ 505
‒ 387
‒ 403
‒ 441
1.725
Informatiehuishouding
30.554
0
30.554
‒ 12.576
17.978
2.001
1.844
1.614
1.542
46.639
Doorontwikkeling Rijksbrede ICT-voorziening
0
0
0
2.000
2.000
0
0
0
0
0
POK - Ambtelijk Vakmanschap
1.447
0
1.447
59
1.506
1
23
21
20
1.080
POK- Leiderschap, diversiteit en inclusie
536
0
536
15
551
14
4
5
5
269
POK - Bevorderen veilig werk- en meldklimaat
713
0
713
‒ 499
214
‒ 125
‒ 126
‒ 135
‒ 136
465
POK - Ondersteuning van melders van misstanden
854
0
854
24
878
24
42
0
0
9
Open Overheid
500
0
500
755
1.255
0
0
0
0
0
Adviescollege ICT
0
0
0
200
200
100
0
0
0
0
Algemene beveiligingseisen Rijksoverheid
0
0
0
3.128
3.128
0
0
0
0
0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
7.118
0
7.118
992
8.110
11
11
9
9
4.958
POK - Ambtelijk Vakmanschap
36
0
36
0
36
0
0
0
0
8
Bedrijfsvoeringsbeleid
416
0
416
381
797
0
0
0
0
381
Werkgeversbeleid
2.451
0
2.451
0
2.451
0
0
0
0
2.451
POK - Staat van de Uitvoering
2.215
0
2.215
13
2.228
11
11
9
9
2.118
Diverse bijdragen
2.000
0
2.000
598
2.598
0
0
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
1.084
0
1.084
0
1.084
0
0
0
0
0
Compensatie Waterschappen Woo (incidenteel)
1.084
0
1.084
0
1.084
0
0
0
0
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
52
0
52
3
55
3
3
3
3
53
Werkgeversbeleid
52
0
52
3
55
3
3
3
3
53
Bijdrage aan agentschappen
12.168
0
12.168
5.583
17.751
‒ 1.458
‒ 1.216
2.918
‒ 167
4.679
POK - Ambtelijk Vakmanschap
319
0
319
0
319
0
0
0
0
17
O&P Rijk (Arbeidsmarktcommunicatie)
4.240
0
4.240
‒ 1.585
2.655
‒ 1.600
‒ 1.316
2.818
‒ 267
4.138
I-Functie Rijk
0
0
0
500
500
0
0
0
0
0
Bedrijfsvoeringsbeleid
455
0
455
540
995
0
0
0
0
383
Werkgeversbeleid
17
0
17
140
157
140
100
100
100
108
Doorontwikkeling Rijksbrede ICT-voorziening
0
0
0
2.280
2.280
0
0
0
0
0
POK- Leiderschap, diversiteit en inclusie
137
0
137
2
139
2
0
0
0
33
Diverse bijdragen
4.000
0
4.000
2.678
6.678
0
0
0
0
0
KOOP
2.000
0
2.000
1.300
3.300
0
0
0
0
0
Logius
1.000
0
1.000
‒ 283
717
0
0
0
0
0
Digitalisering RijksInkoop
0
0
0
11
11
0
0
0
0
0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
244
0
244
‒ 45
199
0
0
0
0
244
Bedrijfsvoeringsbeleid
244
0
244
‒ 45
199
0
0
0
0
244
7.2
Pensioenen en uitkeringen
5.638
0
5.638
0
5.638
‒ 400
‒ 400
‒ 400
‒ 300
3.138
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
5.638
0
5.638
0
5.638
‒ 400
‒ 400
‒ 400
‒ 300
3.138
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen
5.638
0
5.638
0
5.638
‒ 400
‒ 400
‒ 400
‒ 300
3.138
Ontvangsten
64
0
64
0
64
0
0
0
0
64
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 19 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 7
2024
juridisch verplicht
29%
bestuurlijk gebonden
44%
beleidsmatig gereserveerd
27%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget van artikel 7 is 29% juridisch verplicht.
7.1 Werkgevers-en bedrijfsvoeringsbeleid
Opdrachten
Bedrijfsvoeringsbeleid
In 2024 is deze post naar beneden bijgesteld met € 1,8 mln. De bijstelling in 2025 bedraagt € 1 mln. en loopt op in de jaren daarna naar € 1,7 mln. structureel.
Werkgeversbeleid
Deze post op de begroting wordt structureel met € 0,8 mln. naar beneden bijgesteld.
Informatiehuishouding
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Er vinden meerdere reallocaties plaats van middelen voor Informatiehuishouding (IHH) van in totaal circa € 7,8 mln. om de kosten op de juiste instrumenten te kunnen verantwoorden.
Vanuit BZK en Financiën vindt een reallocatie en een overboeking plaats van circa € 1 mln. per ministerie ten behoeve van het startbudget voor het programma Beter Samen Werken (BSW).
Daarnaast vinden er meerdere overboekingen plaats afkomstig van de begroting van BZK. Het betreft onder andere een overboeking van € 5,1 mln. voor de verdere opbouw en versterking van de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed (IO&E) van het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW). Daarnaast is € 2,6 mln. overgeboekt naar het Nationaal Archief (NA) ten behoeve van de uitvoering van de verschillende projecten uit de generiek projectenportfolio. Ook vindt een overboeking plaats van € 0,7 mln. naar de Dienst Publiek en Communicatie (DPC) van het ministerie van Algemene Zaken (AZ). DPC begint in 2024 met het realiseren van de overzichtspagina voor de Woo-index. DPC verzorgt de redactie en controle op de metadatering van beslisnota's die actief openbaar worden gemaakt en publiceert deze op rijksoverheid.nl.
Verder is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 verwerkt. Dit gaat om € 1,9 mln. voor 2024 aflopend naar € 1,6 mln. in 2029.
Doorontwikkeling Rijksbrede ICT-voorziening
Voor het uitvoeren van een onderzoek naar de beveiliging van hoog gerubriceerde werkplekken is € 2 mln. toegevoegd aan artikel 7. De middelen à € 2,0 mln. zijn met name bedoeld voor de personele inzet van het projectteam dat hieraan invulling zal geven.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Bedrijfsvoeringsbeleid
In 2024 wordt deze post op de begroting naar beneden bijgesteld met € 0,5 mln.
Bijdrage aan agentschappen
O&P Rijk (arbeidsmarktcommunicatie)
Vanaf 2025 wordt de begroting naar beneden bijgesteld met € 0,9 mln. aflopend naar € 0,1 mln. op de meerjarige begroting.
7.2 Pensioenen en uitkeringen
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen
Vanaf 2025 wordt deze post op de begroting met circa € 0,4 mln. structureel naar beneden bijgesteld.
3.8 Artikel 9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 20 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 9 Uitvoering Rijksvastgoedbeleid (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
161.920
0
161.920
25.288
187.208
17.112
10.394
9.936
15.153
262.532
Uitgaven
161.920
0
161.920
25.288
187.208
17.112
10.394
9.936
15.153
262.532
9.1
Doelmatige Rijkshuisvesting
88.284
0
88.284
22.779
111.063
14.969
8.366
8.094
13.358
187.801
Bijdrage aan agentschappen
88.284
0
88.284
22.779
111.063
14.969
8.366
8.094
13.358
187.801
RVB (Bijdrage voor huisvesting Koninklijk Huis)
17.335
0
17.335
224
17.559
463
434
385
368
18.441
RVB (Bijdrage voor huisvesting Hoge Colleges van Staat)
53.377
0
53.377
13.410
66.787
7.988
2.495
2.341
7.658
146.993
RVB (Bijdrage voor huisvesting Ministerie van AZ)
6.628
0
6.628
214
6.842
190
178
156
149
6.983
RVB (Bijdrage voor monumenten)
3.966
0
3.966
3.466
7.432
1.131
76
59
33
3.298
RVB (Bijdrage voor rijkshuisvesting)
6.978
0
6.978
465
7.443
197
183
153
150
7.086
RVB (Bijdrage voor compensatiegronden en erfpachtrechten)
0
0
0
5.000
5.000
5.000
5.000
5.000
5.000
5.000
9.2
Beheer materiële activa
73.636
0
73.636
2.509
76.145
2.143
2.028
1.842
1.795
74.731
Bijdrage aan agentschappen
73.636
0
73.636
2.509
76.145
2.143
2.028
1.842
1.795
74.731
RVB
15.214
0
15.214
1.166
16.380
802
802
802
802
15.878
RVB (Onderhoud en beheerkosten)
5.225
0
5.225
‒ 129
5.096
89
53
0
0
4.628
RVB (Zakelijke lasten)
53.197
0
53.197
1.472
54.669
1.252
1.173
1.040
993
54.225
Ontvangsten
102.984
0
102.984
26.448
129.432
5.000
5.000
4.950
4.900
96.072
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 21 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 9
2024
juridisch verplicht
92%
bestuurlijk gebonden
0%
beleidsmatig gereserveerd
8%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 9 is 92% juridisch verplicht.
9.1 Doelmatige Rijkshuisvesting
Bijdrage aan agentschappen
RVB (bijdrage voor huisvesting Koninklijk Huis)
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling 2024 aan de bijdrage voor huisvesting van het Koninklijk huis.
RVB (bijdrage voor Hoge Colleges van Staat)
Dit betreft een saldo van diverse mutaties. De loon- en prijsbijstelling tranche 2024 is toegevoegd aan het budget. In de jaren 2024-2029 bedraagt deze gemiddeld € 1,7 mln.
Er zijn aanvullende eisen gesteld op het gebied van veiligheid, functionaliteit en instandhouding van Bezuidenhoutseweg 67 omdat dit gebouw langer wordt gebruikt dan eerder was voorzien. Verouderde technische installaties moeten bijvoorbeeld vervangen worden om aan wettelijke verplichtingen te voldoen. Ook moet op basis van onderzoek de interne veiligheid en brandveiligheid worden verbeterd. Hiervoor wordt in 2024 € 2,3 mln. en in 2025 € 5,5 mln. toegevoegd.
Net als in 2023 worden in 2024 kosten gemaakt voor de inzet van het programmabureau en het omgevingsmanagement (circa € 3,5 mln. in 2024) en de beveiligings- en leegstandskosten van het Binnenhofcomplex voor de periode tussen het vertrek van de gebruikers en het contracteren van de aannemers voor de uitvoeringswerkzaamheden (circa € 7,0 mln. in 2024). Beide kosten zijn gegeven hun aard niet activeerbaar bij het RVB en vormen geen onderdeel van het reguliere investeringsbudget bij huisvestingsprojecten.
In 2025 wordt € 0,5 mln. beschikbaar gesteld voor onderzoek naar het toekomstig gebruik van de Grafelijke Zalen en de manier waarop fietsparkeren in de pleingarage het meest efficient en effectief gerealiseerd kan worden.
In 2024 zijn geactualiseerde ontwerpen van de Tweede Kamer, Algemene Zaken, Raad van State en de Eerste Kamer opgeleverd. Daarnaast is circa 80% van de onderzoeken (archeologie, bouwkundig en asbest) afgerond. Eind 2023 zijn de eerste prijsopgaven van aannemers ontvangen voor de renovatie van de Tweede Kamer en de Kelderbak, waarvan de contractvorming in 2024 staat gepland. Op basis van deze ontwerpramingen, de onderzoeksuitkomsten en prijsopgaven is de huidige prognose dat langjarig extra middelen nodig zijn voor de huisvesting van de gebruikers van het binnenhof.
Om de contracten af te kunnen sluiten wordt in 2028 € 5,3 mln. en vanaf 2029 structureel € 63,1 mln. aan de begroting toegevoegd. Bij de voorjaarsbesluitvorming 2024 zijn alleen middelen aan de begroting toegevoegd voor zover deze daadwerkelijk tot de voorjaarsbesluitvorming 2025 nodig zijn om verplichtingen aan te kunnen gaan. Daarnaast zijn op de aanvullende post middelen gereserveerd voor verplichtingen die na deze periode worden aangegaan en voor mogelijke tegenvallers als gevolg van marktspanning. Het betreft € 3,0 mln. in 2028 en structureel 36,7 mln. vanaf 2029. In de 11e voortgangsrapportage Binnenhof renovatie wordt nadere informatie gegeven over de opbouw en oorzaken van deze tegenvaller.
Voor de tijdelijke huisvesting van de Algemene Rekenkamer wordt een beroep op de aanvullende post gedaan. Daar staan nog middelen die reeds gereserveerd waren voor de tijdelijke huisvesting. Hiermee wordt het laatste deel van € 2,5 mln. opgevraagd en met een kasschuif naar 2029 verplaatst. Daarnaast wordt middels een kasschuif € 1,4 mln. van 2024 naar 2029 verplaatst. Deze middelen worden naar de toekomst verplaatst omdat de beoogde tijdelijke locatie voor huisvesting van de Algemene Rekenkamer geen doorgang kon vinden. Er is een nieuwe locatie gevonden, maar het kasritme verschuift hierdoor in de tijd.
RVB (bijdrage voor Algemene Zaken)
Door een toename van het aantal fte's bij het ministerie van AZ is er op Bezuidenhoutseweg 73 te weinig ruimte. Daarom wordt er gebruik gemaakt van aanvullende huisvesting op Bezuidenhoutseweg 20. In de periode tot 2029 worden middelen toegevoegd voor de tijdelijke huisvesting van het ministerie van AZ. Hier is in 2024 € 0,4 mln. voor beschikbaar, en daarna € 0,55 mln. in de jaren 2025 t/m 2029. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 toegevoegd aan het budget.
RVB (bijdrage voor monumenten)
Bij jachtslot 't Oude Loo moet groot onderhoud plaatsvinden. Dit valt duurder uit door hogere prijzen in de markt en het elektrisch uitvoeren van werkzaamheden. Onder andere hiervoor worden middelen toegevoegd aan de begroting.
RVB (bijdrage voor compensatiegronden en erfpachtrechten)
Sinds 2023 kunnen de agrarische compensatiegronden van het Rijk niet alleen voor Rijksinfrastructuur en andere taken van rijkspartijen worden ingezet, maar ook voor andere beleidsdoelen die door medeoverheden worden gerealiseerd. Hierdoor is er meer vraag naar het gebruik van compensatiegronden en neemt de beschikbare voorraad af. Daarom is het gewenst ook aankopen te kunnen doen. Ook is het gewenst om aangeboden erfpachtrechten terug te kopen. De uitgaven kunnen slechts geschieden op moment dat ontvangsten gerealiseerd zijn of op korte termijn worden verwacht. Ten behoeve van deze doelen wordt jaarlijks € 5,0 mln. toegevoegd aan zowel de uitgaven als de ontvangsten.
9.2 Doelmatige Rijkshuisvesting
Bijdrage aan agentschappen
RVB
Dit betreft een saldo van diverse mutaties.
Hoofdzakelijk gaat het om budget dat wordt ingezet om illegale onderverpachting van gronden in bezit van het Rijk tegen te gaan (€ 0,5 mln.) Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 toegevoegd aan het budget van het RVB.
RVB (Zakelijke lasten)
Dit betreft de loon- en prijsbijstelling tranche 2024 voor de zakelijke lasten van het RVB.
Ontvangsten
Sinds 2023 kunnen de agrarische compensatiegronden van het Rijk niet alleen voor naast Rijksinfrastructuur en andere taken van rijkspartijen worden ingezet, maar ook voor andere beleidsdoelen die door medeoverheden worden gerealiseerd. ingezet worden. Hierdoor is er meer vraag naar het gebruik van compensatiegronden en neemt de beschikbare voorraad af. Daarom is het gewenst ook aankopen te kunnen doen. Ook is het gewenst om aangeboden erfpachtrechten terug te kopen. De uitgaven kunnen slechts geschieden op moment dat ontvangsten gerealiseerd zijn of op zeer korte termijn worden verwacht. Ten behoeve van deze doelen wordt voor de periode 2024-2029 jaarlijks € 5,0 mln. toegevoegd aan zowel de uitgaven als de ontvangsten.
Door de verkoop van de pachtboerderijen aan het RVB en de lagere erfpacht en huuropbrengsten vanwege door het ministerie van LNV vastgestelde maximale pachtprijzen nemen de ontvangsten uit ingebruikgeving af. Als gevolg hiervan wordt de raming van de ontvangsten in 2024 naar beneden bijgesteld met circa € 3,5 mln.
De ontvangsten omvatten de definitieve afrekening van 2023 van de bevoorschotting aan het RVB uit de begroting van BZK (VII). Deze middelen (circa € 19,4 mln.) worden ingezet voor diverse tegenvallers binnen dit artikel. Daarnaast zijn de ontvangsten uit bodemmaterialen in 2023 hoger uitgevallen dan geraamd. Om dit te verrekenen worden de ontvangsten in 2024 met € 6,0 mln. omhoog bijgesteld. Deze extra ontvangsten komen ten gunste van het generale beeld.
3.9 Artikel 14. Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 22 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 14 Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
106.000
0
106.000
3.000
109.000
0
0
0
0
8.000
Uitgaven
106.000
0
106.000
3.000
109.000
0
0
0
0
8.000
14.0
Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité
106.000
0
106.000
3.000
109.000
0
0
0
0
8.000
Subsidies (regelingen)
83.000
0
83.000
3.000
86.000
0
0
0
0
8.000
Maatschappelijke initiatieven
50.000
0
50.000
0
50.000
0
0
0
0
0
Bewustwording, betrokkenheid en doorwerking
25.000
0
25.000
3.000
28.000
0
0
0
0
0
Herdenkingscomité
8.000
0
8.000
0
8.000
0
0
0
0
8.000
Opdrachten
23.000
0
23.000
0
23.000
0
0
0
0
0
Bewustwording, betrokkenheid en doorwerking
23.000
0
23.000
0
23.000
0
0
0
0
0
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 23 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 14
2023
juridisch verplicht
0%
bestuurlijk gebonden
100%
beleidsmatig gereserveerd
0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 14 is 0% juridisch verplicht.
Uitgaven
Subsidies (regelingen)
Maatschappelijke initiatieven
Tijdens het vormgeven van artikel 14 was het kasritme nog niet bekend. Inmiddels heeft besluitvorming hierover plaatsgevonden en zijn middels deze kasschuif de middelen in het juiste ritme gezet.
Daarnaast vindt een overboeking plaats van circa € 33,3 mln. verdeeld over de jaren 2024 tot en met 2029 naar hoofdstuk 4 om invulling te geven aan de maatschappelijke initiatieven voor de Caribische delen van het Koninkrijk.
Bewustwording, betrokkenheid en doorwerking
Tijdens het vormgeven van artikel 14 was het kasritme nog niet bekend. Inmiddels heeft besluitvorming hierover plaatsgevonden en zijn middels deze kasschuif de middelen in het juiste ritme gezet.
Daarnaast vinden verschillende overboekingen plaats in de jaren 2024 tot en met 2029 naar verschillende begrotingen om de doorwerking van slavernijverleden te mitigeren op verschillende beleidsterreinen.
Verder wordt via de eindejaarmage € 3 mln. aan middelen toegevoegd voor het programma slavernijverleden.
Opdrachten
Bewustwording, betrokkenheid en doorwerking
Tijdens het vormgeven van artikel 14 was het kasritme nog niet bekend. Inmiddels heeft besluitvorming hierover plaatsgevonden en zijn middels deze kasschuif de middelen in het juiste ritme gezet.
Daarnaast vindt een overboeking plaats van circa € 33,3 mln. verdeeld over de jaren 2024 tot en met 2029 naar hoofdstuk 4 om invulling te geven aan de beleidsintensiveringen voor de Caribische delen van het Koninkrijk.
4 Niet-beleidsartikelen
4.1 Artikel 11. Centraal apparaat
Tabel 24 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
621.447
0
621.447
254.303
875.750
89.553
77.094
71.016
66.702
619.294
Uitgaven
622.121
0
622.121
254.303
876.424
89.553
77.094
71.016
66.702
619.294
11.1
Apparaat (excl. AIVD)
622.121
0
622.121
254.303
876.424
89.553
77.094
71.016
66.702
619.294
Personele uitgaven
325.782
0
325.782
156.422
482.204
70.413
58.787
49.643
45.890
304.403
Eigen personeel
292.158
0
292.158
90.516
382.674
70.028
58.589
49.240
45.476
283.450
Inhuur externen
28.038
0
28.038
64.306
92.344
354
167
382
388
16.043
Overige personele uitgaven
5.586
0
5.586
1.600
7.186
31
31
21
26
4.910
Materiële uitgaven
296.137
0
296.137
97.471
393.608
19.128
18.295
21.361
20.800
314.678
Bijdrage SSO's
282.231
0
282.231
71.113
353.344
15.801
15.188
17.445
17.370
295.817
ICT
1.381
0
1.381
16.920
18.301
32
29
26
26
1.407
Overige materiële uitgaven
12.525
0
12.525
9.438
21.963
3.295
3.078
3.890
3.404
17.454
Bijdrage aan agentschappen
202
0
202
410
612
12
12
12
12
213
Diverse bijdragen
202
0
202
410
612
12
12
12
12
213
Ontvangsten
21.120
0
21.120
150.752
171.872
0
0
0
0
21.120
Toelichting
Personele uitgaven
Eigen personeel
Het gaat hier om diverse mutaties, voornamelijk:
De stand van de uitgavenbudgetten voor het tariefgefinancierde deel van Doc-Direkt, OBF en RIS worden op het juiste niveau gebracht. Daarnaast worden er middelen beschikbaar gesteld voor de doorontwikkeling van Doc-Direkt naar een rijksorganisatie voor de Informatiehuishouding.
In het programma Beter Samen Werken (BSW) werken FIN, SZW, VWS en BZK samen om te komen tot een voor Rijkambtenaren duidelijkere en betere ondersteuning van het werkproces van de informatiehuishouding en informatievoorziening, voornamelijk met betrekking tot de Wet Open Overheid. Voor 2024 wordt er € 16,2 mln. aan middelen beschikbaar gesteld. Via een kasschuif wordt € 12,4 mln. van 2024 naar de jaren 2025 (€ 6,2 mln.) en 2026 (€ 6,2 mln.) geschoven om zo de middelen in het juiste kasritme te zetten.
Via een kasschuif worden middelen voor de extra interne capaciteit om aan de versnellingstafels bij te dragen in het juiste ritme te zetten.
Er vindt een reallocatie plaats van artikel 6.2 opdrachten overheidsdienstverlening ten behoeve van het realiseren van beleidsambities met het oog op ontwikkelingen in relatie tot generatieve AI.
De loon- en prijsbijstelling tranche 2024 is verwerkt. Het gaat om € 27,0 mln. voor 2024 aflopend naar € 21,7 mln. in 2029.
Inhuur externen
Het gaat hier om diverse mutaties, voornamelijk:
De stand van de uitgavenbudgetten voor het tariefgefinancierde deel van Doc-Direkt, OBF en RIS worden op het juiste niveau gebracht.
Er vindt een reallocatie plaats van beleidsartikel 5 naar externe inhuur vanwege de inwerkingtreding van de Omgevingswet om zo op het juiste instrument te kunnen verantwoorden. Hiermee worden bevoegd gezag ondersteund in hun implementatieopgave door onder andere de inzet van Regionale Invoeringsondersteuningscoaches (RIO's).
Er vindt een reallocatie plaats van beleidsartikel 3 naar externe inhuur om de uitgaven voor het opzetten, ondersteunen en aanjagen van een nieuwe werkwijze rondom capaciteit en uitvoeringskracht woningbouw op het juiste instrument te verantwoorden.
De loon- en prijsbijstelling tranche 2024 isverwerkt. Het gaat om € 7,3 mln. voor 2024 aflopend naar € 0,9 mln. in 2029.
Materiële uitgaven
Bijdrage SSO's
Het gaat hier om diverse mutaties, voornamelijk:
De stand van de uitgavenbudgetten voor het tariefgefinancierde deel van Doc-Direkt, OBF en RIS worden op het juiste niveau gebracht.
De raming van de kosten van de dienstverlening van baten-lastenagentschappen die via het kerndepartement lopen voor de dienstverleningsovereenkomsten (DVA's) wordt bijsteld.
De loon- en prijsbijstelling tranche 2024 is verwerkt. Het gaat om € 13,5 mln. voor 2024 oplopend naar € 14,3 mln. in 2029.
ICT
De stand van de uitgavenbudgetten voor het tariefgefinancierde deel van Doc-Direkt, OBF en RIS worden op het juiste niveau. Daarnaast worden er middelen beschikbaar gesteld voor de doorontwikkeling van Doc-Direkt.
Overige materiële uitgaven
De stand van de uitgavenbudgetten voor het tariefgefinancierde deel van Doc-Direkt, OBF en RIS worden op het juiste niveau gebracht.
De loon- en prijsbijstelling tranche 2024 is verwerkt. Het gaat om € 2,1 mln. voor 2024 oplopend naar € 2,8 mln. in 2029.
Ontvangsten
Dit betreft voornamelijk tariefgefinancierde dienstverlening van OBF, RIS en Doc-Direkt. De stand van de ontvangstenbudgetten wordt voor het tariefgefinancierde deel van deze organisaties op het juiste niveau gebracht.
Daarnaast zijn er meerontvangsten van de dienstverlening van de baten-lasten agentschappen die via het kerndepartement lopen voor de dienstverleningsovereenkomsten (DVA's). Middels een desaldering worden de geraamde kosten verhoogd. Zie ook de toelichting bij het instrument bijdrage SSO's.
4.2 Artikel 12. Algemeen
Tabel 25 Algemeen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
199.573
0
199.573
‒ 103.713
95.860
25.723
40.218
49.010
40.208
12.462
Uitgaven
199.823
0
199.823
‒ 103.713
96.110
25.723
40.218
49.010
40.208
12.462
12.0
Algemeen
199.823
0
199.823
‒ 103.713
96.110
25.723
40.218
49.010
40.208
12.462
Subsidies (regelingen)
796
0
796
641
1.437
163
163
161
161
584
Diverse subsidies
737
0
737
641
1.378
163
163
161
161
525
Koninklijk Paleis Amsterdam
59
0
59
0
59
0
0
0
0
59
Opdrachten
635
0
635
94
729
17
15
14
13
733
(Inter)nationale samenwerking
193
0
193
6
199
6
5
5
5
282
Diverse opdrachten
442
0
442
88
530
11
10
9
8
451
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
116
0
116
20
136
0
0
0
0
116
Diverse bijdragen
15
0
15
20
35
0
0
0
0
15
POK - BZK transparant
101
0
101
0
101
0
0
0
0
101
Bijdrage aan medeoverheden
175.800
0
175.800
‒ 140.000
35.800
20.000
40.000
40.000
40.000
0
Kwijtschelden publieke schulden
160.000
0
160.000
‒ 140.000
20.000
20.000
40.000
40.000
40.000
0
Schuldregeling ex-partners
15.800
0
15.800
0
15.800
0
0
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
12.748
0
12.748
6.175
18.923
5.543
40
8.835
34
1.301
Eigenaarsbijdrage
11.482
0
11.482
5.771
17.253
5.500
0
8.800
0
0
POK - BZK transparant
1.257
0
1.257
404
1.661
43
40
35
34
1.292
Diverse bijdragen
9
0
9
0
9
0
0
0
0
9
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
9.728
0
9.728
29.357
39.085
0
0
0
0
9.728
Financiën (IXB)
9.728
0
9.728
29.357
39.085
0
0
0
0
9.728
Ontvangsten
0
0
0
31.300
31.300
0
0
0
0
0
Toelichting
Bijdrage aan medeoverheden
Kwijtschelden publieke schulden
Voor het kwijtschelden van publieke schulden door medeoverheden, in verband met de gevolgen van de kinderopvangtoeslag affaire, is door het kabinet € 230 mln. beschikbaar gesteld. Met de medeoverheden is afgesproken dat compensatie van de uitgaven en de derving van inkomsten plaats vindt op basis van nacalculatie (werkelijke kosten). Voor 2024 bedraagt het budget € 160 mln. Op basis van de realisatie van 2023 (€ 20 mln.) is een lager bedrag per jaar realistisch. Daarom wordt € 140 mln. van beschikbare budget van 2024 door middel van een kasschuif verspreid over de jaren 2025 tot en met 2028.
Bijdrage aan agentschappen
Eigenaarsbijdrage
Dit betreft een aantal mutaties:
Vervanging HR-IT systemen O&P Rijk
De HR-IT systemen van het agentschap O&P Rijk worden de komende jaren vervangen, waarbij de grootste kosten in 2027 worden voorzien. Vanuit het in 2024 af te romen surplus eigen vermogen van O&P Rijk wordt deze bijdrage (€ 8,8 mln.) beschikbaar gesteld.
Transformatie SSC-ICT
Dit betreffen kosten voor een meerjarig doorontwikkeltraject van SSC-ICT met het doel de interne organisatie beter te laten functioneren tegen het gewenste kwaliteitsniveau én op het juiste beveiligingsniveau. Met de inzet van het af te romen surplus eigen vermogen in 2024 kan € 2 mln. aan kosten in 2024 gedekt worden en wordt er € 5 mln. beschikbaar gesteld voor de transformatie in 2025.
Hybride werken
In de Rijkspanden worden door FMHaaglanden gerichte aanpassingen doorgevoerd in het kader van het hybride werken. Door middel van de inzet van de eindejaarsmarge wordt een deel van de kosten binnen BZK opgelost. De resterende kosten zullen conform afspraak bij de afnemende departementen in rekening worden gebracht.
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Financiën (IXB)
Dit betreft de opgelegde voorlopige aanslag 2024 en de actualisatie van de te betalen vennootschapsbelasting 2023 over de generale ontvangsten voor de veiling van locaties voor benzinestations langs Rijkswegen en bodemwinning.
Ontvangsten
De ontvangsten hebben betrekking op de afroming van de surplussen van het eigen vermogen van het RVB (€ 11,8 mln.). Dit wordt ingezet om problematiek bij beleidsartikel 9 op te lossen. Ook betreft het de afroming van de surplussen bij SSC-ICT (€ 10,7 mln.) ten behoeve van transformatie SSC-ICT en doorontwikkeling Doc Dirkt naar een SSO IHH. Verder betreft het afroming van de surplus O&P van (€ 8,8 mln.) ten behoeve van de vervanging van de HR IT-systemen van O&P Rijk.
4.3 Artikel 13. Nog onverdeeld
Tabel 26 Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
0
0
0
2.226
2.226
2.203
1.781
1.452
1.394
1.415
Uitgaven
0
0
0
2.226
2.226
2.203
1.781
1.452
1.394
1.415
13.0
Nog onverdeeld
0
0
0
2.226
2.226
2.203
1.781
1.452
1.394
1.415
Nog te verdelen
0
0
0
2.226
2.226
2.203
1.781
1.452
1.394
1.415
Prijsbijstelling
0
0
0
2.226
2.226
2.203
1.781
1.452
1.394
1.415
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Toelichting
Nog te verdelen
Prijsbijstelling
Dit betreft de restant van prijsbijstelling tranche 2024 na doorverdeling naar andere artikelen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.