Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kröger over het bericht dat de Amerikaanse regering een pauze heeft afgekondigd van de uitbouw van verdere LNG-fabrieken
Vragen van het lid Kröger (GroenLinks-PvdA) aan de Minister voor Klimaat en Energie over het bericht dat de Amerikaanse regering een pauze heeft afgekondigd van de uitbouw van verdere LNG-fabrieken (ingezonden 2 februari 2024).
Antwoord van Minister Jetten (Klimaat en Energie) (ontvangen 21 maart 2024). Zie ook
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1029.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat de Amerikaanse regering een pauze heeft afgekondigd
van de uitbouw van verdere LNG-fabrieken?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u er ook mee bekend dat één van de redenen die regering Biden-Harris aandraagt
is dat de milieu-impactanalyses die het ministerie gebruikt om vergunningen te beoordelen,
verouderd zijn en dat er in de leveringsketen van LNG veel meer methaan weglekt dan
voorheen werd gedacht?2, 3
Antwoord 2
De regering Biden-Harris noemt meerdere redenen voor haar besluit en het verouderde
model van de milieu-impactanalyse is daar inderdaad één van. Dit model dateert uit
2014 en is voor het laatst in 2019 geactualiseerd. Hierbij kan worden opgemerkt dat
ook in de VS het terugdringen van methaanemissies de nodige aandacht krijgt. De regering
Biden-Harris heeft in 2022 haar hernieuwde Methane Emissions Reduction Plan4 vastgesteld en in december 2023 gerapporteerd over de voortgang.
Vraag 3 en 4
Bent u het ermee eens dat we zeer voorzichtig moeten omgaan met het bouwen van nieuwe
LNG-infrastructuur, vanwege de grote impact van methaan in de leveringsketen?
Houdt de Nederlandse vergunningverlening voor de aanleg van nieuwe LNG-infrastructuur
rekening met deze nieuwe inzichten?
Antwoord 3 en 4
Ja, ik ben het ermee eens dat we zeer voorzichtig moeten omgaan met het bouwen van
nieuwe LNG-infrastructuur, vanwege de grote impact van methaan op het klimaat. Daarom
heeft Nederland ingestemd met de Europese methaanverordening waarover op 15 november
2023 een voorlopig akkoord is bereikt. De definitieve tekst zal naar verwachting binnen
enkele maanden gepubliceerd worden. Deze verordening heeft als doel de methaanemissies
die vrijkomen bij het winnen van olie, aardgas en kolen dan wel bij de distributie,
transport en behandeling van aardgas te reduceren. Partijen die zich bezighouden met
de hierboven genoemde activiteiten moeten methaanemissies gaan traceren, rapporteren
en zoveel mogelijk mitigeren. LNG-infrastructuur (zoals terminals) valt dus ook onder
de reikwijdte van de nieuwe verordening. Ook zullen er in de toekomst eisen worden
gesteld ten aanzien van methaanemissies van geïmporteerde fossiele brandstoffen, waaronder
LNG.
Via de afspraken van de verordening geeft Nederland o.a. invulling aan de Methaan
Belofte (Global Methane Pledge)5 die op mondiaal niveau met vele partnerlanden, waaronder de VS op 2 november 2021
overeen is gekomen. Dit initiatief streeft ernaar de uitstoot van methaan terug te
dringen met 30% in 2030 ten opzichte van 2020.
Tevens heeft het Ministerie van EZK in 2019 een convenant afgesloten met de offshore
sector om de methaanemissies in Nederland ten gevolge van de productie van olie en
gas voor het einde van 2021 te reduceren met minimaal 50% ten opzichte van 2017. Inmiddels
is een reductie van 70% gerealiseerd.
Vraag 5
Een andere reden die regering Biden-Harris aandraagt is gezondheid en de impact die
nieuwe LNG-exportfabrieken zouden hebben op «frontline communities» die gebukt gaan
onder bovenmatige luchtvervuiling; in hoeverre neemt u de impact van LNG-productie
op omwonenden mee in het al dan niet toestaan van nieuwe LNG-importterminals?6
Antwoord 5
Dit is niet aan de orde in Nederland, aangezien er geen sprake is van LNG-productie
in Nederland. Nieuwe LNG-importterminals dienen te voldoen aan de bestaande milieunormeringen.
Wat betreft de herkomst van LNG staat het marktpartijen in principe vrij om contracten
af te sluiten met LNG-producenten die zij geschikt achten. Uiteraard dienen de marktpartijen
zich hierbij aan de geldende wet- en regelgeving te houden, waaronder ook op het gebied
van milieu en de bepalingen die de methaanverordening zal stellen aan methaanemissies
van geïmporteerde ruwe olie, aardgas en kolen die in de Unie in de handel worden gebracht.
Vraag 6
Kunt u aanvullend onderzoek doen om uit te sluiten dat er gezondheidsschade bij omwonenden
plaatsvindt bij het bouwen van nieuwe LNG-infrastructuur?
Antwoord 6
Bij nieuwe (LNG-)infrastructuurprojecten dienen alle wettelijk voorgeschreven milieuonderzoeken
uitgevoerd te worden. Hierbij wordt o.a. onderzoek gedaan naar de effecten op ruimtegebruik,
luchtkwaliteit, geluidsoverlast, flora, fauna, water, bodem en omwonenden en hoe deze
impact beperkt kan worden. Daarmee heeft het milieu een volwaardige plaats in de besluitvormingsprocedure;
de benodigde vergunningen worden namelijk alleen afgegeven indien de onderzoeken aantonen
dat aan alle wet- en regelgeving is voldaan. De bestaande procedure acht ik voldoende
grondig om de milieu- en gezondheidseffecten als gevolg van de bouw en het gebruik
van nieuwe LNG-terminals in kaart te brengen. Ik acht aanvullend onderzoek daarom
niet nodig.
Vraag 7
Bent u bereid om – net als de regering Biden-Harris heeft gedaan – een pauze af te
kondigen op de uitbouw van LNG infrastructuur in Nederland, en deze tijd te gebruiken
om nieuwe maatstaven te ontwikkelen rondom de gezondheidsimpact en klimaatimpact van
LNG, en hierin de nieuwe onderzoeken over methaanlekkages mee te nemen?
Antwoord 7
Er is geen sprake van LNG-productie in Nederland, zoals toegelicht in vraag 5. LNG-infrastructuur
in Nederland voor import en het vergassen van LNG dient te voldoen aan de bestaande
milieunormering. Voor te ontwikkelen LNG-installaties acht ik de bestaande procedure
om milieueffecten te onderzoeken voldoende (zie antwoord op vraag 6) en zie ik geen
noodzaak om een pauze aan te kondigen voor uitbreiding van de LNG-infrastructuur.
Daarnaast wijs ik op het advies van Gasunie Transport Services (GTS) van 31 januari
jl., dat op 9 februari jl. aan uw Kamer is gezonden (Kamerstuk 33 529, nr. 1211). Daarin geeft GTS aan dat er in het scenario van een koude winter de komende jaren
te weinig importcapaciteit is om de gasopslagen tot 90% te vullen, conform de Kabinetsambitie
en ook conform advies van GTS. Het zorgdragen voor voldoende LNG-importcapaciteit
blijft daarom de komende jaren nog een punt van aandacht. Zie verder mijn antwoord
op vraag 9, 10 en 11.
Vraag 8
Kunt u inzichtelijk maken hoeveel LNG capaciteit er nu is, hoeveel in aanbouw is,
en welke uitbouwplannen er nu liggen?
Antwoord 8
De totale LNG-importcapaciteit in Nederland van EET en GATE samen is op dit moment
24 miljard kubieke meter per jaar. In de toekomst breidt de GATE terminal verder uit
van 16 naar 20 miljard kubieke meter per jaar. De planning is dat deze extra capaciteit
vanaf 1 oktober 2026 in gebruik wordt genomen. Ook de EemsEnergy Terminal (EET) breidt
eind dit jaar uit van 8 naar 9 miljard kubieke meter per jaar. Daarna streeft EET
naar een uitbreiding richting de 10 miljard kubieke meter per jaar door een verdere
optimalisatie. De EET-terminal is een tijdelijke terminal en op dit moment is de looptijd
tot najaar 2027. Daarnaast voeren twee initiatiefnemers een haalbaarheidsstudie uit
voor het realiseren van een nieuwe LNG-terminal. Voor alle initiatieven geldt dat
ik inzet op zo spoedig mogelijk hergebruik van de infrastructuur voor duurzame toepassingen,
zoals het importeren van waterstofdragers of -derivaten.
Vraag 9, 10 en 11
Hoe verhoudt deze uitbouw zich tot de klimaatdoelen die Nederland gesteld heeft?
Hoe past het bouwen van een mogelijke nieuwe LNG terminal in Vlissingen binnen de
afbouwpaden van het Nationaal Plan Energiesysteem?
Mocht de terminal in Vlissingen doorgaan, wat is de maximale termijn waarop deze operationeel
mag zijn?
Antwoord 9, 10 en 11
Ik wil benadrukken dat de Nederlandse en Europese Klimaatdoelen onverkort gelden en
staan. In de afgelopen jaren is het gasverbruik in Nederland aanzienlijk afgenomen
tot circa 30 miljard kubieke meter in 2023 (CBS). Desalniettemin hebben we wel LNG-volumes
en de daarbij behorende infrastructuur nodig om de weggevallen gasvolumes via pijpleidingen
uit Rusland te kunnen opvangen.
Het tempo van de afbouw van fossiele energiedragers wordt mede bepaald door het tempo
van de ombouw en de betaalbaarheid van duurzame alternatieven, het beleid op inzet
van fossiele energiedragers als grondstof en internationale afspraken over emissiereductie
in zee- en luchtvaart en daarvan afgeleid het gebruik van fossiele brandstoffen voor
die toepassingen. U ontvangt de Energienota in oktober. Hierin zal ik verder ingaan
op de verwachte en beoogde vermindering van het gebruik van fossiele energiedragers,
zoals aardgas.
Wat betreft het bouwen van nieuwe LNG-infrastructuur geldt dat in de komende jaren
waarschijnlijk nog sprake is van een tekort aan importcapaciteit in het scenario van
een koude winter. GTS adviseert om extra importcapaciteit voor LNG te organiseren.
Dit is nader toegelicht in de Kamerbrief van 9 januari jl. waarmee het advies van
GTS van 31 januari jl. aan uw Kamer is gezonden (Kamerstuk 33 529, nr. 1211). Gelet op dit advies blijft voldoende LNG-importcapaciteit belangrijk in het belang
van leveringszekerheid en betaalbaarheid van gas. Hierbij zijn zowel de maximale benutting
van bestaande LNG-infrastructuur en de haalbaarheidsstudies naar nieuwe initiatieven
belangrijk. Wat betreft de bouw van nieuwe LNG-faciliteiten wil ik opnieuw benadrukken
dat bij eventuele nieuwe investeringen de inzet is om de infrastructuur zo spoedig
mogelijk te hergebruiken voor duurzame toepassingen in de toekomst. Dit vergemakkelijkt
de overstap naar het importeren van duurzame energiedragers in de toekomst.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.