Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Erkens over het bericht “GTS adviseert over gasleveringszekerheid 2024-2025: krapte op de gasmarkt houdt aan”
Vragen van het lid Erkens (VVD) aan de Minister voor Klimaat en Energie over het bericht «GTS adviseert over gasleveringszekerheid 2024–2025: krapte op de gasmarkt houdt aan» (ingezonden 15 februari 2024).
Antwoord van Minister Jetten (Klimaat en Energie) (ontvangen 13 maart 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «GTS adviseert over gasleveringszekerheid 2024–2025:
krapte op de gasmarkt houdt aan»?1
Antwoord 1
Ja. Dit betreft de jaarlijkse raming van Gasunie Transport Services (GTS). Deze is
op 9 februari 2024 door de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat met uw
Kamer gedeeld (Kamerstukken 33 529, nr. 1211).
Vraag 2 en 4
Welke concrete maatregelen gaat u nemen om het verwachte capaciteitstekort van 10
GW voor 2024 aan te pakken, vooral tijdens periodes van hoge piekvraag?
Hoe gaat u om met de aanbeveling van Gasunie Transport Services (GTS) om bij een capaciteitstekort
maatregelen aan de vraagkant te nemen? Zijn er plannen voor het stimuleren van energiebesparing
of het bevorderen van flexibiliteit in het gasverbruik?
Antwoord 2 en 4
De raming van GTS laat zien dat, bij gelijkblijvende omstandigheden wat betreft import
en export van gas, sprake is van een substantiële verbetering in gasjaar 2024–2025
ten opzichte van het huidige gasjaar. Hoewel de kans zeer klein is dat de door GTS
geschetste tekorten zich volgend jaar voordoen, zouden de economische en maatschappelijke
gevolgen groot zijn. De door GTS geschetste risico’s (het resterende risico op een
capaciteits- of volumetekort na sluiting van het Groningenveld) zijn dus reden voor
het kabinet om waakzaam te blijven en zich te blijven inzetten om tekorten te voorkomen.
Dit doet het kabinet onder andere door de maatregelen waarover uw Kamer in de reguliere
Kamerbrieven met een update over de gasleveringszekerheid wordt geïnformeerd (zoals
energiebesparing, vulmaatregelen en LNG). Daarnaast wordt uw Kamer per separate brief
door de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat geïnformeerd over de analyse
die is gedaan welke aanvullende maatregelen nodig en mogelijk zijn om dit resterende
risico op een capaciteits- of volumetekort te mitigeren.
Vraag 3
Welke stappen worden genomen om ervoor te zorgen dat de gasvoorraden in de bergingen
voldoende worden aangevuld gedurende de zomer, met name na een koude winter.
Antwoord 3
Het kabinet heeft in de visie gasopslag (Kamerstukken 29 023 nr. 442) op een rij gezet wat het beleid is de komende jaren om te borgen dat de gasopslagen
goed gevuld worden. Het kabinet heeft in die visie aangegeven te kiezen voor een actievere
rol van de overheid – aanvullend op de markt. Gasopslagen worden momenteel met name
gevuld door marktpartijen (GasTerra in Norg, Grijpskerk en Alkmaar; en diverse marktpartijen,
waaronder EBN, in Bergermeer). Zij doen dit zolang dit commercieel interessant is.
Op dit moment zien we dat de gasopslagen goed gevuld worden. Oftewel: in normale omstandigheden
leidt de werking van de markt tot de gewenste uitkomst.
In lijn met deze visie, heeft het kabinet voor komend vulseizoen (2024) EBN wederom
de taak gegeven om tot 20 TWh aan gas in Bergermeer op te slaan, voor zover marktpartijen
dat niet doen. Een deel van dit gas kan EBN in de gasopslag houden door «door te rollen»:
op dagen dat de gasvraag laag is, kan EBN aan de aangegane verkooptransacties voldoen
door nieuw gas in de markt aan te kopen en het gas dat al in de opslag zit, te laten
zitten.
Inmiddels is het in de visie aangekondigde onderzoek naar vulverplichtingen en andere
vulmaatregelen gereed. Uw Kamer wordt hierover in de volgende Kamerbrief met een update
gasleveringszekerheid geïnformeerd (eind maart). Dit onderzoek is waardevolle input
voor het wetsvoorstel gasleveringszekerheid, waarmee structurele vulmaatregelen wettelijk
kunnen worden vastgelegd. Uw Kamer wordt over dit wetsvoorstel in de volgende update
gasleveringszekerheid geïnformeerd. Inzet is dat dit wetsvoorstel in april in internetconsultatie
gaat.
Vraag 5
Op welke termijn zal u extra gasaanbod creëren om het voorspelde volumetekort op te
lossen? Overweegt u uitbreiding of behoud van bestaande LNG-terminals, of het opzetten
van nieuwe LNG-terminals?
Antwoord 5
In de Kamerbrief van 9 februari 2024 (Kamerstukken 33 529, nr. 1211) is toegelicht dat GTS in de raming constateert dat in het scenario van een koude
winter er de komende gasjaren te weinig importcapaciteit is om voldoende gas te importeren
om na zo’n winter de gasopslagen in de zomer tot 90% te kunnen vullen. Gelet op dit
advies blijft voldoende importcapaciteit, waarvan LNG-importcapaciteit een zeer belangrijk
onderdeel is, een punt van aandacht. Het kabinet blijft zich inzetten voor voldoende
LNG-importcapaciteit.
Hetzelfde geldt voor de aanvoer van LNG via deze importfaciliteiten, die nog geruime
tijd cruciaal zal zijn voor het borgen van de gasleveringszekerheid. Ik blijf daarom
met de betrokken stakeholders in gesprek over de mogelijkheden voor de optimale benutting
van bestaande en reeds geplande LNG-infrastructuur en daarnaast ook over de lopende
haalbaarheidsstudies wat betreft de nieuwe initiatieven (zie tevens mijn beantwoording
op de vragen die gesteld zijn in het schriftelijk overleg van 26 februari 2024 met
betrekking tot de Energieraad van 4 maart 2024, Kamerstuk 21501–33, nr. 1058).
Wat betreft de reeds geplande uitbreidingen van de LNG-infrastructuur werkt GATE momenteel
aan een extra tank, zodat in het najaar 2026 de importcapaciteit van GATE vergroot
wordt van 16 naar 20 bcm per jaar. Daarnaast verwacht de EemsEnergy Terminal (hierna:
EET) eind dit jaar haar importcapaciteit te hebben uitgebreid van 8 naar 9 bcm per
jaar. Daarna streeft EET naar een uitbreiding richting de 10 bcm per jaar door een
verdere optimalisatie van een aantal operationele processen. Ik wil daarbij opnieuw
benadrukken dat bij eventuele nieuwe investeringen rekening gehouden moet worden met
hergebruik van infrastructuur voor duurzame toepassingen in de toekomst.
Vraag 6
Welke rol ziet u voor zichzelf bij het stimuleren van innovatie en technologische
ontwikkelingen om gasleveringszekerheid op lange termijn te waarborgen?
Antwoord 6
De gasleveringszekerheid is primair gebaat bij een zo spoedig mogelijke afbouw van
de vraag door besparing, efficiëntie en de energietransitie. Binnen deze context is
het energie-innovatie instrumentarium gericht op het ondersteunen van onderzoek, ontwikkeling
en demonstratie van technieken voor het behalen van een klimaat-neutrale en circulaire
samenleving in 2050. Binnen de DEI+ regeling worden bijvoorbeeld pilot- en demonstratieprojecten
ondersteund gericht op onder andere energiebesparing. Daarnaast stimuleren wij in
deze regeling ook innovaties met betrekking tot energie-efficiëntie en alternatieven
voor aardgas, zoals groen gas en waterstof.
Vraag 7
Hoe zal u samenwerken met andere Europese landen en internationale organisaties om
gezamenlijke oplossingen te vinden voor de uitdagingen op het gebied van gasleveringszekerheid
de komende jaren?
Antwoord 7
Het borgen van de gasleveringszekerheid staat hoog op de agenda van dit kabinet en
de EU. Zo spreken EU-lidstaten en de Europese Commissie op zeer regelmatige basis
over leveringszekerheid in de Gas Coordination Group. Ook is het onderwerp op de afgelopen
Energieraad (4 maart 2024) besproken.
In EU-verband zijn en worden reeds diverse maatregelen getroffen om de gasleveringszekerheid
te borgen. Zo zijn er diverse (nood)verordeningen vastgesteld en is er inmiddels een
reeks succesvolle tenders gehouden in het kader van de Europese vraagbundeling via
het EU-platform AggregateEU. De Europese Commissie laat weten dat Nederlandse bedrijven
een van de grootste aandelen hebben in de volumes die via dit platform aan elkaar
zijn gekoppeld (koper aan verkoper). Dit platform wordt in het decarbonisatiepakket
opgenomen, waardoor dit een permanent karakter krijgt (Kamerstuk 21 501-33, nr. 1049).
Het kabinet spreekt zeer regelmatig, zowel in EU-verband als bilateraal, met regeringen
en andere belangrijke partners, bijvoorbeeld onlangs tijdens de IEA-ministeriële bijeenkomst,
waarbij onder andere is gesproken met de regering van Noorwegen. Ik zal op dit onderwerp
nader ingaan zowel in mijn volgende update gasleveringszekerheid als in een separate
brief die ik later dit voorjaar zal sturen over energiediplomatie.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.