Verslag van een bijeenkomst : Verslag van de plenaire conferentie van commissies voor Europese aangelegenheden van de parlementen van de Europese Unie, gehouden in Madrid, Spanje van 26 november tot en met 28 november 2023
22 660 Conferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de parlementen van de lidstaten van de EU en van een delegatie uit het Europees Parlement
BQ/ Nr. 88
VERSLAG
Vastgesteld 28 februari 2024
Van zondag 26 november tot en met dinsdag 28 november 2023 vond in Madrid, Spanje,
de plenaire conferentie van commissies voor Europese aangelegenheden van de parlementen
van de Europese Unie, hierna aangeduid als de plenaire COSAC, plaats. Naast de genoemde
delegaties namen ook delegaties van de nationale parlementen van de kandidaat-lidstaten
van de Europese Unie deel als waarnemer, evenals delegaties van de Raad van de Europese
Unie en van de Europese Commissie.
De Nederlandse delegatie naar deze conferentie bestond voor de Eerste Kamer uit Bastiaan
van Apeldoorn (SP), voorzitter van de commissie voor Europese Zaken, Pim Walenkamp
(BBB), commissielid, en voor de Tweede Kamer Raoul Boucke (D66), ondervoorzitter van
de commissie Europese Zaken, en Stieneke van der Graaf (CU), commissielid. De ambtelijke
ondersteuning bestond uit Van den Driessche (Eerste Kamer) en Hessing-Puts en Mak
(beiden Tweede Kamer).
De delegatie brengt als volgt verslag uit1:
1. En marge van de conferentie
Voorafgaand aan de conferentie heeft de delegatie op zondag 26 november 2023 een technische
briefing gekregen, verzorgd door de Nederlandse ambassade te Madrid. Met name is gesproken
over het politieke landschap in Spanje, de relaties met Nederland en het Spaanse EU-Voorzitterschap.
In de marge van de bijeenkomst heeft het lid Van der Graaf, in haar hoedanigheid van rapporteur rechtsstatelijke ontwikkelingen in de EU, tijdens
de lunch op de eerste dag gesproken met een aantal vertegenwoordigers van nationale
parlementen. Zij heeft de commissie Europese Zaken van de Tweede Kamer hier afzonderlijk
over geïnformeerd.
2. Plenaire COSAC
De heer José Ignacio Landaluce, medevoorzitter van de Spaanse delegatie van het parlement
bij COSAC, opende de vergadering. Hij verwelkomde de delegaties en introduceerde de
onderwerpen die voor de sessies op de agenda stonden.
De Voorzitter van de Spaanse Senaat, de heer Pedro Rollán Ojeda, vervolgde met een
inleidende speech. Hij bracht in herinnering dat het idee van een COSAC-vergadering
geïnitieerd was in Madrid in 1989 en zag de evolutie die dit forum in de afgelopen
30 jaar had doorgemaakt. De Voorzitter onderstreepte vervolgens de uitdagingen waarvoor
de EU momenteel staat, waaronder het gezamenlijk vinden van oplossingen voor migratie
en de geopolitieke onrust aan de grenzen van Europa. Hij sloot zijn interventie af
met de hoop dat Europeanen in deze tijden gezamenlijk konden werken aan oplossingen
voor de uitdagingen, indachtig ook de Europese waarden waarvoor de EU staat.
Susana Sumelzo Jordán, lid van de Spaanse Kamer van Volksvertegenwoordigers en medevoorzitter
van de Spaanse delegatie bij COSAC, zat vervolgens het agendapunt over procedurele
zaken voor. De voorzitter bracht de besluiten van de troika onder de aandacht, waaronder
de voordracht van een nieuw permanent lid van het COSAC-secretariaat voor 2024–2025,
de heer Jakob Sjövall van de Zweedse Riksdag. De agenda van de vergadering werd vervolgens
vastgesteld, waarbij op verzoek van de Maltese delegatie het onderwerp over de situatie
in het Midden-Oosten werd toegevoegd aan de sessie over de prioriteiten van het Spaanse
EU-Voorzitterschap. Vervolgens werden de resultaten voor het 40ste COSAC-rapport toegelicht door het permanent lid van het COSAC-secretariaat, de heer
Dias Pinhiero.
Tot slot werden alle ingekomen brieven vermeld.
3. Sessies
Sessie I: Het Spaanse voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie
De eerste sessie werd ingeleid door de Spaanse Minister van Buitenlandse Zaken, Europese
Unie en Samenwerking de heer José Manuel Albares Bueno (per videoboodschap). Hij benoemde
de voortgang die de afgelopen maanden was bereikt op het vlak van verschillende onderwerpen,
zoals de Open Strategische Autonomie, het Asiel- en Migratiepact en de vele milieudossiers.
Ook toonde hij zich tevreden over de top van de EU met leiders van de gemeenschap
van Latijns-Amerikaanse en Caribische Staten(Celac) die in juli 2023, voor het eerst
sinds 8 jaar, bijeen waren gekomen in Brussel. Tot slot benadrukte hij dat het voorzitterschap
zich had ingezet om de eenheid binnen de EU te versterken, aandacht te vragen voor
sociale gerechtigheid en het beleid dichter bij de burgers te brengen.
Verschillende afgevaardigden spraken vervolgens hun waardering uit voor het Spaanse
voorzitterschap dat, ondanks interne politieke onrust en gewapende conflicten in onder
meer Oekraïne en Gaza, veel lastige dossiers tot een succesvol einde of een stuk verder
heeft gebracht. Tevens werd aandacht gevraagd voor de uitdaging van mogelijke EU-uitbreiding
in een nieuwe geopolitiek realiteit, en wat dat zou betekenen voor de interne werkwijze.
De Spaanse Staatssecretaris van Europese Zaken, de heer Pascal Navarro, gaf vervolgens
een antwoord op alle gestelde vragen en opmerkingen. Hij toonde zich daarbij hoopvol
dat het Asiel- en Migratiepact onder Spaans voorzitterschap afgerond zou kunnen worden.
Tevens sprak hij zich uit voor diplomatieke stappen om te komen tot een vreedzame
en duurzame oplossing voor het conflict in Israël.
Sessie II: Het Asiel- en Migratiepact van de EU
Deze sessie ving aan met een toespraak van de Spaanse Minister van Binnenlandse Zaken,
de heer Fernando Grande-Marlaska Gómez. Hij gaf aan dat het aantreden van een nieuw
kabinet in de week voorafgaand aan deze plenaire COSAC en het feit dat het Spaanse
Voorzitterschap het laatste volledige voorzitterschap is voor de Europese verkiezingen
extra druk heeft gelegd op het afronden van lopende onderhandelingen, onder andere
op migratie. Het aannemen van het asiel- en migratiepact is een prioriteit van het
Spaanse Voorzitterschap. De heer Fernando Grande-Marlaska Gómez gaf een toelichting
op de totstandkoming van dit pact tijdens de afgelopen 8 jaar. Het is de bedoeling
van het Spaanse Voorzitterschap een finale overeenkomst te bereiken in december 2023.
De technische uitwerking kan dan worden gedaan onder het inkomende Belgisch Voorzitterschap.
Tweede spreker in deze sessie was de EU-commissaris voor Binnenlandse Zaken, mevrouw
Ylva Johansson. Zij onderschreef de inbreng van de vorige spreker en voegde daar nog
een en ander aan toe. Zij benoemde het creëren van legale routes en mogelijkheden
voor migratie om naar de EU te komen. Ook benadrukte zij het belang van het bestrijden
van mensensmokkel. Verder onderstreepte zij het belang van de relaties en samenwerking
met derde landen, zoals bijvoorbeeld Turkije. Tenslotte lichtte zij de lopende onderhandelingen
op het pact toe.
Derde en laatste spreker in deze sessie was Eerste Vice-President van het Europees
Parlement, de heer Othmar Karas. Hij omschreef de complexiteit van de problematiek
rondom migratie en het falen van het beleid daaromtrent op zowel EU- als lidstaat-niveau.
De heer Karas sprak zijn tevredenheid uit over de lopende onderhandelingen en de ambitie
die voor het einde van het jaar af te ronden. Hij benoemde vier kernpunten van de
hervorming: geharmoniseerde registratie en screening om dubbel werk en inefficiëntie
te voorkomen, efficiënte asielprocedures aan de buitengrenzen om vluchtelingen van
arbeidsmigranten te onderscheiden, een solidariteitsmechanisme om asielzoekers eerlijk
over de EU te herverdelen, en een overmachtregeling voor crisissituaties.
Daarnaast is volgens Karas het volgende nodig. Het bewaken van de buitengrenzen moet
een EU-bevoegdheid zijn, de buitengrenzen moeten samenvallen met de Schengengrenzen,
de EU heeft gemeenschappelijke en uniforme asielprocedures voor legale migratie nodig,
er moet onderscheid worden gemaakt tussen vluchtelingen en arbeidsmigranten en op
de lange termijn is een sterk en gecoördineerd migratie, integratie, onderwijsbeleid
en asielmanagement nodig. Het asiel- en migratiepact is volgens Karas daartoe een
goede eerste stap.
Vervolgens namen bijna 50 sprekers het woord. Ondanks een paar tegenstanders onderschreven
veel sprekers het belang om het asiel- en migratiepact zo snel mogelijk goed te keuren.
Het lid Walenkamp lichtte toe dat een week voor de conferentie in Nederland verkiezingen hadden plaatsgevonden.
Uit de uitslag bleek dat de ideeën over migratie uiteenlopen en volgens hem toont
dit een groot democratisch deficit aan. Hij benadrukte het belang van nieuwe, effectieve oplossingen (opvang in de regio,
beter werkend Frontex, vasthouden aan het vluchtelingenverdrag) met inachtneming van
de mensenrechten, internationaal recht en onze Europese waarden. De heer Walenkamp
vroeg of de Europese Commissie zou kunnen uitleggen of en zo ja, welke monitoring
activiteiten worden uitgevoerd om goed zicht te krijgen op het aantal «push backs».
En welke maatregelen in de toekomst nodig zijn om dit te voorkomen. Hij riep alle
parlementariërs op te zoeken naar oplossingen die breed worden gesteund.
In zijn slotwoord concludeerde de heer Fernando Grande-Marlaska Gómez dat er brede
steun is voor het snel sluiten van het asiel- en migratiepact. Dit betreft de interne
dimensie van het migratiebeleid. Veel delegaties benoemden de externe dimensie van
migratie. Hij onderschreef het belang daarvan en gaf aan dat de EU moet blijven samenwerken
met de landen van herkomst en transitlanden om irreguliere migratie en mensensmokkel
tegen te gaan.
Sessie III: De Energiecrisis en groene transitie
Deze sessie werd ingeleid door de EP-Rapporteur over de Energie Unie, de heer Nicolás
González Casares, en door de heer Gunther Krichbaum, lid van de Duitse Bundestag.
De heer González Casares bracht in herinnering dat de energiecrisis naar aanleiding
van de COVID-19 pandemie en met name door de oorlog van Rusland in Oekraïne dringender
werd. Hij onderstreepte ook het verband tussen de energiecrisis en de groene transitie,
met o.a. de Klimaatwet en het Fit-for-55-pakket die tevens regelgeving bevat rondom
het gebruik van energie. Hij vroeg lidstaten om de regelgeving snel te implementeren
in nationale wetgeving. Hij vervolgde met de toelichting op het REPowerEU initiatief
en in het bijzonder het Europese wetsvoorstel om de elektriciteitsmarkt te hervormen.
Als rapporteur lette hij, mede in het kader van de groeiende energiearmoede in Europa,
met name op de belangen van consumenten en op de sociale dimensie van de energiecrisis.
Tot slot wees hij op de gevaarlijke gevolgen van de klimaatverandering en riep op
tot gezamenlijke actie.
De heer Krichbaum onderstreepte in zijn interventie met name de gevolgen van de klimaatcrisis
die de afgelopen jaren ook in de lidstaten zelf grote weersveranderingen had teweeggebracht.
Het promoten van hernieuwbare energie in de lidstaten was volgens Krichbaum van groot
belang in de strijd tegen klimaatverandering. Hij somde daarbij de verschillende projecten
op die in lidstaten waren geïnitieerd. Hij pleitte tot slot voor langetermijnstrategieën,
voor het nemen van verantwoordelijkheid en voor het investeren in onderzoek naar alternatieve
energiebronnen, waaronder nucleaire fusie.
In de discussie die volgde kwamen met name de relatie met de groene transitie, de
noodzaak van samenwerking tussen lidstaten, de geopolitieke context, nieuwe bronnen
van energie en de aandacht voor de sociale dimensie van de energiecrisis.
In dat laatste kader wees het lid Van Apeldoorn erop dat de klimaatcrisis, hoewel het tot een snellere groenere transitie leidt, tegelijk
in veel lidstaten ook voor een algehele crisis in levensonderhoud zorgt. Deze crisis
komt bovenop een reeds langere periode van groeiende ongelijkheid en zelfs dalende
standaarden voor het gewone volk. Dit alles voedt een gevoel van ongenoegen onder
de bevolking. Van Apeldoorn stelt vast dat in de COSAC-contributies terecht aandacht
wordt gevraagd voor het belang van sociale duurzaamheid van de groene transitie. De
kosten van de groene transitie moeten voor iedereen betaalbaar blijven. Tot slot riep
Van Apeldoorn de EU-instellingen op ambitieuze afspraken te maken over de richtlijn
inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid
(corporate sustainable due diligence).
Ook het lid Walenkamp onderstreepte de noodzaak van de betaalbaarheid van de oplossingen voor de energiecrisis.
Hij noemde daarbij twee groepen in het bijzonder. Ten eerste voor wie hij de «gewone
mensen» noemde, met name ook gehandicapten en ouderen met klein pensioen, en kleine
ondernemers en boeren met grote schuldenlasten. Voor hen zijn realistische en sociale
oplossingen nodig. Ten tweede voor de burgers die het vertrouwen in de overheid hebben
verloren en die andere ideeën hebben over de klimaataanpak. Walenkamp benadrukte het
belang van het betrekken van deze mensen om instabiliteit in de maatschappij te voorkomen
en riep alle verantwoordelijke politici, zowel nationaal als Europees, op om er prioriteit
aan te geven deze democratische kloof te overbruggen.
COSAC-voorzittersbijeenkomst: conclusies en contributies
In de bijeenkomst van de commissievoorzitters werden de ontwerpcontributies en -conclusies
besproken, evenals de door delegaties ingediende amendementen op de ontwerpteksten.
De Eerste en Tweede Kamerdelegatie hadden tekstsuggesties ingediend met het oog op
het herformuleren van al te politieke uitspraken. Geen van deze amendementen zijn
overgenomen.
Sessie IV: De situatie in Oekraïne en de relaties met de EU
In de vierde sessie kwamen allereerst de volgende sprekers aan het woord: admiraal
Juan Francisco Martinez Nunez, de Spaanse secretaris-generaal van defensie, de heer
Giuliomaria Terzi di Sant'Agata, voorzitter van de commissie van Europese Zaken van
de Italiaanse senaat, en mevrouw Ivanna Klympush-Tsintsadze, voorzitter van de commissie
Europese Zaken van het parlement van Oekraïne. Daarbij werden respectievelijk de volgende
aspecten benadrukt: de kracht die uit kan gaan van het perspectief van EU-lidmaatschap
voor een standvastige binnenlandse koers, zoals Spanje in het verleden ook heeft ervaren;
het belang van eenheid binnen de EU tegen de Russische agressor en complimenten voor
de moed en het vermogen van Oekraïne om hervormingen door te voeren in tijden van
oorlog; en het belang van succesvolle weerstand door Oekraïne voor het gehele Europese
continent.
Tijdens het debat bleek er veel steun voor het perspectief voor kandidaat-lidmaatschap
voor Oekraïne, maar ook voor Moldavië, Georgië en landen in de Westelijke Balkan.
De huidige zorgelijke geopolitiek situatie werd daarbij meer dan eens als argument
gegeven. Het strategische belang van betrokkenheid van Turkije werd eveneens benoemd.
Tegelijkertijd werd er door verschillende afgevaardigden benadrukt dat alle kandidaat-lidstaten
aan dezelfde voorwaarden moeten voldoen, voordat er sprake kan zijn van toetreding.
In zijn inbreng benadrukte Van Apeldoorn dat Oekraïne zonder twijfel tot de Europese familie behoort. Maar net als alle andere
kandidaat-lidstaten zal ook Oekraïne moeten voldoen aan alle criteria om lidstaat
te worden. Hoelang het zal duren vooraleer Oekraïne aan de criteria kan voldoen is
niet bekend. Evenmin is bekend wanneer de EU klaar zal zijn om een groot aantal nieuwe
lidstaten op te nemen, want interne hervormingen zullen noodzakelijk zijn, aldus Van
Apeldoorn. Zowel de huidige als de toekomstige lidstaten moeten voldoen aan de principes
in artikel 2 van het EU-Verdrag, namelijk «De waarden waarop de Unie berust, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid,
democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten [...]». Daarom moet niet alleen aan Oekraïne worden gevraagd om te voldoen aan de principes
van rechtsstatelijkheid, maar moeten we zelf ook de rechtsstaatprincipes eerbiedigen
en deze principes afdwingbaar maken. Dit is een lang en moeilijk proces en het is
van belang om verwachtingen, ook van Oekraïne, in dat kader te temperen, sprak Van
Apeldoorn.
Sessie V: Open strategische autonomie en relaties met Latijns-Amerika
De heer Juan Fernández Trigo, Staatssecretaris voor Ibero-Amerika en de Caraïben en
voor de Spaanse taal in de wereld leidde de sessie in met het verband tussen de open
strategische autonomie van de EU en de behoefte om in dat kader de politieke banden
en handelsrelaties met Latijns-Amerika te versterken. Hij vervolgde met een overzicht
van de statistieken in deze handelsrelaties en de potentie ervan. Hij wees ook op
andere actoren, waaronder Rusland en China, die in deze markt investeren. Tot slot
wees hij op de stand van zaken in de onderhandelingen voor de handelsakkoorden met
Latijns-Amerika, zoals Mercosur.
De heer Carlos Malamud Rikles, Senior Analist bij de Real Instituto Elcano vervolgde
met een inleiding over de handelsrelaties van de EU met Latijns-Amerika. Daarin zag
hij twee zwaartepunten. De oprichting van een EU-LAC Trade and Technology Council ten behoeve van deze relaties en met het oog op het zoeken van oplossingen voor gezamenlijke
uitdagingen, enerzijds. En anderzijds de afronding van het Mercosur-handelsakkoord,
dat volgens hem een boost zou zijn voor zowel de EU als voor Latijns-Amerika. Hij
zag het tot slot als een strategische misstap om het verdrag niet af te sluiten.
Tijdens het debat dat volgde bevestigde Van Apeldoorn dat nieuwe ontwikkelingen in de wereld de EU dwingen om een prioriteit te maken van
de weerbaarheid van onze economieën, de versterking van onze kernindustrieën en daarmee
ook de noodzaak om afhankelijkheidsrelaties die ons kwetsbaar maken te vermijden.
Hoewel strategische autonomie in die zin onze relatie met Latijns-Amerika en het zuidelijke
halfrond wellicht dwingt te intensiveren, benadrukte Van Apeldoorn dat het doel moet
zijn om onze belangen en waarden te beschermen en de weerbaarheid van de Europese
economie als een duurzame en rechtvaardige economie te versterken. Met name ten aanzien
van het voorgestelde Mercosur-verdrag leven in dat kader veel zorgen in lidstaten
en parlementen, waaronder in het Nederlandse parlement.
Van Apeldoorn daagde de sprekers uit om te reageren op de zorgen die in het Nederlands
parlement leven ten aanzien van vooral de landbouwstandaarden die aanmerkelijk lager
zouden zijn in Mercosur-landen en die zouden leiden tot een enorme verhoging van de
concurrentiekracht van de Europese landbouwers en een bedreiging zouden zijn van de
hoge standaarden die we in EU-landbouw kennen. Ook leven er zorgen over voedselveiligheid
en het lot van de Amazone. Om deze reden zou een groot deel van het Nederlandse parlement
zich verzetten tegen een Mercosur-verdrag, met name een waarin een hoofdstuk over
landbouw is opgenomen.
Vaststelling van de contributies en conclusies van de LXX COSAC
De ontwerpcontributies en -conclusies, zoals besproken door de vergadering van de
COSAC-commissievoorzitters op maandag 27 november 2023, werden bij consensus door
de plenaire vergadering aangenomen. Tot slot werd de heer Sjövall aangesteld als permanent
lid van het COSAC-secretariaat voor 2024–2025. Daarmee werd de plenaire vergadering
gesloten.
Namens de delegatie,
De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken van de Eerste Kamer, Van Apeldoorn
De ondervoorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken van de Tweede Kamer,
lid van de Tweede Kamer tot 5 december 2023, Boucke
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Indiener/ondertekenaar n.v.t., Functie n.v.t.