Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Veltman over het artikel ‘Enorme groei van illegale seksbranche: tot duizenden advertenties per dag erbij’
Vragen van het lid Veltman (VVD) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het artikel «Enorme groei van illegale seksbranche: tot duizenden advertenties per dag erbij» (ingezonden 8 december 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 25 januari
2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 719.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Enorme groei van illegale seksbranche: tot duizenden
advertenties per dag erbij»?1
Antwoord 1
Ja, met dit artikel ben ik bekend.
Vraag 2
Klopt het, zoals in het artikel vermeld staat, dat het illegale sekswerk fors is toegenomen,
terwijl het aantal legale sekswerkers juist sterk is gedaald?
Antwoord 2
In 2022 is het rapport «Aard en omvang van de Nederlandse seksbranche» gepubliceerd.2 Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid.
Uit het rapport blijkt allereerst dat het niet mogelijk is om harde cijfers over de
omvang van de seksbranche in aantallen sekswerkers te benoemen. Fluctuaties tussen
seizoenen en mobiliteit tussen onderdelen van de branche maken het verzamelen van
dergelijke cijfers ingewikkeld.3
Het onderzoek naar de Nederlandse seksbranche toont aan dat het aantal vergunde bedrijven
in Nederland in 2020 wordt geschat op 373. Dit aantal is lager dan in 2014. Toen werd
dit aantal op 833 geschat. Op basis van het onderzoek kan geconcludeerd worden dat
het aantal vergunde bedrijven dalende is en dat die daling sterk is. Hoe groot de
daling precies is, kan op basis van dit onderzoek niet aangegeven worden. Een mogelijke
verklaring voor de afname is dat het aantal vergunningen van een aantal grotere gemeenten
niet zijn meegenomen in het onderzoek.4
Sekswerk is legaal, divers en kan op vele wijzen worden uitgevoerd. Daarnaast is het
sekswerkbeleid in Nederland lokaal belegd, waardoor het per gemeente verschilt voor
welk type sekswerk een vergunning aangevraagd dient te worden. Relatief veel gemeenten
kiezen bijvoorbeeld voor vergunningen voor seksclubs en privéhuizen en escortbureaus.5 Sommige gemeenten hanteren geen vergunningsplicht voor individuele, zelfstandig werkende
sekswerkers. Sekswerkers kunnen daar niet-vergund, legaal werken. De afname van vergunde
werkplekken betekent daarom niet direct een toename van niet-vergund sekswerk.6 Zo kunnen sekswerkers bijvoorbeeld legaal werken vanuit huis, mits zij zich houden
aan de door gemeente gestelde eisen.
Vraag 3
Hoeveel sekswerkers zijn er op dit moment per gemeente actief met vergunning? Kunt
u daarnaast een inschatting geven van het aantal sekswerkers per gemeente dat actief
is zonder vergunning?
Antwoord 3
Zoals benoemd in de vorige vraag, is het niet mogelijk harde cijfers in aantallen
sekswerkers te geven. Sinds de opheffing van het bordeelverbod in 2000 zijn gemeenten
verantwoordelijk voor het opstellen van sekswerkbeleid. Gemeenten kunnen in hun Algemene
Plaatselijke Verordening aangeven welke eisen worden gesteld aan vergund sekswerk.
Niet iedere gemeente heeft een vergunningsstelsel. Als gemeenten geen vergunningseisen
stellen, betekent dit dat sekswerkers niet-vergund, legaal hun werk kunnen uitvoeren.
Vraag 4
Klopt het, zoals in het artikel vermeld staat, dat wanneer legale sekswerkplekken
worden gesloten de sekswerkers wel actief blijven?
Antwoord 4
Zoals benoemd in vraag 2, is al een aantal jaren een dalende trend zichtbaar in het
aantal vergunde bedrijven. Flexibele vormen (vergund en niet-vergund), waarin zelfstandig
werkende sekswerkers hun klanten werven via internet en sociale media, nemen toe.
Deze trend is niet uniek voor de seksbranche, maar ligt in lijn met digitalisering
en de toename van de verkoop van producten en diensten via internet en de groei van
het aantal zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) in andere branches in Nederland.
De verwachting is dat daarmee ook het aantal zelfstandig werkende sekswerkers de laatste
jaren is toegenomen. Daarnaast lijkt het erop dat het verbod op sekswerk in november
van 2020 (i.v.m. corona) heeft gezorgd voor relatief veel nieuwe advertenties, maar
ook tot juist veel gesloten advertenties. Dit zou kunnen duiden op sekswerkers die
vanuit de vergunde branche in de internetbranche zijn gaan werken én op sekswerkers
die vanwege het verbod op sekswerk (tijdelijk) zijn gestopt met werken via websites.7 Hier moet bij vermeld worden dat deze trend een primair gevolg was van het sekswerkverbod
tijdens de coronapandemie. Het is niet bekend of het om een blijvende ontwikkeling
gaat.
Vraag 5
Bent u bereid om in overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) te bezien
welke maatregelen kunnen worden getroffen om te bevorderen dat sekswerkadvertenties
zoveel mogelijk door legale sekswerkers worden geplaatst?
Antwoord 5
Het is van belang dat advertentieplatforms hun verantwoordelijkheid binnen deze problematiek
nemen. Daarnaast zijn enkele trajecten en acties interessant te benoemen binnen dit
kader.
Ten eerste heeft één van de Harvard Mensenhandel Field Lab (MFL) teams zich ontfermd
over de problematiek van online seksuele uitbuiting van minderjarigen op online platforms
voor vraag en aanbod van betaalde seks.8 Een aantal seksadvertentieplatforms heeft in 2018 een gedragscode opgesteld met als
doel een richtlijn op te stellen ter voorkoming van seksuele uitbuiting van minderjarigen
op online platformen. Uit het onderzoek van het MFL team bleek dat de gedragscode
in de praktijk te weinig nageleefd wordt. De aanbevelingen van het team zijn bekend
bij de advertentieplatforms die betrokken zijn bij de gedragscode. Ik zal de ontwikkelingen
volgen om te bezien hoe deze aanbevelingen worden opgepakt.
Ten tweede is in de Veiligheidsagenda afgesproken dat de politie zich versterkt op
de aanpak van uitbuiting die online plaatsvindt, waarbij onder andere gewerkt wordt
aan het versterken van de samenwerking met wenselijke partners op het gebied van het
signaleren van uitbuiting die online plaatsvindt. Hieraan wordt door politie invulling
gegeven door bijvoorbeeld in gesprek te gaan met leveranciers van online platforms
en door aandacht te vragen voor het verstrekken van signalen van uitbuiting aan de
politie.
Ten derde zal in februari 2024 voor Nederland de Digital Services Act (hierna: DSA)
in werking treden. Dit is een Europese verordening die onder meer tot doel heeft de
bescherming van grondrechten te verbeteren, online misleiding en gebrekkige informatie
aan te pakken en een gelijk speelveld voor bedrijven en digitale handel makkelijker
te maken. Ook stelt de DSA nadere regels ter bescherming van (minderjarige) burgers.
Bijvoorbeeld aan tussenhandeldiensten, zoals websites en online platforms, over onder
andere de moderatie op online illegale activiteit en inhoud. Zo moeten ze een duidelijke
meldknop hebben zodat bezoekers mogelijke illegale inhoud makkelijk kunnen melden
en moeten ze vervolgens transparantie tonen over wat er met deze meldingen is gedaan.
De verwachting is dat het inwerkingtreden van de DSA, naast dat dit in den brede ziet
op digitale illegale activiteiten en inhoud, ook zal kunnen bijdragen aan het tegengaan
van bijvoorbeeld advertenties op digitale platforms die verband houden met mensenhandel
of seks met minderjarigen.
Ik wacht de resultaten die uit deze trajecten voortkomen af alvorens verdere acties
te ondernemen. Over relevante ontwikkelingen met betrekking tot het bovenstaande zal
ik zo nodig met de VNG contact opnemen.
Vraag 6
Hoe beoordeelt u het signaal dat met het verdwijnen van legale en daarmee ook veilige
werkplekken de sekswerkers genoodzaakt zijn om in de niet-vergunde branche te gaan
werken?
Antwoord 6
Het signaal is bij het ministerie bekend, onder andere door gesprekken met de branche
en gemeenten. Met name in de niet-vergunde en tevens niet-legale branche kunnen voor
de sekswerker meerdere nadelen en risico’s kleven. Zo blijkt bijvoorbeeld dat sekswerkers
in de niet-legale seksbranche een hogere drempel ervaren bij toegang tot zorg en bij
het doen van een melding bij de politie. Dit kan bijdragen aan het ontstaan en voortduren
van misstanden zoals dwang, uitbuiting en geweld.9 Gemeenten worden gestimuleerd om door te gaan met het opstellen en of actualiseren
van lokaal sekswerkbeleid. Het is belangrijk dat gemeenten met hun lokale beleid aan
de slag blijven om te zorgen voor een veilige en gezonde werkomgeving voor sekswerkers.
Vraag 7
Welke alternatieven voor raamsekswerk zijn de afgelopen jaren door gemeenten ontwikkeld,
waarbij sekswerk op een andere manier legaal kan worden uitgevoerd?
Antwoord 7
Sekswerk kan op vele manieren uitgevoerd worden. Raamsekswerk is een van de voorkomende
vormen van sekswerk. Verschillende gemeenten zijn de afgelopen jaren op zoek gegaan
naar beleid waarbij sekswerk op een andere manier legaal kan worden uitgevoerd, zoals
het expliciet toestaan van thuiswerken. Deze gemeenten bezien hoe en onder welke voorwaarden
sekswerk op een legale en veilige manier kan plaatsvinden. In het onderzoek Sekswerk
in gemeente Utrecht van de commissie Sorgdrager zijn ook verschillende aanbevelingen
gedaan, waaronder het werken in groepsverband en het toestaan van thuiswerken.10
Vraag 8
Hoe beoordeelt u de stelling in het artikel dat toezicht en handhaving van illegale
prostitutie op dit moment vrijwel onmogelijk is door strenge privacyregels?
Antwoord 8
Ik heb veelvuldig gesproken met onder meer de gemeenten Den Haag, Rotterdam, Amsterdam
en Utrecht over de knelpunten die gemeenten ervaren in het toezicht en de handhaving
op de seksbranche. De oorzaak die hieraan ten grondslag ligt is dat er momenteel geen
wettelijke grondslag bestaat voor het kunnen verwerken van gegevens van sekswerkers.
Gemeenten geven aan dat dit zeer onwenselijk is gelet op de risico’s die zich kunnen
voordoen in deze branche. Daarom ben ik aan de slag gegaan met het wetsvoorstel gemeentelijk
toezicht op seksbedrijven (Wgts). Met dit wetsvoorstel wordt een wettelijke grondslag
gecreëerd waardoor exploitanten van seksbedrijven en gemeenten bijzondere gegevens
van sekswerkers kunnen verwerken ten behoeve van het toezicht en de naleving op de
seksbranche.
Het wetsvoorstel is op 4 januari jl. aanhangig gemaakt bij de Afdeling advisering
van de Raad van State. Na ommekomst van het advies van de Raad van State, wordt het
advies verwerkt en een nader rapport opgesteld. Afhankelijk van het dictum volgt mogelijk
behandeling in de Minsterraad waarna het wetsvoorstel kan worden aangeboden aan de
Tweede Kamer. Wanneer de wet in werking kan treden is afhankelijk van het verloop
van het wetgevingsproces, waaronder de benodigde tijd voor het zorgvuldig verwerken
van het advies van de Raad van State en het opstellen van het nader rapport gevolgd
door de behandeling van het wetsvoorstel in beide Kamers.
Vraag 9
Bent u bereid de betreffende privacyregelgeving of de toepassing daarvan te versoepelen
om misstanden in de prostitutie beter aan te kunnen pakken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Zie mijn antwoord bij vraag 8.
Vraag 10
Wanneer wordt de Wet gemeentelijk toezicht op seksbedrijven ingediend bij de Tweede
Kamer?
Antwoord 10
Zie mijn antwoord bij vraag 8.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.