Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Inge van Dijk over de brief van 13 december 2023 over uitvoering van de motie Inge van Dijk c.s. over met het oog op herstel, rust, stabiliteit, voortgang en een vertrouwd gezicht waarborgen over kabinetsperiodes heen
Vragen van het lid Inge van Dijk (CDA) aan de Staatssecretaris van Financiën over de brief van 13 december 2023 over uitvoering van de motie Inge van Dijk c.s. over met het oog op herstel, rust, stabiliteit, voortgang en een vertrouwd gezicht waarborgen over kabinetsperiodes heen (Kamerstuk 35 510, nr. 29) (ingezonden 18 december 2023).
Antwoord van Staatssecretaris De Vries (Financiën – Toeslagen en Douane) (ontvangen
15 januari 2024).
Vraag 1
Deelt u met ons de mening dat de relevantie van de motie wederom is bewezen met het
recent vallen van het kabinet, waarna er weer een nieuwe bewindspersoon zal aantreden
die verantwoordelijk wordt voor het voortzetten van de hersteloperatie toeslagen?
Antwoord 1
Ja. Zoals aangegeven in de brief die over deze motie naar de Kamer is gestuurd1, vindt het kabinet het juist met het oog op kabinetswisselingen van belang om de
continuïteit van de hersteloperatie nog verder te waarborgen.
Vraag 2
Bent u het met ons eens dat een kabinetswissel vertraging oplevert in lopende beleidsprocessen?
Antwoord 2
Nee. Door middel van de ingevoerde herstelwetten zijn kaders voor de hersteloperatie
gesteld. Ook zijn gedurende 2023 een groot aantal versnel- en verbetermaatregelen
doorgevoerd. Daarnaast heeft het kabinet aangegeven dat ze op het gebied van het toeslagenschandaal
doorgaat alsof ze missionair is en blijft het kabinet sturen op gerichte versnelling
en verbetering van de hersteloperatie. De kabinetswissel zorgt daarom niet voor vertraging
in lopende beleidsprocessen. Bovendien zijn er, zoals benoemd in de brief die over
deze motie naar de Kamer is gestuurd, verschillende actoren en instanties die de continuïteit
in het herstelproces waarborgen.
Vraag 3
Deelt u met ons de mening dat het voor ouders op dit moment toch vooral de bewindspersoon
is die het gezicht is van de hersteloperatie?
Antwoord 3
De bewindspersoon speelt weliswaar een belangrijke rol, maar is niet de enige rol
om de continuïteit en voortgang te bewaken zoals ook in de brief is aangegeven. Daarom
is invulling gegeven aan de motie vanuit het uitgangspunt om opties te verkennen die
de continuïteit kunnen waarborgen over kabinetsperiodes heen. Deze opties zijn beschreven
in de eerdergenoemde kamerbrief. Zoals aangegeven ziet het kabinet het als een vruchtbare
optie om met de voorzitter van de oudercommissie in gesprek te gaan over het versterken
van zijn rol, omdat dit de continuïteit bevordert zonder de bestuurlijke drukte rondom
de hersteloperatie te vergroten.
Vraag 4
Waarom bent u van mening dat de waarborging van continuïteit vooral volgt uit het
sturen op voortgang in de uitvoering en koersvastheid van het huidige beleid, terwijl
we veel klachten krijgen over deze voortgang en het beleid, wettelijke termijnen niet
worden gehaald en steeds meer ouders naar de rechter stappen?
Antwoord 4
Het ingrijpend wijzigen van de hersteloperatie zou ten koste gaan van de ingezette
versnellingen en verbeteringen van de hersteloperatie en daarom kunnen leiden tot
een algehele vertraging van de hersteloperatie. Dit is daarom niet wenselijk.2 Juist door te sturen op koersvastheid en voortgang in de uitvoering kan de continuïteit
worden gewaarborgd. Daarbij worden, aan de hand van ontvangen signalen en adviezen
van ouders, gerichte en uitvoerbare versnel- en verbetermaatregelen doorgevoerd die
voor ouders daadwerkelijk tot versnelling leiden. In het afgelopen jaar zijn er daarom
ook al verschillende versnel- en verbetermaatregelen in gang gezet, bijvoorbeeld bij
de integrale beoordeling en de alternatieve schaderoute.
Vraag 5
Hoe kunnen de oudercommissie en haar voorzitter of de IBTD fungeren als bewaker van
de continuïteit van de hersteloperatie, als zij geen formele bevoegdheden hebben bij
het vormen en vaststellen van beleid, anders dan dat zij vrijblijvend advies geven?
Antwoord 5
De oudercommissie en haar voorzitter zorgen vanuit een signalerende rol dat de hersteloperatie
op koers blijft. De IBTD heeft het domein van Toeslagen, en daarmee ook de hersteloperatie,
in haar scope en heeft op die wijze ook een signalerende rol bij het bewaken van de
continuïteit van het herstelproces. Hierdoor fungeren deze partijen vanuit een signalerende
rol als continuïteitsbewaker. De IBTD rapporteert rechtstreeks aan de Kamer en haar
rol is vastgelegd in het organisatiebesluit van het Ministerie van Financiën. De adviezen
en aanbevelingen van de IBTD en de oudercommissie zijn bovendien openbaar (en hierover
wordt eveneens gerapporteerd in de voortgangsrapportages).
Vraag 6
Gelet op de waarborgen die er volgens u al zijn om de continuïteit van de hersteloperatie
veilig te stellen, bent u van mening dat u die waarborgen ook als zodanig behandelt
en serieus neemt?
Antwoord 6
Vanzelfsprekend worden deze waarborgen zeer serieus genomen.
Vraag 7
Vindt u bijvoorbeeld dat de IBTD daadwerkelijk een rol heeft in de waarborging van
continuïteit, als u geen opvolging heeft gegeven aan het advies van de IBTD om de
zwaarst gedupeerde ouders met maatwerk te gaan behandelen?
Antwoord 7
De IBTD heeft een continue rol in het zorgen dat de hersteloperatie op koers blijft.
Het kabinet herkent zich niet in de bewering dat er niets wordt gedaan met het signaal
met de titel «Levens in de wachtstand» dat de IBTD heeft gegeven. In de kabinetsreactie
op dit signaal van de IBTD is reeds ingegaan op de diverse maatregelen die zijn getroffen
om gedupeerden met urgente problemen zo snel mogelijk te helpen.3 Daarnaast is er opvolging gegeven door in gesprek te gaan met de IBTD en de door
de inspectie naar voren gebrachte ouders en deskundigen over hun suggesties met betrekking
tot het eerder in beeld krijgen van de groep zwaarst gedupeerden en hoe de door de
IBTD geformuleerde definitie van deze groep daarbij kan helpen. De toetssteen hierbij
is dat de maatregelen echte versnelling opleveren en uitvoerbaar zijn.
Vraag 8
Is onderzocht op welke manier een vertrouwd gezicht de continuïteit zou kunnen verbeteren,
en een positief effect zou kunnen hebben op de beleving van de ouders, en heeft u
deze vraag voorgelegd aan de ouders zelf?
Antwoord 8
Uit gesprekken met ouders en de oudercommissie is gebleken dat het aangaan van de
dialoog, ontvankelijkheid voor signalen en het terugkoppelen van deze signalen heel
belangrijk is voor ouders. De oudercommissie en haar voorzitter vervullen hierin reeds
een belangrijke rol. Om nog nadrukkelijker te kunnen fungeren als zichtbare, continue
factor in de samenleving is het voornemen om de positionering van de voorzitter te
versterken. De intentie is om de rol van de voorzitter verder uit te breiden door,
als bestaand vertrouwd gezicht, nog sterker naar buiten te treden als vertolker van
het stemgeluid van alle ouders en op te treden als verbindende schakel tussen alle
betrokkenen. Hierdoor wordt een positief effect verwacht op de rol van de voorzitter
als bewaker van de continuïteit, op de zichtbaarheid van de voorzitter en daarmee
de beleving van ouders. Over de wijze waarop dit concreet vorm dient te krijgen wordt
nog overlegd.
Vraag 9
Bent u bereid de adviezen van de oudercommissie en de brede groep ouders en kinderen
via het platform in de voortgangsrapportage op te nemen en aan te geven hoe u hieraan
opvolging geeft?
Antwoord 9
De adviezen van de oudercommissie en de opvolging die hieraan wordt gegeven worden
al in elke voortgangsrapportage opgenomen. Op het onderzoeksplatform wordt aan de
hand van concrete onderzoeksvragen input opgehaald onder een bredere groep ouders.
De opbrengst van deze onderzoeksvragen en andere relevante opbrengsten kunnen in de
volgende voortgangsrapportages met de Kamer worden gedeeld.
Vraag 10
Welke concrete acties bent u bereid verder te nemen ter verbetering van de continuïteit?
Antwoord 10
Zoals benoemd bij vraag 8 wordt er op dit moment verkend hoe er concreet invulling
gegeven kan worden aan het uitbreiden van de rol van de voorzitter.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. (Aukje) de Vries, staatssecretaris van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.