Schriftelijke vragen : Het artikel “RWE hoopt op geitenpaadje voor project met waterstof uit afval”
Vragen van het lid Erkens (VVD) aan de Ministers voor Klimaat en Energie en Minister van Economische Zaken en Klimaat over het artikel «RWE hoopt op geitenpaadje voor project met waterstof uit afval» (ingezonden 8 januari 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «RWE hoopt op geitenpaadje voor project met waterstof
uit afval»?1
Vraag 2
Bent u bekend dat in het artikel wordt aangegeven dat het project FUREC, gericht op
waterstofproductie uit restafval, twee jaar vertraging dreigt op te lopen als gevolg
van de geplande netuitbreiding in 2028 in plaats van 2026?
Vraag 3
Wat zijn de concrete stappen die u zult ondernemen om druk uit te oefenen op Enexis
en TenneT om de oorspronkelijke planning te handhaven en de benodigde aansluiting
in 2026 te realiseren?
Vraag 4
Gezien de forse CO2-reductie die komt kijken bij een al vergevorderd project en het belang van een grotere
inzet op waterstof vanwege de huidige netcongestie, hoe gaat de regering ervoor zorgen
dat FUREC als prioritair project wordt beschouwd bij de beoordeling van netuitbreidingsplannen?
Vraag 5
Bent u bereid om in overleg te gaan met RWE, Enexis, TenneT, Chemelot, en de provincie
Limburg om mogelijke versnellingsopties te bespreken en de noodzakelijke ondersteuning
te bieden zodat 2026 wel mogelijk wordt gemaakt?
Vraag 6
Deelt u de mening dat het feit dat FUREC meer dan 100 miljoen aan Europese middelen
toegezegd heeft gekregen ervoor zorgt dat de subsidiebehoefte vanuit de Nederlandse
staat afneemt? Betekent een vertraging van twee jaar dat de subsidie van 108 miljoen
uit het Europese innovatiefonds mogelijk niet meer beschikt gaat worden? Betekent
dit dat vertraging de Nederlandse schatkist mogelijk 108 miljoen euro extra kost?
Vindt u dit ook zeer onwenselijk?
Vraag 7
Kaunt u toelichten hoe FUREC voldoet aan de criteria voor prioritaire behandeling?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Silvio Erkens, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.