Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bisschop over het bericht ‘Tot hoever kan XR gaan met snelwegblokkades?’
Vragen van het lid Bisschop (SGP) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Tot hoever kan XR gaan met snelwegblokkades?» (ingezonden 15 september 2023).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
            van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 7 december 2023). Zie ook
            Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 182.
         
Vraag 1
            
Bent u bekend met de berichten «Tot hoever kan XR gaan met snelwegblokkades?»1 van het Reformatorisch Dagblad van 13 september en «Klimaatactivisten moeten vrezen
               voor vervolging: politie en OM willen arrestanten weer registreren»2 van het AD van 14 september?
            
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Deelt u de mening dat illegale acties zoals het blokkeren van de snelweg (hetgeen
               door de burgemeester uitdrukkelijk verboden is) als overtreding van de Wet openbare
               manifestaties (Wom) gelden?
            
Antwoord 2
            
Ja, die mening deel ik. De burgemeester van Den Haag heeft vanaf 9 september beperkingen
               opgelegd aan de demonstratie van Extinction Rebellion (hierna: XR) op de Utrechtsebaan/A12
               en als alternatieve locatie de Laan van Reagan en Gorbatsjov aangewezen. Het blokkeren
               van de Utrechtsebaan/A12 is daarom in strijd met de beperking zoals opgelegd door
               de burgemeester en geldt als overtreding van artikel 11 van de Wet openbare manifestaties.
               Op 10 oktober heeft XR laten weten voorlopig te stoppen met het blokkeren van de A12.
            
Vraag 3 en 4
            
Kunt u aangeven hoeveel aanhoudingen er per dag zijn verricht en in hoeveel gevallen
               dit heeft geresulteerd in een bestuurlijke boete of strafrechtelijke vervolging?
            
Vindt u ook dat het welbewust demonstreren op een door de burgemeester verboden locatie,
               in dit geval op de snelweg, als zodanig al voldoende grond is voor het opleggen van
               een boete? Zijn om deze reden boetes opgelegd? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 3 en 4
            
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft laten weten dat het blokkeren van een snelweg op
               zichzelf gevaarlijk en verboden is. Het blokkeren van de A12 was in dit geval niet
               toegestaan onder het recht op demonstratie; de burgemeester heeft demonstraties op
               de Utrechtsebaan/A12 steeds verboden. Als mensen in strijd met de opgelegde beperking
               toch de Utrechtsebaan/A12 op gaan om actie te voeren, plegen zij een strafbaar feit
               in de zin van de Wet openbare manifestaties. Voor dit strafbare feit zijn mensen aangehouden.
            
Het OM heeft een zelfstandige bevoegdheid om te bepalen in welke zaken vervolgens
               vervolging wordt ingesteld. In zaken die voor de rechter komen is het aan de rechter
               om te bepalen of iemand wordt veroordeeld, en zo ja tot welke straf. Het is niet aan
               mij als Minister van Justitie en Veiligheid om in die beslissingen te treden.
            
Het OM heeft besloten om geen strafvervolging in te stellen tegen personen die zijn
               aangehouden voor overtreding van de Wet openbare manifestaties gelet op eerdere rechterlijke
               uitspraken waaruit het OM opmaakt dat vervolging voor de Wet openbare manifestaties
               snel disproportioneel zal zijn.
            
Dat betekent niet dat er een vrijbrief is gegeven. Er zijn diverse aanhoudingen verricht
               voor andere feiten, zoals wederspannigheid, mishandeling en belediging. In die gevallen
               wordt door het OM per geval beoordeeld of wordt overgegaan tot strafvervolging.
            
In dit kader wens ik ook nog mee te geven dat de lokale driehoek constant moet afwegen
               waar de inzet van politie en OM het hardste nodig is. De capaciteit is – altijd –
               beperkt en kan maar één keer ingezet worden. De afgelopen tijd hebben we gezien dat
               de politie ook haar andere taken moet kunnen uitvoeren, bijvoorbeeld bij de ongeregeldheden
               bij Ajax – Feyenoord. Acties waarbij actievoerders zich niet aan de afspraken met
               de lokale driehoek houden drukken zwaar op die capaciteit, en dat betreur ik ten zeerste.
               Demonstreren is in ons land een groot goed, maar men moet zich daarbij wel aan de
               regels en afspraken houden. De lokale driehoek bepaalt de wijze waarop eventueel wordt
               ingegrepen tijdens demonstraties waarbij de afspraken en regels niet worden gerespecteerd.
            
De tabel hieronder geeft weer hoeveel aanhoudingen er dagelijks zijn verricht in de
               periode van 9 tot en met 21 september jl.
            
Datum
Aantal aanhoudingen
9 september 2023
2.433
10 september 2023
522
11 september 2023
271
12 september 2023
198
13 september 2023
308
14 september 2023
179
15 september 2023
380
16 september 2023
668
17 september 2023
429
18 september 2023
142
19 september 2023
226
20 september 2023
138
21 september
94
Vraag 5 en 6
            
Wat is uw oordeel over de uitspraak van het Openbaar Ministerie (OM) dat «een aanhouding
               op zich al genoeg straf is.» Bent u het met de stelling eens dat een aanhouding bedoeld
               is om iemand te verhoren, maar dat dit geen straf is?
            
Hoe verhoudt uw uitspraak in het vragenuur van 12 september jongstleden dat «er onder
               bepaalde omstandigheden op grond van overtreding van de Wet openbare manifestaties
               vaak geen reden is om een straf op te leggen als de verdachten al zijn aangehouden
               door de politie» zich tot artikel 7 sub b en artikel 11 lid 1 van de Wet openbare
               manifestaties dat het negeren van het verbod van de burgemeester wordt gestraft met
               een gevangenisstraf van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie?
            
Antwoord 5 en 6
            
In het vragenuur van 12 september jl. heb ik uitgelegd dat het OM heeft aangegeven
               op basis van eerdere rechterlijke uitspraken geen kans te zien voor strafvervolging
               van actievoerders die destijds enkel waren aangehouden voor overtreding van de Wet
               openbare manifestaties. De reden hiervoor is dat dit gelet op eerdere rechterlijke
               uitspraken snel disproportioneel zal zijn.
            
Het is aan het OM om te bepalen in welke zaken vervolging wordt ingesteld. In zaken
               die voor de rechter komen is het aan de rechter om te bepalen of iemand wordt veroordeeld
               en zo ja, tot welke straf. Het is niet aan mij als Minister van Justitie en Veiligheid
               om daar een oordeel over te vellen.
            
Vraag 7
            
Deelt u de mening dat alle gedragingen die door de formele wetgever strafbaar zijn
               gesteld, ook strafbaar zijn tijdens een betoging, zoals ook volgt uit artikel 9 lid
               1 Grondwet, waarin staat dat het recht tot betoging wordt erkend, behoudens iedere verantwoordelijkheid volgens de wet?
            
Antwoord 7
            
Ja, die mening deel ik. Demonstranten moeten zich net als iedereen houden aan de wet.
               Het is aan de lokale driehoek om demonstraties in goede banen te leiden en vervolgens
               aan het OM om al dan niet strafrechtelijk op te treden.
            
Vraag 8
            
Deelt u de mening dat artikel 11 lid 1 en artikel 7 sub b en de leden 1 en 2c van
               artikel 5 van de Wet openbare manifestaties het OM de mogelijkheid biedt om overtreders
               strafrechtelijk te vervolgen op grond van deze geprivilegieerde strafbaarstelling?
            
Antwoord 8
            
Als demonstranten zich niet houden aan voorschriften of beperkingen die door de burgemeester
               zijn gesteld, is dat een overtreding van artikel 11 van de Wet openbare manifestaties.
               Dit betekent dat daartegen strafrechtelijk kan worden opgetreden. Maar aanhouden,
               vervolgen en veroordelen houden ook een inmenging in op het recht om te demonstreren.
               Daarom moet elke vorm van optreden wel noodzakelijk en proportioneel zijn. Zoals uit
               het antwoord op vragen 3 en 4 blijkt, kan in sommige gevallen aanhouding gerechtvaardigd
               zijn, maar kan een strafvervolging desondanks niet opportuun worden geacht door het
               OM.
            
Vraag 9
            
Deelt u de mening dat het niet in een rechtsstaat thuis hoort dat activisten die moedwillig
               en zelfs herhaaldelijk de wet overtreden straffeloos worden weggestuurd?
            
Antwoord 9
            
Ik ben ten stelligste van mening dat in een rechtstaat iedereen zich aan de wet moet
               houden, en dat niemand boven die wet staat.
            
Het OM is belast met de vervolging van strafbare feiten en maakt bij de beslissing
               tot het al dan niet voortzetten van een vervolging afwegingen die mede zijn gebaseerd
               op eerdere uitspraken van rechterlijke instanties. Het is niet aan mij als Minister
               van Justitie en Veiligheid om in deze beoordeling te treden.
            
Vraag 10
            
Wat denkt u dat het met het moreel van de politieagenten doet dat zij iedere dag activisten
               van de weg staan te plukken die soms na een uur terugkeren op de snelweg?
            
Antwoord 10
            
Allereerst wil ik laten weten dat ik grote waardering heb voor het ordelijke verloop
               van de handhaving door de politie. De wijze waarop de politie tijdens demonstraties
               optreedt, wordt bepaald binnen de lokale driehoek. Het handhaven van de openbare orde
               en dus ook het faciliteren en zo nodig begrenzen van demonstraties is onderdeel van
               de reguliere politietaak. Ik kan mij voorstellen dat het frustrerend kan zijn voor
               politieagenten omdat zij niet elders in het land kunnen worden ingezet waar het in
               hun ogen ook nodig is.
            
Vraag 11 en 12
            
Hoe beoordeelt u de uitspraken van de hoofdofficier van Justitie van Den Haag «als
               mensen strafbare feiten plegen, zoals het blokkeren van de A12, dan wil je daar een
               vervolg aan geven» en «als de politie gaat registreren of een proces verbaal uitdeelt,
               kunnen de deelnemers mogelijk wel worden vervolgd als ze strafbare feiten begaan»?
               Kunt u aangeven of het klopt dat er tot nu toe geen personalia werden opgeschreven
               of geregistreerd worden bij een aanhouding van een snelweg-activist?
            
Welke inschattingen zijn gemaakt als het gaat om de beschikbaarheid van voldoende
               capaciteit voor registratie registratie van activisten met het oog op eventuele vervolging,
               wetende dat Extinction Rebellion (XR) vooraf aangaf dat de acties voorlopig niet zouden
               stoppen? Hoe is het mogelijk om bij recidive vervolging in te stellen als niet bekend
               is of er sprake is van recidive?
            
Antwoord 11 en 12
            
Zoals ik reeds heb aangegeven, heeft het OM een eigenstandige bevoegdheid om te bepalen
               in welke zaken vervolging wordt ingesteld. Het OM heeft aangegeven in beginsel geen
               strafvervolging in te stellen voor overtreding van bepalingen van de Wet openbare
               manifestaties (artikel 11 van de Wet openbare manifestaties). Vervolging voor een
               dergelijk feit zal snel disproportioneel zijn. Uiteraard zal deze beoordeling altijd
               afhankelijk zijn van de omstandigheden van het geval.
            
De politie en het Openbaar Ministerie hebben de mogelijkheden onderzocht tot registratie
               van XR-demonstraten die, nadat zij zijn aangehouden en weer in vrijheid zijn gesteld,
               terugkeren naar de blokkade van de A12. Het OM heeft daarbij eveneens gekeken of het
               in die gevallen kan overgaan tot strafrechtelijke vervolging. Er zijn enkele tientallen
               personen geregistreerd, maar daarbij is geen herhaling van het plegen van overtredingen
               geconstateerd. Gebleken is dat het registreren van personen een extra, en naar het
               oordeel van het OM onevenredige, druk legt op de capaciteit van de politie. Om die
               reden is na verloop van tijd niet meer geregistreerd. Deze afweging moet worden bezien
               in het licht van het dilemma dat reeds in het antwoord op de vragen 3 en 4 is geschetst,
               namelijk dat capaciteit altijd beperkt is en maar één keer kan worden ingezet, terwijl
               de politie ook haar andere taken moet kunnen uitvoeren.
            
Vraag 13
            
Hoe beoordeelt u de inschatting van het OM dat na 5 dagen demonstreren er wel geregistreerd
               en vervolgd wordt in verband met het structurele karakter van de snelwegdemonstraties
               terwijl XR zelf bekend gemaakt heeft dat de demonstraties een structureel karakter
               zullen hebben?
            
Antwoord 13
            
Zoals ik eerder aangaf, hebben de politie en het Openbaar Ministerie de mogelijkheid
               onderzocht om XR-demonstraten die meermaals de Wet openbare manifestaties overtreden,
               te registreren en eventueel te vervolgen. Dit heeft niet geleid tot vervolgbare zaken.
            
Vraag 14
            
Deelt u de mening dat het onverteerbaar is dat de huidige vorm van demonstreren door
               XR een onevenredig grote inzet van de politie vergt waardoor zaken zoals huiselijk
               geweld blijven liggen?
            
Antwoord 14
            
Het is zeer frustrerend dat politiecapaciteit niet elders kan worden ingezet door
               demonstraties. Ondanks dat dit onderdeel is van de reguliere politietaak wringt het
               daarmee wel op andere terreinen. We zien dat op het moment zelf, maar zullen dit ook
               daarna merken als bijvoorbeeld overuren gecompenseerd gaan worden. De wijze waarop
               de politie tijdens demonstraties optreedt, wordt bepaald binnen de lokale driehoek.
               Hierbij wordt dus ook bepaald hoeveel inzet er nodig is van de politie. De aanhoudende
               inzet bij deze demonstraties betekent dat er scherpe keuzes moeten worden gemaakt
               door het gezag waarvan de consequenties het lokale niveau kunnen overstijgen. Door
               de langdurige en grote inzet is bijstand nodig van politiemedewerkers buiten de eenheid
               Den Haag. Hiermee reikt de impact van een lokale demonstratie – met daarbij een lokale
               afweging – tot buiten de eenheid Den Haag. De afwegingen vinden plaats op lokaal niveau
               en binnen de eenheden onderling. Ik heb er al het vertrouwen in dat dit op een juiste
               wijze verloopt.
            
Vraag 15
            
Hoe beoordeelt u de uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM)
               in de zaak Kudrevičius e.a./Litouwen3 waarin het Hof oordeelt dat met een beroep op de subsidiariteits-en proportionaliteitstoets
               het gerechtvaardigd is om bestuursrechtelijke of strafrechtelijke sancties te treffen
               vanwege het blokkeren van snelwegen?
            
Antwoord 15
            
In deze zaak uit 2015 schaart het Europees Hof voor de Rechten van de Mens het met
               tractoren blokkeren van drie belangrijke Litouwse snelwegen gedurende twee aaneengesloten
               dagen onder het recht om vreedzaam te demonstreren. Wel volgde er een veroordeling
               tot voorwaardelijke gevangenisstraffen van de boeren. In algemene zin geldt dat optreden
               tegen demonstranten dient te voldoen aan de eisen die het EVRM stelt aan een beperking
               van de demonstratievrijheid. Bij de beoordeling of aan deze eisen is voldaan, zijn
               de aard en de ernst van de (strafbare) gedraging en de aard en de ernst van het optreden
               relevante factoren. Als demonstranten zich schuldig maken aan gewelddadigheden of
               hiertoe aanzetten of als zij het dagelijks leven en de activiteiten die door anderen
               rechtmatig worden uitgevoerd opzettelijk ernstig verstoren, verdergaand dan dat je
               mag verwachten bij een «normale» demonstratie, dan is strafrechtelijk optreden – tot
               aan een gevangenisstraf aan toe – eerder gerechtvaardigd. Bij de beoordeling van de
               proportionaliteit van strafrechtelijk optreden wordt ook het «chilling effect» ervan
               meegewogen.
            
Vraag 16
            
Bent u bereid om met de driehoek in gesprek te gaan en hen te wijzen op de mogelijkheden
               die de Wom biedt om strafrechtelijke vervolging in te stellen of bestuursrechtelijke
               boetes of last onder dwangsommen op te leggen aan (recidiverende) blokkade-activisten
               zoals ook in een zaak van februari 2023 door de rechter werd toegestaan?4
Antwoord 16
            
De driehoek is conform de scheiding der machten een eigenstandige gezag dat over de
               inzet van de politie gaat. Regelmatig spreek ik met lokale gezagsdragers over handelingsperspectieven
               bij demonstraties. Echter, het is van belang te benadrukken dat demonstraties worden
               beoordeeld door het lokale gezag en het uiteindelijk – in zaken die voor de rechter
               komen – aan de rechter is om een oordeel te geven over de rechtmatigheid van het handelen.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid - 
              
                  Mede namens
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.